De digitale reiziger presenteert:

Openbaar vervoer in Midden Amerika


Sjoerd Mensonides reist gedurende een halfjaar door Midden-Amerika. Hieronder volgt zijn tweede reisverslag. Deze maand: gammele boten met een curieuze dienstregeling en enorme vertraging.


deel 1 al gelezen?

San José, Costa Rica. 18 januari 1998
11.00 a.m. 25o, zonnig. 1125 meter.

Frank is vanmorgen vroeg vertrokken voor een dagtripje naar een vulkaan; geeft mij de gelegenheid een brief te schrijven. Ik heb genoeg vulkanen gezien, de laatste jaren.

Op de veertiende heb ik de post opgehaald. Post ontvangen blijft heel erg leuk, uiteraard veel dank! Nadat we de post gehaald hadden, zijn we met de bus vertrokken naar Fortuna, aan de voet van de actieve vulkaan Aranal. In de bus direct gaan lezen. De tocht duurde drie uur en er heerst rust in de bus (anders dan in bijv. Nicaragua).

De verhalen van Frans en van anderen over de werktoestanden in Nederland maken me erg treurig. Jaren geleden heb ik al gezegd, dat de werkdruk en hetgene wat van je geëist wordt veel te hoog liggen. Iedereen reageerde toen van: 't is niet anders; hoort zo in Nederland, cultuur, economie, bla, bla, bla. Na jaren zie je het resultaat: het lijkt wel of niemand meer plezier meer heeft in Nederland, zeker niet in zijn werk. Je hebt goede tijden en slechte tijden, zeggen ze dan, maar het kost enorm veel energie om de zaken naar je hand te zetten, tegenwoordig, temeer omdat de ene de ander het licht in de ogen niet gunt.

Als je deze situatie van veraf overpeinst, kom je vanzelf tot de gedachte dat de mensen in Nederland beter jaloers kunnen zijn op de mensen hier in Centraal Amerika. Nu is uiteraard het omgekeerde waar: de mensen kijken op tegen het Westen; Veel geld, luxe, dure auto's, alles te koop, etc. Een gemiddelde werknemer hier zou het nog geen week uithouden in Nederland. De lonen liggen laag in Midden-Amerika; er wordt weinig van je verwacht, daarom heb je meer mensen nodig. In Nederland is arbeid duur en wordt er dus teveel van de mensen verwacht.

Het aantal Nederlandse reizigers hier is enorm, de één na de ander is al maanden op pad of blijft nog maanden weg. Een gedeelte is net afgestudeerd en heeft een jaartje de tijd, maar het overgrote deel is gewoon "gekapt" met werken, veel mensen tussen de 30 en de 40. Zegt genoeg naar mijn mening.

***

Het gaat tussen mij en Frank allemaal in goede harmonie. Wordt het wat saai, dan zorg ik met wat zottigheid en grappen voor veel lol onder elkaar. Wordt er te langzaam gereisd dan grijpt Frank in; ieder zijn taak dus.


De reisroute van de afgelopen maand:

Tegucigalpa - Esteli (Nicaragua) - Matagalpa - Juigalpa - Rama - Bluefields - Corn eilanden - Managua - Léon - Managua - Rivas - Isla de Ometepe (Moyogalpa) in Lago de Nicaragua - San Luis del Sur - Liberia (Costa Rica) - Santa Cruz - Tamarindo - Puntarenas - San José - Vulkaan Poas - Fortuna - Arena (meer) - Tilaran - Orotina - San José.


Ik kan onmogelijk opschrijven wat we allemaal gedaan hebben, dus doe ik maar een greep uit de highlights.

De tocht vanuit Matagalpa en Juigalpa naar Rama, Bluefields em Corn eilanden, verloopt weer niet zonder problemen. Vanuit Juigalpa gaat er (nog steeds) een zeer slechte verharde weg naar Rama, hier houdt de weg op en de enige manier om in Bluefields te komen is met de "Bluefields Express", laat dat Express er maar af! In Rama overnachten we twee maal, we wachten op de boot van woensdag. Leuk plaatsje op de kruising van drie rivieren, met veel donkere mensen. De vertrektijd van de boot wordt geschat op 12.00 in de middag. Dat lukt niet helemaal; het wordt gewoon 4.00 pm. Het inladen van kratten Cola, bier, een enorme koelkast, fietsen, emmers, voetballen etc, duurt 3 a 4 uur. Het spul wordt allemaal met de hand de kade overgesleept en op de boot geladen. Het wachten, op het dak van de boot in de hete zon, valt wel ietsje tegen. De boot heeft twee motoren waarvan er één niet werkt. De tocht duurt daardoor zo'n 6 uur en we komen aan om 10.00 p.m..

De volgende dag is de dag voor Kerstmis en daarom gaat er geen boot (logisch toch!) naar de Corn eilanden. Er gaat nog wel een boot om middernacht, maar daar voelen we na een dag als vandaag zeer weinig voor; we nemen een hotel in Bluefields, morgen zien we wel verder.

Eigenlijk zien we helemaal niet veel verder, want er gaan echt geen boten naar het eilandje waar we zo graag de Kerstmis doorbrengen. Ik stel voor, te gaan vliegen, dat lukt en diezelfde middag landen we op een schitterend eiland in de Carribean Sea. Een witte kerst met temperaturen van ver boven de 30o. Het lijkt vreemd, maar als je de witte zandstranden ziet, krijg je een aardig beeld. Op tweede kerstdag lopen we het hele eiland rond in ca. 2,5 uur, leuke wandeling, wel heet.

We vliegen van Bluefields naar Managua voor iets van $52,-- in nog geen anderhalf uur. Over land, zee en rivier is het zo'n twee dagen als je jezelf te vriend wilt houden.

Na Léon en Managua is het tijd voor oud- en nieuwjaarsdag. Die worden door ons doorgebracht in Granada met veel medereizigers; gezellig. Daarna naar een groot eiland in het meer van Nicaragua. Het eiland heet Ometepe, de hoofdplaats Mayogalpa, volgens de mensen het grootste eiland in een zoetwatermeer. Volgens mij is dat niet zo; in het merengebied tussen USA en Canada hebben ze veel grotere, enfin. Het eiland is wel heel mooi. Het bestaat eigenlijk uit twee vulkanen die als het ware aan elkaar gegroeid zijn. Als we de boot nemen van San Jorge naar Moyagalpa stormt het enorm. De boot is naar mijn mening niet zeewaardig, maar zou dat wel moeten zijn. Een helse tocht, met metershoge golven, een hoop gekraak van de houten spanten en gegil van kinderen. Ik ben niet snel bang, maar dit zit me toch niet lekker (zoals je weet ben ik niet zo'n zeeman). We komen in de windschaduw van de hoogste vulkaan en het gaat beter.

Op het eiland heerst rust en er zijn niet veel auto's. We vinden snel een goedkoop hotel met nog enige andere reizigers, leuk. De wind is gaan liggen en de terugtocht verloopt plezierig. Diezelfde dag doorgebracht in San Luis del Sur, een badplaatsje aan de Pacific. In Hotel "Cama Quebrada" zoals we het noemen, (ofwel: gebroken bed) vinden we een slaapplaats. Het hotel heette eigenlijk Gallo de Ora (Goudhaantje), maar voor mij niet; mijn bed was volledig door midden gebroken.

De volgende dag gaat de tocht verder naar de grens met Costa Rica. Dit wordt helaas een heel gedoe, vanwege de domme grensformaliteiten aan de Costa Ricaanse kant. Honderden meters wachtende mensen; traag en dom worden de paspoorten voorzien van stempels en postzegels. Zo'n 500 man staat te wachten op allerlei formaliteiten, zoals formulieren invullen, zegeltjes kopen, paspoort inleveren, ergens anders weer ophalen, etc. Door al dit niet-efficiënte geklooi duurt het totaal drie uur, en dat voor een land dat zegt, "modern" te zijn.

Liberia en Santa Cruz zijn weer gewoon rustig en gezellig, Tamarindo aan de oceaan saai, en Puntarenas levendig door de haven en in het weekeinde veel mensen uit San José.

Vanuit San José een leuke dagtocht gemaakt naar de vulkaan Poas, met een enorme krater. De vulkaan is actief en spuit wolken hete stoom uit een aantal gaten. Het ruikt sterk naar Sulfer (zwavel, bedoel ik; beetje teveel Engels gepraat, de laatste tijd). Het rondje van Fortuna, Arenal (meer) Tiharan levert schitterende uitzichten op de vulkaan en het meer met dichte begroeiing.

Nu dus weer in San José voor een paar dagen. Frank gaat morgen post halen.

Nou, dat was het weer voor deze maand! Ik had nog veel meer kunnen schrijven, maar na ruim 3,5 uur vind ik het genoeg en ga een hamburger scoren bij Burger King!

CHEERS,

SJOERD

Lees verder in Deel 3



EERSTE deel openbaar vervoer in Midden Amerika
TERUG naar homepage De digitale reiziger
NAAR openbaar vervoer in ZUID-Amerika