Jaargang 5 Aflevering 46 WOENSDAG 9 OKTOBER 2002
Deze column is afkomstig uit het archief van REFLEXXIONZZ! Klik hier voor de meest recente aflevering. OV-reisverhaal De ijzeren weg - spoorlijn Utrecht - Amsterdam (1)
voor Wim Scherpenisse De spoorlijn Amsterdam - Utrecht, eens geëxploiteerd door de Nederlandsche Rhijnspoor Maatschappij (NRM), werd geopend in 1843, en is daarmee de op één na oudste van ons land. Anderhalve eeuw later (we gaan met zevenmijlslaarzen door de historie) ontstond het plan, de capaciteit van de lijn uit te breiden, door hem grotendeels viersporig te maken. Na enig heen en weer gepraat ging in het jaar 2000 de schop in de grond. Wie momenteel een treinreis maakt op het traject Amsterdam - Utrecht, heeft overal uitzicht op spoorbouwputten. In 2006 moet het project, begroot op bijna een miljard euro, voltooid zijn. Capaciteitsuitbreiding op dit traject is bittere noodzaak. Momenteel rijden er per richting en per uur vier IC’s (twee maal Den Helder - Nijmegen en twee maal Haarlem - Eindhoven / Maastricht); in de spits nog uitgebreid met twee exemplaren Amsterdam - Eindhoven. Verder zie je hier 9 keer per richting per dag de ICE Amsterdam - Keulen rijden, die na 2006 het 35 kilometer lange traject met een snelheid van 200 km/h gaat afleggen - om daarna flink in de remmen te knijpen; de aanleg van de HSL-Oost, tussen Utrecht en Zevenaar, is uitgesteld tot diep in de 21ste eeuw. Tussen al die snelle treinen door moeten ook de stoptreinen nog ingepast worden. Dan staat verder het Randstadspoor nog op stapel, een sternet van lightraillijnen rond Utrecht. We horen er de laatste tijd niet veel meer van, maar het schijnt nog steeds de bedoeling te zijn, deze Hollandse variant van de S-Bahn te realiseren. We gaan dit traject verkennen, en doen dat in twee afleveringen, en wel per stoptrein. De treinen van deze serie, geëxploiteerd met sprintermaterieel, stoppen, gezien vanaf Utrecht CS, in Maarssen, Breukelen, Abcoude, Amsterdam-Bijlmer, Duivendrecht, Amsterdam-Amstel, Amsterdam Muiderpoort en Amsterdam CS. Er wordt gereden in halfuurdienst.
Alleen gedurende de avonduren bestaat er zoiets als een stoptrein Utrecht - Amsterdam. Overdag rijden de treinen via Zaandam door naar Uitgeest, maar zover gaan we niet; aan het traject door de Zaanstreek hebben we in januari 2000 al aandacht besteed.
DOSWe schrijven zaterdag 5 oktober 2002. Welgeteld 61 passagiers bevinden zich aan boord van de uit twee sprinter-drietjes bestaande trein naar Uitgeest, die om 13.08 vertrekt uit Utrecht. 61 man; je kunt er net een gelede streekbus mee vullen. Deze stoptrein is, gerekend vanuit Utrecht, alleen van belang voor passagiers naar Maarssen, Breukelen en Abcoude. Wie verder wil, kan beter in de Intercity naar Haarlem of Den Helder stappen; te Abcoude wordt de stoptrein voorbijgereden door de IC.De trein naar Uitgeest vertrekt van spoor 18, tegenover, en ongeveer tegelijk met, die in de richting Leiden. Ik zie de laatstgenoemde trein verdwijnen achter een betonnen viaduct. Mijn raampje biedt uitzicht op de keukens en achtertuinen van de wijk Zuilen, en de schoorsteenpijpen van een uitgebreid, wat ouderwets industriecomplex. Links ligt een talud gereed voor de aanleg van twee extra sporen. We passeren de zgn. Demkabrug over het Amsterdam Rijnkanaal. Het kanaal blijft de spoorlijn volgen, van hier tot even voorbij Loenersloot. Onlangs is er een tweede Demkaburg gelegd naast de oorspronkelijke; één van de tientallen “kunstwerken” die aangelegd zijn, of nog moeten worden, voor de spooruitbreiding Amsterdam - Utrecht. Het goederenspoortje uit industrieterrein Lage Weide, dat vroeger doorliep tot station Maarssen, verzandt nu in een bouwput. Er is ooit voorgesteld, op dit spoortje forenzenritten te laten rijden door Lovers Rail, met hun befaamde Jan-Pleziertreinen. Maar deze railconcurrent ging op de fles alvorens al zijn beloften te kunnen inlossen. Het motregent en waait; de meest geschikte weersomstandigheden om Maarssen te zien. Het gebied rond station Maarssen, opgebouwd uit grauw beton dat niet bloeit, vormt met afstand de meest afstotelijke vierkante kilometer van heel Nederland. In Maarsenbroek (zo heet het dorp aan de westzijde van het kanaal) lopen alle stoepen en fietspaden dood; de bebouwing doet dienst als staalkaart van jaren 70-ellende. Als de trein het station nadert, denk ik na over de magie van “de plek”. Niet alleen de misdadiger keert altijd terug naar de plaats waar het gebeurd is; alle mensen doen dat. Naar mooie plekken, met aangename herinneringen; maar ook, merkwaardigerwijze, naar rotplekken waar je op je lazer kreeg, of een nare tijd beleefde. Ik ben hier slechts een paar keer eerder geweest; onder andere op de avond van dinsdag 21 mei 1996, een van de meest opmerkelijke dagen in mijn leven. Dat had ik toen nog niet door; “beetje rare dag”, schreef ik met veel gevoel voor understatement in mijn agenda, maar het was een kantelpunt in mijn bestaan. Ik werkte als systeembeheerder, een vak waarvan ik met de dag minder begreep. Die avond was ik gezonden naar een mini-congres in Maarssenbroek, over een vaag onderwerp dat ik me niet meer kan herinneren. Zowel op de heen- als de terugweg raakte ik hopeloos verstrikt in de plattegrond van die plaats, en heb ik lopen dolen in modderige bermen van autowegen. De lezing bracht ik door in “deftig gezelschap” (noteerde ik wat naïef in die agenda) waar ik me slecht op mijn gemak voelde. Gedurende de hele avond verkeerde ik in de greep van een bodemloze troosteloosheid. Enkele maanden later liet ik me door deze weinig schokkende gebeurtenissen (iedereen heeft wel eens wat) inspireren tot een kort verhaal, getiteld “De ijzeren weg”, dat nog steeds te lezen is op mijn site. Hoofdpersoon is Henk Bemmel, een schlemieliger versie van mezelf, alsof dat al niet erg genoeg is. Het was mijn eerste verhaal, afgezien van enkele halfslachtige pogingen in mijn jeugd en jonge volwassenheid. Als ik het overlees, vind ik het niet verschrikkelijk slecht, heel aardig voor een eerste poging, al irriteert me die al te suffe Bemmel. Daarna liep het met de systeembeheerderij langzamerhand op zijn eind, en voelde ik me gedreven om steeds vaker, steeds meer en steeds sneller gaan schrijven. Een waar omslagpunt dus, die avond in Maarssenbroek, van bèta naar alfa, zou je kunnen zeggen, en daarmee werd deze plaats een “plek”. Een plek, die drastisch van aanblik gaat veranderen: de spoorverdubbeling maakt bouw van een nieuw station noodzakelijk, maar ook de omgeving krijgt een broodnodige facelift. Ik heb er een artist impression van gezien op Internet. Het kan er alleen maar op vooruit gaan, daar in Maarssenbroek, maar het ontwerp is wel erg meer-van-hetzelfde. Wéér een systeem van loopbruggen. Die oude moeten er 25 jaar geleden op de tekentafel ook veel frisser uitgezien hebben dan nu in werkelijkheid. Na aankomst in Maarssen steek ik over bij de spoorovergang waar mijn Bemmel een dal-ervaring doormaakte, en ga het pad langs het kanaal bewandelen. Toegang is hier op eigen risico (zoals vrijwel alles in het leven); ik passeer de bouwplaats voor de nieuwe luchtbrug, die de spoorovergang gaat vervangen. Op het Amsterdam-Rijnkanaal kanaal is het stil, vandaag; weinig scheepvaart. Raas-raas-raas-raas: er dendert zo’n fantasie-trein voorbij in de richting Utrecht: wat opgekalefaterde Nederlandse rijtuigen, wat dito Duitse (herkenbaar aan het gebogen dak) en een plomp dubbeldeksrijtuig ertussen, voor het contrast. Ik loop tot ruim een kilometer voorbij station Maarssen. Hier ongeveer komt misschien een station voor het Randstadspoor. Het talud voor de twee nieuwe sporen ligt rechts van de spoorbaan, tussen de huidige sporen en het kanaal. In de loop van de rit noordwaarts zal ik vanmiddag merken dat de extra sporen soms ten oosten komen van de huidige, en soms ten westen. Er passeert toch nog een rijnaak; de Gulf-Stream uit Vlaanderen. En er passeert een Beneluxtrein, eveneens uit Vlaanderen; er is vandaag een stremming tussen Roosendaal en Lage-Zwaluwe, en de internationale treinen maken een enorme omweg. Ik loop terug naar het station. De loopbrug naar Winkelcentrum Bisonspoor ziet er nog precies zo uit als ik hem in 1996 beschreven heb; ik heb er niets aan toe te voegen. Alle circa 40.000 inwoners van de gemeente Maarssen hebben zich samengepakt in het overdekte winkelcentrum; het is er druk, muf en bedompt. Onderaan de roltrap zie ik twee afgehaalde bedden. “WAKKER WORDEN - Geen tijd, neem snelontbijt”, luidt het opschrift. Drie mooie meisjes staan eromheen en delen pakjes snelontbijt uit aan de voorbijgangers, hoewel het tijdstip van ontwaken ook in deze slaapstad toch al 6 uur achter ons ligt. Dit product zal wel aftrek vinden, in een oord dat je ’s morgens z.s.m. wilt verlaten. De meisjes zijn gekleed in rode tunieken; niet in pyjama of negligé, zoals je zou hopen en verwachten. Snel de frisse lucht in! In een van de vaalgele kantoorkolossen (ik weet echt niet meer welke) heb ik in 1994 een cursus ondergaan, een driedaagse hersenspoeling over het PC-besturingssysteem DOS. Het certificaat heb ik onlangs weggegooid, enigszins voorbarig. Op mijn nieuwe Windows XP computer kun je nog altijd een DOS-prompt krijgen, zoals ik laatst ontdekte, met een zekere vertedering. Hij zit erg diep, onder Bureau-accessoires, en zal zelden gebruikt worden door moderne computerbezitters, maar hij is er wel degelijk.
”Hiep hiep Hoera! Herman ten Brinke (de uitvoerder) is 45 jaar!” staat op een bordje bij de bouwplaats naast het perron. Nou en? Ik ben ook 45 jaar, maar loop er niet om te juichen. Dat komt misschien omdat ik het al ruim 11 maanden ben; er treedt een zekere gewenning op. AbcDe sprinter komt eraan, en ik stap in: weg!, weg van hier! Luttele minuten later zie ik van links de sporen uit Woerden naderen. Eens per uur, en alleen overdag, rijdt hier de stoptrein Rotterdam - Amsterdam, binnendoor via Gouda, Woerden en Breukelen. Ik heb gevreesd dat ze dat curiosum meteen maar zouden opheffen bij de verbouwing van de spoorlijn Utrecht - Amsterdam, maar niets in minder waar; er komt zelfs een 600 meter lange fly-over op de plek waar de treinen nu nog gelijkvloers moeten in- en uitvoegen.Station Breukelen wordt verplaatst. Hier in de buurt moet een informatiecentrum zijn over de spoorverdubbeling; dat ga ik bekijken in deel 2. Naast nieuwe taluds zie je, als je heel goed kijkt, ook nog een oud: even onder het dorp Loenersloot takte ooit de Haarlemmermeerlijn af van de spoorlijn Utrecht-Amsterdam. Door de polders koersen we af op station Abcoude, bij kenners van railafkortingen bekend onder de naam Abc. Hier wordt de stoptrein op een zijspoor gerangeerd om voorbij geraasd te kunnen worden door de IC Den Helder. Ik stap uit, maar blijf nog even op het perron wachten om de IR-dubbeldekker te zien passeren. Drie jongetjes maken van de gelegenheid misbruik door in de sprinter van het ene treinstel naar het andere te rennen, met veel gegil en gekrijs, en overal deuren te openen en sluiten. Vast een veelvoorkomend tijdverdrijf onder de jeugd van Abc. De IC snelt voorbij, vijf minuten te laat. Het oponthoud van de sprinter heeft bijna tien minuten geduurd. Ik verlaat het perron via een netwerk van rioolbuizen, zo het lijkt. Ook dit station wordt straks verplaatst. Het spoor zal de rivier Gein kruisen via een verdiepte bak. Abcoude ligt aan de splitsing van de Angstel en het Gein. MS Word kent de eerste riviernaam niet (wel Maas, omdat dat iets is in een net of een wet, en Lek, omdat dat iets is in een band, vat of kerncentrale), en adviseert me de laatste te veranderen in Pret of Lol, daar “gein” tot de spreektaal behoort. Ik krijg nog eens wat van die spellings- en grammaticacontrole! Zinnen, langer dan 15 woorden, zoals deze, worden steevast groen onderkringeld, omdat ze voorbeelden zouden zijn van “vaag taalgebruik”; als ik de naam “Wim Scherpenisse” intik, wijst het systeem me erop, dat dit een persoon is aan wie ik een e-mail zou kunnen sturen, of met wie ik een vergadering zou kunnen plannen. Onder betere weersomstandigheden heb ik van hier eens langs de rivier het Jolijt gelopen naar Driemond, een dik uur wandelen, met een rustgevend uitzicht op wilgen en weiden. Ik kwam uiteindelijk uit bij een ander station, aan een andere spoorlijn, Weesp; ook onbekend bij de spellingscorrector van Word. Vandaag loop ik, gewapend met ROVER-paraplu, het dorp in, langs een kade. Abcoude is een knus polderdorpje zoals je er honderden vindt in Holland; je zou niet zeggen dat je je hier op nog geen drie kilometer bevond van Amsterdam Zuid-Oost. De bomen rond de kerk hebben zich al gehuld in herfstvlammen. Om de kerk heen zijn kneuterige dorpswinkeltjes gevestigd. Op de hoek zie ik het onvermijdelijke Rechthuys, waarin de bistro zit die ik er verwachtte. Een beeldend kunstenares in een galerietje maakt werken, geïnspireerd op de aanleg van de hoge snelheidslijn, zoals zij het noemt. Abcoude wordt erdoor op de wereldkaart geplaatst, vindt zij wellicht, maar of het dorp er ingrijpend van zal veranderen, betwijfel ik; stoppen zal de ICE er zeker niet. De Angstel is hier niet meer dan een paar meter breed. De gevels langs de kaden zouden op de zomerdag best een paar foto’s waard zijn. Ik volg de kade tot de eerste kronkel, maar keer op mijn schreden terug naar het station, als de motregen overgaat in een plensbui. Een windvlaag verandert mijn paraplu in een vormeloze massa van doek en baleinen. Ik frommel de resten in een prullenbak; thuis hangen er nog twee aan de kapstok.
Het perron kijkt uit over weilanden, waar koeien lijdzaam staan te herkauwen in een donkergrijze regenmist. Ook de trein van 15.30 moet een vertraagde IC voor laten gaan, en vertrekt zelf 6 minuten te laat. MPIn Amsterdam Zuid-Oost rijdt de trein een stukje parallel aan de metro van het GVB. Naar de verbouwing van het gecombineerde trein- en metrostation Amsterdam-Bijlmer gaan we volgende keer wel eens wat beter kijken.Dit artikel spoedt zich ten einde, evenals mijn treinreis. Ik stap uit op Amsterdam Muiderpoort, een curieus station waaraan ik tot dusverre altijd nog ben voorbijgereden, in een carrière van 45 jaar als treinreiziger. Het ligt midden in een dichtbevolkte oude stadswijk, maar trekt van alle stations op Amsterdams grondgebied de minste reizigers. Je kunt vanaf dit station vijf keer per uur naar Amsterdam CS reizen - wat je met de trams die hier stoppen, niet zal lukken; dat zijn de lijnen 3, 7 en 10, die de zuidelijke grachtengordel bedienen. Maar je moet dan wel precies weten waar je gaat staan. Amsterdam MP is namelijk verdeeld over twee locaties die ruim 100 meter van elkaar liggen; het station ligt even voorbij het punt waar de sporen richting Amersfoort / Almere aftakken van die naar Utrecht. De twee eilandperrons buigen zich gracieus van elkaar af, gelijk voormalige gelieven die als goede vrienden uiteen zijn gegaan (rare beeldspraak). Tussen hen in staat sinds 1939 een veel te groot crèmewit stationsgebouw dat indertijd modern was, en nu, naast een Indiasch rommelwinkeltje en een fietsenhandel, zowaar ook nog een geopend plaatskaartenloket herbergt. Het station is de opvolger van een naamgenoot die iets noordelijker lag. Ik vrees dat dit Muiderpoort, met zijn slechts twee sporen richting Utrecht, ook na 2006 wel een flessenhals zal blijven in het railverkeer. Hoe het precies zit, ga ik bekijken in Breukelen, in het informatiecentrum. Meer daarover in deel 2. Frans “Bemmel” Mensonides
Meer over Amsterdam - Utrecht op de site van Rail Infra beheer
Daar is ook te zien: de uitsmijter van Fris Spr!ts. |
Pasfoto:
foto: Wim Scherpenisse Colofon
REFLEXXIONZZ! biedt columns over openbaar vervoer en andere onderwerpen, reisverslagen, korte verhalen en geen gedichten.
REFLEXXIONZZ! maakt deel uit van de opgeheven site De digitale reiziger, waarvan het archief nog toegang verleent tot alle tussen 1996 en 2001 verschenen artikelen. Wie op de hoogte gehouden wil worden van alle updates, kan zich aanmelden voor de nieuwsbrief Reiziger. Op- of aanmerkingen, opbouwende of afbrekende kritiek, benevens suggesties zijn welkom in mijn brievenbus. Vrijwel alle brieven worden door mij beantwoord, zij het meestal niet per kerende post. Overzicht meest recente REFLEXXIONZZ!
Mores leren De bijdrage van REFLEXXIONZZ! aan de discussie over normen en waarden - Za. 05.10.2002 De uitsmijter, door Fris Spr!ts Deze week geen uitsmijter, wegens gebrek aan inspiratie bij Fris Spr!ts UITspiratie Ha, ha, hi, hi, ho, ho: allemaal even lachen om alweer zo'n flauwe, smakeloze woord-bak van Hollands kortste en kleinste columnist, ingehuurd van de goedkoopste krant van ons land: uw aller Fris Spr!ts.
© 2002, Frans Mensonides, Leiden 41/195/329(48)/65,3 |