De Rijn- Gouweroute; per Bobo-bus


Klik voor de routekaart (64 KByte)


De regio Leiden verkeert in een overwinningsroes. Nu de Tweede Kamer het kabinet gedwongen heeft, akkoord te gaan met bebouwing van het Marinevliegkamp Valkenburg, lijkt de tijd rijp voor een volmondig "Ja" tegen de Rijn- Gouwetram, de lightrailverbinding Noordwijk - Katwijk - Leiden - Alphen a/d Rijn - Gouda.

Op woensdag 22 april, tijdens de Kwaliteitsthermometer, krijg ik een tip van Dick Wijfje, reserve-raadslid voor de PvdA in Leiden. Die middag zullen twee PvdA-Tweede kamerleden een werkbezoek brengen aan de regio. Het enige punt op de agenda is: De Rijn- Gouwelijn. Ik ben van harte welkom.

Om twee uur ben ik present in het Informatiecentrum op het Stationsplein. Dick ontbreekt op het appèl. Kort na de Kwaliteitsthermometer schijnt hij ingestort te zijn; hij heeft zich ziek gemeld. Hiermee krijgt mijn aanwezigheid in het gezelschap van PvdA- en OV-bobo's meteen iets illegaals. Ik heb niets uit te staan met de PvdA, en officieel ook niet met het openbaar vervoer. Gelukkig ken ik drie van de aanwezigen nog uit mijn tijd als secretaris van ROVER-afdeling Leiden: de gemeenteambtenaar Eilander, PvdA-raadslid Ed van Veen en ZWN-manager Boudewijn Leeuwenburg. De laatste is nu full-time projectmanager van de Rijn- Gouwelijn. Dat had ik twee jaar geleden al min of meer voorspeld in mijn nota Rijnlandtram als lichtend voorbeeld. Deze nota speelde in 2001, het jaar dat de tramverbinding Katwijk aan Zee - Valkenburg - Leiden - Leiderdorp geopend werd. Die lijn zou, volgens ROVER-Leiden, de hoogste vervoerswaarde scoren en moest dus als eerste aangelegd worden.

Die nota. Daar zeg je zo wat. Als auteur van Rijnlandtram als lichtend voorbeeld hoor ik zeker thuis in het gezelschap van Rijn- Gouwekenners.

Verkeerswethouder Tjeerd van Rij opent de bijeenkomt. Hij probeert een goedkoop succes te behalen bij de kamerleden. Misschien wil hij zelf wel in de kamer. Hij somt op, in welke gemeenten de VVD deel uitmaakt van het college; die zullen zeker wel tegen de Rijn- Gouwelijn zijn. (Een verhaal dat nuancering behoeft. Het VVD-bolwerk Oegstgeest wil de tram wel. Helaas ligt het grootste gedeelte van deze gemeente op grote afstand van de doorgaande route naar de kust). Meerdere malen suggereert van Rij dat de Rijn- Gouwetram alleen dank zij de PvdA levenskansen heeft. Niemand protesteert. Ik ben dan ook op een verkiezingsbijeenkomst van de Arrebeiders. Of niet? Van Rij heeft een sterke delegatie van gemeenteambtenaren meegenomen. Eén van hen mag van hem de details over de Rijn- Gouwelijn vertellen. Als ongeoefend politiek waarnemer krijg ik het idee, dat partij- en gemeentebelangen vanmiddag een beetje verstrengeld zijn geraakt. Gemeente Leiden en PvdA zijn al tientallen jaren bijna synoniem, hoewel de PvdA nooit meer dan 30% van de stemmen haalt bij gemeenteraadsverkiezingen.

De Rijn- Gouwelijn kost een half miljard gulden. Van Rij verduidelijkt, dat zo'n bedrag voor een ca. 60 kilometer lange lightrail-verbinding niet buitensporig hoog is. Het komt neer op 1000 gulden per regiobewoner, evenveel als een goede nieuwe fiets. Iedereen knikt opgelucht. Zo weinig geld maar; die tram moet er komen. Van Rij is een knap demagoog. Hij ziet over het hoofd dat de meeste regiobewoners al een fiets hebben en daar misschien liever op blijven rijden dan de tram te nemen.

Tramgoeroe Boudewijn Leeuwenburgh vertoont voor de ziljoenste keer zijn Karlsruhe-dia's. In de Heimat is toch alles besser, zeker de trams. Ik begrijp steeds beter, waarom de tram in Karlsruhe zulke spectaculaire vervoerscijfers haalt. Alle wagens zitten daar vol met Nederlandse wethouders en OV-hotemetoten. Ons officieuze volkslied: "kijke, kijke, niet kope" wordt gedurende snoepreisjes overal ter wereld aangeheven.

Image is heel belangrijk, weet Boudewijn. Neem die Rotterdamse Metro. Uitstraling: nul. Harde plastic bankjes in plaats van comfortabele stoelen. (Op die harde bankjes worden overigens per dag meer mensen vervoerd dan in alle ZWN-fauteuils tussen De Zilk en Zelzate). Het imago moet ook blijken uit de inpassing van de tram in de omgeving. Geen hekken langs de trambaan. Hekken nodigen uit tot eroverheen klimmen en daar komen maar aanrijdingen van. Als er geen hekken staan, dan kijken de mensen beter uit. Ze denken: oppassen, want er kan een tram aankomen. Dan gebeuren er dus geen ongelukken.

Bussen zullen, na introductie van de tram, ook nog blijven rijden, maar alleen in aanvulling op het hoogwaardig vervoer. Vanaf de tramhalte worden de passagiers per bus verder de wijk in gebracht. "Wat wordt de frequentie van die bussen?, roept iemand. Een slimme vraag. Het aanvullend busnet is meestal het stiefkind bij hoogwaardige OV-plannen. Leeuwenburgh vindt dat de aanvullende bussen moeten rijden met dezelfde frequentie als de tram. Ik zie het nog niet gebeuren: elke 7½ minuut een busje dat (om maar eens wat te noemen) vanaf de Provinciale weg een rondje rijdt door Katwijk a/d Rijn.

Als Boudewijn is uitgepraat, wordt het gezelschap een bus van ZWN-tours ingedreven. We gaan nu de tramroute tussen Leiden en de kust verkennen. Een bejaard SDAP-type draagt vele kilo's propagandamateriaal de bus in en hangt een partijvlag op. Ik voel me opgelaten in dit gezelschap van bobo's. De aanvechting om uit te stappen, onderdruk ik. Een goed journalist gaat brutaalweg overal tussen zitten, desnoods tussen twee vuren of tussen stoel en tafel.

In Oegstgeest komt de bus tot stilstand op de Geversstraat, waar de schrijver Jan Wolkers geboren is, wat voor dit verhaal totaal irrelevant is. Buiten wordt de Oegstgeester verkeerswethouder geïnterviewd door TV-West. Wanneer de bobo's de camera in de gaten krijgen, is de bus binnen een halve seconde leeg. Men verdringt zich rond de TV-mensen als vliegen rond een verse koeienvlaai. Vergeef me de onsmakelijke metafoor. Ambtenaren houden zich afzijdig en kijken somber op het tijdschema.

-"We zijn al dik te laat. En in Katwijk staan 70 vrouwen te wachten."
-"Nee, 7 vrouwen, in Noordwijk", verbetert een ander.
-"Ik moet om vijf uur in Leiderdorp zijn" kankert de chauffeur, "daar staat weer een ander gezelschap klaar".
-"Vergeet dat maar gerust, man", zeg ik. "Met een TV-ploeg in de buurt krijg je ze met geen twintig stokken die bus in".

Vele minuten later is iedereen weer gezeten en rijden we verder richting Rijnsburg. Nu zou het dienstig zijn wanneer iemand de microfoon greep om enige uitleg te verschaffen. Niet aan mij - ik ken alle tramverhalen zo langzamerhand wel - maar aan de HH kamerleden, die misschien helemaal uit Drenthe en Limburg gekomen zijn en totaal niet bekend zijn op de geestgronden. Niemand van de organisatie grijpt de microfoon. ik vraag aan Boudewijn, of nu echt serieus wordt overwogen om de tram te laten rijden via de smalle weginfrastructuur in Oegstgeest en Rijnsburg.

-"Het behoort wel tot de varianten, maar als het aan mij ligt, gaat die tram via Valkenburg. Vooral als je na Katwijk nog door wilt rijden naar Noordwijk, dan moet je snelheid maken".

Er komt een discussie op gang. "Hoe lang duurt straks een rit naar Noordwijk?" Volgens Boudewijn zal de tram (mits gekozen wordt voor de route via Valkenburg) 22 minuten doen over het traject Noordwijk aan Zee - Leiden Centraal, tegen de bus momenteel 34 minuten. De rijtijd Alphen Herenhof - Leiden Centraal zal worden teruggebracht van 42 minuten (met overstap) tot 30 minuten (rechtstreeks).

In Rijnsburg rijden we een rondje door het centrum (misschien om aan iedereen duidelijk te maken dat dit niet geschikt is voor hoogwaardig OV) en slaan wij de drukke weg richting Katwijk in, de plaats die ik vorige week bezocht met lijn 90. Ik merkte toen al op, dat Katwijk een van de grootste railloze gemeenten van Nederland is. "Als het enigszins kan, moeten we met die tram doorrijden tot op de Boulevard" zegt Boudewijn. De bus stopt op het Andreasplein (als je die auto's wegdenkt, heb je een pracht van een trameindpunt, denk ik). Door een winkelstraat lopen we naar de boulevard. Met Ed van Veen heb ik het over de blauwe tram die ooit onze streek onveilig maakte. Alle streekgenoten van mijn leeftijd en nog ouder hebben er dierbare herinneringen aan. Ed heeft in Australië een tram gezien die er sprekend op lijkt: stokoude 'Boedapesters' die naar een badplaats rijden. Terwijl hij dit vertelt, neemt de camera van TV-West ons op.

Katwijk is een moeilijk geval: het gemeentebestuur twijfelt aan de wenselijkheid van een tramverbinding; het aantal routevarianten loopt in de tientallen. Op de boulevard gaan de interviews verder. De chauffeur begint alweer te jammeren over Leiderdorp. Het SDAP-type deelt foldermateriaal uit aan autochtone Kattikkers die op een bankje zitten te genieten van de lentezon. Een uitwedstrijd, in dit SGP-bolwerk. Hij vangt bot. "Ze willen wel een tram, maar geen Kok".

De TV-ploeg verlaat ons en wij rijden door naar Noordwijk-Binnen, waar nog steeds die 70 of 7 PvdA-vrouwen staan te wachten. Inderdaad: op een pleintje staan 7 potige, in knalrode T-shirts geklede socialistes. Eén van de vrouwen draagt een stuk of 35 ijzeren ringen om haar linkerarm; zij heeft dan ook de leiding. "Laat die bus maar doorrijden tot de volgende hoek, dan nemen wij dit straatje binnendoor. Dan hebben jullie toch nog iets van Noordwijk gezien".

De diepere zin van deze trip wordt me steeds minder duidelijk. De kettingvrouw vraagt met stentorstem aan een hoogbejaarde fietser, of hij interesse heeft in een PvdA-folder. Van schrik valt de man bijna van zijn rijwiel.

Ook Boudewijn Leeuwenburgh begint nu over Leiderdorp te jammeren. "Och", pest ik. "die ZWN-bussen zijn wel eens vaker te laat".
-"Ja maar, er staat een groep betalende mensen te wachten; dit kan gewoon niet!"

Complimenten. Voor mezelf. Binnen pakweg 14 halfjaarlijkse overlegsessies heb ik de busbaas toch de beginselen van reizigersvriendelijkheid bijgebracht.

Aan boord van de bus zegt de chauffeur, dat we in verband met de tijd niet via Valkenburg kunnen rijden. Er staat een ellenlange file. We kunnen alleen het transferium nog even meepikken.

"Haal die PvdA-vlag maar weg", zegt CDA-aanhanger Leeuwenburgh. "Als dat straks nog moet, als we in Leiden zijn, kost het nog meer tijd". Het wordt braaf gedaan. In een bus vol PvdA-aanhangers krijgt een CDA-er het voor elkaar dat de rode vlag wordt gestreken en opgevouwen.

Ik wijs Boudewijn op de vele voorspellingen uit mijn Rijnlandnota die al uitgekomen zijn: het vertrek van verkeerswethouder Langenberg, de bus die nog steeds over de Breestraat rijdt; bevordering van Boudewijn zelf tot tramgoeroe. Verder voorspel ik, dat de tram naar Leiderdorp er ooit ook wel zal komen. Merkwaardig: de naam Leiderdorp valt vandaag erg vaak, maar niemand heeft nog in de gaten dat er een tram naartoe moet.

Boudewijn zegt nog dat de ZWN, na 15 jaar studie, klaar is voor de tram. Nu zal het afhangen van de visie der politici. Boudewijn toetert deze woorden in mijn oor. Verkeert hij in de veronderstelling dat ik hardhorend geworden ben? Doofgetoeterd door alle hoogwaardigheidsretoriek? Nee, zijn woorden zijn vermoedelijk bestemd voor de twee kamerleden, die zes bankjes verder naar voren zitten.

Als we het transferium bij de A44 passeren, besluit gemeenteambtenaar Eilander - twee minuten voor het eind van de trip - toch de microfoon nog ter hand te nemen. Dat transferium, daar heeft Leiden grote plannen mee. Auto parkeren en verder met de tram. In de eerste fase zou de tram uit Gouda / Alphen a/d Rijn hier een eindpunt kunnen krijgen. Het stuk naar de kuststreek (dat volgens de ROVER-nota de hoogste prioriteit had) zou dan, eventueel, misschien altijd naderhand nog aangelegd kunnen worden. Mijn optimisme over de Rijn- Gouwetram daalt nu weer wat.

De chauffeur rijdt door rood. "Bij het volgende verkeerslicht zal hij het wel laten" zegt Boudewijn. "Daar staat een flitser".

Die avond kijk ik met meer dan normale belangstelling naar TV-West. Het eerste shot van de rapportage over de tram bestaat uit mijn persoon, in gesprek met Ed van Veen. Die zie je echter nauwelijks; hij is anderhalve kop kleiner dan ik. Dan doe je helemaal geen moeite om vóór te dringen; kom je toch prominent in beeld.

Het programma van TV-west verloopt in een oneindige lus. Na een halfuur begint het opnieuw. Ik blijf een groot gedeelte van de avond voor de TV zitten en zie mezelf, de digitale reiziger, nog vijf keer over de beeldbuis paraderen.

Frans Mensonides
24 april 1998


Terug naar Homepage De digitale reiziger
Fietsen langs de route van de Rijn- Gouwetram
Text-only versie nota "Rijnlandtram als lichtend voorbeeld" (ROVER; april 1996)
Routekaart Rijn- Gouwetram