Light-Rail in Nederland

Trein - Metro - Metro / Sneltram - Sneltram

Rotterdam Marconiplein - Capelle De Terp



Station Blaak


In de reeks "light rail in Nederland" staat deze week Capelle a/d IJssel centraal. Capelle (65.000 zielen) is een grote forenzengemeente die omarmd wordt door Rotterdam, een relatie die nog wat intiemer is dan alleen maar "onder de rook liggen van". Capelle bestaat uit vier ongelijke brokken die niet erg veel met elkaar te maken hebben. In afnemende grootte zijn het Capelle-zonder-meer, gelegen aan de rivier waraan de gemeente zijn naam ontleent; Capelle-Schollevaar, vier kilometer landinwaarts aan de spoorlijn Rotterdam-Gouda; Kralingseveer, weer aan de rivier, en tenslotte Capelle-Schenkel, een nieuwbouwwijkje dat grenst aan de Rotterdamse Alexanderpolder. Capelle-zonder-meer en Schenkel zijn bereikbaar per RET-Metro-Sneltram, Schollevaar dus per trein en Kralingseveer alleen per bus.

Eerst wat geschiedenis. Na het succes van de Noord-Zuidlijn (thans Erasmuslijn: Rotterdam CS - Spijkenisse De Akkers) ging Rotterdam voortvarend aan de slag voor de Oost-westverbinding. Na opening van een kort traject, Coolhaven - Capelsebrug in 1982, bereikte de lijn in 1985 zijn voorlopig eindpunt onder het Marconiplein, in het westen van de stad. Vandaar reed de metro via o.a ziekenhuis Dijkzigt, de binnenstad en station Blaak, naar het busstation Capelsebrug. Daar maakte elke metrorijtuig een korte doch ingrijpende metamorfose door. De stroomafnemers voor de zgn. derde rail klapten naar binnen; de pantograaf ging omhoog en het voertuig vervolgde zijn weg als Sneltram (het concept is later i Amstelveen geïmiteerd, met iets minder succes).

Nu is "snel" een relatief begrip. De metrostellen bolderden met een gangetje van 40, hooguit 45 km/uur door de Alexanderpolder, op weg naar de twee eindpunten: Ommoord en Zevenkamp. Ondanks dit matige tempo, en ondanks goede signalering bij de gelijkvloerse kruispunten, raakte de tram vele malen betrokken bij aanrijdingen, waarvan helaas een aantal met dodelijke afloop.

Toen de lijn naar Ommoord en Zevenkamp gereed was, keken de immer ijverige bouwers van de RET naar Capelle a/d IJssel. Schenkel was al per sneltram bereikbaar; ook de grote wijk langs de IJssel zou een aftakking kunnen krijgen van de Oost-Westlijn. De Capelse gemeentepolitiek was verdeeld: een sneltrambaan op maaiveld, een metro op een betonnen viaduct, of helemaal niets.

Bij streekvervoerder West-Nederland in Waddinxveen heerste angst en beven. Apetrots waren ze daar op buslijn 93 (Capelle a/d IJssel - Metro Capelseburg - Rotterdam CS), indertijd de drukste streeklijn van Nederland. Lijn 93 reed op het traject Capelle - Capelsebrug elke vijf minuten een kronkelige route door de woonwijken Oostgaarde en Middelwatering, waarbij zo ongeveer op elke straathoek gestopt werd. Eén op de drie bussen ging door naar Rotterdam CS. Bij aansluiting van Capelle a/d IJssel op het metronet zou de lijn er flink op achteruit gaan. Veel meer dan een stadsbusje leek er niet in te zitten. West-Nederland wilde in ieder geval de doorgaande busverbinding met Rotterdam CS handhaven: de Metro-Sneltram rijdt nl. niet rechtstreeks naar dit station. Voor de vervoerskundigen van WN (het waren toen nog geen vervoersarchitecten) was de bus zo ongeveer heilig, maar ik dacht daar genuanceerder over. Met die voortkruipende gelede monsters deed je drie kwartier over het ritje naar Rotterdam CS (per metro 20 minuten); verder leek Capelle, met zijn dichte bebouwing en langwerpige vorm, mij ideaal voor een light railverbinding.

De politiek van Capelle koos uiteindelijk voor een metrobaan op viaduct; de naam "Metro" was echter na jaren van gesteggel bijna een godslastering geworden. Tot de dag van heden heet de Capelse metro dus Sneltram, en niemand moet wagen die metro een metro te noemen.


Op de zaterdag voor kerstmis reis ik naar Schiedam om de vorderingen van de Beneluxlijn te fotograferen. Aangezien het regent, en de duisternis al om halftwee intreedt, geef ik mijn pogingen op. Ik pak de tram naar Marconiplein en neem daar de Metro-Sneltram, die sedert 1997 Calandlijn heet. Die namen willen niet echt inburgeren in Rotterdam.

Binnenshuis kun je vandaag beter fotograferen dan in de buitenlucht. Ik leg een paar stations vast. Elk station op deze lijn heeft zijn eigen kleur letters. Aan de wand hangen foto's van hoe het er boven de grond uitziet. Er klinkt hier en daar rustgevende muziek, waar je compleet gallisch van wordt als je er langer dan vijf minuten naar luistert. Een maatregel tegen zwervers en hangjongeren, denk ik. Station Churchillplein is via een systeem van catacomben verbonden met station Beurs, waar de Erasmuslijn rijdt. In de kelder van station Blaak bevindt zich het spoorwegstation, dat geopend is in 1993. Bij de aanleg van de Calandlijn in de vroege jaren tachtig is al rekening gehouden met de spoortunnel. De aanleg van de Willemstunnel was een spectaculaire klus. Zes jaar lang heb ik toch minstens eens per twee maanden de complete route, Van CS tot Zuid, gelopen om te controleren of het al opschoot; nu heeft de tunnel zijn eerste lustrum al achter de rug. Ik zal maar niet aankomen met het cliché over de tijd, die zo snel gaat.

Bij Donner graai ik wat leeswerk voor de Kerstdagen bijeen; we zullen er hoe dan ook doorheen moeten. Daarna neem ik op Churchillplein de metro naar Capelle. Die rijdt om de tien minuten. Gecombineerd met de metro's naar Ommoord en Zevenkamp vertrekken er 18 per uur per richting; gemiddeld één per 3,3 minuten. De kopjes van de passagiers hangen omlaag; en wordt gezwegen. De consument is moe van weer een hele zaterdagmiddag kopen en uitgeven. We zijn er nog niet. Eerst nog een koopzondag en drie van die gezellige winterkoopavonden. Dan is het eindelijk kerst en moeten we het allemaal nog uitpakken en opeten.

De drie stations in Capelle heten Slotlaan, Capelle Centrum en de Terp. Ook hier heeft elk station zijn eigen ontwerp. Het mooiste station, vooral bij avond, is Capelle Centrum.

Vanaf De Terp reis ik in exact 13 minuten naar station Blaak, waar ik de trein naar Leiden neem.


Op de tweede maandag in 1999 schijnt de zon en doe ik een nieuwe poging om de Schiedamse metrowerken te fotograferen. Het resultaat is te zien door het kaartje op te roepen en te klikken op de zwarte lijntjes. Daarna ga ik opnieuw naar Capelle, deze keer om eens te kijken wat er is overgebleven van het busnet. Uit de netkaart van RET blijkt dat lijn 93 verdwenen is. Daarvoor is lijn 30 in de plaats gekomen. Deze rijdt van Capelsebrug naar Rotterdam Alexander via alle wijken van Capelle a/d IJssel, behalve Schenkel. In de route is de oude kronkelroute van lijn 93 nog te herkennen. De bus sluit maar liefst vijf keer aan op de metro: bij Capelsebrug, Capelle Centrum, De Terp, Oosterflank en Rotterdam Alexander. Naast 30 is er nog een ultrakort lijntje 31: deze begint bij Capelle Centrum en rijdt via Schenkel en het IJssellandziekenhuis naar Alexander. Deze lijnen worden geëxploiteerd door RET. Het zou een hard gelag zijn voor Westnederland, ware het niet dat dit bedrijf zelf ook niet meer bestaat. Ongeveer tegelijk met de opening van de sneltram naar Capelle ging Westnederland ten onder in de fusiegolf. Jammer, want het was een bedrijf waarbij zowel bij de leiding als bij het rijdend personeel enig begrip heerste voor de wensen van de klant. Kom er eens om, bij de huidige VSN-dochters.

Ik onderbreek mijn reis even bij Kralingse Zoom. Hier is nog steeds niets te zien van de FROG, het automatische busje dat zou moeten gaan rijden naar het bedrijvenpark Rivium. Al jaren kondigt ZWN de komst aan van deze kikker op wielen, maar het busbedrijf heeft blijkbaar al voldoende problemen met de bussen die wél uitgerust zijn met een chauffeur. Op Kralingse zoom kun je overstappen op streekbussen naar o.a. Ridderkerk en Alblasserdam. Het station ligt op ca. tien minuten lopen van de Erasmusuniversiteit, waar de andere metrolijn naar genoemd is. Luie studenten en professoren stappen op de Voorschoterlaan uit de metro-sneltram en pakken daar tram 7 of 9, die voor de poort van de universiteit stopt.

Ik reis verder naar Capelle-Centrum. De bussen van lijn 30 en 31 vertrekken om het halfuur (lijn 30 in de spits om de 15 minuten) Van vijf minutendienst is hier geen sprake meer. Echt nodig is het ook niet, want de meerderheid van de Capellenaren woont op minder dan een kilometer van een metrostation. Vanaf station Centrum is het maar tien minuten lopen naar de rivier. Ooit was Capelle een dijkdorpje, zoals er honderden zijn in het rivierenland. Aan de overkant heet het Krimpen a/d IJssel. De gelijknamige gemeente (ca. 30.000 inwoners) had van Rotterdam best een vierde aftakking mogen krijgen van de Calandlijn, maar de gemeente wilde niet. Visie op vervoersgebied is een schaars goed onder lokale politici.

Ik bereik Flat IJsselzicht (over die naam hebben ze nachtenlang vergaderd); daarachter ligt het voormalige eindpunt van lijn 93 en enkele andere lijnen (er vertrok hier ook nog een lijn naar Schollevaar; nr. 96 als ik het me goed herinner). De keerlus ligt er nog, maar er stopt nu alleen nog maar lijn 30. "je komt nergens zonder de juiste weg. Ik ben de weg", staat te lezen op de halte. Even denk ik aan een naamsbekendheidscampagne van de OVR-Reisplanner, maar bij nadere beschouwing blijken we te maken hebben met een reclame-uiting van de bushalte-boodschap, een stichting die niet moe worden te strijden om de ziel van de passagier. De naamsbekendheid van de Heere is indedaad wat teruggelopen, de laatste jaren, maar de christenen die nog over zijn, worden al maar fanatieker in hun bekeerdwang. De busreligie. Er is geen weg naar de bus toe, de bus is de weg. Of is de bus net weg? Nee, daar komt hij al aan.

Er zit maar een handjevol mensen in de bus; het noodlot van vele lijntjes in middelgrote steden. Maar bij De Terp, het eindpunt van de Metro-sneltram, loopt de bus toch nog vol. De meeste passagiers blijken op weg naar de wijk Schollevaar. Dat is wonderlijk. Deze mensen verkiezen de combinatie Sneltram-bus boven een rechtstreekse rit met de trein. Nu moet gezegd worden, dat de NS-dienstregeling er wel wat op achteruit is gegaan. In de daluren stopt op Schollevaar nog maar één trein per half uur.

De scholieren in de bus zijn opvallend rustig, en er zijn geen memorabele uitspraken te noteren. De jongen tegenover me heeft een gemillimeterd kapsel, met op zijn voorhoofd nog één normale pluk haar. Hoe mensen zich toetakelen.

In Schollevaar zijn ze wat creatiever met naamgeving dan de bedenkers van IJsselzicht. Eén van de wijken heet "de Schildersvormenbuurt", met straatnamen als Fresco. Filomeentje-erf is ook een trouvaille. "Wat is uw adres?" "Filomeentje-erf". "Hoe?? Kunt u dat even spellen?". Nu ja, ook met klassieke straatnamen kun je problemen hebben. In Katwijk heb je de Baron Swerts van Wyborch de Landasstraat. Baron S v.W de L was vermoedelijk te belangrijk om onvernoemd te blijven, maar het blijft een crime, zo'n naam. Ook wie woont aan de Baron Schimmelpenninck van den Oijelaan in Voorschoten, heeft weinig kans, zijn adres ooit volledig en juist op een brief gespeld te zien staan.

We naderen de Alexanderpolder. Ik heb geen zin in de mega-winkelcentra Alexandrium I, II en III en stap bij de halte Oosterflank over op de Metro-sneltram. Er komt er net een aan. Langzaam. Met opvallende licht- en belsignalen wordt hij aangekondigd. De voetganger, die de spoorovergang nadert, houdt in. Gelukkig is er weer een ongeluk voorkomen.

Frans Mensonides
15 januari 1999


Meer informatie over metro's op Eurometro



Metro/Sneltram Rotterdam Marconiplein - Capelle De Terp
karakteristieken

Type Metro- Sneltramrijtuigen; zowel geschikt voor voeding via derde rail als voor rijden "onder de draad". Enkelgelede wagens met 80 zitplaatsen, waarvan er maximaal vier aan elkaar gekoppeld kunnen worden. Over het algemeen rijden de wagens op de Calandlijn twee-aan-twee gekoppeld.
Jaar van opening 1994 (eerste gedeelte Calandlijn 1982)
Exploitant RET
Netlengte Calandlijn totaal : 20 km.
Marconiplein - Capelseburg : 9 km
Marconiplein - Capelle De Terp : 12 km.
Ritduur Marconiplein - Capelle De Terp : 21 minuten
Gemiddelde rijsnelheid: Marconiplein - Capelle De Terp: Ca. 35 km / uur.
Frequentie Spits 8 minuten; daluren overdag 10 minuten; 's avonds 15 minuten. Op het traject Marconiplein - Capelsebrug rijden drie lijnen (Marconiplein - Zevenkamp / Ommoord / Capelle) en is de frequentie drie keer zo hoog.
Gemiddelde stationsafstand: 850 meter
Aantal stations 15
Uitvoering haltes 90 centimeter hoge perrons. De stations van Marconiplein tot / met Voorschoterlaan liggen onder de grond; Kralingesezoom en Capelsebrug liggen op maaiveld; de Capelse stations op een viaduct.
Alle stations Marconiplein - Delfshaven - Coolhaven - Dijkzigt - Eendrachtsplein - Churchillplein - Blaak - Oostplein - Gerdesiaweg - Voorschoterlaan - Kralingsezoom - Capelsebrug - Capelle Slotlaan - Capelle Centrum - Capelle De Terp.
Aantal passagiers per werkdag (Naar grove schatting):
15.000 (traject in Capelle)
100.000 (gehele Calandlijn)
Aantal zones 4