Constantijn Huygens, De gezant (vertaling)

Zedeprinten Startpagina <<< De gezant (inleiding) <<<

De originele tekst, uitgegeven naar het handschrift van Constantijn Huygens (Universiteit Leiden)

De gezant

(r. 1 ) Hij is een fatsoenlijke spion, de behartiger van onze belangen in het buitenland, maar een levensgevaarlijke medeburger als anderen hem naar ons land zenden. Hij is de lange arm van een vorst, een ongenode gast aan tafel, die toch aanspraak kan maken op een ereplaats. Hij heeft vrij uitzicht op landerijen, overpad over erven, en mag zich in het hele land vrijuit bewegen. Hij is een oog, ingehuurd om te zien, en daarom op een hoge post geplaatst. Als hij sluimert, wordt hij berispt; slapen wordt hem nooit vergeven.

Gezant: gevaarlijk beroep in een roerige eeuw

(r. 9) Hij is de buikspreekpop van de vorst die hem gezonden heeft. Met één pennenstreek kan die hem de mond snoeren, hem van zijn taak ontheffen en hem terugroepen. In het buitenland is hij een heilige en dwingt zijn ambtsgewaad respect af. Thuis zal hij een blok aan het been zijn en spoedig verdwijnen in de vergetelheid. Is hij in den vreemde nog een mens, in eigen land verwordt hij al snel tot een wandelend geraamte.

(r.14) Hij is een bode zonder bus, een onbeschaamde pleitbezorger, een schildwacht buiten de wal, een nachtwaker overdag. Hij is een balling die zijn thuisland liever nooit meer zou zien. In ruil voor een maandsalaris hangt hij de koning uit. Hij neemt het er goed van, op kosten van zijn vorst. Al zijn landgenoten staat hij met raad en daad terzijde. Hij is een machtig advocaat die eist dat er onmiddellijk recht wordt gedaan, anders zullen er vergeldingsmaatregelen volgen.

Luit spelen voor de koning: De avonturen van Constantijn Huygens

(r. 21) Ja, hij is een gevaarlijk wapen waar prinsen graag mee steken. Maar tegenmaatregelen blijven niet uit: iedere vorst zendt zijn buurvorsten de verspieders op het dak waardoor hij zelf in eigen land gekweld wordt. (r. 24)

* * *

Den Haag, 18 augustus 1623

Onvoltooid; niets aan toe te voegen

Gebruikte annotaties

C. Huygens, Koren-bloemen. Nederlandsche gedichten. Met ophelderende aanteekeningen van Mr. W. Bilderdijk. Vijfde deel. Aanteekeningen. Leiden 1825. p. 95-96.

C. Huygens, Zedeprinten, vermeerderd met de tot dusver onuitgegeven print van ‘Een professor’ en van inleiding en aanteekeningen voorzien door H.J. Eijmael (…). Groningen 1891. p. 61-63.