Delfts geliefde molensteen; opening spoortunnel


 


We hadden er niet meer op gerekend dat het moment nog aan zou breken. Maar op zaterdag 28 februari 2015 is de spoortunnel onder Delft dan toch nog, met meer dan 2 jaar vertraging, in gebruik genomen. En daarmee vanzelfsprekend het nieuwe, ondergrondse station. En dat dan feitelijk nog maar voor de helft. Twee tunnelsporen liggen er nu, maar dat moeten er uiteindelijk vier worden.

Zaterdag 21 februari 2015 was het afscheid van het treinviaduct dat de stad sinds 1965 doormidden klieft. Geen Delftenaar werd die zaterdag overmand door verdriet; men is blij dat men dat lelijke ding met die lawaaiige treinen kwijt is. De week daarop werd het spoor aan beide zijden aangesloten op de tunnelsporen; werkzaamheden die leidden tot stremming op het drukke spoortraject Den Haag – Rotterdam.

Ik ging drie keer kijken: bij het afscheid van het viaduct, bij het vervangende busvervoer en bij de opening van de tunnel. 

Wat in Delft wel een beetje een domper is op de feestvreugde: het project hangt de gemeente als een molensteen om de nek. Dat komt niet door de vertraging in de aanleg. Die ging wonder boven wonder niet gepaard met grote overschrijdingen van het bouwbudget van 323 miljoen euro, dat voor een belangrijk deel door het Rijk werd opgehoest.

Nee, de gemeente heeft zich in 2008, toen het tunnelbesluit werd genomen, rijk gerekend met de ‘Spoorzone’, het gebied dat bovengronds zou vrijkomen na verbanning van de treinen naar de onderwereld. Daar moesten huizen en kantoren komen, maar er kwam een crisis en projectontwikkelaars trokken zich terug. Er wordt wel een nieuw stadhuis gerealiseerd, maar ook dat bezorgt de gemeente momenteel een flinke financiële zeperd. Al die tegenslagen zullen de stad mogelijk de status opleveren van artikel-12-gemeente: Rijkstoezicht. En dat zal dan leiden tot draconische bezuinigingsmaatregelen. Jarenlang zal Delft moeten bloeden voor de Spoorzone en het stadhuis. Ze overwegen nu al, het meteen na voltooiing maar te verkopen, en de ambtenaren elders onder te brengen – maar de kantoormarkt staat er ook niet florissant voor.

Van de bouwput die het centrum van Delft sinds 2009 is, is men voorlopig ook nog niet af. Het spoorwegviaduct zal worden afgebroken, en gaat dan plaatsmaken voor nog eens twee tunnelsporen. Pas tegen 2020 zullen de spoortunnel en de spoorzone helemaal klaar zijn.

De tunnel is 2,3 kilometer lang. De trein duikt straks de grond in bij het fabrieksterrein van DSM Gist en komt boven bij het Laantje van van der Gaag. Op dat punt maakte het spoor, toen Delft in 1847 op het spoorwegnet werd aangesloten, een korte tijd een heel rare kronkel. Men moest om het land van een grondbezitter heenrijden die dat niet aan de spoorwegen wilde verkopen.

 

Afscheid van het viaduct


Op deze zaterdag zien we voor het laatst Delft vanuit de trein vanuit de lucht. Het maakt nogal verschil of je daarbij door het linker- of rechterraampje kijkt. Links, reizend in de richting Rotterdam, ontrolt zich de oude binnenstad in zijn volle historische glorie. Blinkvangers zijn de scheve toren van de Oude Kerk, de spitse van de Nieuwe, de molen De Roos en het oude waltorentje. De laatste twee staan boven op de tunnel en mochten daar blijven staan tijdens de aanleg. Wel werd de molen even opgetild en tijdelijk beroofd van zijn wieken.

Zit je echter rechts, dan bestaat de entree van Delft louter uit slums. Die ook weer erg meevallen als je er zelf rondloopt; een redelijk knap oud volksbuurtje. Op deze laatste dag fotografeer ik het viaduct vanaf die zijde. Alleen dan kun je de molen of de scheve toren tegelijk met de trein op de foto krijgen.

Ik ben lang niet de enige die hier vanmiddag met een camera rondloopt. Er heerst verder een algemene feestvreugde rond het spoorviaduct. Op een straathoek staat een zangkoor elke passerende trein toe te zingen met een speciaal afscheidslied. Daarbij wordt de verdwijnende trein vrolijk nagezwaaid.

Op de molentrans van De Roos staat veel publiek, om het viaduct nog eens van boven te bekijken. Nu, overdag, is dat nog gratis, maar vanaf middernacht betaal je 5 euro, en moet je een plek reserveren. Om 1:25 uur passeert hier de echt aller-allerlaatste trein naar Den Haag, met genodigden: onder andere winnaars van een prijsvraag.

Apart, die feestvreugde om wat toch ook een afscheid is, en dus een beetje sterven, zoals de Fransen zeggen. En óf Delft blij is dat ze van die trein af zijn! Net zo blij als ze in 1965 waren met dat viaduct. Dat maakte een einde aan een aantal gelijkvloerse spoorkruisingen, waar de overwegbomen langer dichtzaten dan openstonden.

Sedertdien is het treinverkeer alleen maar toegenomen en daarmee de geluidsoverlast. 22 treinen per uur passeren hier op werkdagen overdag. Op zaterdagmiddag zijn dat er 18, nog altijd een respectabel aantal. Toch valt er nu even een gat in; al tien minuten geen trein meer gezien. Waar blijven ze?




Een Engelsman spreekt me aan in gebrekkig Nederlands. Hij vraagt wat er eigenlijk aan de hand is. Iedereen loopt naar de treinen te kijken; is daar iets bijzonders mee? Ja, dat mag je je inderdaad wel afvragen. De eerste dag dat ze over het viaduct reden, stond iedereen ze aan te gapen. Daarna zijn ze vijftig jaar lang niet meer opgevallen. En vandaag is er in wezen ook niets nieuws aan te zien.

Ik leg het de Engelsman uit, van die tunnel. Dat verhaal blijkt hem ineens sterk aan te grijpen. Hij vertelt waarom, in een mengsel van Engels en Hollands. Hij woont 14 jaar in Nederland, en daarvan de eerste helft op de Houttuinen, hier in Delft. Dat oude, vervallen wijkje moest wijken voor een of andere tunnel. Hij moest zijn huis uit; het werd gesloopt. Maar door zijn gebrekkige kennis van het Nederlands heeft hij nooit helemaal begrepen hoe of wat. Hij is verhuisd naar buiten de stad. En nu komt hij een keer terug in Delft, uitgerekend op de dag… ‘It gives me kippenvel!’

Ik laat hem daarmee alleen, met zijn kippenvel, want er komt weer een trein aan. Laat die foto niet mislukken! Het is aan het eind van de middag, er nadert een vette regenbui en daarna schemering. Ik kan die foto nooit meer overmaken.

Aan de voorzijde van het station (de stations, het oude en het nieuwe; het eerste blijft staan als monument) is enkele weken geleden een nieuw busstation in gebruik genomen. Daarmee vervalt het noodbusstation aan de achterzijde, met die ellendige, steile trap met zijn 55 treden.

De tram stopt nog steeds te midden van bouwketen. Een week lang zal Delft alleen bereikbaar zijn per bus en tram. ProRail heeft deze overgangsweek gepland in de voorjaarsvakantie, een staaltje van meedenken met de reiziger dat zelden vertoond wordt in de vaderlandse spoorwegsector. Toch zal ook deze week een enorme stroom reizigers gebruik moeten maken van het alternatieve vervoer. Ik ga eens kijken van de week, een keer in de middagspits.





  





Vervangend vervoer


Muurschildering bij station Delft

Dinsdag 24 februari 2015 is de dag. Maandag hebben me via elektronische media al klaagzangen bereikt over het vervangend vervoer, zowel van de bekende professionele klaagorganisaties als van individuele reizigers. De vervangende dienstregeling mag je het predicaat ‘karig’ toekennen.

Er rijden snelbussen van station Schiedam Centrum naar Den Haag Centraal, die onderweg alleen stoppen bij het oude plus het nieuwe station Delft. En er rijden stopbussen, die ook nog halteren bij Delft Zuid, Rijswijk, Den Haag Moeahwèk en Den Haag Hollands Spoor. Zo’n ritje kan wel een klein uur in beslag nemen, schat ik, maar ik ga dat niet proefondervindelijk vaststellen.

Nee, geen snelbussen Rotterdam – Den Haag HS – Den Haag Centraal, zoals je zou hopen en verwachten. En nee, ook het reizen met metrolijn E / Randstadrail wordt niet gepropageerd. Die brengt je in ruim een half uur zonder overstappen van Rotterdam Centraal naar Den Haag Centraal. Maar RET wil al die treinreizigers niet mee hebben. Hun OV-chipsysteem kan treinkaartjes niet aan; dat komt natuurlijk door die prachtige ‘ene chipkaart voor heel het heel OV in Nederland’, die we hebben. En de capaciteit van de metrorijtuigen kan het ook niet aan. Nou heb ik op die lijn nog nooit iemand zien staan in de metro, dus waar praat je over?

De reizigers Rotterdam – Den Haag worden in ieder geval via Gouda gestuurd; dik drie kwartier, inclusief overstap.

In Delft kun je nog wel komen met het railvervoer; tram 1 brengt je er al 150 jaar vanuit het centrum van Den Haag (een vergeten jubileum?). Of die tramlijn de extra toeloop van reizigers wél aankan? Ik ga het vanmiddag zien.

Wonderlijk is ook de uitval van treinen ver voorbij station Delft. De IC’s Lelystad - Amsterdam Centraal – Vlissingen buigen na Leiden Centraal af naar Den Haag Centraal. Alleen de IC’s Amsterdam – Dordrecht rijden door naar Den Haag HS, waar dus maar 2 treinen per uur vertrekken. Die andere twee IC’s hadden daar toch ook wel kunnen keren?

Ook de Sprinters tussen Schiphol en Leiden Centraal rijden deze week maar twee keer per uur, en niet vier keer in de spits, zoals gewoonlijk. Er zal vast wel over nagedacht zijn. In de spoorsector wordt overal langdurig en diep over nagedacht, alvorens er slechte beslissingen worden genomen.




Rotterdam Centraal. Geen grote drukte voor de metro naar Den Haag

De praktijk, dan. Op Leidschendam-Voorburg pak ik rond half drie de al genoemde Randstadrail / Metrolijn E naar Rotterdam Centraal. Die vertoont het in een schoolvakantie te verwachten beeld van hooguit 30 à 40 passagiers in een metro met 220 zitplaatsen. Het anti-treinreizigersbeleid van RET heeft gewerkt. Maar er hadden best nog wat reizigers bijgekund.

Dit is trouwens wel een bijzondere metrolijn. Kassen en weilanden, die zie je denk ik nergens anders ter wereld vanuit een metroraam; dat zie je vast niet in bijvoorbeeld Londen, Parijs, New York, Moskou of Tokio. Ik neem deze metro altijd als ik naar Rotterdam wil, ook als er geen treinstremming is; het blijft een apart geval, die ex-Hofpleinlijn.

Ik schreef vorig jaar over een aan te leggen tramverbinding van Den Haag via Rotterdam The Hague Airport naar Rotterdam. Die gaat niet door, las ik laatst; zo’n tramlijn zou niet rendabel zijn. Ik viel niet van mijn stoel van verbazing toen ik dat las, noch van verdriet en teleurstelling. Ik zag er meteen al bijzonder weinig brood in.

Toen ik vorig jaar dat stuk schreef, dacht ik: waarom verplaatsen ze de terminal van dat vliegveldje niet naar de oostkant van de startbanen? Dan zit je op loopafstand van metrostation Meijersplein, en bied je je klanten een snelle metroverbinding naar beide naamgevers van het vliegveld. Maar ik schreef die gedachte niet op: het leek me lekenpraat van iemand die geen verstand heeft van vliegvelden en luchtvaart. Las ik laatst een artikel van een verkeersdeskundige (ik kan het nu helaas niet meer vinden), die exact hetzelfde voorstel deed! Maar wat hij dan weer niet weet: deze metro mag beslist niet meer klanten trekken dan hij nu doet.

Vanuit Rotterdam Centraal rijden momenteel alleen maar Sprinters naar Schiedam. De IC’s keren in Rotterdam, zodat doorgaande IC-reizigers eerst moeten overstappen op een Sprinter en dan in Schiedam weer op de bus.

Wil je van Rotterdam naar Schiphol of Amsterdam, dan neem je natuurlijk de Intercity Direct, die na ampel gesoebat door de consumentenorganisaties uiteindelijk toch toeslagvrij is tijdens de stremming. Maar dat alleen in de dal-uren, waarvan regelmatig wordt omgeroepen hoe laat die beginnen en eindigen. Want ook deze Intercity Direct mag natuurlijk niet te druk worden; ook diens dure tunnel is ontworpen om er zo weinig mogelijk mensen gebruik van te laten maken.

De Sprinter naar Schiedam is net weg, dus ik pak de metro, met overstap op station Beurs. De spits nadert nu; kan het busvervoer de reizigersstroom aan?

In de metro vind ik een Metro (een krant van die naam). Goed dat ik vandaag ben gaan kijken naar die stremming, en niet op donderdag de 26ste. Dan kun je Rotterdam beter mijden. Dan komen supporters van AS Roma vermoedelijk ‘De verwoeste stad’ verwoesten. En dat is dan een wraakactie omdat Feyenoord-‘supporters’ vorige week in Rome een monumentale fontein gesloopt hebben en daarmee een ruïne hebben toegevoegd aan het grote aantal ruïnes dat de Eeuwige Stad al bezat.





Ter zake. Hoe belabberd het vervangend vervoer op papier ook georganiseerd is, op de uitvoering is niet veel aan te merken, althans op de momentopname die ik ervan sta te maken. Op station Schiedam Centraal staat de vertrekplaats van de bussen goed aangegeven. De snelbussen vertrekken elk kwartier in een konvooi van drie. Ook rijdt er elk kwartier een stopbus. Er is voldoende capaciteit om het vrij bescheiden aantal reizigers op te vangen; velen zijn op voorhand al afgehaakt, denk ik.

Werkstudenten met gele hesjes leiden de bus- en reizigersstroom in goede banen en geven uitleg in Nederlands en Engels. En hebben tussen de bedrijven door nog even tijd om een recent hoorcollege te evalueren: ‘Ja, ik vind er toch echt wel iets voor te zeggen om in de gedichten van Edgar Allen Poe – ik heb het nu nadrukkelijk even niet over zijn gothic-proza – expressionistische elementen te onderkennen. Ja, de bus naar Rijswijk komt zo.’
-‘ Nou, nou, nou, expressionisme, dat klinkt mij wel erg schril in de oren. Dames en heren, dit is de snelbus naar Delft en Hollands Spoor.’
Ja, OK, het ís natuurlijk wel een anachronisme. Maar toch… Houdt u voldoende afstand, een beetje achteruit nog mensen, de draaicirkel van die bus…'

Tjeempie, hebben ze tegenwoordig ook een Faculteit der Letteren op het Erasmus en de Knutselacademie Delft?

Er staat een mobiele incheckpaal bij de halte, maar daar zie ik erg weinig mensen gebruik van maken. Echt allemaal doorgaande reizigers? Er wordt niet gecontroleerd.

De Firma Besseling is zoals gewoonlijk goed vertegenwoordigd onder de vervangende bussen. Al jaren halen ze de meerderheid van hun jaaromzet binnen door treinstremmingen. ‘Op z’n Besselings reizen’, noem ik meestal wat ik nu doe.

Ik pak de bus naar Delft. Dit is er een van Brouwers Tours, een groot slagschip; je moet zeven treden beklimmen om een zitplaats in te kunnen nemen. Geen hobby voor slecht-ter-benen, deze manier van reizen.

Ter hoogte van bedrijventerrein de Spaanse Polder raken we in een file en rijden stapvoets, maar op de A13 stroomt het vandaag redelijk door. In ruim een half uur bereiken we station Delft. We belanden dan weer aan de achterzijde, bij dat opgeheven tijdelijke busstation, dat nu nog tijdelijker weer in gebruik is genomen. Maar we hoeven die hoge trap niet meer over; we steken nu gewoon de sporen over, die sinds zondagmorgen om 1:25 uur buiten gebruik zijn.







Hiervandaan neem ik de tram. Ook bij de tramhalte staat een chipkaartlezer voor NS-reizigers. De HTM blijkt zelfs extra trams Delft Tanthof - Den Haag Centraal ingezet te hebben. Dat station ligt normaliter niet op de route van lijn 1. Zo kan het dus ook, RET!

Er is nu een 5-minutendienst op tram 1, tussen Delft en Den Haag HS. Daar is redelijk veel belangstelling voor. Maar ook op dit traject zullen veel treinreizigers afgehaakt zijn, en deze week de auto hebben genomen.

Ik stap uit bij HS. Het schemert inmiddels en ik keer huiswaarts met die ene trein per half uur die hier vertrekt.

Wordt vervolgd.

Frans Mensonides
24 februari 2015


De donderdagmiddag daarop kijk ik nog even bij Den Haag Centraal, waar de vervangende bussen vertrekken van het busplatform boven de sporen. Zelfs in de spits is er maar mondjesmaat belangstelling voor; de tram wint het duidelijk van de bus.









Oud en nieuw

De opening





De spoorarbeiders in Delft hebben zichzelf overtroffen. Geen uitloop van werkzaamheden, en zo kan op zaterdag 28 februari 2015 in alle vroegte de eerste reizigerstrein het ondergrondse station Delft binnenlopen. Een trein met opvallend veel passagiers, voor zo’n vroeg tijdstip.

De hele morgen zie ik thuis berichten in de media over een enorme drukte in de stationshal; het lijkt erop dat de feestvreugde die van vorige week zaterdag nog zal overtreffen. Ikzelf besluit te wachten tot de storm wat geluwd is, en ga helemaal tegen het eind van de middag pas op pad naar Delft. Zo’n ondergronds station kun je ’s avonds natuurlijk net zo goed fotograferen als overdag.

Een mooi station, vindt iedereen. Een zure man op Twitter merkt op dat dat ook wel mag, voor één miljard euro. Maar zoveel heeft dit station natuurlijk niet gekost. Dat is het totaalbedrag voor de hele Spoorzone, inclusief al die vastgoedprojecten die de gemeente Delft als een strop om de nek hangen. Voor de gemeente zal het toch wel een beetje wrang feestje zijn, vandaag.

Tegen vijven pak ik de trein naar Delft, volgens plan. Ter hoogte van de Gist zakken we nu, in plaats van te klimmen, zoals we gewend zijn. ‘Hè? Héé, we gaan helemaal onder de grond!’, hoor ik iemand zeggen, die de berichtgeving over de Spoorzone de afgelopen acht jaar niet gevolgd heeft. We dalen in een brede tunnelbuis met vluchtstoepen, en goed aangegeven vluchtdeuren, voor het geval dat.

Het perron ligt 10 meter beneden maaiveld, is 400 meter lang en 12 meter breed. Ik stap uit. Ik heb er goed aan gedaan, een paar uurtjes te wachten; de ergste drukte is nu voorbij. Op het ene eilandperron dat station Delft nu telt, zie ik nog wel een hoop mensen die niet met de trein meewillen, maar vandaag alleen maar komen kijken.

Het spoor voor de richting Den Haag heet spoor 1 en dat voor Rotterdam: spoor 2. Maar eigenlijk zijn het de sporen 631 en 632; alweer een teken aan de wand dat dit project ook lichtelijk megalomane trekken vertoont.

Er wordt driftig gefotografeerd. Een grootmoeder loopt te schreeuwen om boven haar krijsende kleinkinderen uit te komen: ‘Jongens, niet met schoenen op de bank, niet rennen over het perron, denk aan de andere mensen, pas op dat je niet te dicht bij de rand komt, denk eraan jongens, dit is nog steeds wél een station, en geen speeltuin, niet zo gillen, jongens…’ Maar ze laten oma lekker praten.

Er wordt nu een doorgaande trein aangekondigd over spoor 1: ‘Houdt u voldoende afstand!’ Dat moet de Internationale trein uit Brussel zijn; dat is de enige die niet stopt in Delft. Iedereen richt zijn camera op spoor 1,maar de trein verschijnt niet.

Met roltrap, trap of lift beland je in een tussenhal waar overvloedig daglicht binnenstroomt; schemerlicht, op dit uur. Daar loop je de fietsenstalling binnen, waar een kleine duizend fietsen gratis onderdak kunnen vinden, in een van dé fietssteden van de wereld. Wel het nummertje van het fietsenrek onthouden, anders vind je je karretje nooit meer terug.






In de stationshal op maaiveld is een nieuwe AH geopend. Verder is het winkelaanbod wat bescheidener dan op Rotterdam Centraal, maar alles wat er zijn moet, is er.

Een opvallende afwezige vandaag is ProRail. Gisterenavond sloegen ze weer eens genadeloos toe, precies op het juiste moment. De Huishoudbeurs sloot zijn poorten, duizenden vrouwspersonen begaven zich naar station RAI, en: ja hoor, een seinstoring, en een gigantische chaos. Ik had toch wel verwacht dat ze er vandaag een rond Delft zouden veroorzaken, maar hij blijft uit. Het valt me van ze tegen; ze hadden ook dit feestje wel kunnen verpesten. *)

Het station is een ontwerp van Mecanoo, een groot architectenbureau uit Delft, dat over heel de wereld glazen gevaartes neerzet, maar nu zijn kunsten nu eens heeft kunnen vertonen in eigen stad. Ik vind het station van buiten minder fraai dan van binnen. Vooral die lange glazen zijgevel langs de trambaan is aan de saaie kant.

De toegangsdeuren tot de hal zijn allemaal draaideuren, wat bij grote spitsdrukte wel oponthoud zal geven. De in de media veelgeroemde oude stadsplattegrond van Delft op het plafond van de hal, komt niet erg goed tot zijn recht, vind ik.

Maar het mag de pret niet drukken. Dat miljard ook niet. De komende 50, 60 jaar zullen de Delftenaren het moeten stellen met wat minder sportaccommodaties, en worden kapotte lantaarnpalen en kuilen in de weg niet meer gerepareerd. Ook het verkrijgen van subsidie, waarop dan ook, zal wat lastiger zal zijn dan voorheen. Maar dat mooie station kunnen ze Delft niet meer afnemen.  

Iemand neemt plaats achter de piano (dit station is namelijk uitgerust met een piano) en speelt een stemmige, romantische melodie. Een zaterdag om lang te onthouden!

Frans Mensonides
28 februari 2015
Er geweest: afscheid viaduct: zaterdag 21 februari, vervangend vervoer: dinsdag 24 februari, opening nieuwe station: zaterdag 28 februari 2015.


*) ProRail zou die schade de week daarop snel inhalen. Elke dag was er wel wat met deze tunnel
NS communiceert dan naar de reizigers dat er problemen zijn in ‘een tunnel’ op het traject Den Haag  - Rotterdam, en hoopt dan maar dat men niet snapt dat die mooie, nieuwe, dure tunnel in Delft bedoeld wordt. Laten ze dat oude viaduct nog maar even niet slopen; misschien hebben ze het nog nodig. 
FM  08/03/2015


Het oude en nieuwe station op één panorama. Het eerste krijgt een horecabestemming; het lot van vele ex-spoorwegstations.






© Frans Mensonides, Leiden, 2015