NS zet bussen in

Chaotische taferelen in 's-Hertogenbosch






De Nederlandse spoorwegen zijn al vele jaren bezig met de verbouwing van hun railnet en het zal nog vele jaren gaan duren. Geen week gaat voorbij of de spoorbaan ligt wel ergens opgebroken. Dit weekend is het raak ten zuiden van 's-Hertogenbosch. Twee dagen lang is er geen treinverkeer mogelijk tussen de Brabantse hoofdstad en Boxtel, zodat de treinen naar Eindhoven en Tilburg niet kunnen rijden.

ROVER controleert, zoals regelmatig op DDR valt te lezen, in opdracht van het Ministerie van V&W de kwaliteit van het treinverkeer. Binnenkort gaan we ook een oogje houden op de prestatie van NS bij ontregelingen van het treinverkeer. De werktitel van dit onderzoek luidt: "NS zet bussen in". Gedurende de afgelopen weken heb ik een paar vooronderzoeken gehouden in de omgeving van Zoetermeer. Onze correspondent uit Zuidhorn vindt dit een heel intrigerende gemeente, omdat de treinen er volgens de teletekst soms alleen linksom of alleen rechtsom rijden. Dit fenomeen is ongeveer het enige boeiende aan Zoetermeer, maar daarover later meer in DDR.

Nu gaat het eerst naar Den Bosch toe, want dit weekend houdt ROVER een uitprobeertournee in Noord-Brabant. Als ik om 14.00 uur aankom in 's-Hertogenbosch, ga ik op zoek naar P. Meessen uit Wijlre, die volgens het door onderzoekscoördinator Jan-Anne van Dijk opgestelde rooster 1e waarnemer is (ik ben slechts 2e waarnemer, maar ik heb ambities om door te groeien). Op de traverse boven de sporen vind ik niet alleen hem, maar ook nog drie andere ROVERs. Het is er druk van. Roland van Duin maakt vandaag een tournee langs de interessantste stremmingen van Nederland; vanmorgen is hij al geconfronteerd met die bij Uitgeest en nu is hij op weg naar Eindhoven waar hij als 1e waarnemer (hij wel) staat ingeroosterd.

De route naar de bussen is knullig aangegeven. De pijlen wijzen naar beneden, waar de zwaar bepakte reiziger via een soort valluik een steile brandtrap kan bereiken, die voert naar het geïmproviseerde busstation aan de westzijde van het station. De mensen die deze trap nemen zijn mooi gefopt, want 25 meter verderop bevindt zich een hele batterij roltrappen en liften waarmee je een stuk comfortabeler beneden komt. Ook opvallend is het feit, dat de traverse vergeven is van de informatiemedewerkers, terwijl die op de perrons ontbreken.

Wij van ROVER begeven ons via de roltrap naar beneden, waar wij enquêteformulieren gaan uitdelen aan de reizigers die op de bussen wachten. Die kunnen ze onderweg mooi invullen. Roland pakt de bus naar Eindhoven om aldaar de ingevulde formulieren in ontvangst te nemen. De reacties van de reizigers zijn heel verschillend. Sommigen pakken de formulieren dankbaar aan; anderen kijken me aan met een blik waarmee je op een kilometer afstand een gat kunt boren in gesteente van drie meter dik. "Je hoeft niet zo'n postzegel te trekken" zou ik ze willen toeroepen, "ik sta hier goddikke ook niet voor mijn gezondheid", maar ik heb zelf ook een gloeiende hekel aan enquête, dus ik doe er het zwijgen toe.

Als de formulieren uitgezet zijn, ontstaat een levendige discussie tussen de HH Bogaard en Meessen over de zin van het onderzoek en over de juiste wijze van verslaglegging. Ik weet uit lange ervaring binnen ROVER dat je discussies alleen kunt winnen door er niet aan deel te nemen, dus beperk me tot vriendelijk lachen. Na een minuut of 20 besluiten zij, het af te gaan drinken in de stationsrestauratie, zodat ik in de gelegenheid ben, rustig wat rond te kijken.

Er zijn snelbussen naar Eindhoven, stopbussen naar dezelfde stad en tenslotte snelbussen naar Tilburg. De bussen met bestemming Tilburg en de stopbussen rijden slechts eens per halfuur, zodat de reizigers lang moeten kleumen. Alleen de snelbus naar Eindhoven rijdt met een hoge frequentie. Het weer laat zich niet van zijn beste kant zien; guurheid, storm en later nog slagregens op de koop toe. Een non kijkt uiterst ge-ergerd; zij mag niet vloeken, maar God hoort haar donderen.

De bussen staan opgesteld in een straatje dat parallel loopt aan het spoor. Via een veel te krappe bocht bereiken zij de vertrekplaats. Deze is gelegen langs een smal stoepje achter een volstrekt overbodige palissade, neergezet door een onoplettende architect die uitschoot met zijn computermuis. De taferelen die zich daar voordoen, zie je nooit in NS-reclames. Daarvoor moet je de URL kiezen van De digitale reiziger.





Met de bussen is het een tref; sommige reizigers belanden in een zoevende, splinternieuwe touringcar, terwijl anderen genoegen moeten nemen met een streekbus uit de jaren zeventig, die de laatste tien jaar is afgerit als schoolbus. Ze lijken wel wat op het materieel dat wordt ingezet op ZWN-lijn 149. Laatst hield ik op die lijn bij een scherpe bocht een complete stoelleuning in mijn handen. De neiging, het ding als relikwie mee naar huis te nemen, heb ik onderdrukt.

De Stem van de spoorwegen meldt via een bandje dat er bussen gereed staan. Het bandje wordt zeer onregelmatig gedraaid. Soms hoor je een kwartier lang niets; dan meldt de stem zich twee keer binnen twee minuten. Niet noodzakelijk op het moment dat er net een trein is binnengekomen. Ook op het nieuwe elektrieke stads- en streekbusstation is het weer naks met de informatievoorziening. Alle displays melden "Kijk op de bus", met uitzondering van de meest rechtse; deze meldt "Kijk 1 2 3 4". Ik wacht op de aanvullende informatie "hoedje van, hoedje van papier", maar deze verschijnt niet.

Na een welbestede middag bega ik om 16.52 een blunder door de stoptrein naar Utrecht te nemen, die volgens mij net op tijd is om aansluiting te geven op de trein van 17.39 van Utrecht naar Leiden. De stop op station Geldermalsen valt wat langer uit dan ik begroot had. Hij is ruimschoots lang genoeg om mij de gelegenheid te geven, de trein te verlaten en het thuisfront op te bellen dat het ook vandaag weer ietsje later wordt.


Frans Mensonides
25 oktober 1998