Hij
loopt al zo’n 30 jaar, en laait zo nu en dan op: de discussie over een
(geboorde) railtunnel dwars door Utrecht. In de tussentijd is er op
maaiveld toch met veel vallen en opstaan een veel goedkoper, maar
desondanks nog redelijk hoogwaardig OV (HOV)-net tot stand
gekomen.
Onlangs werd weer een tak ervan voltooid: een hoogwaardige busroute van Utrecht Centraal naar de kantorenwijk Papendorp. Die loopt via de Dichterswijk, Transwijk en het Kanaleneiland. Hij heet Busbaan Transwijk en maakt onderdeel uit van de Zuidradiaal naar De Meern.
Twee tunnels kom je tegen tussen Utrecht Centraal en Papendorp. Eén met een hoek van 90 graden erin, onder het Anne Frankplein (hoek Overste Den Oudenlaan / Koningin Wilhelminalaan), en een kaarsrechte onder het 5 Mei Plein, onder de tramroute door. Daarna beklimt de bus de al langer bestaande Prins Clausbrug naar Papendorp. Een hele reeks stads- en streeklijnen maakt gebruik van deze snelle route naar de westkant van de stad.
Daarmee is de voorlaatste tak van het HOV-net in Utrecht voltooid. Het wachten is nu alleen nog op de openingsdag van de Uithoflijn, de tram van Utrecht Centraal naar wat tegenwoordig Utrecht Science Park wil heten.
Het
HOV-net van Utrecht heb ik ook wel de HOV-bril horen noemen, al is dat
geen algemeen aanvaarde bijnaam. Ja, met zo’n HOV-bril op, kunnen
beleidsmakers heel scherp zien wat er nodig is voor een kwalitatief
goed OV-net in de studenten- en kantorenstad in het hart van
Nederland.
Maar dat is niet de reden dat er sprake is van een bril. Als je het kaartje uit de Wikipedia met half dichtgeknepen ogen tussen je wimpers door bekijkt, kun je in het lijnenpatroon met enige fantasie 2 brillenglazen onderkennen – in ieder geval: twee ovalen die elk een stuk Utrecht omsluiten – plus 2 pootjes.
De alleroudste HOV-tak, buiten de bril vallend, is in feite de SUNIJ,
de sneltram Utrecht – Nieuwegein / IJsselstein (blauwe lijn). Die baan
lag er al in de jaren 80, lang voordat de afko HOV was uitgevonden.
Daarna werd rond de eeuwwisseling de Binnenstadsas aangelegd (rode lijn), een busroute Utrecht Centraal - De Uithof door het centrum. De in die tijd nogal actieve lokale partij Leefbaar Utrecht was erop tegen. Ware leefbaren komen vanzelfsprekend per auto naar het stadshart, en je kunt ze geen diepere belediging aandoen dan een parkeerplek van ze afpikken.
Vervolgens werd de Noordradiaal (paarse lijn) aangelegd in Nederlands grootste uitbreidingwijk, Leidsche Rijn. Die busroute loopt via De Meern naar Vleuten. Die heeft nu gezelschap gekregen van de Zuidradiaal (oranje-bruinig), waarvan de nieuwe Busbaan Transwijk het oostelijke stuk vormt.
Nu is het wachten alleen nog op de ‘Route om de Zuid’ (donkergroen), ofwel: de Uithoftram naar de universitaire campus, die bus 12 (lichtgroen) gaat vervangen. Ik fietste erlangs, afgelopen Pasen. Maandag 29 juli 2019, luidde toen de belofte van de openingsdatum; mooi in de luwte van de zomervakantie. De dienstregeling had zo voetje voor voetje opgestart en uitgebreid kunnen worden. Op de dag van de eerste colleges in september zouden dan de beloofde 16 trams per uur rijden. Maar er ging iets mis bij de testritten en het is nu alweer uitgesteld tot (veel) later dit jaar. Met die route zou ook het tweede brillenglas rond zijn gekomen.
De tram gaat dan t.z.t. rijden over wat vroeger de Adama van Scheltemabaan was, een busbaan van Utrecht Centraal naar station Vaartsche Rijn, aan de noordoostzijde van het spoor (licht- en donkergroen). Die bussen zijn nu verhuisd naar de andere zijde van de spoorbaan, en rijden over de ‘Dichtersbaan’ (niet op de kaart).
Maar nu dan de Busbaan Transwijk, die op maandag 15 juli in gebruik is genomen. De zaterdag daarna, een chagrijnige regendag, wandelde ik erlangs en nam ik de bus. De dinsdag daar weer na, toen er een historische hittegolf was uitgebroken, befietste ik de beide brillenglazen.
12
buslijnen van 4 verschillende maatschappijen maken van die route
gebruik. Die met een *) komen niet bij Utrecht Centraal en leggen
maar een deel van de HOV-route af. Niet al deze bussen rijden in de
avonduren en het weekend. En in de zomervakantie is de dienstregeling
dunner dan gedurende de rest van het jaar.
Het lijstje:
Lijnnr - Mij. - Route
Lijn 9 U-OV Utrecht Centraal – De Meern - Kasteel De Haar
Lijn 10 U-OV Utrecht Lunetten NS – De Meern *)
Lijn 24 U-OV Utrecht Centraal – De Meern / Oudenrijn
Lijn 29 U-OV De Uithof – De Meern Oost *)
Lijn 85 Qbuzz Utrecht Centraal –Leerdam
Lijn 90 Qbuzz Utrecht Centraal – Gelkenes
Lijn 94 Qbuzz Utrecht Centraal – Ameide
Lijn 102 Syntus Utrecht Centraal – Woerden
Lijn 107 Syntus Utrecht Centraal – Montfoort – Oudewater – Gouda
Lijn 195 Arriva Utrecht Centraal – Schoonhoven - Rotterdam Capelsebrug
Lijn 295 Arriva Utrecht Centraal – Schoonhoven - Rotterdam Capelsebrug
Lijn 388 QBuzz Utrecht Centraal – Gorinchem
Linkjes
in de tabel verwijzen naar recente bezoeken van mij. In de winter van
2013 op 2014 deed ik een heleboel lijnen van de toen pas opgerichte
Utrechtse stads- en streekvervoerder U-OV.
Mijn
wandeling deze zaterdag in Utrecht is wat verbrokkeld en versnipperd,
door die regenvlagen. Ik beschrijf hem nu aan één stuk, van Papendorp
naar Utrecht CS. De bussen leggen 3,3 km af op dit traject, dat ik heb
weergegeven in rood op het onderstaande kaartje.
Het kantorencomplex Papendorp
heet de bezoeker welkom met de slogan: ‘Waar de A2 de A12 ontmoet’.
Liever hadden we hier zien staan: ‘Dat zo uitstekend bereikbaar is met
de bus!’
De halte bij de ingang van het kantorenpark ligt bij
een P+R-terrein met 500 parkeerplekken. Je kunt er parkeren voor € 4,84
per dag. Maar voor 16 cent meer krijg je er een kaartje bij waarmee je,
met 5 personen, met een U-OV-bus kunt reizen naar het centrum van
Utrecht en vice versa. De automobilist compleet in de watten
gelegd.
Toch loopt het hier op deze zaterdag nog niet echt storm, om het te zeggen met een zwaar understatement. Dinsdagmiddag staan er wat meer auto’s geparkeerd op het P+R-terrein. Je kunt hier ook een OV-fiets huren, een van de weinige verhuurlocaties bij een bushalte in plaats van een spoorwegstation.
De Prins Clausburg over het Amsterdam-Rijnkanaal tussen Papendorp en Kanaleneiland ligt er al sinds 2003. Hij telt 4 rijstroken: 2 voor de automobiel en 2 voor het OV.
Wat onze fotograaf ermee uitgespookt heeft, weet ik niet; zie de foto boven dit artikel. Daar moet ik hem toch eens op aanspreken. Die brug lijkt voor voetgangers alleen te beklimmen met bergbeklimmersmaterieel en is zo te zien zelfs voor fietsende Alpe-du-Hazes-mafkezen een brug te hoog. In werkelijkheid gaat het brugdek heel langzaam glooiend naar boven en aan de andere zijde idemdito weer omlaag. Ik herinner me geen klauterpartij.
De middelste van de drie haltes op de Busbaan Transwijk heet Kanaleneiland en ligt aan de zijkant van het gelijknamige winkelcentrum. Dit is, althans op zaterdag, de populairste halte van de 3.
Het pad van de bussen wordt hier gekruist door U-OV-stadslijn 7 die ook van het station naar het Kanaleneiland rijdt, maar via een andere route. Een paar hectometer verder duikt de busbaan bij het 5 Mei Plein onder de Beneluxlaan door en daarmee onder de route van de sneltram.
Busbaan Transwijk, dat klinkt al goed: trans als in transport, niet als in: in trance. Ik verlaat het busgebeuren even voor een lusje door Transwijk, waaronder het Park Transwijk. Op de Lomanlaan, bij wat nu appartementencomplex De Zusters heet, heb ik in de beginjaren van deze eeuw nog gewerkt, toen het nog Domus Medica heette; ik heb dat vast wel eens verteld.
Halte Kanaleneiland
Wat ik nooit eerder gezien heb, en wat dus wel nieuw zal zijn, is dit monument voor gevallenen in het Utrechtse (studenten)verzet in WO2. Dat klopt niet, sla ik na, het is niet nieuw maar dateert van 1960, maar is ooit verplaatst. De namen op de plaquette vind je terug op de straatnaamborden in Transwijk.
Even
verder is de derde en laatste halte op de Busbaan Transwijk, Koningin
Wilhelminalaan, bij de hoek met de Lomanlaan. Ik stapte hier na mijn
werkdag wel op lijn 29, die toen met een flinke omweg naar Utrecht
Centraal reed. De tram nam ik soms ook wel, die toen dichter bij het
station stopte dan nu.
Er vallen soms grote gaten in de weekenddienstregeling van de bussen over deze radiaal. Ik moest in ieder geval bijna een kwartier wachten voordat ik bij de tunnel onder het Anne Frankplein deze foto kon nemen. Het geduld van de automobilisten bij het P+R-terrein wordt dan wel op de proef gesteld, voor hun 16 cent!
Het terrein bij de hoek Overste Den Oudenlaan / Doctor M.A. Tellegenlaan, die de bus bovengronds neemt, ligt braak. Het was ooit een kazerne en er komen meer van de appartementen die hier in de buurt al staan.
Onderweg zie ik van alles, ook dingen die niets met bussen te maken hebben. Zoals deze meer dan 10 meter hoge ‘U-trechters’
langs de Van Zijstweg, bij de oude Veilinghaven. Het zijn zandtrechters
die hier stonden om zand over te slaan van schepen op vrachtauto’s.
Maar ze zijn omgebouwd tot heel originele vergaderruimtes die je kunt
huren voor een teambuildingsdag of cursus of zo. Privacy verzekerd, een
hele trechter voor jouw bedrijf alleen.
Hoe passend, een
trechter voor een cursus; je zou bij sommige mensen de wijsheid er wel
met een trechter willen ingieten. Je moet er maar ópkomen, zo’n
trechter te exploiteren!, zoiets leren ze je op geen enkele cursus.
Bij
ons op de zaak krijgen we binnenkort een cursus Omgaan met
veranderingen. Ik ga voorstellen dat er dan ook eens een keertje echt
wat verandert. Dan hebben we tenminste oefenmateriaal voor hoe we
daarmee moeten omgaan. En anders zou de spreekwoordelijke cursus Omgaan
met teleurstellingen meer passend zijn.
De
bussen nemen vanaf de Van Zijstweg een sluiproute langs de Rabo-burelen
naar het busstation Jaarbeurszijde. Ik neem een andere sluiproute langs
een andere gevel van die enorme financiële tempel, vervolgens door een
mega-fietsenstalling en daarna de trappen bij de Jaarbeurs op.
Nu begeef ik me naar busperrons C1 en C2 waar de lijnen vertrekken die de Busbaan Transwijk nemen. Twee keer reis ik heen en weer naar P+R Papendorp, steeds met de bus die zich als eerste aandient. Dat zijn achtereenvolgens 102 naar Woerden, 85 uit Leerdam, opnieuw 85, nu naar Leerdam toe (niet dezelfde bus, die is doorgereden naar Maarssenbroek, op een andere lijn) en ten slotte 195, uit Schoonhoven.
Het geluk is me steeds gunstig gezind: steeds vrijwel meteen een bus terug. Hij rijdt prima, die baan, ook in die ene haakse tunnel. En de doorstroming bij verkeerslichten is deze zaterdagmiddag ook in orde. De traagste rit van de 4 duurt 7½ minuut, de snelste 6 minuten. Voor een afstand van 3,3 km dwars door een grote, drukke stad: niet slecht.
In
de trein Twitter ik nog even een paar foto’s van die nieuwe Busbaan
Transwijk, wat een volger de opmerking ontlokt dat ik door zijn buurt
gewandeld heb. Ja, met De digitale reiziger is het zo gesteld: Vroeg of
laat, komt hij bij jou door de straat. Of: Ben je arm of ben je rijk, ooit loopt hij bij jou door de wijk.
Ehhh…, tsja!
Wat
is aangenamer als het kwik van de thermometer de 30 graden overschreden
heeft? Lekker koel in een airconditionde bus zitten of in de bloedhitte
op een OV-fiets langs busbanen rijden? Ik denk: het eerste. Maar mijn
jarenlange ervaring heeft me geleerd dat je bussen het best van buiten
de bus kunt fotograferen, dus ik kies toch voor het laatste.
De
HOV-bril, dus. Ik begin langs de Noordradiaal en neem dus de brede
Vleutenseweg langs het Majellapark. Dat moet ooit een
8-baans-hardscheurroute voor auto’s geweest zijn, gewoon maar door een
woonwijk. Maar hij heeft nu nog maar 2 autostroken, een busbaan en aan
beide zijden een plezierig breed fietspad. Deze HOV-route bestaat al
wat langer; reed ik er in 2000 al niet eens op? Hij ondergaat nu alweer
een renovatiebeurt en dat verklaart misschien dat daar tegenwoordig zo
maar bussen op busbanen rijden.
Halte
Van Koetsveldstraat. Bus 28 (Uithof –Vleuterweide) biedt op dagen dat
de collegezalen open zijn, een 7½-minutendienst overdags. In de spits
versterkt lijn 18 hem tussen Rijnsweerd en De Meern zelfs tot een
3¾-minutendienst. In de vakantieperiode rijdt hij elke 10 minuten.
Aan de overkant van het Amsterdam Rijnkanaal ligt het busstation met die opvallende kelken, dat ik van de winter op de foto zette. Daarvandaan vervolgt bus 28 zijn weg over de busbaan richting De Meern.
Fietsers
hebben in dit stuk van Leidsche Rijn een heel fraai, helemaal apart
netwerk tot hun beschikking van heel brede fietspaden langs
groenstroken. Dat fietsnetwerk brengt me naar Castellum Hoge Woerd, met
een Romeinse wachttoren, een mijlpaal en een heus museum met leuke
doe-dingen voor de kinderen. Op de mijlpaal staan geen mijlen en
plaatsnamen vermeld. Er is een gedicht te lezen over 20 jaar Leidsche
Rijn, maar met het citeren ervan zou ik de poëet beslist te veel eer
bewijzen.
Lijn
28 nadert de halte Boekbinderslaan in de Meern. Daar zitten we op het
gezamenlijke traject in De Meern, een van de brillenpootjes van de
HOV-bril. In ’14 was ik niet onder de indruk van de doorstroming op dit
traject; bus 28 stond te vaak en te lang voor een rood negenoog.
Ik
keer op mijn schreden, of liever, bandensporen, terug en ga de
zuidelijke
route doen, de Zuidradiaal. Die twee radialen, Noord en Zuid, komen
bijeen bij de halte De Meern Oost (niet op mijn foto) waar lijn 24 zijn
eindpunt heeft en een rondje rijdt. Daarvandaan rijd ik verder door
Bedrijvengebied Oudenrijn, waar de lucht boven het asfalt zindert van
de hitte en waar diepe stilte heerst; iedereen op vakantie of met
warmweerverlof? Een paar hectometer verder beland ik ineens midden in
een recreatiegebied. Het ligt rond de Strijkviertelplas. Het
is een zandwinningsput, gegraven voor de aanleg van de A12. Waar
zo’n autoweg allemaal niet goed voor is…
Oudenrijn
was ooit een buurtschap en zelfs een zelfstandige gemeente, die al lang is
opgegeten door Utrecht. Het verwierf nationale bekendheid doordat het
verkeersplein Oudenrijn ernaar genoemd werd, net als een
kinder-tv-serie over verkeersveiligheid. Er is hier alweer een nieuw
stuk Leidsche Rijn in aanbouw: Rijnvliet.
Ik steek de snelweg over en ben terug in Papendorp, waar de bussen in de avondspits, in tegenstelling tot op zaterdagmiddag, nu echt af en aan rijden. Er is nu meer belangstelling voor zowel de bus als het P+R-terrein.
Die Prins Clausbrug is toch wel steil om tegenop te
fietsen. Het valt me tegen, ik moet afstappen; onze fotograaf heeft toch
gelijk. Daarmee heb ik nu het ene brillenglas gerond.
Een foto van de Dichtersbaan aan de zuidwestzijde van het spoor is erg lastig te maken. Deze HOV-busbaan loopt achter de Dichterswijk langs, achter huizen, tuinen en muren. Alleen het einde ervan, dichtbij station Vaartsche Rijn, is zichtbaar.
Van het tweede brillenglas,
naar De Uithof, alias: Utrecht Science Park en terug, maak ik me op
deze te hete middag maar met een Fransje van Leiden af. De Route om de
Zuid, die toekomstige trambaan, is de afgelopen jaren genoegzaam
besproken en gefotografeerd op deze site. Ik hoor nog wel een keer
wanneer hij nou echt gaat rijden, en zal daar dan verslag van
uitbrengen; ik beloof het.
De Route om de Noord, zal ik maar zeggen, de Binnenstadsas, loopt via de kantorenwijk Rijnsweerd, waar het rond vijf uur een drukte van belang is bij de bushalte. Er stoppen tientallen lijnen, o.a. bus 18 en 28. Ook hier is een verhuurpunt voor OV-fietsen.
De Binnenstadsas heeft
in Rijnsweerd enkele ongelijkvloerse kruisingen. Hij komt uit op de
Biltstraat in het centrum en doet daarna wat ik nu ook ga doen,
terugkeren naar Utrecht Centraal.
Frans Mensonides
28 juli 2019
Er geweest: zaterdag 20 juli en dinsdag 23 juli 2019
©
Frans Mensonides, Leiden, 2019