"Dansen aan zee"

Langs Lange Lijnen (17); HTM 23 (Duindorp - Kijkduin)


OVERZICHT LANGS LANGE LIJNEN

Sommige lange buslijnen zeggen je op voorhand niets. Je hebt er geen verwachtingen van. Je staat er neutraal, maar niet onwelwillend tegenover. Je zoekt ze op in het busboekje, of krijgt een tip van een lezer. Je reist naar het beginpunt; je stapt in en laat je meevoeren door de gebeurtenissen. De ene keer (lijn 80 naar Kloosterhaar) valt zo'n lange lijn mee; de andere keer (nummer 27 naar Gendringen) valt hij bitter tegen. Hetzelfde geldt voor het reisverslag waarmee je thuiskomt (maar dan omgekeerd vice versa: de tegenvallende lijnen leveren vaak het beste verhaal op).

Andere lange lijnen zijn zoiets als een levensader. Voor mij vervult HTM-lijn 23 die rol. Lijn 23 kronkelt zich over een lengte van 29 kilometer door de Haagse agglomeratie, en meandert al 43 jaar lang door mijn leven. Op loopafstand van lijn 23 ben ik geboren, heb ik 6,5 jaar gewoond, 22,1 jaar gewerkt en ben ik opgeleid tot wat ik nu ben (wát ik dan ook maar ben; in ieder geval gediplomeerd archiefbeheerder zonder leidinggevende kwaliteiten; lees de REFLEXXIONZZ! van vorige week).

Met lijn 23 reisde ik als peuter met mijn ouders voor de zondagswandeling naar Scheveningen, of - als ik geluk had - helemaal door naar de Bosjes van Poot bij Duindorp.

Vele jaren later forensde ik met dezelfde lijn naar Rijswijk (vanaf Voorburg; tussen Leiden en Voorburg maakte ik gebruik van "die gele bus", zoals mijn Haagse collegae het streekvervoer plachten te noemen).

Op vrije vrijdagmiddagen pakte ik dikwijls ook lijn 23, en wel naar het strand van Scheveningen of Kijkduin. Behalve op dagen dat ik schoon genoeg had van die ronkende, razende rode DAF-bussen, waar ik elke dag al in zat. Dan liep ik, puur uit balorigheid, het hele eind van Rijswijk naar zee, zo'n kilometer of 10. Daarbij hield ik dan vaak wel de vertrouwde route van lijn 23 aan.

Dit wordt dus een sentimental journey (dacht ik, maar in werkelijkheid verveelde ik me de hele middag een ongeluk. Eigenlijk geen wonder, als je uren in een stadsbus zit, zonder iets nieuws te zien).

Geschiedenis

Genoeg geschreven over mijzelf; laat ik het nu over lijn 23 hebben. Voor zover mij bekend is het de enige stadslijn in Nederland die bij benadering in de buurt komt van de 100 minuten rijtijd, die benodigd is om de eretitel "Lange Lijn" te verdienen. Vroeger duurde de langste rit in de middagspits ruim 1 uur 40, maar sinds kort is de maximum rijtijd volgens de officiële dienstregeling teruggebracht tot 97 minuten.

De lijn verbindt, zoals gezegd, de twee Haagse badplaatsen Scheveningen en Kijkduin, en doet dat via een enorme omweg die, behalve door talloze Haagse buitenwijken, ook door de randgemeenten Voorburg en Rijswijk voert. Hij maakt een zeer grote omtrekkende beweging rond het Haagse centrum, en is dus vanuit Haags standpunt als "tangent" te beschouwen, terwijl het voor Rijswijkers en Voorburgers gewoon een mooie centrumgerichte lijn is.

Scheveningen (meer nauwkeurig de wijk Duindorp) en Kijkduin liggen, gemeten langs de waterlijn, nog geen vier strandpalen uit elkaar. De Neoplan- en Den Oudstenbussen van HTM leggen per rit ruim zeven keer die afstand af. Als je de route van 23 bekijkt op de HTM-lijnnennetkaart, dan kun je niet heen om twee vragen:

1) Hoe ontstaat zo'n vreemd hersenspinsel?

2) Waarom hebben ze van lijn 23 niet helemáál een ringlijn gemaakt?

Op vraag 2) weet ik het antwoord niet (het is nog niet te laat om dat alsnog te doen); het antwoord op vraag 1 heb ik opgezocht in de Haagse bibliotheek bij het èspalès, waar ze over busvervoer een stuk minder boeken hebben dan over rail. (Waarom is er voor OV op ijzeren wielen toch altijd zoveel meer interesse dan voor dat op rubber? Dat is vraag 3), en ook daar weet ik geen antwoord op).

Aan het begin van de jaren 50 bestonden er al twee voorlopers van de huidige lijn 23. Het waren lijn L, die van Duindorp via het Kurhaus en de van Alkemadelaan naar de Schenkkade reed, en lijn M, die het Deltaplein in Kijkduin via de Laan van Meerdervoort verbond met het De Savornin Lohmanplein, waar overgestapt kon worden op diverse tramlijnen. (In sommige fasen van zijn bestaan reed M door naar het Valkenbosplein; een paar kilometer stroomopwaarts op de langste laan van Nederland).

Anno 1955 werden de tot dan toe "geletterde" Haagse buslijnen van een nummer voorzien. Lijn L en M kregen respectievelijk de nummers 23 en 24 toegekend. Ergens in mijn zuigelingentijd werd 23 verlengd van de Schenkkade, nabij station Laan van Nieuw Oost Indië, naar station Voorburg.

In de loop van de jaren zestig werd ook 24 doorgetrokken naar Voorburg, en wel via de snelgroeiende woonwijken van Den Haag Zuid-West en Rijswijk. In 1963 verrees langs de route van lijn 24 het Rijswijkse winkelcentrum In De Boogaard (indertijd het grootste van de wereld, of in ieder geval van de provincie Zuid-Holland); vijf jaren later kreeg Rijswijk een NS station.

In 1971 werd de Geestbrug, gelegen op de grens van Voorburg en Rijswijk, vernieuwd. Lijn 24 werd noodgedwongen ingekort tot dit punt; lijn 23 werd er juist naar doorgetrokken. Misschien is toen iemand op het idee gekomen, beide lijnen, die al jarenlang hetzelfde eindpunt hadden, aaneen te koppelen. Dit gebeurde ook, zodra de Geestbrug hersteld was. Lijn 23 werd de overwinnaar; het lijnnummer 24 verdween.

Gedurende 29 jaar is de route van lijn 23 nauwelijks gewijzigd; de meest ingrijpende aanpassing werd in 1999 doorgevoerd in Rijswijk Steenvoorde, waarover straks meer.

Diverse typen bussen hebben de afgelopen halve eeuw op de Haagse lijnen gereden. In mijn kleutertijd bestond het wagenpark uit geel-groene bussen (ik meen: van het merk Leyland), die voor die tijd erg modern waren.

In 1967 begon het tijdperk van de rode DAF-standaardstadsbussen, die jarenlang vrijwel alle steden met een eigen busbedrijf ontsierd hebben. Dit type bussen heeft mij nooit erg kunnen bekoren. Hier en daar zie je er nog wel eens één rijden. Je kunt veel argumenten aanvoeren pro standaardisering, maar het leidt wel tot saaiheid en eenvormigheid. De rode DAF's waren een beetje communistisch; dat is misschien wat ik er op tegen had.

Vanaf pakweg 1988 ontstond onder de stadsvervoerbedrijven de trend, om weer zelf te gaan "shoppen" bij de busfabrikanten. In Den Haag, waar alles een paar jaar later gebeurt, waren de dagen van de rode duivels pas rond 1993 geteld.

De HTM schafte toen, na een zich eeuwenlang voortslepend besluiteloosheidsproces, bij Neoplan een vloot lagevloerbussen aan. Die rijden nu hun rondjes onder busnummers die met een 7 of 8 beginnen. Kort geleden is daar de 100-serie bijgekomen; hypermoderne wagens van Den Oudsten.

Ik herinner me nog vaag een lange discussie, die gevoerd is over het al dan niet afschaffen van de extra achterdeur. Daarover zijn ook geen duidelijk Gordiaanse knopen doorgehakt, getuige het feit dat ik de helft van de bussen met twee, en de andere helft van de bussen met drie deuren heb zien rondrijden. 1



Duindorp

En nu en route. Het is maandag 4 september 2000, in de nadagen van het badseizoen. Tevens is het de laatste dag van mijn werk- en studievakantie. Het weer is grauw; het zit de hele dag tegen regenen aan.

Van station Den Haag HS neem ik tram 12 naar Duindorp. Het is betrekkelijk druk voor de maandagmorgen. Dat wordt veroorzaakt door de markt bij het Hobbemaplein, ook alweer de grootste van half Europa, die op elke marktdag duizenden extra passagiers trekt op de tramlijnen 6, 11 en 12.

Binnen een minuut of twintig bereiken we Duindorp. Ik stap uit bij de één na laatste halte, op de Duivelandsestraat. Van hier kun je, na een strand- of duinwandeling van vier kilometer, Kijkduin bereiken; in ongeveer de helft van de tijd die de bus erover doet.

Ik beklim de bosjes van Poot, die op een hoog duin liggen. "Hier ligt Poot / hij is dood", maar dat ging over een andere Poot.

In dit duinpark is het toegestaan, honden te laten uitrennen, maar ook wordt de wandelaar middels waarschuwingsborden op het hart gebonden, de "kwetsbare natuur" in stand te houden. Het lijken me twee zaken die moeilijk met elkaar te verenigen zijn.

Vanaf het duin overzie ik de wijk Duindorp. Daarachter ligt het uitzicht op zee: tussen het land en de lucht, zoals John Cleese ooit met een messcherpe blik observeerde.

Ik groet een man die zijn golden retriever laat uitrennen, maar krijg niet meer weerom dan een grom. Ik had het kunnen weten; dit is Den Haag, en niet Kloosterhaar. Op een bankje zit een wat ouder liefdespaar te tortelen. Hij streelt liefkozend, en met enigszins slappe gebaren haar hand; zie ik, als ik dichterbij gekomen ben. Dat valt me al weer mee. Van afstand leek het net, of hij bij haar op zoek was naar een geschikte ader voor een injectie.

Ik daal al naar Duindorp. De wijk bestaat grotendeels uit portiekwoningen, met karakteristieke ingangen die op deuren van een kathedraal gelijken. De bewoners van dit stukje grond achter de duinen voelen zich met enige reserve Scheveninger, en zeker geen Hagenaar, maar in de eerste plaats Duindorper. Ik zie het er als buitenstaander niet helemaal aan af, maar wie hier geboren is, wil er nooit meer weg en keert er altijd terug.

De lange Wieringsestraat sluit de wijk af. Door een hoge duinenrij wordt de zee aan het oog onttrokken. In de verte zie ik de antennes van Radio Scheveningen. De markante portiekingangen zijn in deze straat onzichtbaar doordat er een modern glazen geval is voorgezet; niet echt een verbetering.

"Scheveningen zegt nee tegen het Museum Anders Scheveningen", lees ik op een boos bordje. Gelukkig bestaan er nog kwesties op de wereld waar ik niets van af weet, zodat ik er ook geen mening over hoef te hebben.

Op het Tesselseplein neem ik de bus van 12.27. Het is nummer 806, zonder derde deur. You're the one that I want, ooh ooh ooh, zingen Olivia Newton John en John Travolta op de radio. Daarmee hebben ze nog eens negen weken lang op één gestaan.

Gedurende de hele middag wordt er op lijn 23 een 8-minutendienst gereden. Bij een rijtijd van 97 minuten komt dat neer op een omloop van meer dan 3,5 uur. Echt een lijn voor chauffeurs die niet graag "rondjes rond de kerk" rijden; na twee keer heen en weer zit je dienst er al weer op. Een kleine dertig bussen zijn nodig om deze mega-lijn te exploiteren.

Aanvankelijk zit ik alleen in de gereedstaande bus, maar net voor het vertrek komt er een wat haveloze man binnen, die zijn strippenkaart heeft opgevouwen tot een harmonica. Hij beweert een overstapje te hebben, maar dat is al lang verlopen, en hij moet geloven aan een nieuwe afstempeling.

We vertrekken. "Ik heb zo maar wat gelopen", ouwehoert de haveloze man tegen niemand in het bijzonder. "Daar bij die andere tramlijn. Boodschappen halen. Melk en vlees en zo, en alcoholische drank. Maar alles dicht, hè. Maandagmorgen".

We rijden in de buurt van de Scheveningse haven. "Ik néém die sterkere pillen niet", zegt de man. "Ik weet precies wat er gebeurt. Ik ga ervan pissen als een otter. Het loopt zo me lichaam uit".

Oud-Scheveningen

Ik stap uit bij de halte Willemstraat. Zoals ik vorige week al schreef, is Hotel "Op Gouden Wieken" verdwenen, en heeft het plaatsgemaakt voor een Franstalig Lyceum. Schuin daartegenover ligt begraafplaats Ter Navolging, waar de schrijfsters Betje Wolff en Aagje Deken begraven liggen. Ze waren zo aan elkaar verknocht, dat ze nagenoeg op dezelfde dag stierven. In 1804 was dat. Ik heb laatst hun beroemdste roman gelezen, en wil ze even dagzeggen, maar het hek van het oude kerkhof zit dicht. Er staat een sleuteladres vermeld, maar wat heb ik er eigenlijk te zoeken?

De knusserige Keizerstraat loopt in de richting van de vuurtoren. Deze buurt vormt het oude hart van Scheveningen, waar ooit de vissers woonden, en misschien nog wel wonen. Ik loop de Keizerstraat op en af, en keer terug naar de halte waar ik ben uitgestapt.

Er rijdt net een bus voor mijn neus weg, en ik moet maar liefst 14 minuten wachten op de volgende. Regelmaat is altijd ver te zoeken op lijn 23. HTM is daar toch al niet erg goed in. "Regelmaat" betekent in het Haagje: min of meer op tijd vertrekken; onderweg gewoon doorrijden indien mogelijk, en maar zien wanneer je aankomt. Het verschijnsel "tijdhalte" is hier onbekend.

Alleen nu juist lijn 23 vormt een uitzondering. Bij twee haltes, nl. station Voorburg en station Rijswijk, wordt gewacht op de juiste vertrektijd, als de bus er te vroeg is aangekomen. Tussen Voorburg en Rijswijk rijdt de bus daarom doorgaans redelijk op tijd, maar op de rest van de route is er geen staat op te maken.

Tussen het oude Scheveningen en de moderne badplaats liggen 4 haltes, een stukje dat ik afleg met bus 820, mét derde deur. Twee werelden van verschil, die elkaar nooit zullen ontmoeten. Op de TV heb ik eens een interview gezien met een oude visserman; nog in klederdracht. "Ze liggen zo maar met de buusten bloot aan het strand, meneer, en dat op de zondag; het is toch schande!"

Op dit traject volgt lijn 23 de route van tram 8. De lange buslijn kruist alle HTM-tramlijnen, behalve nummer 12. Daar staat tegenover, dat lijn 23 de trams 1, 3, 6, 7, 8, 9 en 10 niet minder dan twee keer ontmoet.



Kurhaus

Ik stap uit bij het Kurhaus, vlak bij de winkelpromenade en de pier, die onlangs aan het horeca-concern v.d. Valk is verpierd. 500 meter verderop ligt de keerlus van trams 1, 8 en 9, die is uitgehakt uit een duin. Daarachter zie ik op een duintop het vertrouwde beeld van een trapeziumvormig torentje, dat ik "de prullenbak" noemde, in de tijd dat ik er met mijn vader omheen rende om kiekeboe te spelen. Later heb ik me vaak afgevraagd, waarvoor het bouwwerk diende, tot op de dag, nog niet zo lang geleden, dat iemand het me onthulde. Uiteindelijk worden alle vragen beantwoord.

Weinig dingen zijn deprimerender dan een badplaats buiten het strandseizoen. Dat geldt zelfs voor Scheveningen, dat toch gedurende twaalf maanden per jaar en achttien uur per dag winkelend publiek en uitgaanders weet te trekken. De omgeving van het Kurhaus, die in de jaren zestig in een deerlijke staat van verval was geraakt, is sedertdien in de vaart der volkeren opgestuwd door projectontwikkelaars. Er verrezen hotels en appartementen, tientallen verdiepingen hoog, met duurbetaald uitzicht op zee. Wie beneden staat heeft nog slechts uitzicht op een enorme stenen wand.

Door mijn hoofd jengelt een liedje dat dit jaar een zomerhit is op Sky Radio. Het heet "Dansen aan zee". De uitvoerende artiesten ken ik niet; dat zeggen ze er nooit bij. Het is een vers met een onmiskenbaar melancholische ondertoon; enigszins nasaal gezongen. "Dangggsen aangg dzeejjj". Ik raak het vanmiddag niet kwijt, en zit er mooi mee opgescheept.



Naar Rijswijk

Ik pak de bus richting Kijkduin, en neem me voor, niet in Voorburg uit te stappen. Tenslotte heb ik deze zomer al een fotorapportage gewijd aan mijn geboorteoord, plus een kort verhaal over mijn kleutertijd, dat om één of andere reden veel luguberder uitpakte dan ik bedoeld had. Het slot was niet helemaal overtuigend. Twee lezers dachten, dat het verhaal niet áf was. Ze moeten wat ontbreekt zelf maar invullen, en mij onkundig laten van het resultaat.

De bus - Neoplan 735, met één achterdeur, die in het midden zit - raast over de v. Alkemadelaan. We lopen voor op ons schema, en daardoor stappen er weinig passagiers in, waardoor we nog verder voor gaan lopen. Een vicieuze cirkel, waaraan lange stadslijnen met een hoge frequentie meestal niet weten te ontsnappen.

Parallel aan de v. Alkemadelaan liep tot in de jaren 50 een spoorlijntje door de duinen; een zijtak van de Hofpleinlijn die in Scheveningen zijn eindstation had. De trouwste gasten van Scheveningen wonen ook langs deze laan; ze zijn er niet weg te slaan. De strafgevangenis, die uitkijkt op de duinen, geeft 12 maanden per jaar volpension.

We passeren ziekenhuis Bronovo, waar niemand instapt, en even later het Haagse Bos, waarin onze vorstin woont.

Op de laan van Nieuw Oost Indië zie ik een instappende passagier een brandende sigaret wegwerpen. "Je komp auk altèd net as ik een sigaget hep opgestauke!"

"Dat kèn je netuurlijk auk pausitief bekèke", vindt de chauffeur. Het is een aardige man, die voor iedereen een vriendelijk woord overheeft, en wacht met optrekken, totdat oudere passagiers zijn gaan zitten. Hagenaars hebben een zekere reputatie van horkerigheid, maar op lijn 23 valt het over het algemeen nog wel mee, zeker als je het vergelijkt met ConniXXXXXXXion.

Voorburg slaan we dus over. In de tussentijd noem ik nog even een bijzondere eigenschap van lijn 23; de voordeligheid. Hoewel de bus zich door 5 zones slingert, heb je om ingewikkelde topologische redenen nooit meer dan 4 strippen nodig voor een rit (als je tenminste de tijdslimiet van een uur niet overschrijdt).

Het traject tussen Voorburg-station en Rijswijk-Huis de Wervelaan, door de statige wijken die geanneXXXXXXXXeerd dreigen te worden door gemeente Den Haag, heb ik gedurende 18 jaar 10 keer per week afgelegd. Rekening houdend met vakanties, snipperdagen en ziekte, komt dat neer op in totaal ruim 8500 ritten. Geloof me: dat is voldoende om er een bloedhekel aan te krijgen.

Later, vanaf 1995 geloof ik, kwam er dank zij ZWN-lijn 48 een rechtstreekse verbinding tussen Leiden en Rijswijk tot stand. Een welkome afwisseling, al reed lijn 48 vanaf Voorburg Station in grote lijnen dezelfde route als 23. De 10.000 heb ik wel volgemaakt.

Op dit punt begin ik me grondig te vervelen. Bij halte Huis de Wervelaan, waar ik altijd uitstapte, valt me op dat ik niet eens denk aan het bedrijf waar ik 22 jaar gewerkt heb. De halte blijkt overigens ongedoopt te zijn in "Rijswijkse Schouwburg".

Knooppunt Rijswijk; augustus 1999

Knooppunt

Een paar minuten later sta ik op het OV-knooppunt van Rijswijk. Wie het ondergrondse station Rijswijk verlaat via de minst voor de hand liggende uitgang (honderden meters verwijderd van de stopplaats van de trein) belandt op dit knooppunt, en kan 9 buslijnen en één tramlijn nemen. Dat laatste doet niemand; tram 17 heet een enorm succes te zijn, maar ik zie er, althans in Rijswijk Steenvoorde, nooit iemand instappen. De bussen zijn des te drukker.

Bij de introductie van lijn 17 onderging de route van lijn 23 een wijziging. Er werd wat geschoven en gewisseld met lijn 18 (Duinzigt - Steenvoorde). Die doet nu het binnengebied van Steenvoorde, bij de Margrietsingel. Lijn 23 én 18 dringen sindsdien wat dieper door in de muziekbuurt, die wordt bereikt via een vrije busbaan langs de Klaroenstraat.

Ik zet de busbaan op de foto. Met enige moeite. Tegenwoordig moet ik mijn digitale camera vóór gebruik goed schudden om nog een acceptabel beeld te krijgen. Het apparaat is aan het einde van zijn digitale Latijn.

Zo is het gesteld met het merendeel van mijn computerpark. De jongste van mijn twee PC's is al 4,5 jaar oud (maar loopt nog als een zonnetje, met zijn schamele 120 Mega-Hertzen en 16 MB RAM). Mijn printer wil alleen nog maar printen, als ik bereid ben de vellen papier met de hand naar binnen te duwen; mijn 14.4 modem heeft soms wat moeite met die gelikte, ingewikkelde sites die sommigen op het WWW menen te moeten zetten. Die modem is niet eens mijn eigendom; ik heb hem in bruikleen gekregen van mijn ex-werkgever waar ik zojuist bijna ben langsgekomen, en niet teruggegeven.

Bij dat bedrijf ligt ook de oorzaak van mijn conservatieve hardware-beleid. Zoals mijn trouwe lezers weten, oefende ik er het beroep uit van systeembeheerder. Toen had ik vanzelfsprekend altijd de nieuwste software. Maar als ik uit die periode één ding over automatiseringssystemen geleerd heb, is het wel het volgende: "als het eenmaal werkt, blijf er dan verder in vredes naam met je tien geboden af!"

Ik heb daarom gezworen, nooit meer nieuwe hard- of software te installeren. Alles wat sedert 1997 is uitgevonden, heb ik zodoende aan me voorbij moeten laten gaan. Zekere ongemakken neem ik voor lief, waaronder het verschijnsel dat als ik moderne documenten inlees met mijn oude Word-versie, ik alleen maar platte tekst overhoud, en elke vorm van opmaak verwijderd wordt.

Ik houd mijn computer-conservatisme nu al bijna 3 jaar vol, maar het eind ervan komt nu wel in zicht.



Strandwal

Om 15.04 stap ik aan boord van bus nummer 145. Dit is zo'n nieuwe Den Oudsten, met fleurig gekleurde stoeltjes. Ik heb er één keer eerder ingezeten; dat was met Maarten Batenburg; de fietsbus lijn 56 (Rijswijk - Zoetermeer), met ruimte aan boord voor het stallen van vouwfietsen.

Het zijn mooie bussen (op lijn 23 natuurlijk zonder fietsenstalling), al klinkt de waarschuwingspiep bij het sluiten van de deuren me wel erg schril in de oren. Arme chauffeur; die zit er de hele dag in. De schuifdeuren gaan zeer langzaam open; ongeduldige passagiers beginnen er tegen te slaan en te duwen.

Deze bus is heel druk, in tegenstelling tot de bussen waar ik eerder op de dag in heb gezeten.

Winkelcentrum In de Boogaard, waar ik soms mijn pauzes doorbracht, is de afgelopen twee jaar maar weer eens verbouwd. Per decennium fikt "in de Boogaard" drie keer af en wordt het twee keer compleet gerenoveerd. Vroom en Dreesmann gaat nu schuil achter een soort vestingwal van gras. Gut, gut.

De conversatie van mijn medepassagiers is niet boeiend. Terwijl we Den Haag Zuid-West doorkruisen, val ik bijna in slaap van verveling. Gapend blijf ik de in- en uitstappende passagiers tellen, zoals ik gewoon ben tijdens Langs Lange lijnen. Lijn 23 moet het voornamelijk hebben van winkelcentra: De Boogaard leverde 20 instappers op; de Leijweg 13.

Lijn 23 kruist alle tramlijnen richting Den Haag Zuid-West kort na elkaar: op de Cannenburglaan lijn 16, de nummers 8 en 9 op de Melis Stokelaan en lijn 6 bij ziekenhuis Leijenburg.

DAt laatste ziekenhuis is gedeeltelijk gesloopt. Er wordt nieuwbouw gepleegd. Ook bij de Thorbeckelaan, waar lijn 23 tram 2 kruist, is een hectaren groot terrein met sloopafval. Soms weet je niet niet eens meer wat er gestaan heeft. In dit geval weet ik het toevallig wel: een dienst Sociale werkvoorziening. Vroeger ging die "uit" rond 16.30. De medewerkers bestormden dan lijn 2 en 23.

Ik zat toevallig op een vrijdagmiddag rond dat tijdstip eens in lijn 2, en heb 20 minuten lang geluisterd naar de gesprekken van twee medewerkers. De ene zei steeds: "prettig Weekend" en de ander antwoordde: "Bemoei je d'r niet mee!". Dan lachten beiden met luid gebulder, en vervolgens begon de hele conversatie opnieuw; een keer of 20 achter elkaar. Het was op dat moment, dat ik besloot, De digitale reiziger op te richten, om dit soort conversatiebloempjes te kunnen vereeuwigen, als in een herbarium.

Na het de Savornin Lohmanplein ("het de?") rijden we even gelijk op met de route van tram 3, op de lange Laan van Meerdervoort. De hoofdverkeersaders van Den Haag zijn gebouwd op oude strandwallen, die parallel lopen aan de kust. De laan van Meerdervoort ligt op zo'n wal, evenals de trits Westeinde - Herenstraat - Oosteinde in Voorburg. Aangezien de kust loopt van Zuid-West naar Noord-Oost, is heel Den Haag ZW-NO georiënteerd. Op plattegronden van Den Haag staat de strandlijn, en dus het Noordwesten, bovenaan.

Kijkduin

Tussen de huizenrijen door worden duinen zichtbaar. We rijden Kijkduin binnen, hetgeen ook duidelijk blijkt uit de enorme rode boei die langs de weg staat opgesteld. Lijn 23 deelt het Kijkduinse eindpunt met lijn 4 (naar Mariahoeve), 26 (via HS en de Binckhorst naar Voorburg) en ConneXXXXXXXion lijn 129 (Wateringen - Delft - Overschie - Rotterdam).

We zijn weer aan zee. In Kijkduin is het laag-seizoen nog sneller ingetreden dan op Schevenigen. Het grote winkelcentrum op het Deltaplein wacht vanmiddag vrijwel vergeefs op klanten. De draaimolen en diverse patat- en haringtenten zijn al dichtgetimmerd. De warme bakker heeft geen croissants meer in voorraad.

De zomer is voorbij (was hij al begonnen, dan?); het is de laatste dag van mijn vakantie; morgen beginnen ook de colleges weer. Ik zou er weemoedig van moeten worden, of juist blij, maar ik werkelijkheid verveel ik me alleen maar. De verveling ligt als een muffe deken over deze middag.

"Laten wij dansen, dansen aan zee". Voor de honderdste keer. Er klinkt iets wanhopigs door in die woorden. Zo van: als alle andere middelen gefaald hebben: laten we dan maar dansen.

Ik zie op de stille boulevard achter het Deltaplein geen geschikte kandidaten voor een pas de deux. Er lopen alleen maar twee Italianen. Zouden die met me willen dansen, dansen aan zee? Italianen kijken altijd zo ongenaakbaar. Altijd in de plooi; altijd strak in het pak. Nooit eens echt blij; of ze nou op snoepreisje zijn, of op vakantie. Ik durf het ze niet te vragen. En in mijn eentje dansen aan zee, daar begin ik niet aan.

Een verrekijker. "Inworp 1 x 1 gulden. Lange kijktijd. Valse munten komen niet terug". Ik werp geen valse munten in; noch echte. Nee, ik draai de rollen om, en fotografeer de kijker.

Daarna ga ik de administratie opmaken van een middagje lijn 23. Ik heb 133 mensen zien instappen en 147 zien uitstappen. Het verschil is alleen onverklaarbaar voor wie er niet diep genoeg over doordenkt.

In totaal heb ik 89 minuten gedaan over mijn ritje van Duindorp naar Kijkduin. Lijn 23 is dus niet echt een serieuze lange lijn. Er zijn veel langere. Dit is tevens de eindconclusie. Dit is nu eens een verhaal dat een normaal einde heeft.

Frans Mensonides
11 september 2000


VOETNOOT:

Een lezer schreef me hoe het precies zat met die bussen. Je hebt de 700-serie; die zijn inderdaad van Neoplan. Dié hebben twee deuren, en zijn berucht bij chauffeurs en reizigers omdat ze zo'n verschrikkelijk kabaal maken bij het optrekken.

Iets nieuwer zijn de 800-en. Die komen uit de Mercedesfabrieken en hebben drie deuren. Verder lijken ze sprekend op de 700-reeks; iemand als ik, die nooit goed uit zijn doppen kijkt, had het verschil niet gemerkt.

De 100-en zijn inderdaad van Den Oudsten. Deze serie werd voorafgegaan door de 900-reeks; de gelede versie van de Den Oudsten-bus. Deze gelede bussen rijden vooral op lijnen 4 en 25. Er is er een uitgeleend aan Almere; die kwam ik daar eerder dit jaar tegen. Ook de 700-en worden volgaarne uitgeleend, en zijn ver buiten de Residentie gesignaleerd.

terug



lijn 23 (Duindorp - Kijkduin) in kort bestek

Maatschappij HTM
Provincie Zuid-Holland
Lengte traject (schatting) 29 kilometer
Rijtijd in aangegeven richting (overdag) 1 uur 37
Idem, 's-avonds 1 uur 10
Exploitatie (maandag - vrijdag) 06.30 - 00.45 uur
Zones 5
Frequentie Variërend van 6 minutendienst (Kijkduin - Duindorp in de spits) tot 15 minutendienst (avonduren)
NS-stations Laan van Nieuw Oost Indië, Voorburg, Rijswijk
Overige knooppunten Talloze
Route: Duindorp - Scheveningen - Den Haag Benoordenhout / Bezuidenhout - Voorburg - Rijswijk - Den Haag ZW - Kijkduin