Lulligheid kent geen tijd

op de West-Friese Flora



De West-Friese Flora van 1999 bleek de haard te zijn van een ernstige legionella-epidemie, die aan tientallen bezoekers van de Flora het leven zou kosten. Toen ik dit vrolijke stukje schreef, kon ik de zwarte nasleep van de Flora vanzelfsprekend nog niet vermoeden.


Van alle bloemenevenementen die in Nederland gehouden worden, is de West-Friese Flora in Bovenkarspel ongetwijfeld de meest Hollandse. OK, ik geef toe: de Keukenhof en de tuin van Frans Roozen gelden in het buitenland als het summum van Hollandisme. Je ziet er dan ook geen Nederlander, maar louter Amerikanen, Japanners, Armeniers, Magyaren en Karpaten. Op de Flora, die jaarlijks in de tweede helft van februari wordt gehouden, lopen er alleen rasechte Hollanders rond, zoals mijn moeder en ik. De meeste bezoekers komen niet voor de bloemen (al pikken ze die voor het naar huis gaan nog even mee) , maar voor de koopjes. Echt druk is het op de consumentenbeurs, waar amarillissen en frittilaria even grif van de hand gaan als door demonstratrices aangeprezen anti-roosmiddelen en keukenvloerboenders.

Ons laatste bezoek dateert van 1996 of 1995. Toen hadden wij een dag uitgekozen, waarop uit alle noordelijke provincies honderden busladingen koopjesjagers werden aangevoerd. De drukte was werkelijk angstwekkend. Het voordeel daarvan was, dat ik enige actieve noordelijke ROVER-leden die ik dreigde tegen te komen, in het krijgsgewoel gemakkelijk kon ontlopen. Lang hebben we het in die drukte niet uitgehouden.

Zo gezegd, zo gedaan. Op vrijdag 26 februari 1999 geven wij de Flora opnieuw een kans; tenslotte is het de laatste van deze eeuw.

Station Bovenkarspel-Flora: de legende

Vroeger bestond er een Rail-idee voor de Bovenkarspelse bloemenshow. Dat lijkt verleden tijd: ik heb er tenminste geen folders en aanplakbiljetten meer voor gezien. Voor de zekerheid toch maar even vragen bij het loket. Jawel, er kan nog steeds met korting een toegangsbewijs voor de Flora gekocht worden.

We zijn op pad. Zoals gewoonlijk gaat de Noord-Hollandse bloemenshow gepaard met kil en grijs weer. Het regent nauwelijks. Overstappen op Sloterdijk. Boven ons hoofd horen we het karakteristieke gegier van de Ring-metro's.

De lijn naar Enkhuizen vind ik één van de minst aantrekkelijke spoortrajecten van Nederland. Met een matig gangetje van niet veel meer dan 100 kilometer per uur sukkelt de trein mijl na mijl langs oneindig laagland, waar je in ieder geval geen lawines hoeft te vrezen. Steden als Purmerend en Hoorn laten zich langs de spoorbaan niet van hun allermooiste kant zien.

Na Hoorn (waar ik twee jaar geleden deze wandeling maakte) gaan we het enkelspoor op voor het laatste stuk naar de Flora. De lijn Enkhuizen - Amsterdam v.v. heeft een belangrijk aandeel in de dagelijkse schommelingen. De West-Friezen bewegen zich elke morgen en masse naar de hoofdstad van ons land, om tegen valavond weer terug te keren. Gelukkig speelt de trein een grote rol in deze dagelijkse volksverhuizing. Wanneer je hier echter om 11 uur in de morgen een volle dubbeldekstrein ziet rijden, dan weet je dat de Flora zijn poorten geopend heeft.

De veendorpen in deze streek liggen langs een lange, rechte weg. De spoorbaan loopt daar parallel aan, op een meter of 600 afstand. Tussen weg en spoor ligt nieuwbouw. Bij Bovenkarspel-Grootebroek kruist de trein zijn tegenligger uit Enkhuizen. Enkele mensen hebben al genoeg van het ritje en stappen uit. De conducteur drijft ze terug de trein in; de bloemenshow is nog enkele kilometers verderop.

Station Bovenkarspel Flora. Zo'n driehonderd passagiers stromen naar buiten. "Op dit station stoppen normaal geen treinen", maakt een opa zijn kleinkind wijs. Een onzinverhaal, dat ik elk jaar op de Flora wel een paar keer hoor vertellen. Een propvolle fietsenstalling bewijst dat ook vanmorgen weer talloze forenzen ingestapt zijn voor hun dagelijkse rit naar de verlokkingen van de hoofdstad. Deze mensen zouden beslist protesteren, wanneer hun station voor de duur van 50 weken dicht zou gaan.

Flora

De Flora ligt op vijf minuten lopen van het spoorwegstation. Het evenement vindt plaats in een veilinghal, waar normaliter bloembollen verhandeld worden. We zitten momenteel helemaal aan het eind van het bollen-handelseizoen (immers: aan het begin van het bollen-bloeiseizoen) en daarom is de grote veilinghal vacant voor het evenement. Geruchten, dat de veilinghal elk jaar op 1 maart tot de laatste steen wordt afgebroken (net als het station), moeten met kracht ontkend worden.

De bloemenshow is fraai, zoals moge blijken uit deze overzichtsfoto. Geniet er even van; het duurt tenslotte nog vier weken voordat we met de zieltogende treinstellen van Lovers Rail naar Lisse kunnen. Oh ja: voor ik het vergeet: het station Lisse is echt alleen tijdens de Keukenhof geopend voor reizigersverkeer. Buiten het seizoen kun je er wel eten, maar niet op de trein stappen.



Zo, en nu snel weer verder. Voor bloemenboeren zijn er ook dit jaar weer de fraaiste prijzen te verdienen. Deze komen doorgaans terecht bij kwekers uit de omgeving. Hem, Wijdenes en Lutjebroek zijn veelvoorkomende plaatsnamen onder de prijswinnaars. Er zijn zo verschrikkelijk veel categorieën, dat zelfs de meest onbeduidende kweker wel met een gouden of zilveren beker aan de haal gaat. Dat moet ook, want iemand die niks wint, wordt het hele jaar nagewezen in West-Friesland, en raakt uit puur verdriet en frustratie misschien aan de drank of aan de pillen, waardoor hij volgend jaar op het appel ontbreekt. Iedereen een prijs, dus. De juryrapporten zijn geplaatst op een bordje bij de bloembedden. Hier een tulp die gewaardeerd werd met een negen komma twee; die hyacint daar kreeg een acht komma negen. Wij vinden ze allemaal mooi. "De iris voor een tevreden consument" zegt een folder van leverancier Blue diamond. "WAAROM? Komt altijd open!"

Het thema van de bloemenshow is dit jaar Rusland, wat ons tenminste het gejengel bespaart van de doedelzak, die wordt ingezet bij gelegenheden dat het thema Schotland is. In een rustig hoekje van de hal brengt Henk Kaag uit Hoorn zelfgeschilderde Russische iconen aan de man. Ze zijn erg mooi, maar de prijs van 1000 a 1500 gulden zal voor de meeste bezoekers toch wel op bezwaren stuiten. Kaag werkt meestal in de nacht en begint zijn schildersessies met meditatie en gebed. Misschien zou ik dat ook eens moeten doen; het zou de kwaliteit van De digitale reiziger alleen maar ten goede kunnen komen.

Op de consumentenbeurs is het weer druk, al is het niet zo erg als in 1995 of 1996. Veel interesse is er voor de Workshop creatief kaarsen maken.

In de mijnzaal kun je bloemen kopen bij een echte veilingmeester via een heuse veilingklok. Wij gaan veiligheidshalve zitten bij een van de buitenste rijen, waar zich geen drukknoppen bevinden. Achter me constateert een huisvrouw dat haar echtgenoot ONDER de roos zit: jas, das en pet. "Ken ik d'r wat aan doen", zegt de man geergerd. Blijkbaar heeft hij de demo van het anti-roosmiddel gemist; die was om kwart voor één in stand 13 en wordt de hele middag om het kwartier tot brakens toe herhaald.

De veilingmeester legt uit, dat er deze keer een spelletje gespeeld wordt. Het publiek kan bloembollen kopen voor een vast bedrag, bijvoorbeeld drie gulden. Wie te vroeg drukt, bijvoorbeeld als de wijzer nog op 9,90 staat, betaalt toch maar drie gulden. Voor de echte handelaren, die hier in de zomermaanden en gros zitten in te kopen, is het bittere ernst: vogeltjes die te vroeg zingen, zijn voor de poes, en moeten betalen. Vandaag is het maar een spel: wie drukt als de wijzer precies op drie gulden staat, krijgt een gulden korting; ook een regel die normaliteit niet geldt.

Op de veiling heerst een geanimeerde stemming en er hoeft bijna niets doorgedraaid te worden. Tenslotte een spelletje alleen voor de kinderen. Een plantje voor een gulden. Wie precies drukt als de wijzer op 1,00 staat, krijgt een extra plantje. De wijzer draait tien, vijftien keer, maar de jeugdige kopers zijn te gretig en de prijs valt niet. De veilingmeester verhoogt de prijs tot drie, vier en zelfs vijf gratis plantjes. Dan gebeurt waar niemand meer op had durven te rekenen: de wijzer blijft staan op 1,00. Nu ontstaat gemurmureer in de mijnzaal: de gelukkige winnaar is geen kind, maar een volwassen vent. "Dat is geen kind".. "dat is geen kind" klinkt het uit tientallen verontwaardigde kelen. De falsaris wordt door een paar potige kerels ondergedompeld in de gereedstaande ton met teer en veren en wordt vervolgens op een spoorrail de veilinghal uit gedragen. Met vijf gratis plantjes, dat wel.

Wij vinden het nu ook tijd om te vertrekken. Het loopt tegen twee uur en elk halfuur krijgt de veilinghal opnieuw een injectie van bezoekers. Het wordt nu echt vol. Buiten is het nog steeds droog, dis we gaan nog niet naar huis, nog lange niet.. Medemblik is ons doel voor de tweede helft van de middag. Op de Spoorsingel wachten we op bus 145 (Enkhuizen - Hoorn) van 14.04. Voorlopig rijden er alleen gelede pendelbussen langs. Veel mensen zijn met de auto naar de Flora gekomen. Buiten het dorp is een parkeerterrein; de bezoekers worden met bussen naar de hal vervoerd.

Medemblik

Bus 145 is niet vol; in deze regionen is het pas carnavalsvakantie als het Zuiden des lands al lang en breed is uitgefeest. De bus rijdt over de lange weg die wij vanmorgen uit de trein gezien hebben. Het ene lintdorp gaat naadloos over in het andere: Bovenkarspel, Grootebroek, en Lutjebroek, allen behorend tot de gemeente Stede Broec. Zwaagdijk, enkele kilometers verderop, vormt in West-Friesland het kruispunt van de vier winstreken. Op een bedrijventerrein waar voornamelijk bloemenhandelaren gevestigd zijn, komen enkele buslijnen bijeen bij een klein busstation. Hier is aansluiting op onder meer lijn 144: Hoorn - Medemblik. De aansluitende bus komt binnen vijf minuten en is ook niet echt vol. De rit voert door Wervershoof. Een klein uur na ons vertrek uit Bovenkarspel rijdt de bus Medemblik binnen. Ook in deze regio haalt de streekbus geen indrukwekkende gemiddelde snelheden.

De bus rijdt een kronkelige route door het stadje, dat zo nog heel wat lijkt. Het ligt aan de voormalige Zuiderzee, precies op de plaats waar de Wieringerwaard begint, indertijd het pilot-project (al noemde niemand dat toen zo) voor latere inpolderingen. Medemblik kreeg al ten tijde van Floris V stadsrechten; het was een belangrijke handelsstad. In later eeuwen verloor Medemblik de concurrentiestrijd met VOC-steden als Hoorn en Amsterdam. Nu is de stad een watersportcentrum. In de winter is het er heel rustig.

Het eindpunt van de bus ligt bij het oude spoorwegstation, dat dateert uit 1890. Dit station is in het toeristenseizoen nog steeds het eindpunt van de historische stoomtram uit Hoorn. Het aanpalende NZH-busstation is een aanfluiting. De hokjes staan op instorten; de zitbanken zijn vermolmd; op de vrijwel ondoorzichtige ruiten van de abri's hangen aankondigingen van evenementen die al jaren voorbij zijn. Onbegrijpelijk dat een gemeente die voor een monumentenstad wil doorgaan, zo'n ontsierende smerige bende niet gewoon opruimt. In de rest van het stadje, in de nieuwe wijken, staan wel fatsoenlijke abri's.

We lopen langs de haven in de richting van kasteel Radboud; ook weer zo'n gebouw dat onbereikbaar is. In tegenstelling tot de toren van Groenlo komt het wel dichterbij; er blijft echter altijd water aanwezig tussen de plek waar je staat en het kasteeltje. Deze vesting is onneembaar, behalve voor fotografen. Floris V heeft het laten bouwen, maar na 7 eeuwen en een ingrijpende renovatie zou hij het niet meer herkennen.

Daar de wind gestadig harder en guurder wordt, houden we het in Medemblik niet langer vol dan een uur. Vanaf het in deplorabele staat verkerende busstation nemen we de sneldienst, lijn 139, naar Hoorn. Naast de sneldienst is er nog keuze uit lijn 140 / 141 (die via Nibbixwoud rijden en min of meer de route van de stroomtram volgen) en natuurlijk lijn 144 waarmee we zijn gekomen. Voor een plaatsje met ca. 7.500 inwoners heeft Medemblik prima openbaar vervoer, maar je moet dan wel naar Hoorn willen. De andere kant op, de Wieringerwaard in, rijden er slechts 4 bussen per dag.

Sneldienst lijn 139 rijdt via Opperdoes; bekend van de aardappelen. Daarna gaat het de snelweg op naar Hoorn. In Hoorn sluiten bijna alle stads- en streekbussen aan op de treinen, die hier rond het hele en halve uur vertrekken in de richtingen Amsterdam CS, Enkhuizen en Den Haag CS (de laatste via Alkmaar, Haarlem en Leiden). Ook wij zijn ruim op tijd voor de trein naar Amsterdam van 16.34 uur.

Frans Mensonides
3 maart 1999


De digitale reiziger schreef al eerder over het openbaar vervoer in West-Friesland (wat ik me pas herinnerde, toen ik 'West-Friesland' opriep bij onze nationale trots: VINDEX.)


De Westfriese Flora is bij het ter perse gaan van dit nummer helaas al voorbij; wie er heen wil, zal moeten wachten tot februari 2000.