De digitale reiziger presenteert:
Vier lijnen één
Amsterdam - Rotterdam - Den Haag - Utrecht Lijn 1 van de HTM (Scheveningen Noorderstrand - Delft Abtwoudsepark) is niet alleen
de langste tramlijn van Nederland, maar ook een van de oudste. Al zo'n 130 jaar zijn de
centra van Den Haag en Delft per tram met elkaar verbonden. Bij de reorganisatie van
het tramnet in 1983 werd de tram doorgetrokken van Den Haag Turfmarkt naar
Scheveningen. In augustus 1994 volgde eindelijk de al vele malen uitgestelde verlenging
naar Delft Zuid. Het traject is nu twintig kilometer lang: een afstand die doorgaans
wordt afgelegd in iets minder dan een uur. Nog een superlatief: lijn 1 is de leukste
tramlijn van Nederland. Althans, dit staat vermeld op grote reclameborden boven de
ramen. Hoe leuk is lijn 1? Lees mee!
De keerlus van lijn 1 ligt in het uiterste zuiden van Delft: in het Abtwoudsepark, een groenstrook tussen de twee helften van de wijk Tanthof. Ook enkele ZWN-lijnen vinden hier hun eindpunt. Volgens het bordje bij de halte vertrekt de tram om 13.43. Precies op tijd komt hij voorrijden. Het is er een van de rode 3000-serie, nog altijd het summum van wat er in Nederland op tramgebied rondrijdt, al zijn de wagens inmiddels al meer dan 15 jaar op de baan. De blauwe trams van de 3100-serie, die enkele jaren geleden de oude PCC's verdrongen, scoren toch ietsje minder qua rijeigenschappen. En dan die met een knal openslaande deuren; nee.
In Tanthof rijdt de tram op vrije baan: een brede groenstrook die zich voortslingert tussen de huizenrijen. Het bejaardentehuis in de wijk Buitenhof ligt bij een vijver en heet dan ook Vijverhof. Weinig origineel, maar altijd nog beter dan Avondzon.
Bij het winkelcentrum In De Hoven stappen de eerste passagiers al uit. Weinigen zullen vanaf Delft Zuid doorrijden naar Den Haag of Scheveningen. Lijn 1 heeft in Delft vooral de functie van stadslijn. Tot en met de halte Krakeelpolderweg, de laatste stop voor het station, zie ik in totaal 36 mensen instappen. Een stadsbus zou met dat aantal aardig gevuld zijn, maar in deze trams met ca. 80 zit- en 100 staanplaatsen zinken zij in het niet. Ook gedurende de rest van de rit zal de tram niet echt vol worden. Dit neemt niet weg dat de passagiersaantallen in Delft Zuid de prognoses ruim overtreffen. Er worden nu op het 4½ kilometer lange traject Tanthof - Delft NS, zo'n 7500 reizigers per dag vervoerd.
In 1996, Delft's 150ste lustrumjaar, verhoogde de HTM de frequentie van de tramlijn op maandag t/m vrijdag overdag, "tijdelijk" van een kwartier- naar een tien minutendienst. Dit ten behoeve van de vele bezoekers van de jubileum-festiviteiten. Na de zomer bleef de 10-minutendienst gehandhaafd, waarmee lijn 1 veranderde van een streeklijn in een echte stadslijn.
De tram bereikt het Delftse station binnen 11 minuten na het vertrek van Tanthof. De Phoenixstraat wordt gedomineerd door een lelijk betonnen spoorviadukt. Smeekbeden van de gemeente aan mevr. Jorritsma hebben tot dusverre niet mogen baten: voorlopig komt er geen spoortunnel onder Delft.
Om precies 14.00 uur rijden we Delft uit en Rijswijk binnen. Dit gedeelte van de route heeft een landelijk karakter. Aan de overkant van de Vliet, waar de tram met zo'n 60 km per uur langsraast, zien we eeuwenoude boerderijen en een poldergemaal. Aan deze kant is een verffabriek; we zitten nog steeds in de Randstad. Spoorbomen bewaken de weg naar de golfbaan. Ooit heette dit een "intercommunale" tramlijn; hij werd gereden met een afwijkend materieeltype.
Voorbij de Vlietbrug doemen de contouren op van industrieterrein Plaspoelpolder. Zo'n tien
jaar geleden bestonden er plannen om de route van lijn 1 te verleggen naar de Plaspoelpolder.
Deze plannen zijn inmiddels alweer vergeten. Een goede zaak, want de route langs de oude
dorpskern van Rijswijk zal in de loop van een dag toch meer passagiers trekken dan het
spitsvervoer naar het industrieterrein. De Plaspoelpolder krijgt eind 1998 toch zijn
tramverbinding, dank zij lijn 17 (Den Haag CS - Wateringen). Ook aan onze kant van de Vliet
rukken de kantoren op. We passeren het 17e eeuwse buiten Oversteen, dat nu geheel omringd
is door moderne bouwwerken.
De Herenstraat in Rijswijk ligt op de helft op de route. Dit is een tijdhalte, voor zover ik weet de enige in het Haagse tramnet. Hier moet de tram wachten op de juiste vertrektijd, iets dat naar mijn waarneming zelden gebeurt. Mijn tram vertrekt om 14.09; toevallig precies op tijd.
Op de Rijswijkse weg in den Haag deelt lijn 1 de rails met nummer 10 (Statenkwartier - Voorburg). De tram is hier populair. De meeste mensen nemen gewoon de eerste lijn die arriveert, hetgeen onderstreept dat er ook op lange tramlijnen meestal korte afstanden worden afgelegd.
Het wordt iets drukker. Drie brugpiepers met beugelbekkies hebben gillend plezier. Aan de rest van de passagiers is het niet af te zien dat ze zich in de leukste lijn van Nederland bevinden.
Lijn 1 brengt je net niet waar je wezen moet. Station HS is ruim 5 minuten lopen van de halte Rijswijkseplein, en ook het winkelhart van Den Haag wordt met een grote omtrekkende beweging omzeild. Het is wel bevorderlijk voor de snelheid.
Bij Centraal station loopt de tram leeg. De rit tussen Delft NS en Den Haag CS heeft niet veel langer geduurd dan 25 minuten. De tram is op dit traject bijna een concurrent van de trein.
Tussen het Rijswijkseplein en Scheveningen rijdt lijn 1 dezelfde route als lijn 9 uit Vrederust. De frequentie van 9 is vorig jaar drastisch ingekrompen. Lijn 9 is over zijn gehele traject gebundeld met andere lijnen. Vertel het maar niet aan het stadsgewest Haaglanden, want dan zou de voorbarige conclusie dat lijn 9 kennelijk overbodig is, wel eens heel erg snel getrokken kunnen worden.
Het passagiersaanbod van lijn 1 op het traject CS - Scheveningen, over het hele jaar gerekend, bestaat voornamelijk uit toeristen en forenzen. Het mag geen verwondering wekken dat de tram, op een donkere vrijdagmiddag rond halfdrie, vrijwel leeg is. Er is alleen nog een handjevol deftige dames met natuurlijk de nodige tijgervellen. Zij zijn op weg naar de Archipelbuurt en de Scheveningse wijk Belgisch Park, buurten met onbetaalbare woningen, waar de autochtonen langzamerhand zijn verdrongen door de werknemers van ambassades, instanties en adviesbureau's.
De doorstroming van de tram is nu nog redelijk. Tegen de tijd dat de spits losbreekt, wordt de prioriteit van de tram verlaagd. Een ritje Scheveningen - CS kan dan met gemak twintig minuten duren.
Bij de halte Riouwstraat rijden we de vierde zone van deze rit binnen. Uitzicht op de natuur: het hoge duin van het Hubertuspark. Doorsneden met een ingewikkeld stelsel van verkeerswegen en fly-overs, dat wel. Madurodam zit nog dicht.
We bolderen over de Nieuwe Parklaan langs het Westbroekpark met zijn fraaie doorkijkjes. Ooit lag 100 meter ten noordoosten van hier, in de Nieuwe Scheveningse bosjes, een trambaan van de NZH. In 1957 vond iemand het begrip parallelliteit uit en de NZH-lijn werd opgeheven. Als ik er al eens heb ingezeten, moet het in een reiswieg geweest zijn. Oplettende boswandelaars kunnen nu nog steeds zien waar de baan gelegen heeft.
Bij het Kurhaus stappen de meeste nog overgebleven passagiers uit. Het stukje naar het Noorderstrand ervaar ik altijd als een toegift. Het eindpunt van de lijnen 1, 8, 9, 14 en 22 ligt in een uitgraving tussen de duinen. Om 14.37 stap ik uit. Ik heb een rit gemaakt door een aantrekkelijk en gevarieerd stukje Randstad. Een leuke lijn.