Vier keer lijn één
De stadsvervoerbedrijven van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht vervoeren
elke dag gezamenlijk bijna de helft van de totale klandizie van het OV in Nederland. In
de pers valt de aandacht vooral op de grote infrastructuurplannen: de Randstadrail, het
Sternet en wat er verder nog aan moois op de tekentafel ligt. "De digitale reiziger"
echter verdiepte zich - zoals gewoonlijk - in de praktijk. In de vier stadsvervoergebieden
rijden, alles bij elkaar opgeteld, 10 metro- en / of sneltramlijnen, 38 gewone tramlijnen
en pak'm'beet een kleine 100 stadsbuslijnen. Teveel om allemaal te bereizen. Wij namen
een selecte steekproef, bestaande uit alle lijnen 1. Vier geheel verschillende ervaringen;
vier geheel verschillende stukjes.
GVB: Amsterdam CS - Osdorp. Schermutselingen op het Dijkgraafplein, de buslobby, referenda, een sneltram-op-maaiveld-avant-la-lettre, Jongeheer Testa: in dit stukje wordt alle ellende van het hoofdstedelijk openbaar vervoer over je heen gestort.
RET: Rotterdam CS - Schiedam Woudhoek Over de Rotterdamse tram kun je niet veel meer vermelden dan dat hij mensen vervoert. Erg veel mensen. Er valt weinig te klagen. De klantvriendelijkheid van de RET is groot; soms bijna op het hinderlijke af.
HTM: Delft Tanthof - Scheveningen De leukste, oudste, langste, snelste en meest intercommunale lijn die wij genomen hebben. Niet de drukste, maar dat lag aan het tijdstip van de dag en het seizoen.
GVU: Utrecht Lunetten NS - Overvecht Noord Geen tram, maar een bus. Wie haast heeft kan in Utrecht beter gaan fietsen, wie geen haast heeft kan beter gaan wandelen. Een kronkelige tocht. Veel omwegen; veel uitweidingen. Wandel mee!
31 maart 1997.
Terug naar Homepage van De digitale reiziger