Nr. 314 - zondag 9 november 2025 (week 45)
'De borstpartij roept vragen op'; de onbekende meester I.S.

LAATSTE ZES AFLEVERINGEN


313. TWEEDE KAMER 2025: IK STEMDE TEGEN TRUMP (02/11/2025)
312: CHATTEN MET CHATGPT: VROUWENSCHRIK OP DE VROUWENWEG? (07/09/2025)
311. 'WIJ STAAN HIER OOK MAAR'; STEPHAN BALKENHOL IN DE KUNSTHAL (06/07/2025)
310. FENIX, MIGRATIEMUSEUM IN ROTTERDAM (29/06/2025)
309. ACHTUNG! NEANDERTHHALERS IN NEANDERTHALMUSEUM (24/05/2025)
308.DE PEPER- EN ZOUTTEST: VALKUILEN BIJ EEN SOLLICITATIEGESPREK (06/04/2025)


FHM’s A-viertjes is een rubriek op de Thuispagina van Frans Mensonides, die Henk als middle name heeft en dus FHM als initialen.
FHM’s verschijnt altjd op zondag, maar niet elke zondag




Kop van een oude vrouw (ca. 1645-1648)



Stedelijk Museum De Lakenhal in Leiden wijdt deze herfst een tentoonstelling aan een schilder(es) uit de Gouden Eeuw, van wie we de naam niet weten. Hij/zij signeerde zijn/haar  werken alleen met zijn/haar initialen: I.S. (of J.S.; de I en de J werden nogal eens door elkaar gebruikt) en soms een jaartal.
 
Deze grote onbekende liet een oeuvre na dat bescheiden is van omvang maar hoog van kwaliteit. Het bestaat voornamelijk uit ‘tronies’, portretten in buste-formaat, van modellen van wie we de naam net zomin kennen als die van de schilder.

Tronies werden meestal niet in opdracht gemaakt. De meester die onderwerp is van deze tentoonstelling, gaf zijn koppen genadeloos weer zoals ze waren, met bijna fotografische precisie, met rimpels en soms knap onsmakelijke bulten en andere afwijkingen. Zoals de man op rechts op de foto hieronder, met een enorm gezwel op de neus. De man links heeft een blind oog.

Een pure realist. Die zijn modellen nogal uitheemse hoofddeksels liet dragen en al even uitheemse kleding. Ze doen kenners denken aan wat in tijd mode was aan de boorden van de Oostzee. Dus was die schilder misschien uit die contreien afkomstig??

Omdat ook anonieme kunstenaars bij een naam genoemd moeten worden, krijgen ze een ‘noodnaam’, een omschrijving in plaats van een echte naam. Zo staat deze schilder bekend als ‘Meester I.S’.

Alles rond deze man of vrouw is omhuld met nevelen. Zelfs of hij wel een van beide was, daar kan aan getwijfeld  worden. Ik noem hem in de rest van dit stukje voor het gemak maar hij; ik voel trouwens intuïtief aan dat het een man was.

En van mijn intuïtie moet ik het, als leek, wel hebben op deze tentoonstelling. Het museum roept de bezoekers op om mee te denken over de vele vragen rond deze kunstenaar die nog onbeantwoord gebleven zijn. Maar dat is toch vooral voer voor kunsthistorici.

Of ze aan mijn expertise veel hebben, waag ik te betwijfelen. Ik heb, zoals de trouwe lezer weet, doorgeleerd in de taal en literatuur (dooie dichters, zoals ik het altijd allitererend samenvat), al lees ik nooit meer een boek en al gaat mijn interesse de laatste jaren vooral uit naar beeldende kunst. Achteraf (kijk je een koe in de kont, maar) had ik misschien beter kunstgeschiedenis kunnen gaan doen; daar kun je je naar verluidt ook voor inschrijven als je zelf geen kwast kunt vasthouden. Zo kun je ook studeren in dichters als je zelf nooit meer poëzie hebt afgescheiden dan sinterklaasrijmen.

Naamloze artiesten uit de 17e eeuw zijn erg zeldzaam in hedendaagse musea. De Wikipedia bevat een heel lange pagina met noodnamen van kunstenaars. De overgrote meerderheid daarvan was werkzaam in de 15e eeuw, een tijdperk waarin blijkbaar erg veel geschilderd werd, maar lang niet iedereen zijn volledige naam erop zette. 

En onze ‘Meester I.S.’ staat dan niet eens op die Wiki-pagina met anonymi, ook niet op de Duitse en Engelse versie ervan. Wie ben je nou eigenlijk helemaal geweest, als je niet eens op de Wiki staat? En wat weten we nu wél over de Meester I.S.?

In ieder geval dat zijn schilderijen dateren uit de periode 1633-1658. En dat ze in dezelfde stijl zijn als die van 3 Leidse schilders: Rembrandt van Rijn (1606-1669), zijn kunstbroeder Jan Lievens (1607-1674) en zijn leerling Gerard Dou (1613-1675).

Het ligt voor de hand dat ook die mysterieuze I.S. gewerkt heeft in Leiden. Maar is hij er geboren, heeft hij misschien met Rembrandt, Lievens of Dou op school gezeten? Of was hij geboren en getogen in Polen, Litouwen, Zweden of ergens in die contreien, waar de mensen gekleed waren zoals op zijn schilderijen? En zo ja, wat kwam hij dan doen in Leiden? Studeerde hij hier? Heeft hij hier ooit gewoond, of was hij er alleen op studiereis?

Of was hij een koopman? Er vond in die tijd een zeer levendige handel plaats tussen de Republiek der Nederlanden en het Oostzeegebied. Met Nederlands kon je je tot in Riga verstaanbaar maken. De Oostzeehandel werd zelfs de moedernegotie genoemd, de moeder van alle handel. Daar kwam het grote geld vandaan, niet van de slavenhandel, zoals sommigen ons in de huidige tijd trachten te doen geloven.



Man met een blind oog (ca. 1653-1655) - Portret van een oude vrouw (1651) – Man met een gezwel op zijn neus (1645)

Vragen te over, over die bijzondere kunstenaar I.S.! Maar laten we liever naar zijn schilderijen kijken. Ze hangen in één zaal, in stemmig blauw licht. De Lakenhal heeft er slechts 15 bijeen kunnen brengen uit alle hoeken en gaten van de wereld. Dat is ongeveer de helft van zijn oeuvre, waarvan bovendien veel verloren is gegaan; werken die ooit beschreven of gekopieerd zijn, maar nu van de aardbodem verdwenen lijken te zijn.

Vrij mager voor een tentoonstelling, dus heeft men hem aangevuld met werken van Rembrandt, Lievens en Dou, die er naadloos tussen passen qua stijl.






Jonge geleerde halfnaakt (1638)

Dit is wel het merkwaardigste schilderij uit de collectie. Het is een man met borsten of een vrouw met snor; zeg het maar!

Mannenborsten bestaan wel. Ze zijn soms het gevolg van het slikken van anabole steroïden, maar die had je niet in de Gouden Eeuw. Maar er bestaat ook een hormoonaandoening die gynaecomastie heet en borstvorming veroorzaakt bij mannen. En borstgroei kan ook het gevolg zijn van obesitas, als het vet zich bij wijze van uitzondering niet ophoopt als ‘zwembandje’, maar in de borststreek. De tentoonstellingstekst vermeldt wollig: ‘De borstpartij roept vragen op over gender en identiteit’.

De student op het schilderij verkeert duidelijk in studiestress. De pagina’s uit zijn studieboek heeft hij verkreukeld en er ligt een vel met aantekeningen (?) verfrommeld op de grond tussen ondefinieerbare troep. Zijn gelaat verraadt moedeloosheid.

Er is wel gesuggereerd dat dit een zelfportret is. Op de tentoonstelling hangen naast elkaar 3 oude foto’s van schilderijen waarvan niemand weet waar ze op het ogenblik zijn. Daar staan 3 mannen op die wel wat op deze student lijken. Maar ik vind de gelijkenis niet echt 100% overtuigend.



Dan nu maar de conclusie. Wat zeg mijn intuïtie me? Zoals al gezegd dat Meester I.S. een man was, want dat waren verreweg de meeste schilders in die tijd. Hij was zeker niet tweeslachtig, of iets in dat spectrum. Want als je dat indertijd openlijk etaleerde, eindigde je meestal op de kermis, in de kerker, of op de brandstapel.

Hij kwam niet uit Leiden; dat voel ik intuïtief haarfijn aan, als Leidenaar die zelf import is. Hij was een rijke man, geboren en getogen in het Oostzeegebied, en naar Leiden gelokt door zijn interesse in de schilderkunst. Vermoedelijk geen koopman, want die hebben weinig tijd om te schilderen; tijd was ook toen al geld. Vast geen student; uit dat studentenportret blijkt geen groot enthousiasme voor studie.

Een professionele schilder was hij ook niet, anders had hij wel een groter en veelzijdiger oeuvre nagelaten, en had hij wel in opdracht geïdealiseerde portretten geschilderd van de rijkaards. Een pure amateur, dus, met een opvallend talent voor tronies. En als hij geen professional was en ook geen koopman, dan zal hij wel veel eigen geld om handen gehad hebben, dus vandaar: ‘een rijke man’.
 
Dat schilderij van die student, inclusief de mannenborsten: een goeie grap; niet meer en niet minder.

Zo zit dat, en niet anders! Maar ik verruil mijn mening graag voor een betere. Dat is trouwens altijd zo, ook als ik het er niet expliciet bij zeg.

Mijn stukje, door een leek, en de foto’s die ik gemaakt heb op de tentoonstelling doen beslist geen recht aan deze onbekend gebleven meester. Je kunt zijn werken beter live komen bekijken in Leiden. Dat kan nog tot/met zondag 8 maart 2026.

FHM
9 november 2025
Er geweest: dinsdag 28 oktober 2025


Meer op FHM’s  uit de Lakenhal:

Worstelen met De Stijl van Theo van Doesburg (2010)

Lakenhal Leiden: tentoonstelling in corona-tijd over Pilgrims (2020)







© Frans Mensonides, Leiden, 2025