JUNI 1998:

(Met terugwerkende kracht en met een maandje vertraging):

BUSMAATSCHAPPIJ HERMES, VOOR HET GEKLUNGEL MET DE LIJNTAXI'S

Ik zal de laatste zijn om het niet met klem te willen ontkennen: ook in juni 1998 wordt De Sjef Koekenbakker Award pas uitgereikt op een moment dat de maand al lang en breed voorbij is. De jury van deze prestigieuze prijs heeft steeds meer moeite met het vinden van geschikte kandidaten. Nadere analyse van dit probleem heeft ons geleerd dat het niet veroorzaakt wordt doordat er in OV-land de laatste maanden niets meer verkeerd gaat. On the contrary, Watson.

Nee, de oorzaak van de Sjef-impasse is gelegen in het feit dat de jury een paar fatsoensnormen hanteert bij het toekennen van de prijs. We zijn te netjes. Zo vinden wij het bijvoorbeeld unfair om de prijs maandelijks aan de ZWN toe te kennen, omdat ze als maar dezelfde fouten blijven maken en bovendien pas na zeer luidruchtig aandringen reageren op de klachten. Zo krijgt een ander geen kans.

Ook is de jury de mening toegedaan, dat goede initiatieven niet meteen met een Koekenbakker beloond moeten worden, louter en alleen omdat de kinderziekten de kwaliteit nog in de weg staan. Het zou flauw zijn om de NS meteen een Award toe te kennen voor de chaos die in juni, na invoering van de nieuwe dienstregeling, op het Nederlandse spoorwegnet is ontstaan. Dan kan altijd nog, als de problemen in september nog steeds bestaan, wat overigens hoogstwaarschijnlijk is.

Dit alles zo zijnde, is de jury in de archieven van De digitale reiziger gedoken om na te gaan of wij in het verleden de prijs misschien een keertje verzuimd hebben uit te reiken aan een instantie die er wel een verdiende. Dat bleek inderdaad het geval. In juni 1997 bereisden wij het nieuwe Lijntaxi-net van Hermes. Van alles bleek mis met dit wanproduct: verbinding met de telefooncentrale verliep over talloze schijven; reizigers moesten een fotokopie van hun paspoort inleveren om de taxi tot voorrijden te kunnen bewegen; de taxi was niet herkenbaar als streekvervoer, lijnnummers ontbraken; de chauffeur was niet op de hoogte van tariefbepalingen, zodat ik gratis heb kunnen meereizen.

Die maand was de Flapdrol, de voorloper van de Sjef, al uitgereikt. Hermes komt in september wel, dacht de eenkoppige jury. Maar in september waren er andere prioriteiten en Hermes werd vergeten. Een artikel in de Papieren reiziger zette ons opnieuw op het spoor van de firma die door sommigen hardnekkig Herpes genoemd wordt en overigens in april al een Sjef toucheerde voor iets geheel anders.

Waar andere streekvervoerders de kinderziekten met de Lijntaxi grotendeels opgelost hebben, is Herpes erin geslaagd, deze in stand te houden. Problematische telefonische communicatie; de verplichting om je naam op te geven; onmogelijkheid om voor een langere periode vooruit te reserveren: de lijst van ellende is te lang om hier in extenso weer te geven.

OV per Lijntaxi is zoiets al een kaal hoofd: niemand zit erop te wachten, maar wie in het bezit is ervan, zou het voor geen goud willen missen. Het hangt maar helemaal van het bedrijf af, hoe de lijntaxi in de praktijk ervaren wordt. Als de vervoersmaatschappij en de uitvoerende taxibedrijven hun stinkende best doen om een goed product neer te zetten, dan voelt ook de klant op de dunne lijnen zich koning en worden de tekortkomingen van het Lijntaxisysteem (o.a. de noodzaak om van te voren te reserveren) gecompenseerd. Hermes lijkt er alles aan te doen om zijn Lijntaxiklanten het gevoel te geven dat zij tweederangs reizigers zijn. En daarom mag Hermes zich nu het eerste bedrijf noemen dat twee Sjefs in de prijzenkast heeft prijken.



Namens de jury,
Frans Mensonides, 19 juli 1998.