De Panne - Koksijde - Oostduinkere - Nieuwpoort - Lombardsijde - Westende - Middelkerke - Raversijde - Oostende - Bredene - De Haan - Wenduine - Blankenberge - Zeebrugge - Heist - Knokke.
door Maarten Batenburg
foto's uit het DDR-archief (oktober 1999)
Stationsplein Knokke; Beginpunt van de kusttram
Vorig jaar oktober maakten Frans, Marcel en consorten al een
'ritje' met de Belgische Kusttram. Ze deden bijna de complete lijn van Knokke naar De Panne.
Nu zijn er een paar reden dat ook ik een reisverslag wil maken over de Kusttram. Niet alleen
heb ik waarschijnlijk een wat beter beeld doordat ik niet de hele tramlijn in één keer
afjakkerde (niet gemeen bedoeld), maar een hele week in de omgeving verbleef. Ook was er ik er
in de drukke zomer, in plaats van de rustige herfst/winter-periode. En dat maakt verschil, zo
zal blijken.
Onderstaand verslag in niet zo zeer een echt reisverslag, maar meer een compilatie van ervaringen omtrend de tram.
Mijn vader, moeder, zus en ik zaten een week lang in een bungalowpark aan de kust. We hingen dus echt de toerist uit. Al bij de telefonische reservatie van het huisje vroegen we naar de bereikbaarheid per openbaar vervoer. Daarover stond namelijk niets vermeld in de brochure. De telefonist zei dat er op station Blankenberge bussen vertrekken die bij het park stoppen.
Nu kon ik me van het reisverslag van Frans nog herinneren dat er een halte 'Wenduine Sunparks'
bestond. Typisch dat je zulke dingen onthoudt. Eigenlijk hadden we toen al gewaarschuwd moeten
zijn, want het huisjespark ligt in De Haan.
Later bleek de busverbinding helemaal niet te bestaan. Niet dat het veel uitmaakte, want ik
had namens ons allen m'n zinnen al gezet op de tram, die immers voor de deur zo stoppen.
Dat bleek dus tegen te vallen. Halte Wenduine Sunparks ligt naast een 90-km/u weg,
in-the-middle-of-nowhere. Het was nog een kwartier lopen naar het park. En door het duinzand
met koffers is geen pretje, geloof me.
Of nou het park Sunparks of
De Lijn, exploitant van de tramlijn,
iets valt te verwijten weet ik niet.
Zoals ik al eerder schreef, zaten we een week lang in België. Daarvan zijn we praktisch alle dagen er-op-uit geweest. Met de tram.
Dan zijn we nu op het punt gekomen om de verschillen met de ervaringen van Frans te
beschrijven.
Frans vond de kaartverkoop bij de tramchauffeur (m/v) erg lang duren. Dat bleek reuze mee te
vallen. In de zomer is op een groot deel van de haltes een minuscuul loketje geopend, waar je
je kaartje moet kopen. De verkoop vindt opvallend vaak plaats door Belgische schonen. Gezien
de vakantieperiode zullen het wel 'jobstudenten' zijn geweest.
De loketjes waren tot verschillende tijden open, sommige waren al om 6 uur dicht, andere pas om 9 uur. Tegen die tijd rijdt in de winter al de laatste tram, getuige het verslag van Frans. Behalve je kaartjes kan je er ook lijnfolders van aansluitende bussen, attractieparken en al wat niet verkrijgen.
Frans vermeldde een totale reistijd van 2 uur en 9 minuten tussen Knokke Station en De Panne
Station. In de zomer is dit 2 uur en 21 minuten. Dit ligt dus niet aan de kaartverkoop, maar
aan het filerijden. Hoewel het overgrote deel van de tramlijn vrij ligt, zijn er een paar
venijnige straattracés. Onder andere in Blankenberge, De Panne en Oostende kwamen we
regelmatig vast te staan in de binnenstad.
De rest van het traject geeft echter volop de mogelijkheid flink door te rijden, tot zo'n
70 a 80 kilometer per uur. Dat dit absoluut niet comfortabel is ligt aan de ernstige
slingergang van de tram. Je wordt van links naar rechts en weer terug gegooid.
Meer tevreden ben ik over de ('s zomers) gereden dienstregeling. De kusttram rijdt over het
hele stuk De Panne - Knokke elke twintig minuten, klokvast van begin tot einde dienst. Op
het stuk van Nieuwpoort tot Blankenberge wordt dit aangevuld door een kort-traject-tram,
zodat op het centrale deel een tien minutendienst ontstaat. Kort-traject is trouwens een
groot woord voor een reisje van anderhalf uur. Dat dit toch nog niet genoeg is, bleek uit de
soms overvolle trams.
Aan het begin van de avond wordt het kort-traject ingekort tot Blankenberge-Oostende, en even
later resteert er slechts nog een half-uursdienst over het hele traject.
Rijdt 's winters de tram tot zo'n 21 uur, 's zomers is dat wel even anders. De laatste tram
uit Knokke die het hele traject doet, vertrekt op 23.37. Een uur uur later vertrekt de
laatste tram tot Oostende. Al met al betekent dit dat om 1.46 de laatste tram bij z'n
eindpunt (De Panne) aankomt, en dat allemaal ook op zondag!
De tram maakt bij het rijden een zwaar gedreun. De trams zijn inderdaad onwijs zwaar, en
eigenlijk metro's, zoals Frans al eerder schreef. In een reisverslag in de Volkskrant stond
dat de trams een remweg hebben van 140 meter, bij een snelheid van 70 km/u. Het aantal
(bijna-) ongelukken is dan ook angstaanjagend hoog, waarover later iets meer.
Het donkere gedreun gaat bij het optrekken en afremmen gepaard met een lage pieptoon. Bijna de
hele vakantie heb ik nagedacht waar ik die pieptoon nou van ken. Zijn het de Sprinterstellen
2014 en 2015? Of de Rotterdamse metro? Of de koplopers? Uiteindelijk kies ik voor het
laatste.
Het sluiten van de deuren wordt aangekondigd door een seconde-lang gepiep.
De lijn zelf is redelijk afwisselend, waarbij gezegd moet worden dat dit voor een tram die van
bijna-Nederland tot bijna-Franrijk rijdt, niet zo verwonderlijk mag zijn.
Het stuk tussen Knokke en Heist voert achter eengezins-woningen langs, en over de middelberm
van een straatweg.
In Zeebrugge rijd je dan weer langs de zeehaven. Grote containerkranen en schepen bepalen het
beeld. Het is hier uitgestorven. Een krakkemikkige basculebrug bij halte Zeebrugge Vaart
geeft de mogelijkheid om om te rijden bij een openstaande brug.
Ook bij Vaart ben je vlakbij het station van Zeebrugge. We kochten daar het spoorboekje van
België, en we zijn meteen weer vertrokken. Wat een akelig station! Op het perronstaande heb
je een blik op de afgrijselijke binnenhaven. Het station doet me een beetje Engels aan, ik
weet niet waarom. De twee sporen van het station worden vlak buiten het station één, welke
richting haven gaat over bovengenoemde krakkemikkige brug. Het station heeft en uurdienst
met de stopper richting Brugge.
Even daarvoor, bij Zeebrugge Zeesluis, ligt nog zo'n omleidingsspoor. Aangezien de sluis minstens 800 meter lang is, duurt het bij een omleiding wel even voordat je het water gepasseerd bent.
Blankenberge is gezellig. Het wordt hier wel behoorlijk toeristisch. De huizen langs de trambaan, gelegen in een overrijdbare middenberm zijn nog om aan te zien.
Wenduine - De Haan voert door de duinen. Beide plaatsen zijn toeristisch, maar dan nog wel aan
de leuke kant van het woord. De Haan heeft het bekende schattige stationsgebouwtje. Het heeft
onder andere gefigureerd in een aflevering van Kinderen voor Kinderen (dat ben ik weer om te
weten). Het schijnt dat de Kustlijn vroeger vol stond met dit soort stationnetjes.
Bij deze halte kregen we een folder in onze handen gedrukt van de lokale rechtse partij.
"Vlaanderen Onafhankelijk: er is geen stoppen meer aan" schreeuwde het blaadje. Ik was door
Frans al getipt dat de Kusttram rijdt langs de Vlaamse kust, niet de Belgische. Tenminste,
zo zien de Vlamen het graag.
In de tram opvallend veel bejaarden. In België mag deze bevolkingsgroep (tot voor kort 'de derde leeftijd' genoemd, vraag me niet waarom) gratis met het OV. Blijkbaar ligt de toekomst van België niet bij de studenten, zoals in Nederland. Of zou België de gratis-reizenkaart juist vergeven zodat de ouderen ook eens buiten komen?
Oostende begint met een stuk door de buitenwijk. Dan volgt een stuk door een schimmig
industrieterrein, en plots rijd je boven het stationsemplacement. Via een gecombineerde
tram-/busbaan kom je dan bij het uitgebreide tram- en busstation. Vlak bij het station is de
haven van de SeaCat, maar die is net weg naar Engeland. Het futuristische schip is de grote
broer van de Fast Ferry, en de concurrent van de Stena Line.
Oostende is een flinke stad. Veel hoogbouw, en een verkeerschoas om 'je' tegen te zeggen,
zoals de Belgen gewend zijn te doen.
Op de boulevard word je continu van de sokken gereden door skelters. Dat geldt voor de hele
kust. Op elke boulevard vindt je skelterverhuurders, met een bizar groot assortiment aan
driewielers, fietsen, skelters, Go-bikes (trapskelters voor meerdere personen, tot 15 toe),
brommers en scooters. Concurrentie is geen probleem, soms zitten er twee in hetzelfde
zijstraatje.
Datzelfde fenomeen is ook te zien bij de frituren. Wat bezielt een snackbareigenaar een tent
te open naast twee andere frituurtenten? En wat te denken van twee in natuurlijk waterijs
gespecialiseerde ijstenten, deur-aan-deur? Als je bij de een in de rij stond, kreeg je van de
naastgelegen concurrent een gratis 'sample' aangeboden in de hoop dat je toch voor hen koos.
Lezers die wel eens aan de Belgische kust zijn geweest, weten dat dit een van de tekenen is dat er in België blijkbaar geen controle is op bouwvoorschriften en er geen welstandscommissies zijn. Gebouwen staan aan elkaar vast gebouwd, met of een enorm hoogte verschil, of juist allemaal precies dezelfde hoogte. In het laatste geval ontstaat er een enorme muur van beton en glas. Het ziet er niet uit! Als het dan nog oude gebouwen waren. Nee, ze blíjven lelijk bouwen! Wat is dat toch?
Kan men nou echt geen originelere hotelnaam verzinnen dan 'Noordzee' en 'Zeezicht'?
Halte Marie-José ligt in de drukke binnenstad, niet ver van het gortlelijke Casino. Naar dát
gebouw kun je eigenlijk uren kijken, alleen om je zelf ervan te overtuigen dat er echt niets
mooi aan is. 30 meter hoog vuil geworden beton, geen versiersel niks. Aan de zijkant van de
grijze doos staan op de stoep een viertal airco-units warme lucht te blazen. Vuile gordijntjes
sluiten de spaarzame ramen af.
Waarom is er nou geen hippe projectontwikkelaar die het casino een likje verf geeft, de ramen
eens laten zemen, en deze toplocatie ("met uitzicht op zee!") tegen een vette prijs verhuurt?
Maar goed, de tramhalte. Deze ligt in een boog in een druk voetgangersgebied. Vragen om
aanrijdingen, dus. Toch rijdt ook hier de Kusttram (op een of andere manier kun je aan de
Vlaamse kust niet gewoon spreken van dé tram) met een angstaanjagende snelheid.
Nu is de Kusttram uitgerust met een zielig belletje. Ting-ting-ting, elke seconde een 'ting'.
Dat helpt geen zier tegen de notoire overstekers, die hier minstens zo nonchalant zijn als in
Amsterdam. Daarom is de Kusttram ook uitgerust met een toeter. Misschien noem je dat bij een
tram wel een claxon, typhoon of fluit, maar in ieder geval is het ding krachtig genoeg om het
straatvuil de stoep op te jagen.
---
Even een uitstapje, op een compleet willekeurig punt in het verhaal.
We hebben tijdens de heen- en terugreis, en tijdens een tocht naar 'het hellend vlak van Ronquieres' bij Nivelles, kennis gemaakt met de nieuwste treinen van de NMBS. Het zijn de treinstellen AM96 (ook wel bekend als Deense Neuzen) en de rijtuigen I11. De laatste zijn een aftreksel van de treinstellen, net zoals in Nederland de ICR een aftreksel is van het ICM.
Zowel de treinstellen als de rijtuigen zijn van binnen riant bemeten en hebben genoeg
beenruimte (ja, dit is een stille hint aan het adres van de NS). Het interieur is nog steeds
schoon en fris, en de airco staat precies goed. Bij de coach-opstelling heb je een stevige
(!) klaptafel. Het rijgedrag is gewoon perfect: niks geen gehobbel.
Boven de tussendeuren hangt een prima leesbaar lichtkrant:
"Welkom in de trein naar Genk. Rijtuig beperkt tot Hasselt. Deze trein zal stoppen te ...
De rijtuigen naar Genk worden in Brugge achteraan deze trein geplaatst. U kunt tot Hasselt
van rijtuig wisselen. Te Hasselt kunt u alleen nog via het perron overstappen.
Wij wensen u een prettige reis. Voor een goede doorstroming in de trein is het noodzakelijk
dat het gangpad vrij blijft. Wilt u daarom uw bagage tussen de zitplaatsen of in de rekken
boven de stoelen plaatsen. Dank u wel voor uw medewerking.
We komen aan in Brugge. Volgende halte: Brussel Zuid. Station Brugge. Dit is de trein naar ..."
Ronduit perfect! De overgangen tussen de rijtuigen zijn ruim, zonder deur, maar toch
geluidloos. De overgang tussen de treinstellen zijn ook veel beter dan die in de Koplopers.
Je loopt het compartiment uit via een zware deur, en dan sta je in een vreemd soort hal.
Links en rechts heb je een kast, en aan de overkant is weer zo'n deur. Vreemd zijn ook dat
er een aantal knopjes zitten die er uit zien alsof ze kwaad kunnen doen.
Slechts diegene die zich in deze materie verdiepen begrijpen wat er gaande is. Je staat
immers in de cabine! Bij het koppelen worden beide cabine's compleet weg geklapt in de kasten
aan weerszijde van het halletje.
Het enige wat nog beter zou kunnen is het krappe balkon met de enkele deur.
---
Terug naar de tram.
In de tram werd bijzonder vaak Coca-Cola Light uitgedeeld. Daarbij kreeg je een tegoed bon
voor een gratis anderhalve literfles. Gratis. Niet alleen Nederlanders zijn gek op gratis.
Een jongen liep met een vierkante rugzak op de blikjes uit te delen. In het midden van de
tram stond een kist waar hij zich weer kon bijvullen. Verspreid door de tram hingen Coca-Cola
Light-prullenbakken, zodat de tram niet binnen de kortste keren niet meer om aan te zien was.
Een en ander heeft zonder twijfel te maken met een publiciteitsstunt, die Coca-Cola hard nodig
heeft sinds het schandaal vorig jaar. Het precieze weet ik niet meer, maar er was tot
tweemaal toe een complete schoolklas ziek geworden door het drinken van de voorheen
populaire drank, of zo iets.
Na Oostende begint dan eindelijk het traject waar de lijn zo bekend om is: het rijden op de
boulevard met zicht op zee. Ook hier vliegt de Kusttram met een noodgang over de sporen,
overvol geladen met mensen.
Het is benauwd in de tram. Het minutenlang opgepropt staan met talloze medereizigers, tijdens
warm weer in een tram waar geen raam of luik open kan, is niet fijn. Het ruikt bijzonder muf
in de tram, van al het zweet.
Na Middelkerke begint dan weer het gewone traject, in de bebouwde kom. Na halte St.-Laureins maakt de Kusttram een meer dan 90-graden bocht om bij het dorp Lombardsijde uit te komen. Hier in dit gehucht kun je je prima voorstellen dat het zo'n 40 of 50 jaar geleden precies zo uitzag. Troosteloze huizen, smalspoortrammetje erdoorheen. Het was hier dat ik begon te begrijpen wat Frans met zijn subtitel "De Laatste der Boerentrams" bedoelt.
Het stuk van De Panne naar het station hebben Frans en Marcel nooit gedaan. Dáár hadden ze na
2 uur trammen geen zin meer in. Wel nu, ze hebben een overweg met bomen gemist. De enige
langs de hele lijn, besef ik nu. Bij de op-een-na-laatste halte, Plopsaland, stappen nog
wat reizigers in voor de laatste halte, welke op zichtafstand is. Het park Plopsaland is een
pretpark, opgebouwd rond de favoriete figuren Samson & Gert, Kabouter Plop, en nog een aantal.
Hier is ook een P+R-voorziening oftewel een Transferium. Automobilisten kunnen hier voor 100
BEF (ca 5 gulden) hun auto parkeren, en met alle ingezetenen naar De Panne. Er staan veel
auto's, maar het is me niet duidelijk welke van de Plopsaland-gangers zijn, en welke van de
OV-gezinde autoreiziger.
Het is bij deze halte dat we controle krijgen. De twee mannen in burger vragen iedereen om
zijn of haar ticket. De magneet-kaartjes worden met de handgelezen: de benodigde informatie
staat ook achterop geprint. Het controleren van de tickets is geen rap proces, maar voor de
laatste halte is toch iedereen gecontroleerd.
Het eindpunt is een keerlus bij station De Panne. Hier kan men cross-platform overstappen op de trein naar Brussel-Luchthaven, bestaande uit Break-treinstellen.
Op de terugweg hebben we een jonge bestuurder die bij elk verkooploketje bij de halte even naar de vrouwelijke verkoopsters zwaait. Het loopt tegen de avond, en we zien net tussen Middelkerke en Oostende, op het boulevardtraject, de roodgloeiende zon wegduiken in de zee. Even verderop wordt het uitzicht alweer verpest door een kilometerslange muur van flats.
Het is tien uur is we uitstappen bij Sunparks. Het oorspronkelijke plan om nog naar het vuurwerk van 23.00 te gaan bij halte Wenduine Vosseslag, laten we schieten. We zijn dood-op. 4 uur en 40 minuten trammen gaat je niet in de koude kleren zitten. Ook na het uitstappen, in het huisje, in bed en in mijn dromen hoor en voel ik de tram nog. Ting-ting, Toet, Piep-piep, dreun-dreun.
Tja, wat vind ik nou van de Kusttram? Het heeft z'n charme, zeker weten. Volgens een
kaartverkoper van De Lijn is de lijn 72 kilometer lang. Dat is dus 3,5 keer tram 1 Delft -
Scheveningen, of Scheveningen - Utrecht, of Leiden - Lage Zwaluwe.
Aangezien in Parijs de langste ter wereld gebouwd gaat worden, van 77 kilometer lang, lijkt me
dat de Kusttram met 72 km de huidige recordhouder is. Zo'n onwijse afstand per tram is iets
heel bijzonders.
De kusttram heeft beslist een plekje in mijn hart gekregen!
Maarten Batenburg,
31 augustus '00
Boulevard van De Panne.
Knokke Station - Watertoren -
Duinbergen Duinbergen -
Heist Heldenplein - Dijk -
Zeebrugge Zeesluis - Kerk - Vaart - Strandwijk -
Blankenberge Duinse Polders - Sealife-Floreal - Pier - Station - Park -
Wenduine - Harendijke - Manitoba - Centrum - Molen - Sun Parks -
De Haan Zwarte Kiezel - Waterkasteellaan - Aan Zee - Preventorium -
Klemskerke Vosseslag -
Bredene Renbaan - Campings - Bredene aan Zee -
Oostende Duin en Zee - Weg naar Vismijn - Station - Marie-Joséplein - Koninginnelaan - Renbaan - Henegouwenstraat - Media Center -
Mariakerke Bad - Ravelingen -
Raversijde Raverijde - Domein Raversijde-
Middenkerke De Greefplein - Casino - Verhaeghelaan - Krokodil -
Westeinde Belle Vue - Bad - St.-Laureins -
Lombardsijde Bad - Dorp - YMCA -
Nieuwpoort Stad - Cardijnlaan - Ysermonde - Bad - Kerk - Zonnebloem -
Groenendijk Bad - Duinpark -
Oostduinkerke Bad - Schipgat -
Koksijde Lejeunelaan - Bad - Ster der Zee - St.-Idesbald -
De Panne Golfstraat - Centrum - Esplanade - Kerk - Moeder Lambic - Plopsaland - Station