Hieronder
fragmenten uit het dagboek dat mijn grootmoeder,
Clara Lamberts-Gijzen, bijhield in de zwarte periode die de
geschiedenis zou
ingaan als de Hongerwinter. Het dagboek begint op 11 september 1944,
tijdens operatie Market Garden, en eindigt op 21 mei 1945, als ons land twee weken
bevrijd is,
de Canadezen hun intocht gemaakt hebben en de foute Nederlanders zijn
opgepakt.
Mijn
oma hield het dagboek aanvankelijk vooral bij om alle
feiten vast te leggen over de strijd tussen de geallieerden en de
Duitsers, waarvan
zij op de hoogte was via de clandestiene zender Radio Oranje en via
illegale krantjes
die door het verzet werden verspreid. De door de Duitsers
gecontroleerde media
gaven vanzelfsprekend geen betrouwbaar beeld van de situatie aan het
front. Ik
vermoed dat mijn oma die oorlogsfeiten zo nauwgezet optekende om ze
door te kunnen
geven aan vrienden en kennissen die niet meer in het bezit waren van
een radio.
Daarnaast
bevat het dagboek meldingen van vliegtuigbewegingen
boven haar woonplaats Leiden en bombardementen in de regio. Naarmate de
Hongerwinter en het dagboek vorderen, komen we ook steeds meer te weten
over de
nijpende voedselsituatie in haar gezin. Dat bestond naast haarzelf uit
haar
man, Henk Lamberts, en hun enige dochter Lia, mijn moeder. De stijl van
het
dagboek verschuift langzaam van zakelijk en objectief naar emotioneel
en
wanhopig.
Mijn grootmoeder was in de Hongerwinter 48 jaar oud. Mijn grootvader zou op 27 april 1945, een ruime week voor de bevrijding, Abraham zien, een verjaardag die noodgedwongen op zeer sobere wijze gevierd werd: met één pannenkoekje. Hij was architect, en was in die tijd werkzaam bij de afdeling Gemeentewerken op het Stadhuis van Leiden. Mijn moeder vierde op 2 maart 1945 haar 17e verjaardag, en deed dat tijdens een langdurig verblijf bij haar grootvader en tante in Apeldoorn, waar wél voldoende voedsel voorhanden was. Zij zat in de vierde klas van de Middelbare Meisjesschool (‘Meisjes-HBS’) op de Garenmarkt in Leiden. Het gezin woonde in die stad in de Professorenwijk, op het adres Zeemanlaan 45.
Ik
vond het dagboek bij het opruimen van oude paparassen en
spullen van mijn moeder, die in het voorjaar van 2013 verhuisd is naar een
woonzorgcentrum. Het dagboek bestaat uit drie schoolschriften
met elk 36
pagina’s. De tekst is met inkt geschreven in een regelmatig
handschrift, met
opvallend weinig doorhalingen en verbeteringen. Van het laatste cahier,
dat de
periode van kort na de bevrijding beschrijft, zijn 10 pagina’s gevuld.
Het
papier en de inkt zijn van goede kwaliteit. Mede daarom
vermoed ik, dat mijn oma het dagboek na de oorlog heeft overgeschreven
in het
net. De dagen van maart 1945 staan in de verkeerde volgorde: 23 maart
staat
vóór 6 en 8 maart. Ook dat duidt erop dat dit dagboek de tweede versie
is. Het
oorspronkelijke dagboek bestond mogelijk uit slecht papier, bij
carbidlamp of
oliepitje beschreven met slechte inkt, in een moeilijk leesbaar
handschrift.
Ik
heb hieronder ruim uit het dagboek geciteerd, en heb daarmee
ongeveer 70% van de tekst gepubliceerd. Daarbij heb ik vooral de
fragmenten gekozen over de situatie in mijn grootmoeders eigen gezin.
Die
vormen een aangrijpend egodocument. De feiten over de oorlog, die zij
meestal
zonder eigen commentaar optekende, kunnen gemakkelijk nageslagen worden
in de
vele geschiedeniswerken over die periode, en ik heb ze dan ook
grotendeels
weggelaten.
Aan
de spelling van het dagboek heb ik weinig veranderd.
Mijn oma gebruikte de spelling van De Vries en Te Winkel, maar niet
helemaal
consequent; soms schrijft ze ‘mensen’ in plaats van ‘menschen’. Ik heb
me er
verder maar niet in verdiept, en alleen evidente spelfouten
gecorrigeerd.
Hier
en daar heb ik voor de leesbaarheid de woordvolgorde
wat aangepast, leestekens toegevoegd of verwijderd, of een enkel
taalfoutje
verbeterd. Daarop valt mijn grootmoeder niet vaak te betrappen. Ze
schreef goed
verzorgd Nederlands, zeker voor iemand die niet veel meer opleiding
genoten had
dan zes jaar lagere school. De alineëring heb ik aangepast aan de eisen
die het
lezen vanaf beeldscherm stelt. De koppen per kalendermaand en de
afbeeldingen heb
ik zelf toegevoegd.
Ik
heb het verslag verder aangevuld met uitspraken en
verhalen die ik ooit gehoord heb van mijn moeder of oma (mijn
grootvader sprak
zelden over vroeger, en helemaal nooit over de oorlog). Deze
uitspraken, en
andere uitleg en aanvullingen mijnerzijds, staan geschreven in
kleinere, blauwe letters.
Nog
iets meer
over dit oorlogsdocument in mijn rubriek FHM’s
A-viertjes.
Frans Mensonides
3 november 2013
Laatste aanpassing: 27 februari 2015
Bronnen (o.a):
Alphons Siebelt, Gids voor Leiden in
de Tweede Wereldoorlog;
beschreven in 650 adressen.
Leiden 2011
Jaarboekje
voor geschiedenis en oudheidkunde van Leiden en Omstreken 1946
M.G.
Verwey, Leiden in Bezettingstijd.
Herinneringen van een gemeentebestuurder. Leiden 1946.
Oktober 1944: Toenemend gebrek
November 1944: Het licht gaat uit
December 1944: Hongertocht;
bombardementen
Januari 1945: Honger in het westen
Februari 1945: Alleen achergebleven
Maart 1945: Aftocht der Duitsers?
April 1945: Hongerend naar het einde
Mei 1945: Vrij!!
Geallieerde legers staan voor de
Nederlandsche grens. Op den
dag de geheele dag groote activiteit in de lucht, boven Leiden.
Woensdag
13 september
Om 2.30 luchtalarm boven Leiden.
Wassenaar gebombardeerd.
Dinsdag
19 September
Vanmiddag 12 uur bloedige
straatgevechten in de buitenwijken
van Eindhoven. Opnieuw overal in Nederland valschermjagers neergelaten.
De
Duitsers vernielen in groote haast overal de bruggen in Nederland.
Vanavond 7 uur. Het 2de Britse leger
heeft Eindhoven bevrijd.
Er wordt nu gevochten bij het Wilhelminakanaal.
Richting Arnhem en Nijmegen zijn weer
nieuwe valschermjagers
neergelaten. Er wordt gesproken over de zinlooze vernielingen die de
Duitsers
aanrichten.
Vanavond 8 uur. De geallieerde legers
staan 4 K.M. vóór
Nijmegen. Ze zijn in 5 uur tijd 48 K.M. opgerukt.
Vandaag geen luchtalarm boven Leiden.
Rustige dag geweest.
De plaatsen Aalst, Simpelveld
en Geldrop zijn bevrijd.
Vrijdag
22 September
Nijmegen is van Duitsers gezuiverd en
bevrijd.
Er woedt een vreeselijke strijd om
Arnhem. Sedert drie dagen
wordt deze stad beschoten en staat bijna geheel in brand. De toestand
is critiek.
Wanneer de geallieerden niet spoedig versterkingen krijgen, kunnen de
landingstroepen het niet meer houden.
De versterkingen zijn op weg, en wij
hoopen dat deze nog op
tijd zullen komen. Rustig in Leiden. Geen luchtalarm.
Dinsdag
26 September
Nog steeds hevige strijd in Arnhem. Er worden voorlopig geen berichten meer gegeven. Boven Leiden is een vliegtuig in brand geschoten. Wij zagen 6 parachutisten in de lucht. Verder rustig geweest. Helmond is bevrijd.
’
Woensdag 27 September
In Arnhem en Oosterbeek hebben de
geallieerde troepen zich na
tien dagen harde strijd terug moeten trekken. Wij zijn allen zeer onder
de
indruk en het is de menschen aan te zien wat een vreeselijke
teleurstelling dat
is. De bevrijding is in onze gedachten verder weg dan ooit.
Donderdag
28 September
Rustig boven Leiden, geen luchtalarm.
Het gasrantsoen is nu
maar 1 maal per dag van ’s avonds 5 tot 7 uur. Zondag a.s. den 1ste
October
moeten wij het eten halen in de gaarkeuken van de gemeente. Het gas
wordt dan geheel
afgesneden.
Maandag
2 October
De toestand in ons land is critiek.
Er zijn geen brandstoffen
meer en de voedselvoorziening wordt steeds nijpender. We eten nu van de
stadsgaarkeuken. Morgen wordt het gas afgesneden.
Het voedsel van ‘de gaarkeuken’ werd bereid op drie plekken in de stad en uitgedeeld op verschillende locaties. Deelnemers aan dit voedselprogramma – en dat waren de meerderheid van de Leidenaars, niet minder dan 50.000 personen – konden in ruil voor hun voedseldistributiebonnen een soort knipkaart (?) kopen. De hoeveelheid voedsel die de gaarkeukens verstrekten, werd uitgedrukt in liter per persoon, wat niet veel goeds beloofde: geen vast voedsel, en volgens mijn moeder meestal niet meer dan een waterige soep.
Bij welk distributiepunt zij het pannetje eten voor het gezin in ontvangst namen, vermeldt het dagboek niet. Het dichtstbijzijnde was het voormalige Joodse Weeshuis op de Roodenburgerstraat. Dat gebouw stond leeg, daar de bewoners ervan op 17 maart 1943 in het holst van de nacht waren weggevoerd naar de vernietigingskampen. In december werd deze gaarkeuken gesloten. Daarna zal mijn grootmoeder gebruik hebben gemaakt van die in de ’Jongens-H.B.S.’ op de Burggravenlaan of de ‘Meisjes-H.B.S.’ op de Garenmarkt, waar mijn moeder schoolging. Volgens mijn moeder (wier getuigenissen over gebeurtenissen van 70 jaar geleden betrouwbaarder zijn dan die over de afgelopen 24 uur) veranderden de locaties van de gaarkeukens voortdurend, en was er ook enige tijd een in of bij het gymnasium op de Fruinlaan.
Zaterdag
7 October
Vanmiddag om ongeveer half twee zijn
1400 bommenwerpers over
Leiden gevlogen richting Duitsland. Het was zoo’n zwaar gedreun in de
lucht dat
ramen en deuren van ons huis trilden.
Zondag
15 October
De nood in ons land is hoog gestegen.
Er wordt vandaag in
ons land en ook in Engeland een biddag gehouden voor de groote nood die
in ons
land is. Wij hebben nu enkel ‘s avonds electra van half zes tot ‘s
morgens 7
uur.
Gids voor Leiden in
de Tweede Wereldoorlog;
beschreven in 650 adressen
Donderdag
19 October
Wij zijn vandaag alle drie ingeënt
voor Buiktyphus. Lia is
twee dagen ziek geweest.
Met het eten en de kolen is het
slecht. Wij hebben nog 3 mud
kolen *, waarmede
wij de winter door moeten komen, en die we ook voor
kookdoeleinden moeten gebruiken. Het
eten wordt slecht, uit de centrale keuken. Wij krijgen per week 5 x
soep, 1 x
pap en ‘s Zondags kool doorelkaar. Het eten wordt nu ½ liter per
persoon en per
dag. Het was eerst ¾ liter p.p.
Woensdag
24 October
Op 19 October is een groot huis aan
de Lammenschansweg de
lucht ingeblazen. Er zou een geheime zender in gevonden zijn. Wij
hebben in ons
huis de ramen nog moeten verzekeren vanwege de luchtdruk.
De aardappelen zijn reeds f 150,= per
mud *
Vrijdag
27 October
Er stijgen weer geregeld V.1.’s
op. De startbanen
zitten dicht bij Leiden.
Wij zijn vandaag voor de tweede keer
ingeënt. Lia is nu
goed, doch ik ben beroerd.
Wij hebben vandaag gelukkig hout
kunnen krijgen à 30 cent
per kilo. We hebben 400 kilo genomen. Wij hadden nog 4 mud antraciet *, daar
moeten wij de winter mee door, dus waren wij erg blij, dat wij dat hout
konden
krijgen.
Zaterdag
28 October
Veel V.1 in de lucht. Verschillende
ontploften niet in de
lucht, maar kwamen hier in de omtrek neer.
.
Zaterdag
4 November
Er wordt zwaar gevochten in
Middelburg. Vlissingen is geheel
bevrijd.
De plaatsen Fijnaart, Steenbergen en
Terheijden zijn
bevrijd.
Vandaag erg rumoerig boven Leiden.
Veel vliegtuigen en zwaar
afweergeschut. Er werden vandaag weer fietsen gestolen; op de
Lammenschansweg
zijn de Duitsers huis aan huis geweest om fietsen te vorderen.
Lia heeft vandaag 3 uur gefietst en
kwam met 1 liter melk
thuis waar wij erg blij mee waren.
Wij hebben vandaag gelukkig weer voor f 50.= brandhout gekregen en
hebben nu
gelukkig brandstof voor ongeveer 4 maanden.
Mijn moeder vertelt nog regelmatig over haar fietstochten voor melk: ‘Ik reed naar boeren in de omgeving, in Zoeterwoude, Gelderswoude, Weipoort en ook wel in Hazerswoude. Ik ruilde vaak groenteafval, dat ze dan als veevoer gebruikten, voor wat melk. Ik deed er ook wel bladeren bij, dat het wat meer leek. En dan stond ik uren in de rij. Die boer moest eerst nog lunchen, en een dutje doen, en daarna kwam hij pas naar buiten. Een keer zei zo’n boer, toen hij mijn ruilwaren zag: “Het benne allemaal blaaien, juf!” En ik zei: “Man, we hébben gewoon niks meer!” Toen kreeg ik toch nog een half litertje melk, vooral uit medelijden, geloof ik’.
De toestand wordt steeds nijpender.
We wegen nu dagelijks de
aardappelen, om het wat langer te rekken. Wij eten nu 3 kilo per dag
maar wij
lusten wel 4 kilo per dag. Ons rantsoen is nu 2 kilo per week p.p. Melk
¼ liter
per dag, brood 1800 gr. per week p.p., peulvruchten ½ pond per maand,
grutterswaren ½ pond per maand. Boter ½ pond per 12 dagen, kaas 1 ons
per 14 dagen,
jam 175 gram per 14 dagen. Suiker was altijd ½ pond per 14 dagen (nu
niets meer).
Vleesch 100 gram per week (alles per persoon).
Maandag
6 November
Rustig boven Leiden, wel worden er
veel V.1.’s opgelaten.
Er zijn vandaag in de stad
aanplakbiljetten opgehangen. Wij
moeten nu heerenondergoed en -bovengoed inleveren voor een waarde van f
72,50.
Als men nagaat dat er voor 1 heerenoverhemd ongeveer f 90 a 100,=
betaald wordt
en voor een katoenen pullover f 120, kan men nagaan, wat men aan
kleedingstukken
in moet leveren om aan dat bedrag te komen.
Dinsdag
7 November
Rustig boven Leiden.
Vandaag hebben wij in moeten leveren:
1 wollen deken, 1
regenjas, 2 paar wollen sokken en 2 vesten. Voor de kapitale som van f
72,50.
Geld moeten we nog krijgen.
Wij hebben met inleveren kans gezien,
om onder de handen van
de Duitsers door de regenjas nog te redden.
Woensdag
8 November
Vandaag hebben wij huiszoeking gehad
van Duitsers. Het waren
nog al gemoedelijke kerels, ze gingen gauw weer weg.
Vrijdag
10 November
Vandaag zijn de nieuwe bonnen
uitgekomen, en alle
levensmiddelen zijn weer verminderd. Brood minder: 400 gram per week
p.p.,
boter 125 gr. voor 14 dagen. Er is nergens boter of vet te krijgen.
Verleden
jaar, 1943, hebben wij 1 snoepbon gehad. Nu vandaag kregen wij weer één
bon de
persoon, maar er is nergens snoep te krijgen.
Donderdag
16 November
Rustig boven Leiden. Er kwam
vanmiddag een bon uit voor
koolzaadolie in plaats van boter of vet. Wij krijgen nu 450 gram olie
per p. en
wij moeten daar tot 1 Januari mee doen.
Vrijdag
17 November
Vanmorgen is Lia om 8 uur de deur
uitgegaan om in de rij te
staan voor olie. Zij is voor de winkel flauwgevallen en moest de rij
uit. Ze
kwam om 11 uur thuis en was geheel van streek. Henk is vanmiddag gegaan
en
heeft twee uur in de rij gestaan voor olie, en hij heeft het gelukkig
gekregen.
Zaterdag
18 november
De Engelsen hebben succes en staan 2
K.M. voor Roermond.
Veel bombardementen in Nederland op spoorlijnen
enzovoort. Wij krijgen
ook nare berichten uit Apeldoorn. Luchtgevechten en bombardementen gaan
dag en
nacht door. Als er vervoer was, kwam de familie naar Leiden, maar de
spoorwegen
staken nog steeds, en de laatste tram (de gele) die nog van Leiden naar
Den
Haag. ging, heeft gisteren voor het laatst gereden.
Maandag
20 november
Vandaag stond overal aangeplakt dat
het electra afgesneden
wordt. Wij hadden gelukkig vanavond nog licht. Maar morgenavond! Wij
hebben nog
2 pakjes kaarsen in huis.
Er zijn hier 12.000 Duitsers
aangekomen. Er gaan geruchten
dat het Schuttersveld als startbaan van de V.1.’s gebruikt zal worden.
Verder
is het heel rustig in Leiden. Hedenavond nog licht.
Dinsdag
21 November
Vanavond voor het eerst zonder licht.
Wij zitten met een
oliepitje op tafel. Wij zijn om half negen naar bed gegaan. Wegens het
slechte
weer (alle dagen regen) geen nieuws aan de fronten.
Woensdag
22 November
Vandaag druk in de lucht met
schieten. Viermaal luchtalarm.
De Engelsen staan nog 3 K.M. voor Venlo. Wegens afsnijding electra,
krijgen we
geen betrouwbare berichten binnen. In Den Haag is wegens het vorderen
van
mannen tussen 17 en 40 jaar alles gesloten. De meeste mannen zijn op de
vlucht.
Er wordt niet gebakken en er is niets te krijgen.
De toestand in ons heele land is
ernstig en er wordt veel geleden.
Iedere dag moeten wij, in weer en wind, op de fiets er op uit. Gisteren
kregen
wij van een boer 25 kilo aardappelen, waar wij erg blij mee waren. Ik
heb
verschillende kleedingstukken van Lia geruild voor aardappelen en
appelen.
Wij kunnen nu misschien een
carbidlamp krijgen voor kleeren
en appelen. Wij hopen maar dat dat doorgaat.
Vrijdag
24 November
Wegens de veele regens weinig nieuws
van het oorlogstoneel.
Vandaag naar de Haarlemmermeer gefietst van ’s morgens 9 uur tot ’s
middags 2
uur. Oogst: 10 kilo aardappelen.
Woensdag
29 november
Vandaag weer de geheele dag veel
afweergeschut in de lucht. Het
is mooi weer. Veel Engelsen boven de stad. Verschillende malen
luchtalarm.
Vandaag weer naar de Haarlemmermeer geweest. Van half tien tot half
vier
gefietst, oogst: 5 kilo aardappelen.
Dinsdag
5 december
Vanmorgen op Sinterklaasdag is Henk
om 4 uur met onze
buurman op de fiets vertrokken naar Noord-Holland (Alkmaar) om daar te
zien
aardappelen te krijgen. Ons broodrantsoen is verlaagd tot 1000 gram per
week
p.p. Melk wordt niet meer gegeven, enkel nog voor kinderen.
Een fietstocht van 70
kilometer noordwaarts, in één etappe.
Het Noordzeekanaal zullen zij overgestoken zijn met de Velserpont, die
nog wel
in de vaart was. In de mondelinge overlevering over de tocht is altijd
sprake
van een overnachting in een stal in Heerhugowaard in de nacht van 5 op
6
december; bepaald niet wat je je voorstelt bij een gezellige
Sinterklaasviering.
Donderdag
7 December
Rustig boven Leiden. Niet veel nieuws
van het
oorlogstooneel. Vanmiddag om 3 uur is Henk teruggekomen van Alkmaar. De
aardappelen zijn besteld, doch moeten met de handwagen gehaald worden.
Ze
moesten over Amsterdam terug, daar Haarlem afgesloten was en er
razzia’s werden
gehouden op mannen.
Zondag
10 December
Vanmorgen om 4 uur is Henk met nog
drie collega’s *
met de
handwagen naar Alkmaar vertrokken. Het regende ’s morgens maar verder
op den
dag is het droog gebleven.
Wij hebben vanmorgen om 9 uur ons
eerste bombardement
meegemaakt. Alles dreunde. De bommen vielen in het Kooikwartier. Veele
dooden
en gewonden. De bedoeling was het station op de Heerensingel waar de
V.1.’s
aankomen.
Maandag
11 December
Vanmorgen om 12 uur een tweede
bombardement, erger dan dat
van gisteren. Bij het station staat alles in brand.
De gehele dag vliegtuigen en veel
schieten en afweer.
Dikwijls luchtalarm. Lia was vanmiddag melk halen. Ze heeft langs de
berm van
de weg dekking moeten zoeken vanwege de scherven die onophoudelijk naar
beneden
kwamen. Het is nu alle dagen erg in de lucht, het is alsof de oorlog nu
steeds
dichterbij komt. Het is angstig. Kwam er maar een einde aan.
In Nederland zijn nu 1½ miljoen
mensen bevrijd. 7½ miljoen
mensen zuchten nog in slavernij.
In Apeldoorn zijn weer 30 mensen
neergeschoten. 10 mensen
werden uit snel rijdende auto’s op den weg geworpen. Duizenden mannen
werden
uit Apeldoorn naar Duitsland gevoerd.
Donderdag 14 December
Vanmorgen half negen is Henk alleen
teruggekomen uit Alkmaar.
De wagen staat kapot in Uitgeest. Henk heeft voor alle mannen eten
gehaald en
is te half een weer vertrokken naar Uitgeest.
Wat de theorie
onderschrijft, dat hij op de fiets was. Hij
zal om 4:00 uur, bij het einde van de spertijd, vertrokken zijn uit
Uitgeest,
en daar in de avondschemering weer zijn aangekomen, met 100 kilometer
meer op
de teller dan bij zijn vertrek.
Naar de precieze
tijdlijn van de hongertocht kan ik slechts
gissen. Waarschijnlijk hebben zij Heerhugowaard bereikt op de avond van
dag
twee. De dag daarop werden dan de aardappelen in ontvangst genomen, en
hebben ze er een rustdag van gemaakt. Op dag vier bezweek in
Uitgeest de
handkar onder zijn last. Hoogst frustrerend, al hongerend vast te staan
met een
kar vol voedsel, dat je voorshands niet kunt bereiden. Op dag vijf ging
mijn opa
heen en weer naar Leiden, en hebben zijn makkers ondertussen de kar
laten
repareren. Op de zesde dag in één ruk naar Leiden, 50
kilometer gelopen in 11,5
uur (nog steeds volgens mijn gissing).
Vrijdag
15 December
Vanmiddag half vier
zijn ze uit Alkmaar aangekomen,
geheel uitgeput en na veel tegenspoed, maar gelukkig met 4 mud
aardappelen *.
De kar stond nauwelijks voor de deur of er kwamen al mensen om te
ruilen met
wintermantels voor aardappelen. We zijn erg blij met de aardappels want
de
toestand wordt steeds nijpender.
* 280 kilo, dus 70 of 56 kilo
per gezin van de vijf of vier deelnemers aan de
tocht; genoeg voor hooguit een paar weken.
Zondag
31 December (Oudejaarsavond)
Van het oorlogstooneel weinig nieuws.
Het is erg koud en het
vriest hard. Wij zitten vanavond met ons drieën rond de kachel en het
eenige
wat wij hebben is een klein roggebroodje, waar we al erg blij mee zijn.
Wij
gaan om 9 uur naar bed, want onze brandstof raakt op. Wij moeten zeer
zuinig
doen, willen we nog voor één maand brandstof hebben. Er is ons
verhooging van
de rantsoenen beloofd.
Zaterdag
19 Januari
Er komt nu meer activiteit aan de
oorlogsfronten. De Russen
hebben een groot offensief ingezet richting Duitsland.
Volgens Duitsland
is de toestand voor hun zeer critiek. Wij hopen dat er nu toch spoedig
verandering zal komen.
De toestand voor de burgerbevolking
in het Westen is in één
woord verschrikkelijk. Alles en iedereen lijdt honger, en de mensen en
de
kinderen lijden de grootste ontberingen. Lia gaat nu 2 x per week naar
de boer
voor melk; van 1 uur tot 4 uur is ze weg. Ze heeft van de week van de
boer een
bord pap gehad.*
Als ze nu weer honger heeft, vraagt ze aan de boer om eten.
Wegens de vorst en de koude worden de
rantsoenen minder in
plaats van meer. Wij weten niet meer wat we beginnen moeten. We krijgen
per
week 2¼ A-bon brood *,
1 kilo aardappelen en ½ ons kaas. Verder niets, en dat
moet nu nog verlaagd worden. We hebben al van November af geen vlees of
vetten
of boter gehad, in 4 maanden geen peulvruchten, grutterswaren, jam of
suiker.
Melk al in geen 3 maanden.
Niets wordt er meer gerepareerd in de
winkels, en als er wat
gemaakt wordt, is dat tegen inlevering van levensmiddelen. We zijn nu
bezig om
een zo goed als nieuw colbertcostuum te ruilen voor brandhout. Henk kan
het
haast niet missen; hij heeft nog maar één pak, maar wat het zwaarste
is, moet
het zwaarste wegen.
Er is door Nederlandse doktoren een
schrijven gericht aan de
Rijkscommissaris over de ontzettende voedseltoestand van een groot deel
der
Nederlandse bevolking, voornamelijk in het Westen van Nederland. Wij
krijgen
per dag 600 calorieën. Iemand die werkt heeft 2300
calorieën noodig;
iemand die niet werkt, 1600 calorieën. Commentaar
is overbodig.
Dinsdag
23 Januari
Vandaag hebben wij ons derde
bombardement meegemaakt om 11 uur.
Het was nog geen 500 M. bij ons vandaan. Wij vluchtten de gang in met
vluchtkoffers enz. Henk lag ziek te bed. Hij vloog het bed uit en met
enkel een
overjas hebben wij beneden gestaan en maar afgewacht. Veel ruiten in de
omgeving vernield en daken van huizen beschadigd. Wij zijn de geheele
dag erg
nerveus, en als we vliegtuigen hooren zijn we al bang.
Zaterdag
27 Januari
Wij zijn vanwege de
brandstoffenschaarste verhuisd naar den
bovenkamer. Het is zeer koud, al sinds 14 dagen. De sneeuw ligt 50 cm
hoog en
het vriest hard.
Vanmiddag ben ik opgebeld uit Haarlem dat mijn vader een beroerte heeft gehad. Het is onmogelijk voor ons om naar Haarlem te gaan. Sinds September gaan er geen treinen meer, en met de fiets kan niet vanwege de sneeuw.
Donderdag
1 Februari
Het heeft gelukkig snel gedooid, en
ik ga vandaag op de
fiets naar Haarlem.
Woensdag
7 Februari
Vader vannacht overleden.
Zaterdag
10 Februari
Vader vandaag begraven. Wegens de
groote hout-nood moest
vader in een bordpapieren kist begraven worden.
Woensdag
14 Februari
Vandaag hebben wij aanzegging gehad
om evacuees op te nemen
uit de Melchior Treublaan. Op 6 Februari is hier weer een ernstig
bombardement
geweest. Alles in deze buurt is stuk. Wij zijn er gelukkig nog goed
afgekomen.
Lia was alleen thuis en is nadien erg nerveus als er vliegtuigen
naderen.
Ook een verhaal dat
mijn moeder vaak verteld heeft. ‘Ik
zette een pan op mijn hoofd en ging in de kelder staan, onder de trap.
Dat werd
altijd aangeraden; dan had je het minste kans om getroffen te worden
door
vallend puin. Ik was als de dood, zo bang!’ Er lag overigens een
schuilkelder
in het plantsoen aan de Zeemanlaan; waarom mijn moeder daarvan geen
gebruik
heeft gemaakt, weet ik niet. Mogelijk omdat vele van zulke
schuilkelders niet meer betrouwbaar waren, nadat de steunbalken door
omwonenden opgestookt waren in de kachel.
Woensdag 21 Februari
Vandaag zijn Henk en Lia op de fiets
naar Apeldoorn gegaan
met mooi weer. Henk om eten te halen en Lia om een tijdje te blijven
vanwege de
voedselnood die hier ontzettend is. Veele mensen bezwijmen op de
straten en
haast iedereen lijdt aan ondervoeding.
Vooral voor kinderen in
de puberteit, zoals mijn moeder,
moet de honger verschrikkelijk geweest zijn. Mijn oma heeft vaak
verteld (al
staat het nergens in haar dagboek vermeld) dat zij regelmatig eten uit
haar
eigen mond spaarde om het aan mijn moeder te kunnen geven. Zij wendde
dan misselijkheid
voor: ‘Neem jij het maar; ik ben vandaag toch te ziek om iets te kunnen
verdragen’. Tijdens de logeerpartij van haar man en dochter in
Apeldoorn kon
zij beschikken over een driedubbel rantsoen. Maar zelfs dan had zij
feitelijk
nog niet voldoende te eten.
Het einde van de
fietstocht naar Apeldoorn komt vaak ter
sprake in de verhalen van mijn moeder. De reis werd vermoedelijk in
meerdere
etappes ondernomen, met (mogelijk) een overnachting bij de broer van
mijn opa, die
een horlogewinkel dreef in Amsterdam. Even buiten Apeldoorn, in de
buurt van de
Julianatoren, stapte mijn moeder in het zicht van de haven uitgeput af,
ging op
de grond liggen en zei tegen haar vader: ‘Ga jij maar verder en laat me
hier
maar achter, laat me hier maar doodgaan; ik kán niet meer!’ Hoe zij die
laatste
kilometers toch nog heeft afgelegd, weet zij zelf niet meer.
Zaterdag
24 Februari
Vandaag via de Politie uit Apeldoorn
bericht dat beiden goed
zijn aangekomen.
Zondag
25 Februari
De strijd herleeft en boven Leiden
veel schieten en bommen.
Tweemaal de vlucht genomen bij Leeman *.
Zondagmiddag
25 Februari
Lieve Lia,
Jelui zijn Woensdag vertrokken, en
zoo ik je beloofd heb,
zou ik je Zondag schrijven. Ik heb vandaag de politie aan de deur gehad
om te
vertellen dat jullie goed zijn overgekomen en gisteren (Zaterdagmiddag)
werd ik
door de politie in Apeldoorn opgebeld met hetzelfde bericht. Ik schrok
wel erg,
maar was later toch blij dat jullie goed zijn overgekomen.
Ik zit vlak bij de kachel te
schrijven, op mijn schoot;
daarom schrijf ik zoo leelijk. Het is erg koud vandaag, het is vijf
uur, en ik
heb de kachel net aangemaakt om het eten op te warmen. Hij moet om 7
uur weer
uit en ik ga om 8 uur naar bed. Zo gauw Pap thuis is, moet hij weer
hout
sprokkelen, ik kom er van de week met het hout haast niet mee.
Ik ben erg moe, want heb van de week
hard gewerkt. Jouw
kamer is al schoongemaakt, en ik heb alles gewassen in gewoon koud
water,
zonder zeep of iets dergelijks. De evacuees zijn op orde en zitten
boven, ik
heb ontzettend veel werk gehad van de week. Het zijn wel rustige
mensen, maar
ik vind het toch niet leuk.
’s Morgens om 11 uur moet ik
uitscheiden met werken, dan
moet ik eerst op eten wachten. *
Een keer heeft Wil **
het voor me gehaald. Ik
had bijna 1 uur gestaan, het eten werd afgekeurd; *** om 4 uur ’s
middags
moesten
we ander eten halen. Ik kon de kachel niet aanmaken en kreeg ’s middags
om 4
uur voor het eerst eten.
Ik heb Zaterdagmorgen de geheele
morgen in de rij gestaan
voor vlees. Je weet, wij hadden van half December niets meer gehad, en
nu kreeg
ik een half pond. Nu dat jullie er niet zijn, heb ik van de week
gelukkig niet zoo’n
honger gehad, en voel ik me weer iets sterker worden. Ik ben nog bij
niemand op
visite geweest, ik heb het te druk. Ik heb gisteren 1 pond soda gekocht
voor f 12,50
(vroeger 5 cent). Nu heb ik gelukkig iets voor de wasch.
(…)
Gisteren is een transport kinderen
voor Friesland bij
Woerden beschoten, 4 kinderen dood, hoopen gewonden, en twee
begeleiders dood.
Nu mag Wil niet naar Friesland, tenminste niet met een auto.
Nu lieve Lia, ik hoor van Pap wel
over jullie reis. Je moet
met het eten wat voorzichtig beginnen, want je maag verdraagt het goede
eten
niet meer en dan zou je weer last krijgen met je buik.
Maandag
26 Februari
Vandaag nog erger boven Leiden. De
Vink opnieuw
gebombardeerd.
Woensdag
28 Februari
Vanaf 9 uur vanmorgen tot 6 uur ’s
avonds veel vliegtuigen
in den lucht en bommen op Wassenaar. Alles dreunt hier en ik heb alle
ramen
opengezet vanwege de luchtdruk. In het bevrijde gebied zijn 100.000
woningen
beschadigd, waarvan er 20.000 geheel zijn vernield.
Lia is vandaag jarig, dit is de
eerste keer dat zij niet
thuis is, en ik heb een eenzame dag. Maar als ik dan weer bedenk dat
zij daar
voldoende eten heeft, raak ik er weer mee verzoend.
De brandstoffen zij nu zoover op, dat
ik de kachel nog aan
kan maken om 4 uur tot 7 uur om wat te koken.
Zaterdag
3 maart
Er gaan geruchten van een groote
chaos in Duitsland. Wij
hoopen dat het waar is, want de toestand in het Westen wordt bij de dag
erger.
Er is bijna niets meer te krijgen, en van de massavoeding is het alle
dagen
soep van water.
Dinsdag
6 maart
Vanmiddag is Henk van zijn reis naar
Gelderland
teruggekomen. Hij heeft gelukkig heerlijk veel etenswaren mee kunnen
nemen, en
ik voel mij een ander mens, nadat ik na die verschrikkelijke nood
waarin wij
verkeerden, weer eens een goed maal eten krijg. Ik ben in de afgeloopen
5
maanden weer 13 pond afgevallen, en weeg nu nog maar 120 pond.
Ze hebben op de reis veel meegemaakt,
en Henk heeft met
elkaar 500 K.M. gefietst.
Zondag 25 Maart
Vanmiddag zijn weer de spoorlijnen
bij de Vliet *
gebombardeerd. Wij waren weer bij de familie Valk op visite en ik ben
van angst
de kelder in gevlucht.
Maandag
26 Maart
Vandaag worden weer mannen en jongens
opgepikt en overal weer
fietsen gevorderd. Wij durven niet met de
fiets op straat, want Henk moet in het laatst van de week weer naar
Apeldoorn.
Donderdag
30 Maart
Vandaag een bewogen dag. Er liepen al
de geheele week
opwindende geruchten, maar er was niets te controleren, wij hebben nog
steeds
geen electra, en de couranten zijn niet betrouwbaar.
Maar nu eindelijk is de groote dag
aangebroken en de
schooiers, dieven, moordenaars en plunderaars zijn vertrokken. Op
fietsen
zonder banden en melkwagentjes enz. vertrokken de heeren, het Herrenvolk,
wel een beetje armoediger dan toen ze er in kwamen. Ze hadden alles
gecamoufleerd met heele bosschen van groen en tulpen ertussen. De
Engelsen
konden denken dat er ineens rijdende tulpenvelden
in Holland waren
gekomen.
Ik kan het me niet begrijpen dat het
rapalje weg is en ben
bang dat er morgen weer een nieuwe troep plunderaars aan komt zetten.
Zaterdag
31 Maart
Henk vanmorgen naar Apeldoorn
vertrokken om Lia te halen.
Het is wel angstig met het terugtrekken van de Duitsers. Al twee dagen
dag en
nacht ontploffingen van alles wat de Duitsers in de lucht laten vliegen.
Dinsdag
3 April
Ik heb vandaag de geheele dag al
gewacht of ze terug zouden
komen. Er staat veel wind en het weer is slecht.
Woensdag
4 April
Vandaag weer de geheele dag
uitgekeken of ze niet komen. Het
is nu alweer 7 uur en ik vrees dat ze weer niet komen. Ik maak mij al
erg
ongerust.
Donderdag
5 April
Vandaag zijn Henk en Lia
thuisgekomen. Zij zijn net bijtijds
vertrokken, daar de Engelsen oprukken richting Apeldoorn.
Gisteren zijn de plaatsen Zwolle,
Meppel en Groningen
gebombardeerd daar zich in deze plaatsen terugtrekkende Duitsers
bevinden.
Zaterdag
7 April
De nood is zeer hoog. Er sterven
tientallen mensen per dag en
steeds meer ziekten breken er uit.
Maandag
16 April
De Canadeese troepen zijn
doorgedrongen tot de Dollard.
Teuge en Twello zijn bevrijd. In de buurt van Arnhem is Deelen
veroverd.
Seyss-Inquart * is gevlucht en onze leider
** schittert
door afwezigheid. Die is nergens te vinden. De grond wordt hem te warm.
De berichten zijn over het algemeen
erg verward. Ze spreken
elkaar herhaaldelijk tegen.
Er is nergens meer telefoon en alle
electra is afgesneden,
tot zelfs in de ziekenhuizen.
Vrijdag
20 April
De voedseltoestand in het Westen is
verschrikkelijk. Van de
week is ons heele rantsoen 400 gram brood en 1 kilo aardappelen in 7
dagen p.p.
De kinderen vragen aan de groenteboer op de weg om een paar
slablaadjes.
Boven Leiden nog steeds rust in de
lucht.
Zaterdag
21 april
Te Enschede is prof. Snijder
gearresteerd, voorzitter van de
Nederlandse cultuurkamer.
Dinsdag
24 April
De inundaties belemmeren den opmars
der Engelsen ten
zeerste. Wij hier in het Westen zijn er het ergste aan toe. Wij hebben
al zoo’n
treurige winter gehad en nu komen wij vanwege het water het laatste aan
de
bevrijding toe, terwijl de voedseltoestand hier zoo bijzonder treurig
is. De
Wieringermeer staat geheel blank. Huizen en wegen staan geheel onder
water. Een
werk van 15 jaar is teniet gegaan.
Over de strijd bij de Grebbelinie is
niets naders bekend.
Alles staat zoo’n beetje op het doode punt.
Woensdag
25 April
Daar de nood in de 3 bezette
provincies * zoo
hoog is, willen
de geallieerden pakketten met levensmiddelen uit bommenwerpers boven
deze
provincies uitgooien. De Duitsers moeten medewerking verleenen, doch er
zullen
wel veel moeilijkheden zijn. De geheele bevolking hoopt echter, en
heeft weer
wat moed gekregen.
Vrijdag
27 April
Henk wordt vandaag 50 jaar, en nog is
de zoo hevig begeerde
vrede er niet. Alles wijst erop dat het niet lang meer duuren zal.
Lia heeft vandaag de geheele middag
bij de boer gestaan en
heeft een halve liter melk gekregen. Wij hebben nu vanavond nog een
kopje
koffie en ik heb van nog een klein beetje meel een pannenkoekje
gebakken. Daar
zijn we momenteel al blijde mee.
De toestand in ons land blijft
hetzelfde. In Delfzijl wordt
op sommige plaatsen nog gevochten. Van de Grebbelinie geen nieuws. De
Duitsers
gaan niet accoord met de voedselpakketten uit de lucht; wel als het met
schepen
aankomt. De mensen zijn over het algemeen zeer terneergedrukt. Wij
verwachten
redding van de pakketten, en misschien wordt dat nu ook weer niets.
In Berlijn woedt een vreeselijke
strijd. Er kan nu alle
dagen wat gebeuren.
Zaterdag
28 April
Hier erg rustig boven Leiden. In
dagen geen vliegtuigen
gehoord.
Zondag
29 April
Vandaag een extra bericht. Het einde
is in zicht. Wij kunnen
het nog niet begrijpen, na 5 jaar oorlog. De mensen zijn uitgelaten van
vreugde.
Vanmiddag precies om 1 uur kwamen de
eerste Engelse
bommenwerpers boven Leiden, niet met bommen, maar met
levensmiddelenpakketten
die ze uit de vliegtuigen wierpen. Er zijn veel pakketten uitgegooid,
en bij
gunstig weer zal er nog meer komen. Het is vandaag erg slecht weer,
regen en
natte sneeuw, dus wij verwachten ze vandaag niet meer.
Stadhuis
Leiden tijdens een
voedseldropping.
Overgenomen uit Vereniging Oud Leiden, Jaarboekje
voor geschiedenis en oudheidkunde van Leiden en Omstreken 1946
Maandag
30 april
Vanochtend om 9 uur kwamen weer
groote formaties Engelse en
Amerikaanse bommenwerpers om voedsel af te gooien. Het was een prachtig
gezicht
en de mensen waren opgetogen. Ze vlogen zoo laag, dat wij de piloten
zagen. Wij
hebben gewuifd en gedanst van blijdschap, en ik moest huilen van
aandoening.
Wij leven in een groote spanning,
want het eene gerucht na
het andere doet de ronde.
Op Zondag 29 April is Mussolini, een
van de ergste
oorlogsmisdadigers, opgehangen. Hitler, de ergste oorlogsmisdadiger,
zou
stervende zijn. Dit is echter geen betrouwbaar bericht. Afwachten maar.
Dinsdag
1 Mei
Vandaag weer enorm veel vliegtuigen
om eten te brengen voor
het Westen. De mensen zijn waanzinnig van vreugde over al het heerlijke
eten
dat in de pakketten zit.
Vanmiddag weer een man in de
Breestraat neergevallen van de
honger. Er komen hier per dag 10 à 12 mensen aan de deur voor eten. Ik
heb zoo
lang mogelijk nog gegeven, maar wij hebben zelf ook niets meer. Maar de
redding
is nu nabij. Wij hebben al zoo lang geleefd op 400 gram brood per dag
en 1 kilo
aardappelen per week (of ½ liter eten van de keuken) dat wij
reikhalzend
uitzien naar uitkomst.
Woensdag
2 Mei
Officieel is bekend gemaakt dat
Hitler gisteren is
overleden.
Er is geen strijd meer in Nederland.
Weer veel vliegtuigen
met eten. Dat gaat bijna de geheele dag door.
De Duitsers hebben goedgevonden dat
nu ook eten per boot en per
auto aangevoerd mag worden. De haven van Rotterdam is daarvoor
vrijgegeven, en ook
bepaalde wegen voor autovervoer.
Donderdag
3 Mei
Er vliegen de geheele dag weer
vliegtuigen met voedsel voor
hongerend Nederland. Alles is in spanning en wacht op de dingen die
komen
zullen.
Vrijdag
4 Mei
Hedenavond om kwart over
negen wordt er gebeld door
onze buurman, meneer Leemans om het groote nieuws te vertellen dat
Duitsland de
wapens neergelegd heeft en dat de strijd na bijna 5 eindelooze jaren
voorbij
is.
Wij mochten na 9 uur niet meer op
straat, maar de geheele
buurt liep uit. Het was een gelach en gejubel, en de menschen waren
uitgelaten
van vreugde. Morgenochtend (Zaterdag) om 8 uur zal de capitulatie
geteekend
worden, en mogen weer vrij de vlaggen uit. Wij zijn
zoo uitgelaten, en
wij hebben bijna niets meer in huis om deze vreugdevolle avond te
vieren.
Ik had nog een busje kersen in de
kelder en dat hebben wij
maar opgemaakt om uiting te geven aan onze blijdschap.
Zaterdag
5 Mei 1945
De dag der dagen eindelijk na 5
vreeselijken jaren bezetting
en ellende, waarvan de laatste 7 maanden van honger, koude en ontbering
in
allerlei vorm ten einde.
Vanmorgen om half zeven al in de stad
om de Engelsen te
begroeten. Zij komen nog niet; het kan nog wel eenige dagen duren. Om 8
uur
precies gingen de vlaggen uit en overal klinkt het Wilhelmus. Het is
ontroerend
om te zien. Een ontzaggelijken drukte in de stad. Het is de mensen aan
te zien,
dat ze van een zware druk bevrijd zijn. Wij loopen de geheele dag op
straat en
zijn doodmoe, maar de Canadeezen laten steeds op zich wachten.
Nog steeds daveren de bommenwerpers
door de lucht om voedsel
af te werpen. Het is een drukte van belang door de stad. De
binnenlandse
strijdkrachten, die zoolang onder de grond hebben gewerkt, komen nu in
actie,
maar nu boven den grond en in volle vrijheid.
Zondag
6 Mei
Er wordt dag en nacht gewerkt om al
het voedsel te deelen en
te tellen om de bevolking zoo gauw mogelijk te helpen.
Maandag
7 Mei
De eerste Canadeezen gezien. Ik ben
zoo veel op de straat
dat ik bijna geen tijd heb om te schrijven.
Wij wilden naar Apeldoorn, maar
vanwege de ziektes die
heersen, mogen wij niet de stad verlaten.
Met
een Canadees op de foto Overgenomen van VOLnieuws
Dinsdag
8 mei
Dit is wel de gewichtigste dag.
Vannacht om 1 minuut over
12 uur (dus tussen 8 en 9 mei 1945) worden de
vijandelijkheden in heel
Europa gestaakt. Dan is de slachting van 5 lange jaren voorbij. Wij
kunnen het
ons niet begrijpen, en steeds als wij een vliegtuig hooren bekruipt ons
nog
angst.
Vanmiddag om 3 uur begon voor het
eerst de distributieradio
te spelen. Er zijn kolen aangekomen en verschillende zaken hebben weer
stroom. Het
was ontroerend toen wij voor het eerst weer de oude omroepstemmen
hoorden en
weer Radio Oranje uit Engeland. Deze afgeloopen dagen zijn om nooit te
vergeten.
Vanavond om half negen zijn hier uit
de buurt de N.S.B.ers uit
hun huizen gehaald. Met gejoel en
Oranjeliederen werden ze weggebracht. Ook hebben ze hier in de buurt
van vrouwen
en meisjes die zich met Moffen hebben afgegeven, de koppen kaalgeknipt
en ze met
de kale koppen in triomf door de straten gedragen. Ik lag met flinke
hoofdpijn
op de divan, maar ik heb toch nog meegedaan, want dit moment had ik
niet graag
willen missen. Dit tuig heeft ons zooveel aangedaan dat iedere straf
nog te
licht voor hun is.
De Canadeezen zijn vanmiddag om 3 uur
in Leiden aangekomen.
Het was prachtig en wij hebben de stoet op het Levendaal goed kunnen
zien.
Jonge meisjes en kinderen hadden zij op de wagens en op de motorfietsen
en alles
was met bloemen en confetti. Het is om nooit te vergeten.
Woensdag
9 mei
Vandaag een rustige dag. Het is niet
zo druk in de stad en
de Canadeezen lopen rustig in de stad en deelen handteekeningen uit aan
de
meisjes. Het oppakken van N.S.B.ers gaat rustig door en ook het
kaalknippen van
de koppen gaat z’n gang. Verder geen bijzondere dingen, vandaag.
Woensdag
10 Mei
Het is vandaag 5 jaar geleden dat de
oorlog begon. Het is
nog steeds feestelijk in de stad.
Wij hebben vandaag ons eerste pakje
ontvangen van het
voedsel, door de vliegtuigen gebracht. Wij waren om 2 uur vanmiddag aan
de
beurt maar wij konden onze beurt haast niet afwachten. Het werd
intussen toch nog
6 uur ’s avonds, wegens vertraging in het vervoer. We kregen allen een
pakje
bestaande uit een blik bacon, en tablet chocolade van 1½ ons en 1¼ ons
eierpoeder. Het was heerlijk en we hebben gesmuld.
Vrijdag
11 Mei
Heel veel vliegtuigen met voedsel.
Alles gaat nu wat
rustiger worden in de stad.
Het is nu 9 uur ’s avonds en juist
komt de B.S.* om de
N.S.B.ers te arresteeren. Hier aan de overkant wordt Dikke Joost **
weggehaald
en meerdere mensen uit de buurt.
Gids voor Leiden in
de Tweede Wereldoorlog; beschreven in 650 adressen
Dinsdag
15 Mei
Vandaag weer extra levensmiddelen
gekregen: 800 gram Biskwie
per persoon, 1½ ons thee per drie personen, ½ pond knakworst p.p.
Iedereen dag
komt de geluidswagen, dat er nieuwe heerlijkheden op komst zijn. Het is
a.s.
zondag Pinkster en wij krijgen dan 1 kilo aardappelen p.p.
Alles wat eetbaar is in huis hebben
wij op. Nog enkele
flessen weck * heb
ik bewaard. Daar moeten wij het mee doen, totdat er
weer
voedsel komt van de Canadeezen.
20
en 21 Mei (Pinkster)
Wij hebben dank zij de Canadeezen
heerlijke Pinksterdagen
gehad. Na vijf jaren geen thee, hebben we nu echte thee gedronken. Na 8
maanden
geen koffie en melk hebben wij nu koffie kunnen zetten. Wij hebben een
koekje
in huis. Wij hebben 1½ pond boter gekregen en 3 kilo aardappels. Wij
hebben
gesmuld.
Het is nu twee uur ’s middags 2de
Pinksterdag en de
geluidswagen staat weer in de straat, dat wij morgen 400 gram biskwie
krijgen
p.p., ter aanvulling van brood. Meel om genoeg brood te bakken, is nog
steeds
niet voorradig.
Ik ga nu eindigen met mijn dagboek.
De couranten zijn nu
weer vrij en wie nog radio heeft kan nu vrij luisteren.
Ik heb vanaf September 1944 dit
dagboek bijgehouden, omdat
onder de Duitse bezetting de couranten niets anders dan Duitse leugens
verkondigden.
Niemand had haast meer radio, en daar wij zelf clandestien luisterden,
wilde ik
zelf juist in die laatste 8 maanden voor Nederland zoo belangrijke
gebeurtenissen opschrijven.
Heel dikwijls heeft mij de moed
ontbroken om nog dit boek
verder bij te houden, vooral midden in deze verschrikkelijke winter,
met steeds
dagelijkse honger en koude. Ik heb dikwijls getwijfeld aan de goede
afloop,
maar nu gaan we toch de goede kant op.
Ik zal nog wat belangrijke data enz.
bijhouden, en sluit
hierbij mijn dagboek.
Leiden, Pinkster, 21 mei 1945.
© Frans Mensonides, Leiden, 2013, 2014, 2015