Sjoerd Mensonides reist gedurende een halfjaar door Midden-Amerika. Hieronder volgt zijn derde reisverslag. Deze maand nu eens een keer een tochtje met een snelle boot. Verder de ongemakken van het reizen in de derde wereld: een bijna-beroving en een postjuffrouw die geheel eigen opvattingen heeft over alfabetisering.
Tela, Honduras. 17 februari 1998
11.00 a.m. 114o, 0,5 meter.
Het is hier dus een soort van heet. Gisteren in de bus hier naartoe zag ik een digitale thermometer die 114o F aangaf, kan niet, want dat is 45,5o Celsius! Hier in de schaduw van palmbomen, en met een zeewindje, gaat het prima; gewoon niet bewegen.
In San José (Costa Rica) veel brieven ontvangen. Jullie E-mails zijn ook aangekomen, maar de Email die ik verzonden hem, is weggeraakt. Geen idee waarom. In Tegucigalpa heb ik ze met veel geouwehoer nog een postpakket weten te ontfutselen. Het stond onder de P van Poste Restante, gvd! Het vrouwmens aldaar heb ik verteld dat ze beter in een blindeninstituut kon gaan werken. Een ander postpakket uit Nederland heb ik helemaal nooit gekregen.
Ik heb heel erg genoten van al jullie brieven en kaarten. Hier in Honduras alles O.K. Frank en ik hebben een wereldtijd samen; een uitzonderlijk goede reismaat. Frank is nu op weg naar La Ceiba voor een paar dagen. Daarna vlieg ik ook naar Utila ($ US 12,--). Vandaar gaan we verder naar Trujillo en dan naar Guatemala voor P. Barrios, Livingston, Poptun, Tikal en naar Belize, een prettig vooruitzicht. Voor je het weet staan we weer op Schiphol.
De reisroute, na het eiland Ometepe en San Juan del Sur in Nicaragua:
Pe~nas Blancas (Costa Rica) - La Cruz - Liberia - Santa Cruz - Tamarindo - Puntarenas - San Carlos - Fortuna - Arenal - Tilaran - Vulkaan Poas - San José - Puerto Limon - Cahuita - Puerto Viejo - Grens Panama - Almirante - Bocas del Toro eilanden - Chiriqui Grande - David - Panama City - van hier de lange weg terug naar Tegucigalpa (vliegen kost $US 300,--, te veel dus!)
Een maand lijkt kort, maar je kunt een hoop doen en dat hebben we gedaan; te veel om op te schrijven. Vandaar enkele highlights.
Costa Rica is mooi maar wat saai, te netjes, overdreven georganiseerd, geen leger sinds 1965, te duur, maar wel met 3,3 miljoen aardige mensen, het zijn schatjes.
In Costa Rica rijden geen personentreinen maar we hadden toch een trein van P. Limon naar
Cahuita. De "trein", een platte wagon zonder zijkanten en dak, brengt werkers en materiaal
naar een plek waar zo'n twee jaar geleden het spoor is weggespoeld. Het plan is: de lijn te
repareren en er weer een dienst op te zetten; het budget is er, volgens de heren. Het
spoorwegmuseum , in het station van San José, wordt volledig verbouwd en gaat weer
dienstdoen als station. In 2000 en nog wat moeten de treinen weer rijden.
Na Puerto Viejo (Oude Haven dus, in het Nederlands) gaan we naar Bocas Del Toro (Monden
van de Stier) waar we hospedaje (onderdak) vinden bij een familie. Ik heb goed contact met
Carlos Dixon, een man van 62 jaar. We hebben uren zitten praten. Hij heeft het huis zelf
gebouwd, is drie keer getrouwd, heeft 9 kinderen (de oudste is 40, de jongste 9!). We praten
over de gewoonten in zijn land en in mijn land, veel verschillen toch wel. Zo was er die dag
een begrafenis waar Carlos naar toe zou gaan. Ik mocht mee. Normaal ben ik niet zo'n
begrafenis-type, maar volgens Carlos zou het heel gezellig worden. Dat werd het ook! De
mensen zingen, dansen, lachen (oude kennissen ontmoeten) Lekker eten, bier, drank, kortom
een gezellig feestje van ca. 4 uur.
De boot van Almirante naar Chiricui Grande is heel groot en heel erg snel. Hij is voorzien van
2 motoren, elk 10 cilinders, elk 245 PK. De 2 Yamaha Salt water series III-motoren zorgen
voor een snelheid van zeker 70 kilometer per uur. Panama als land is erg mooi; Panama City
echter niet, en is bovendien bijzonder gevaarlijk., ook overdag. Ik heb kunnen voorkomen dat
ik beroofd werd, door de dief een harde elleboogstoot op zijn gezicht te geven. De man
sprong op klaarlichte dag op mijn nek en deed een greep naar mijn portemonnee. In een reflex
haal ik naar achter uit, de man gaat neer, krabbelt op en vlucht. Redelijk geschrokken drink ik
een biertje in een café. Na 10 minuten mis ik mijn brilletje; verloren gegaan tijdens het
"gevecht". Jammer.
De sluizen in het kanaal van Panama zijn groots; de passerende boten kunnen er net in. Zij
hebben ongeveer 1 meter speling met de sluiswanden, aan beide kanten. Onvoorstelbaar hoe
ze zoiets hebben kunnen graven. De schepen gaan op eigen kracht door de sluizen, maar
worden begeleid door 4 diesellocs, 2 voor en 2 achter. Dit om te voorkomen dat ze tegen de
wanden varen. Heel indrukwekkend. (Ik hoor net op de Wereldomroep dat Romme dé man is
van de Olympische Winterspelen. IJs enz. klinkt raar hier; het is hier 38o).
Frank blijft nog een dagje in Panama City; ik vertrek naar David; San Isidoro en kom na 2
dagen aan in San José. Frank heeft de hele rit in één keer gedaan; zo'n 17 uur.
Nu dus in veilig Honduras; de rest van de reis zal rustig verlopen en we komen niet meer in
"enge" landen. Frank laat post komen naar Belmopan (Belize). Doe voor mij maar Merida in
Mexico; heb ik meer vertrouwen in dan Belmopan.
In Honduras heeft men concurrentie onder de diverse busmaatschappijen. Zo krijg je op de bus van Tegucigalpa naar Comayagua een kaartje, waarop vermeld staat dat je tegen inlevering van 10 kaartjes je elfde rit gratis krijgt. Klink gek, maar een korting van 10% krijg je in Nederland volgens mij nergens. Een rit op dit traject kost f 2,10; de reis duurt 1 uur en 40 minuten over een afstand van 92 km.
Het is nu 3.30 pm; peuken zijn op, Radio Nederland is afgelopen, dorst, pijn in mijn ... van het
zitten, kortom: ik ga sluiten.
CHEERS,
SJOERD