Deel 48

Nummer: Monkey on Your Back
Uitvoerende Artiest(en): Outsiders
Tekst: Wally Tax; Ronny Splinter
Jaar: 1967
Veronica Top veertig: nr. 4
Radio 2 top 2000: Niet geklasseerd


Soundbite:

Before you know what's wrong with you
Feel that monkey that's sitting on your back
That's when you must realise that
For you it's too late to crawl back
That's when you must perceive
Your world is built out of make belief
That's when you wanna go but just can't leave
That's when you even need a shot to get a breeze
That's when your bed is gonna be your day
And when you ain't got it you can't even move your head

Complete tekst: staat hier


Stukje luisteren? klik op de Grundig


Van januari tot / met augustus 2003 publiceerde ik in mijn toenmalige internetmagazine REFLEXXIONZZ! in totaal 47 ‘soundbites’, columns over de hitparademuziek van weleer (waarvan er 4 geschreven zijn door gastschrijver Wim Scherpenisse). Nu, bijna twee jaar later vond ik het tijd worden, de reeks voort te zetten met deel 48: tenslotte is tegenwoordig bijna elke maand wel de dood van een voormalige popheld te betreuren.

Wally (Wladimir) Tax, overleden op 10 april 2005, behoorde dan nog niet eens echt tot mijn grote helden, moet ik bekennen. Maar ik werd gefrappeerd door een radio-interview met hem in de retro-show Het theater van het sentiment; eerder dit jaar. Het was een deerniswekkend gehoor: een wrak; een man wiens stem niet veel meer kon voortbrengen dan een dof gebrom, en wiens geest overduidelijk getroffen was door het Korsakov-syndroom. Met grote moeite kwam het verhaal eruit: Wally was niet zo gelukkig; hij had zijn levenspartner en ouders verloren en hij liep na diverse valpartijen met allerlei ijzeren pennen in zijn lichaam rond. Ondanks dat alles was hij nog bezig met een nieuwe CD; ik had er, gezien dat stemgeluid, niet veel vertrouwen in. Een paar weken later brachten de kranten het nieuws van zijn dood.

Al in 1960, als twaalfjarige, richtte Tax de Outsiders op. Zes jaar later brak de populaire buurtband uit Amsterdam Oost door in heel Nederland en omstreken. In precies een jaar tijd scoorde de band vijf dikke hits in de top 10. De roem van de Outsiders reikte tot ver over onze landsgrenzen. Ze stonden in het voorprogramma van de Stones, traden op met Chuck Berry en maakten zelfs indruk in de USA.

Onbetwist boegbeeld van de Outsiders was leadzanger Wally Tax, die opviel door een haardracht die zelfs voor die tijd extravagant was. Tax kon zich niet op straat vertonen zonder een volksoploop te veroorzaken. 24 uur per dag moest hij bedacht zijn op aanvallen van geëxalteerde vrouwelijke fans, die soms poogden, hem een haarlok af te knippen. Op een zaterdagmiddag in 1967 heeft hij bij een herenkapsalon in mijn buurtje, Leiden Zuid-West, onder hysterische belangstelling zijn haar laten trimmen. Zijn lokken werden in etuitjes verkocht aan de gilmeisjes die hem belaagden. Ik ben indertijd niet gaan kijken; als wat nuffig, (eigen)wijs jongetje vond ik de commotie rond Wally Tax allemaal net een beetje té.

Wonderlijk dat ik deze anekdote van dat haarknippen nergens heb teruggevonden op de vele websites die aan Wally Tax gewijd zijn. Een lezer vult aan, dat zijn bezoek aan de kapper te wijten was aan het verliezen van een weddenschap dat niemand langer haar had dan hij.

De naam Outsiders was goed gekozen; de band maakte muziek die niet gemakkelijk in een vakje was onder te brengen. Hun bekendste nummer, Touch, bestond uit recht op-en-neer beatwerk, een soort voortijdige punk, die associaties opriep met een fabriekshal vol stampende machinerieën. De meeste andere nummers hadden iets onmiskenbaar blues-achtigs over zich, maar ook iets tegendraads lichtvoetigs.

Het geldt zeker voor Monkey on Your Back, hun grootste hit, die in de winter van 1967 de 4e plaats bereikte. Een ‘monkey on your back’ is een hardnekkig probleem waarmee je zit, of meer in het bijzonder een verslaving. In de song heeft de ‘jij’ last van het laatste, en laat de ‘ik’ haar uiteindelijk in de steek. Qua tekst is het geen overdreven optimistisch stemmend nummer, maar de melodie laat een wat dwarse vrolijkheid horen, met een tinkelend pianoloopje en een ‘cha-la-la’ koortje op de achtergrond.

Na dat succesjaar was het voor de Outsiders wel gedaan met de grote hits. Ook een inderhaast gestarte solo-carrière leverde Wally Tax niet veel op. Op zijn 18e was hij een beroemdheid, op zijn 19e totaal vergeten; weinig mensen kunnen daar tegen.

Toch slaagde Tax er in de jaren 70 nog in, een come back te maken. Hij schreef liedjes voor onder andere Lee Towers en Champagne, en verscheen zelf in Top Pop met nieuwe nummers – en met een kort kapsel, want omdat inmiddels ook het establishment rondliep met manen tot over de schouders, achtte Wally het raadzaam, de zijne te kortwieken.

Zijn liedjes uit de jaren 70 waren nogal lauw, vergeleken met het werk dat hij eerder voor de Outsiders had geschreven. Alleen in Bridges are burning uit 1974 hoorde je nog iets terug van het oude vuur, maar dat nummer werd geen grote hit.

Daarna gaf Wally Tax zich definitief over aan alles wat slecht is voor lichaam en geest. Hij heeft weinig geld overgehouden aan zijn succesjaren. In een interview zei hij eens, dat hij bij beter management miljonair had kunnen zijn. In werkelijkheid leefde hij van een uitkering en moest hij zich, met zijn gesloopte lichaam, nog presenteren op een banenmarkt. Hij stierf straatarm, zoals onvermijdelijk is in dit soort treurige verhalen.


Soundbites nrs 1 t/m 47 in het archief van REFLEXXIONZZ!


© Frans Mensonides, Leiden, 2007
Laatste wijziging 20 augustus 2007


<< naar thuispagina Frans Mensonides