‘Nou, dit is dan dag één!’
Tramverbinding IJsselstein / Nieuwegein – USP met horten en stoten van start


Al op de eerste dag van exploitatie, maandag 11 juli 2022, deed ik de nieuwe rechtstreekse tramverbinding Utrecht Science Park – Nieuwegein / IJsselstein.

 

‘Wist je dat je vanaf nu zonder overstappen kunt reizen naar Science Park?’ Deze boodschap, bedoeld voor tramreizigers uit Nieuwegein en IJsselstein, staat sinds 11 juli 2022 te lezen op de displays van alle Utrechtse trams.

Ja, ik wist het. En de trouwe lezer van deze site weet het zo langzamerhand ook wel. De afgelopen jaren heb ik de ontwikkelingen op de voet gevolgd van wat eens de SUNIJ heette (Sneltram Utrecht – Nieuwegein / IJsselstein) en nu officieel Regiotram Utrecht. Maar voor de helderheid en het overzicht vat ik het nog even samen in een paar alinea’s. Dit kaartje maakt ook veel duidelijk:

 

In oranjerood: de tramlijn, nog vóór de doorkoppeling; in het kader, met een dunne, oranjerode lijn: het verbindingsspoor bij Utrecht Centraal.

Afbeelding: Metrofil; overgenomen van Wikipedia, Utrechse Sneltram


In december 2019 werd een 8 kilometer lang nieuw tramtraject geopend, onder lijnnummer 22: Utrecht Centraal – Utrecht Science Park (ook nog bekend onder zijn werktitel: De Uithoflijn). Het is de opvolger van de dubbelgelede bussen op lijn 12. Die werden rond de college-uren altijd volgestouwd tegen de pijngrens aan, met honderden voor het merendeel verticaal reizende studenten.

In de zomer van 2020 volgde een grootscheepse renovatie van de SUNIJ, de bestaande tramlijn uit de jaren 80, die zich in het centrum van Nieuwegein splitst in takken naar Nieuwegein Zuid en IJsselstein. 14 kilometer spoor werd vernieuwd. Verder werden de oude ‘Zwitserse’ trams, met hun bonkige, blokkerige uiterlijk, vervangen. Op de SUNIJ gingen dezelfde trams tijden als op lijn 22: moderne, gestroomlijnde Urbos-trams uit de Spaanse tramfabriek CAF.

Die oude Zwitsers hadden een vloerhoogte van 70 cm. De nieuwe Spaanse trams hebben maar de helft van die hoogte, en zijn bovendien een stuk langer. De perrons van 23 haltes moesten opnieuw worden aangelegd. Van 46 haltes, dus feitelijk; 2 richtingen.

Toen dat in 2021 allemaal klaar was, ontbrak er nog slechts één ding: de koppeling van beide tramtrajecten. Al jaren eindigde de SUNIJ bij de Jaarbeurs, op een vervelend grote loopafstand van de stationshal van Utrecht Centraal. De trams uit USP hadden hun eindpunt echter aan de centrumzijde van het station.

Er gaapte hemelsbreed een kloof van 400 meter tussen beide eindpunten en over de weg gemeten een van 900 meter. Een verbindingsspoor, onder een stuk of 16 NS-sporen door, was wel aanwezig, maar het werd alleen gebruikt voor uit- en inrukkende trams (en tevens als busbaan).

 



Tram-bus viaduct over de Van Sijpesteijnkade aan de Jaarbeurszijde.
Archief De digitale reiziger, januari 2020

 
Die kloof is in de eerste helft van 2022 eindelijk gedicht. Tegelijkertijd werd ook nog een stuk spoor gerenoveerd in het centrum van Nieuwegein, op het punt waar de takken naar Nieuwegein Zuid en IJsselstein uiteen gaan. Wederom lag het tramverkeer in Nieuwegein en IJsselstein 4 maanden stil. Wat als voordeel had, dat het ook niet getroffen kon worden door wissel- en andere storingen.

In die 2 boomtowns heeft de tram de laatste jaren door veelvuldig uitvallen geen beste reputatie opgebouwd. Maar daar moet nu verandering in komen.

Maandag 4 juli reed er voor het eerst een reizigerstram over het verbindingsspoor tussen stads- en jaarbeurszijde van Utrecht Centraal. Die week werd alleen nog het traject USP – Utrecht Westraven gereden.

Op maandag 11 juli dan eindelijk doorgaande trams op lijn 20 (USP – Nieuwegein Zuid) en 21 (USP-IJsselstein Zuid)! De voltooiing van de opknapbeurt en uitbreidingsslag van de Regiotram, die in totaal ca. 650 miljoen euro heeft gekost.

Waar postzegelverzamelaars altijd tuk zijn op eerstedagsenveloppen, wil je als OV-hobbyist toch ook altijd op de eerste dag van exploitatie al gebruik maken van een nieuwe verbinding. En daarbij de eventuele kinderziekten maar voor lief nemen.

Ik begaf me meteen op maandagmiddag naar Utrecht. Maar had op vrijdagmorgen de 8e al een sneak preview genomen. Toen waren Nieuwegein en IJsselstein nog niet bereikbaar per tram, maar kon ik wel mijn eerste rit maken over het verbindingstraject.

 

Nog niet iedereen weet dat die verbinding bestaat. Aan beide zijden ervan lopen de trams nog steeds leeg. Wat me wel een goede gelegenheid geeft om een interieurfoto te maken.

 Je ziet dat verbindingsspoor vanaf de straat beter dan vanuit de tram. Een fotowandeling van de centrum- naar de Jaarbeurszijde:

 

 

















 

Nu het verbindingsspoor in gebruik is genomen, heeft het Utrechtse tram’net’ (feitelijk één lijn met een splitsing) een totale lengte van 28 km. De langste doorgaande rit die je kunt maken: IJsselstein – USP, meet 25 kilometer. De tak Nieuwegein Zuid – Nieuwegein Centrum is 3 km lang.

Hier blijft het voorlopig bij in het Utrechtse. Onbekookte tram- tunnel- en zelfs metroplannen genoeg (ik liet er vorig jaar een paar de revue passeren). Maar ze komen voorlopig niet verder dan het schetsstadium, en zijn hooguit stippen op de horizon voor komende decennia.

Die lijn 61 van 25 km is bij mijn weten de langste tramlijn in Nederland, metro-achtige systemen zoals Randstadrail buiten beschouwing gelaten. Als je echt reist van begin- (IJsselstein Zuid) naar eindpunt (USP P+R) ben je 59 minuten onderweg. Wat dus neerkomt op een gemiddelde snelheid van maar iets meer dan 25 km/uur. Niet echt razendsnel voor wat vroeger een Sneltram heette.

Hoe blij moet IJsselstein zijn met ‘Wist je dat je vanaf nu zonder overstappen kunt reizen naar Science Park?’

Dit is weer zo’n hoogwaardige OV-verbinding die het van de fiets niet kan winnen. Het ritje per race- of elektrische tweewieler kost volgens GoogleMaps 50 minuten voor 15 km. 15 km maar? Inderdaad, de Regiotram bewandelt bepaald niet de kortste weg, zoals op het kaartje ook overduidelijk te zien is.

Maar het kan nog veel sneller! En zelfs met het OV. Pak gewoon de bus! Dit is een geval van ‘Triomf van het rubber over het staal’, zoals ik het altijd noem.

Bus 31 (van hetzelfde vervoersbedrijf U-OV dat de tram exploiteert!) rijdt op werkdagen overdag van halte IJsselstein Binnenstad, via bedrijventerreinen Nieuwegein Plettenburg en Utrecht Rijnsweerd, naar USP, en daarna nog door naar station Bilthoven, waar aansluiting is op de sprinter naar Zwolle.

Een snelbus, die stukken snelweg meeneemt op zijn route. IJsselstein – USP: nog geen half uur.

Er is nog zo’n verbinding waarmee je de tram ruimschoots verslaat: Syntus-bus lijn 202: Vianen – Nieuwegein – Rijnsweerd – USP – Soesterberg – Amersfoort. Ook een klein halfuur, vanaf Nieuwegein Zuid naar USP. En vanaf het Kanaleneiland in Utrecht ben je er ook sneller met U-link lijn 34 dan met de tram.

 



U-linkbus 34 op het Kanaleneiland
Archief De digitale reiziger, januari 2020

Veel steden, dorpen en wijken in Utrecht hebben rechtstreekse busverbindingen met USP, lijnen die Centraal Station en het centrum van Utrecht links laten liggen. Dat alles juist om de tram te ontlasten. Maar de tram is apetrots op de omweg die hij biedt; bizar.

 Ik heb – omdat ik toch alle tijd heb - vrijdag en maandag een paar tramritten gemaakt naar USP en Nieuwegein – IJsselstein. Alle ritten worden nu gereden met 2 gekoppelde trams, waarvan een uit 7 geledingen bestaat, en de andere uit 5. Samen 12 bakken met in totaal een gros zitplaatsen, exact 144.

In de vakantie rijden lijn 20 (USP-Nieuwegein) en lijn 21 (USP-IJsselstein) elk om het kwartier; dus elke 7-8 minuten op het lange gemeenschappelijk traject. Als in september de colleges weer van start gaan, krijgen die lijnen versterking van lijn 22 (USP – Utrecht Centraal Stadszijde). Die rijdt ook om het kwartier.  Dan dus 12 trams per uur naar USP. Dat is minder dan de 16 die ons ooit beloofd waren.

In het weekend en ’s avonds na 21:30 uur rijden er geen trams op het traject Utrecht Centraal – USP.

 Een paar foto’s.

 






Zomerrust op Utrecht Science Park





 
De nieuwe halte Nieuwegein City, dichtbij het stadshart. De halte, die eerst lag in een spelonk bij het busstation, is nu iets verderop gesitueerd. Hij is voorzien van houten zitmeubilair. Het tentje waar ik wel eens ging lunchen in de goeie ouwe rottijd toen ik soms in Nieuwegein werkte, is daarbij gelukkig niet van zijn plek verwijderd.

Vanaf het terrasje, waar ik deze maandagmiddag geniet van een zeer late lunch, zie ik het nu misgaan met de tram. Al een minuut of 20 is er geen enkele tram doorgekomen richting Nieuwegein Zuid of IJsselstein. De menigte op het perron zwelt aan en kijkt reikhalzend naar een tram die nu nadert, maar helaas buiten dienst is.

 



Reikhalzend kijken

Ik ga het maar eens van dichterbij kijken. Behalve het publiek, staan ook 2 trambestuurders zich grondig te ergeren. Zij staan klaar voor de aflossing, maar hun tram komt niet.
‘Er staat er een vast bij Vaartsche Rijn.’
‘Nou, dit is dan dag één!’
‘En er zullen nog wel meer van zulke dagen komen.’
‘Ik snap het niet, hè. In plaats dat ze nou bij stremmingen…’

Daar zal nog wel over nagepraat worden bij het werkoverleg. Maar ja, een tram’net’ dat in wezen maar uit één lijn bestaat, biedt geen mogelijkheden om even om te rijden, om een stremming heen.

Er stopt nu een tram naar Nieuwegein Zuid. Maar die rijdt niet verder, want de bestuurder hunkert naar zijn aflossing.
‘Niet door mij, ik ben de IJsselstein van 26!’
‘En ik ben de IJsselstein van 11. Die is ook nog niet geweest!’
‘Er staat er om de hoek alweer al een achter!’

De bestuurder rijdt na enige tijd maar in arren moede door. Even later arriveert de aflosser op wie hij wachtte, want die was passagier in de tram die erachter zat en nu binnen is komen rijden.

Ik laat de eerste, overvolle tram naar IJsselstein gaan, en pak die 2e die er weer pal achter zit.

 

Halte Binnenstad











IJsselstein is een fotogeniek stadje, als je je beperkt tot de binnenstad.





Halte IJsselstein Hooghe Waard.

Ik houd het voor gezien en neem hier de tram naar Utrecht Centraal. De trams rijden nog steeds met lichte vertraging. Op de naam van de halte Nieuwegein Doorslag weet ik geen nieuwe woordspelingen meer te bedenken, die ik nog nooit eerder gebruikt heb. 

Ik mis de mensenmassa’s die er in de avondspits altijd instapten op het Kanaleneiland, waar ik aan het begin van de jaren 00 nog wat blauwe maandagen gewerkt heb. De jarenlang aanhoudende tramperikelen hebben meer dan de helft van de reizigers weggejaagd. Zie ze maar eens terug te krijgen!

Ik ben nog spekkoper dat ik het station gehaald heb. Later op de avond lees ik op Twitter dat het tramverkeer nu helemaal tot stilstand is gekomen, op het gehele traject. Er is weer eens een wisselstoring. ‘Maak gebruik van de reguliere bussen.’ En red je kont verder zelf maar!

Nee, de Regiotram Utrecht 2.0 is vandaag nog geen ‘doorslaand’ succes. Ben ik nou net weer op de verkeerde dag gekomen, uitgerekend als de zaken in het honderd lopen?  

Frans Mensonides
16 juli 2022
Er geweest: vrijdag 8 en maandag 11 juli 2022



© Frans Mensonides, Leiden, 2022