Langs lange lijnen: ZWN 126

(Den Haag CS - Rotterdam Marconiplein)


Na de serie Stad en land, over de wijzigingen in de dienstregeling van NS en zijn concurrenten, zal De digitale reiziger de komende maanden zijn aandacht opnieuw richten op de streekbus. We gaan verder met de serie "Langs lange lijnen".

'Lang' slaat niet altijd op de afgelegde weg. Lijn 126 van de ZWN legt de afstand tussen Den Haag CS en Rotterdam Marconiplein, hemelsbreed niet veel meer dan 20 kilometer, af in een tijd variërend van 1 uur 38 tot 2 uur 4. De bus maakt in die tijd een lange omweg via Naaldwijk en Maassluis. Vandaag bereizen wij dus de bloemen- en groentetuin van Nederland.

Den Haag - Naaldwijk

Je moet wel een heel goede reden hebben om in het Westland het openbaar vervoer te nemen, schreef ik van de winter, tijdens mijn SWAB-ritje van Rijswijk naar Naaldwijk. Vandaag heb ik er vier: de reeks "langs lange lijnen" waarin ZWN 126 niet mag ontbreken; de Zeestraat in Den Haag waar ik iets af moet geven; mijn ex-collega Erik Broekman uit Naaldwijk die iets te vieren heeft; en tenslotte het Marconiplein in Rotterdam, waar nu op volle kracht wordt gewerkt aan de Beneluxmetro. Op pad, dus.

Ik vertrek om 11.15 van het busplatform boven Den Haag CS, in het gezelschap van slechts een handjevol medereizigers. Lijn 126 vervoert zijn meeste reizigers tussen 5.00 en 9.00 uur. 5.00 uur? Jazeker, 5.00 uur! Vele Hagenaars hebben hun werk in de Westlandse kassen, waar de werkdag op een onfatsoenlijk vroeg tijdstip begint. Iets later, zo rond 7.30, gaan de Westlandse scholieren op pad naar de schoolbanken van Den Haag, Vlaardingen en Rotterdam. Forenzen nemen tegenwoordig de luxueuze "Westlandexpresse" of de snelbussen van ZWN, voor zover ze niet gewoon in de auto blijven zitten, of, zoals mijn ex-collega, de fiets nemen. De snelheid, of liever het gebrek daaraan, is de belangrijkste tekortkoming van het openbaar vervoer in het Westland. Het wordt mede veroorzaakt doordat elke bus eerst vele kilometers door het overvolle Den Haag moet rijden, alvorens de eerste kassen zichtbaar worden.

Ik heb wel eens gespeeld met de gedachte aan een metrotunnel van CS tot de Uithof, waarmee je in pakkembeet 14 minuten door die hele stad heen rijdt, terwijl je bovendien het uitzicht erop bespaard blijft. Nóg een tunnel wil ik de Hagenaars echter niet aandoen; ze hebben al zoveel verdriet van dat kleine tramtunneltje onder de Kalvermarkt. Het lek in de tramtunnel is nog steeds niet boven; legers van ingenieurs hebben geen flauw benul of het ooit nog gedicht zal worden.

In verband met de aanleg van de tramtunnel rijden de bussen naar het Westland niet via het Spui, maar over de Paviljoensgracht. In de spits kan het hier aardig spoken, maar rond half twaalf is de doorstroming goed. Zonder veel oponthoud, en zonder veel passagiers, passeren wij de ziekenhuizen Westeinde en Leyenburg. Even later, 25 minuten na ons vertrek van CS, rijden we Poeldijk, en daarmee het Westland, binnen. Ik ben geen held in landschapsbeschrijvingen en weet over deze streek niet veel meer te melden dan dat er heel erg veel kassen zijn. Honselersdijk, het volgende dorpje, heeft bovendien 's-werelds op één na de grootste bloemenveiling op zijn grondgebied.

Na ca. Drie kwartier bussen bereiken wij het nieuwe busstation van Naaldwijk. Dit is gebouwd op de plaats van het oude, op de Verdilaan. Het nieuwe station is veel compacter. De reizigers hoeven nu niet meer de drukke Verdilaan over te steken om hun aansluiting te halen.

Op het busstation van Naaldwijk heeft de reiziger een ruime keuze aan lijnen:

Al deze bussen komen rond de hele en / of halve uren aan op de Verdilaan; in de spits rijden enkele lijnen ook nog op de kwartieren.

Als de laatste bussen weggereden zijn ga ik het stadsschoon bekijken, dat onder andere bestaat uit een kerkring en het Heilige Geesthofje. Naaldwijk bestaat 800 jaar en begint zijn negende eeuw met de onvermijdelijke overdekte winkelgalerij die nu in aanbouw is.

Tot mijn verwondering vind ik zonder enige moeite de wijk Opstal, waar mijn ex-collega Erik Broekman woont. De tam-tam heeft mij gemeld dat ook hij mijn ex-werkgever, het bedrijf met die afschuwelijk saaie website, heeft verlaten. Een felicitatie waard. Ik kom op het goede moment (etenstijd). Erik is Lisanne aan het voeren met minuscule blokjes brood-met-kaas, die zij behendig aan haar vork prikt. Lisanne heeft het helemaal niet begrepen op die vreemde meneer die zomaar binnen komt vallen. In vergelijkbare gevallen placht ik als peuter aan de ongewenste gast te vragen "wanneer ga jij weer weg?". Lisanne volgt de tactiek van het straal negéren. Zij kijkt de andere kant uit, naar haar vader. Deze tactiek heeft als nadeel dat je in een heel krampachtige houding moet blijven zitten zodat je je des te pijlijker bewust wordt van datgene wat je niet wil zien, maar er toch nog steeds is. Een klein halfuur houdt zij het vol, dan besluit ze toch nog een praatje met me aan te knopen. Lisanne grijpt mijn hand en stelt vast dat ook ik ben uitgerust met een duim, wijsvinger, middelvinger, ringvinger en pink, alsmede een horloge.

Dit horloge vertelt me dat het tijd is om op te stappen. Na Erik het beste toegewenst te hebben in zijn verdere IT-loopbaan, ga ik terug naar het busstation.



Naaldwijk - Maassluis

Als ik in lijn 126, v. 13.31 gestapt ben, merk ik dat de bus ook een halte heeft bij Opstal. Het is een gloednieuwe bus, een van Hool, met een interieur in rustgevend-blauw. In Leiden, ZWN's autokerkhof, zie je dergelijke bussen nooit. Wel een fluisterbus, sinds kort, maar ik verrek het om erin te stappen en er iets aardigs over te schrijven.

Via Westerlee rijden we verder naar Maassdijk. Hier heb ik in 1964 als logé een weekend doorgebracht. Voor mij, als stadskind, een culturele schok: een groot gezin, waar de kinderen aan een lange tafel zaten en vader bij elke maaltijd voorlas uit de bijbel. Zondags werd er gewandeld op de dijk. Het was er druk; het hele dorp liep er de zondagsrust te respecteren en iedereen groette iedereen. Op mijn beurt moet ik de Maasdijkers ook menige schok bezorgd hebben: ik gedroeg me alsof ik thuis was en draaide te pas en te onpas mijn complete repertoire godslasteringen af.

Maasdijk lijkt in 34 jaar niet spectaculair veranderd; zo te zien vanuit de bus. We rijden de buitenwijken van Maassluis binnen. Vanaf het station Maassluis West krijgt lijn 126 versterking van lijn 125 die tot Rotterdam Marconiplein ongeveer dezelfde route volgt. Erg druk is het nog steeds niet in de bus.

Ik stap uit in het centrum van het stadje waarover Maarten 't Hart enkele tientallen boeken heeft volgeschreven. Ik beken met enige schroom er enkele van gelezen te hebben; in sommige kringen word je dan meteen ingedeeld bij de literaire analfabeten. Je vraagt je af hoe een stad als Maassluis zoveel schrijfstof kan opleveren; een echt interessante plaats is het niet. In een halfuur tijd kun je alle bezienswaardigheden wel zien en fotograferen. 'T Hart heeft ook een roman gewijd aan de vele kerkscheuringen die zich in de loop der eeuw hebben voorgedaan aan de oevers van de nieuwe Waterweg. Misschien ligt het aan die schisma's dat er zoveel kerken zijn in Maassluis; elke God heeft er minstens drie.

Maassluis - Rotterdam

Vier kilometer verderop ligt Vlaardingen lelijk te zijn. Waar sommige plaatsen zich ontwikkeld hebben rond een kerk, een marktplein of een brink, is in Vlaardingen het massieve betonnen Liesveldviaduct het epicentrum van alle activiteiten. Zo'n tien stads- en streeklijnen stoppen op het viaduct. Wie een steile trap afdaalt staat midden in het culturele- en winkelhart van Vlaardingen. Ik blijf zitten. De bus raakt iets voller, zonder dat het er echt benauwd van wordt. Het record voor vandaag: 19 passagiers, wordt bereikt. De passagiers zijn vandaag van een bijzonder zwijgzame soort; er is weinig kans om iets leuks te horen dat ik zou kunnen opschrijven. Zurig ga ik zitten bedenken welke leuke lange lijnen ik vandaag allemaal had kunnen nemen: de 104 naar Vlissingen; lijn 81 van Utrecht via Veenendaal naar Arnhem; die hele lange waarvan ik het nummer vergeten ben: Arnhem - Enschede: alles beter dan de 126.

Op de grens van Vlaardingen en Schiedam zie ik bouwactiviteiten voor de Beneluxmetro. Hier is het beginpunt van de Tweede Beneluxtunnel, een metro- en autobuis onder de Nieuwe Waterweg, die ter hoogte van Pernis weer boven de grond komt. Een minuut of twaalf later komt de bus aan bij het Marconiplein. Einde van een niet al te boeiende tocht; volgende week beter.



lijn 126 (Den Haag CS - Rotterdam Marconiplein) in kort bestek

Maatschappij ZWN
Provincie Zuid-Holland
Lengte traject (schatting) 41 kilometer
Rijtijd in aangegeven richting (overdag) 1 uur 54 minuten tot 1 uur 57 minuten
Idem, 's-avonds 1 uur 38 minuten
Exploitatie (maandag - vrijdag) 05.15 - 00.15 uur
Zones 9
Haltes 83
Frequentie Overdag halfuurdienst; 's-avonds uurdienst. In de spits kwartierdienst op traject Naaldwijk Verdilaan - Den Haag CS

Zondag uurdienst.

NS-stations Den Haag CS, Maassluis West, Vlaardingen Oost, Schiedam Centrum
Overige knooppunten Naaldwijk Verdilaan, Vlaardingen Liesveldviaduct, Schiedam Koemarkt, Rotterdam Marconiplein