Op zondag 8 januari 2023 is in
de regio Zuid-Holland Noord
(ZHN) de nieuwe jaardienstregeling ingegaan. De oogst aan verbeteringen
is nogal
schamel. Meer bussen gaan er in ieder geval op de meeste lijnen niet
rijden; we
zitten ook in deze regio nog steeds in de magere OV-jaren.
De concessie ZHN is in 2012 door de provincie Zuid-Holland verleend aan Arriva, oorspronkelijk tot 2020. Onlangs heeft de provincie de concessie voor de 2e keer verlengd met een periode van 2 jaar. Hij loopt nu dus tot eind 2024.
10 jaar Arriva, alweer? In de winter van 2012 op 2013 reisde ik voor deze rubriek met de nieuwe concessiehouder bijna de hele regio af. Deze keer beperk ik me tot de meest opvallende wijzigingen van de dienstregeling. Die zijn dit jaar te noteren in het centrum van Leiden en in Voorhout.
In Leiden heeft de gemeente het
nu dan toch voor elkaar dat een
belangrijk deel van de bussen de route over de Stationsweg en de
Breestraat
verlaten heeft, na
toch zeker een halve
eeuw gesteggel. De 2 meest frequente buslijnen in het centrum rijden
sinds
zondag via de Hooigracht-Langegrachtroute aan de oostkant van het
centrum. Die route
heette ooit kortweg de HoLa-route maar is nu omgedoopt tot
Centrumroute. In de
ogen van de gemeente is dat een HOV-route: hoogwaardig OV.
Het gaat om R-net-lijn 400
(Leiden Centraal – Zoetermeer
Centrum-West; zie het gelinkte artikel uit 2015) en de door EBS gereden
lijn 45
(Leiden Centraal – Den Haag Centraal via Voorschoten, Leidschendam en
Voorburg).
Die laatste lijn maakt deel uit van de concessie Haaglanden.
In Voorhout ligt er een
kersverse Noordelijke Randweg die de
bebouwde kom moet ontlasten van autoverkeer. Dat is de N450.
De lijnen 57 (Leiden Centraal –
Oegstgeest - Voorhout –
Noordwijkerhout - Hillegom – Nieuw-Vennep) en Q-Liner 385 (Den Haag
Centraal - Wassenaar – Katwijk – Noordwijk – Voorhout –
Sassenheim NS) gaan er gebruik van maken. Daarmee verliest het oude
dorp van Voorhout
zijn bushalte voor de kerk, waar lijn 385 stopte.
Wel tegen mijn gewoonte in,
want sinds ik beschik over een
elektrisch rijwiel, maak ik nog maar mondjesmaat gebruik van het
busvervoer in
de stad en in de streek. Vanuit mijn buurtje, de Fortuinwijk in Leiden,
ben ik
op de meeste bestemmingen sneller per fiets dan met de bus – en
bovendien mét
gezonde lichaamsbeweging. Een deel van de foto’s in dit artikel heb ik
dan ook
gemaakt als fietser, en niet als buspassagier. Op
één ervan is zelfs
nog een
stuk fiets zichtbaar.
Hieronder eerst Leiden Centrum
en dan Voorhout. Daarna volgt
nog een toegift over lijn 90 (Leiden Centraal – Lisse met kronkels via
Katwijk,
Noordwijk en Noordwijkerhout). Die lijn, die ooit Den Haag met Haarlem
verbond
langs strand, duin en geestgrond, kreeg zijn opmerkelijke nieuwe route
al in
januari 2022. Maar indertijd, in een corona-lockdown, heb ik dat nieuws
voor
kennisgeving aangenomen, en vermoedelijk meteen verdrongen, ook.
De weergoden dwarsboomden de totstandkoming
van dit artikel
danig; het was afgelopen weken meestal geen fiets-, bus-, foto- of
wandelweer. Ook
vond ik een staking in het streekvervoer op mijn weg: donderdag 19 en
vrijdag
20. Dit stuk is daardoor verschenen in stukken en brokken.
Voorhout centrum ‘Verliest zijn bushalte’? De
haltepaal staat er nog, hoor!
In die coronawinter van 2022 schreef
ik al een stukje over
de voorgenomen
wijzigingen in Leiden, ook verlucht met ‘fietsfoto’s’. De
routewijziging van de lijnen 45 en 400 hing vorig jaar al boven de
markt. Ik
pak er het kaartje uit dat artikel weer even bij.
De lijnen 45 (Leiden – Den Haag) en
400 (Leiden –
Zoetermeer) zijn met ingang van zondag 8 januari 2023 verplaatst van de
rode
route via de Breestraat, naar de blauwe; de nieuwe Centrumroute, dus.
Het gaat
om in totaal zo’n 400 bussen per dag, beide richtingen bij elkaar
opgeteld.
Achter het station langs. Halte Westzijde
Die route voert vanaf het busstation
bij Leiden Centraal door
de Joop Walenkamptunnel onder het spoor door, over de Bargelaan achter
het
station langs, en door het Rijnsburgerviaduct, opnieuw onder het spoor
door. Daarna
gaat het verder over Schuttersveld, Molenwerf, Lammermarkt,
Langegracht, Klokpoort,
Pelikaanstraat, Hooigracht, Watersteeg, Sint Jorissteeg en ten slotte
de Oranjeboomstraat.
Daar ontmoeten lijnen 45 en 300 de rest van de vloot weer, de lijnen
die nog
wel via de Breestraat rijden. Dat zijn de stadslijnen 2, 4, 6
en 7 en de
streeklijnen 169, 182, 183 en 187 naar het Groene Hart.
De nieuwe Centrumroute is 900 meter
langer dan de Breestraatroute,
wat vanzelfsprekend gepaard gaat met een tariefsverhoging. Immers,
volgens de
logica van de OV-chipkaart betaal je voor elke hectometer die de bus
aflegt,
dus ook voor de omwegen. Door die omweg doet de bus ook iets langer
over zijn
rit. De reistijd van Leiden Centraal naar station Lammenschans ging van
10 naar
12 minuten.
Die extra meters en rijtijd kun je
dan nog wel compenseren
door in of uit te stappen bij de halte Westzijde achter het station, in
plaats
van bij het busstation aan de stadszijde. Dat scheelt weer een meter of
400. En
soms zelfs een bus of een trein, als je aansluiting aan de krappe kant
was.
Ik wil niet die 2 hele lijnen doen.
Zoetermeer vermijd ik
zoveel mogelijk, en op lijn 45 ken ik elke barst in het asfalt en elke
grasspriet langs de weg. Die reis maakte ik al als zuigeling in de
reiswieg en
als peuter in de wandelwagen toen de Blauwe Tram er nog reed, en in de
70’s,
80’s en 90’s op eigen benen als forens per bus. Een rit of 6000 ŕ 7000
heb ik op
die route wel gemaakt in heel mijn bestaan.
Nee, ik beperkte me tot wat ritten
Lammenschans – Leiden
Centraal of v.v. met lijn 45 of 400. Ik deed die rit deze week 8 maal,
en dat
om te ondervinden of deze route nu echt wel filevrij is. Heerlijk om
als
pensionado tijd te hebben voor dat soort escapades!
De afgelopen circa 15 jaar (!) is de
gemeente druk doende geweest
met een wegreconstructie op de Centrumroute. Het was ooit het beoogde
tracé van
de RijnGouweLijn,
de regionale tram die uiteindelijk niet doorging.
Bij die reconstructie kon vrijwel
nergens een vrije busbaan
aangelegd worden; de weg is daarvoor simpelweg te smal. Gelukkig was er
op de
Langegracht en de Hooigracht wel plaats voor een fietspad aan beide
zijden van
de weg. Maar de bussen rijden dus nog steeds mee met het overige
wegverkeer.
Op de Sint Jorissteeg stond het
verkeer in de spits nog wel
eens vast in de richting Lammenschans. De gemeente heeft echter in
samenwerking
met Arriva een uitgekiend systeem ontwikkeld om het vastlopen van het
busvervoer
te voorkomen (zie deze webpagina).
Er
staat op de Centrumroute een enorme batterij verkeerslichtinstallaties;
11
stuks, om precies te zijn. Bij al die lichten krijgt de bus voorrang op
de auto.
Een computersysteem verzamelt continu gegevens over de locaties en
snelheden van
de bussen. Zo is het systeem in staat, alle bussen zonder oponthoud
over de
Centrumroute te loodsen.
Ik moet toegeven dat ik geen cent
fiducie had in wat de
gemeente Leiden zoal zou bekokstoven om het busverkeer te stroomlijnen.
Maar na
die 8 ritten kan ik niet anders zeggen dan dat het systeem wérkt; boven
verwachting. Zelfs in de door overvloedige regen besprenkelde
avondspitsen op
maandag 9 januari en dinsdag de 10e ontbrak de gebruikelijke file op de
Sint
Jorissteeg. De rijtijd van 12 minuten tussen de beide Leidse stations
was
daardoor vrijwel altijd haalbaar.
Wat niet wegneemt dat de Centrumroute
een omweg vormt, en de
rijtijd langer is dan voorheen. De schade van deze 'hoogwaardige'
verbinding valt
me mee. Maar iets positievers kan ik er niet over zeggen; ik kan hem
toch echt niet zien als een verbetering.
Halte
Lammenschans.
Archieffoto winter 2022
De Centrumroute ‘hodologisch’, zoals
dat heet op deze site:
in volgorde van de weg. We beginnen aan de zuidkant, bij station
Lammenschans,
en werken ons toe naar Leiden Centraal.
Ja, ik put maar uit mijn archief; veel foto's waren verrregend, de
afgelopen
week.
Het trajectgedeelte over de Lammenschansweg is niet gewijzigd; nog altijd langs de Petruskerk, zoals hier lijn 3. De klok van de Petruskerk stond van de week bij al mijn passages op 10:42 uur, en geeft dus 2 keer per etmaal de juiste tijd aan.
Na de Oranjeboomstraat gaan we nu rechtdoor de Sint Jorissteeg in, die met 32 meter afstand van gevel tot gevel misschien wel de breedste steeg ter wereld is. Ruimte voldoende voor een fraaie R-nethalte aan elke kant van de weg. Die halte heet Hogewoerd en vervangt op lijnen 45 ven 400 de haltes Korevaarstraat en Breestraat, 100, resp. 300 meter van hier. Stadsbus 6 (Leiden Centraal – Leiderdorp Leyhof) maakt al een paar jaar gebruik van de route over de Sint Jorissteeg.
600 meter verder ligt de halte
Pelikaan, op de Pelikaanstraat,
bij een complex studentenwoningen. Hier ontsluiten de bussen 45 en 400 een stuk winkelgebied dat
er eerder wat
bekaaid af kwam qua busverbindingen. De Pelikaanstraat kruist de
Haarlemmerstraat, die met de Voorstraat in Dordrecht en de
Amsterdamsestraatweg
in Utrecht wedijvert om de titel: langste winkelstraat van Nederland.
Bij deze halte, evenals de volgende, Energiepark op de Langegracht, werkt de dynamische reisinformatie (nog) niet. Ook zijn deze haltes nog niet opgenomen in de halteomroep. Er klinkt: ‘De volgende halte…’ en daarna een doodse stilte.
Bus
400 naar Leiden Centraal heeft de halte Energiepark
gepasseerd. Op de achtergrond de schoorsteen die ooit toebehoorde aan
de
Stedelijke Lichtfabrieken.
Voor Pelikaan is het enthousiasme wat
minder, en voor
Energiepark zo goed als nihil.
De reiziger moet er blijkbaar nog aan
wennen. Maar de halte Energiepark
ligt op een steenworp van het Stadsbouwhuis, het politiebureau, de
winkels Action,
Dirk en Dirck, Museum de Lakenhal, de Leidse Schouwburg, Molenmuseum De
Valk,
de horeca van de Nieuwe Beestenmarkt, De Sleutels voor woon-, bedrijfs-
en
parkeerruimte, het Energiepark zelf (dat de noordzijde vormt van
het Singelpark)
en koffieshop GOA; toch voor elck wat wils, en voor iedereen wel een
reden om
hier uit te stappen.
Maar veel nieuwe reizigers trekt de
Centrumroute (nog) niet.
Aan de frequentie van de bussen kan het niet liggen: lijn 45 rijdt in
kwartierdienst
en 400 eens per 7˝ minuut; in de spits nog vaker.
Intussen wordt de halte op de
Breestraat nu al gemist.
‘Chauffeur, gaat U over de Breestraat?’
‘Nee, sinds zondag niet meer.’
‘Oh, dan stap ik meteen weer uit!’
‘Ho, ho, ho; vergeet u niet om uit te checken?’
‘Oh, had ik dan al ingecheckt?’
Deze conversatie heb ik bij Leiden
Centraal de afgelopen week
een keer of 10 gehoord.
De lijnen 45 en vooral 400 zijn wel
de dikkere lijnen in de
regio, waar de reizigers het afgelopen jaar massaal zijn teruggekomen.
Ik
beschik niet over cijfers, maar R-net 400 naar Zoetermeer zou best een
stuk of
10.000 reizigers per werk- en schooldag kunnen vervoeren. Die voorlopig
dus nog
niet willen in- of uitstappen bij het Energiepark.
Hogewoerd - Pelikaan - Energiepark - Westzijde
Nog meer omwegen wachten de
busreiziger in Leiden mogelijk in
de toekomst. Zoals ik al schreef in het artikel van vorig jaar,
zullen de
bussen die nu nog wel over de Breestraat rijden, op een moment in de
toekomst misschien
omgeleid worden via de Morsweg. En daarna toch weer op de Breestraat
belanden. Dat
is de gele route op het kaartje hierboven, die de spoorlijn
Leiden-Utrecht 2
maal gelijkvloers kruist.
Die maatregel is nodig om de
Stationsweg, de Steenstraat en nog een paar straten
ten zuiden van het station, helemaal vrij te maken van busverkeer. Maar
waarvoor dát dan weer nodig is, dat heb ik eigenlijk nooit begrepen.
Het is niet
meer dan een heilige graal, misschien.
Sinds de opheffing van de Blauwe Tram in 1961 is er een sterke lobby in de stad om de bus helemaal te weren uit de Breestraat. Maar in de huidige plannen blijft hij er dus toch nog. Maar dan wel met een enorme omweg, om er nog meer mensen uit te jagen?
Leiden streeft – terecht – naar een
autoluwe binnenstad. En
zo’n bus zou je kunnen zien als een heel erg grote auto. Ja, ik probeer
logica
te ontdekken in het Leidse busbeleid, maar gemakkelijk is dat niet.
15 januari 2023
Overgenomen
van Arriva, ‘Aangepaste dienstregeling vanaf 8
januari 2023’
In dit 17.000 inwoners tellende dorp in de gemeente
Teylingen zijn er wat haltes opgeheven en zijn er een paar nieuwe
bijgekomen. Zie
het kaartje, dat ik gepikt heb van een pagina van Arriva over de
wijzigingen.
Lijn 57, Leiden – Oegstgeest –
Voorhout - Noordwijkerhout –
De Zilk - Hillegom – Nieuw Vennep, stopt nog steeds aan de haltes
Elzenhorst en
Oosthoutlaan in de wijk Oosthout. De halte Station / Gemeentehuis is
echter
vervangen door één die dichter bij het station ligt. Tot en met vorige
week
vrijdag moest je vanaf de halte een kleine 5 minuten lopen naar de
hoofdingang van
het station, met de kaartjesautomaat, de chipzuil en de tunnel naar het
perron
voor de richting Leiden. Maar nu stopt de bus pal voor de hoofdingang;
beslist
een verbetering.
De haltes Schoutenlaan en Randweg in
de grote nieuwbouwwijk
Hoogh Teylingen zijn vervangen door één halte in een nog nieuwere wijk,
Hooghkamer.
Bij die laatste halte komt Q-Liner
385 (Den Haag – Wassenaar
– Katwijk – Noordwijk – Voorhout – Sassenheim) nu Voorhout binnen, na
zijn rit
over de Noordelijke Randweg. Tot / met 7 januari deed hij dat bij de
Nagelbrug
en de halte Kievietspark. Die is opgeheven, evenals de halte RK Kerk.
De nieuwe halte bij station Voorhout
Ik ga nu eerst maar
eens een ritje maken met lijn 57. 3 ritten zelfs, op zondag 8 januari
aan het
eind van de middag Leiden – Hillegom, op dinsdag 10 in de avondspits
Leiden -
Voorhout, onder striemende regenvlagen en op woensdag 18 Voorhout –
Leiden, bij
motregen.
Lijn 57 rijdt op
werkdagen buiten de vakantieperiode overdags elk half uur, en op
overige
tijdstippen in uurdienst; de karige frequentie die ook geldt voor de
meeste
stadslijnen.
Lijn 57 is een raar
geval, eigenlijk: een koppeling van een weinig rendabele stadslijn en
een dito
streeklijn. De streekpassagier, die bijvoorbeeld naar Noordwijkerhout
wil,
krijgt eerst een sightseeing langs de gebouwen van de universiteit aan
de
Wassenaarseweg en dan nog door een heel stuk Oegstgeest. De bus rijdt
daar
langs de psychiatrische inrichting Endegeest, die nu anders heet, over
de
Rhijngeesterstraatweg en door de wijk Haaswijk. Daarna wordt pas koers
gezet
richting Voorhout.
Wil je van Leiden naar
Noordwijkerhout, een rit van 14 km via de kortste weg, dan doe je er 40
minuten
over met lijn 57. Maar met lijn 90, waarop ik nog terugkom, zelfs 75
minuten.
Ook op dit traject win je het met de e-bike van de bus.
Kies je voor lijn 57,
dan zou je eerst de trein kunnen nemen tot Voorhout, en daar
overstappen op de
bus. Maar dan heb je geen aansluiting. Want er is bij Hillegom wel
aansluiting
van de bus op de trein naar Haarlem. En zoals zo vaak: het is het een
of het
ander – al zou met wat puzzelwerk misschien nog wel een verbetering
mogelijk
zijn.
De Bollenstreek ziet
er niet echt op zijn voordeligst uit op een regenachtige zondag in
januari (de
rest van het noordelijk halfrond trouwens ook niet). Moeilijk voor te
stellen
dat de tulpen over een week of 10 weer tienduizenden bezoekers per dag
zullen
trekken uit alle continenten. Op het infoscherm in de bussen worden
tijdelijke
chauffeurs gevraagd voor de sneldienst Leiden Centraal – Keukenhof.
Na de rit door
Voorhout neemt lijn 57 nog een stukje van hooguit 500 meter mee van de
nieuwe randweg
van Voorhout. Daarna hervat hij zijn oude route over de Jacoba van
Beierenweg en
slaat bij de eeuwenoude taveerne Het Soldaatje linksaf naar
Noordwijkerhout.
Bij mijn rit op
zondagmiddag stappen er op een rit van bijna een uur 14 passagiers in
deze bus,
inclusief mezelf. Ik verlaat de bus bij station Hillegom, en pak de
trein
terug.
2 dagen later wil ik
bij Leiden Centraal de bus nemen van 17:48, die zwaar vertraagd is. Hij
staat
aangekondigd voor perron G, samen met H het meest
afgelegen gedeelte van
het busstation, bij de donkere spelonk van de fietsenstalling. Ik zie
de
silhouetten van 7 verregende, verplukte forenzen die in weer en wind op
dat
perron staan, zonder veel hoop dat de bus nog komt opdagen. Maar dat
gebeurt
uiteindelijk toch nog, en wel om 18:03.
Daarna wacht ons een
file op de Rijnsburgerweg. We doen 7 minuten over de 600 meter totaan
de
Posthof, het café op de hoek, dat ook niet meer zo heet.
Deze bus verlaat ik bij station Voorhout, om ook daar weer de trein te nemen. Opnieuw 14 passagiers gezien op deze busrit. Waar lijnen als 45 en 400 weer op hun oude niveau zijn, lijken de dunne lijnen sinds de periode van de lockdowns alleen nog maar dunner geworden te zijn.
15 januari 2023, gewijzigd en aangevuld: 22 januari 2023
Voorhout,
halte Oosthoutlaan
Q-liner
385 was tot/met 7 januari 2023 de enige bus die nog stopte in het
dorpshart van Voorhout. Aanleiding voor mij om een stukje Voorhoutse
busgeschiedenis op te halen.
Een jaar of 50 geleden kende het toen nog vrij nietige Voorhout overvloedig busverkeer. Over de Herenstrat, langs de kerk, reden NZH-lijn 60 (Leiden Meerburg – Leiden NS – Voorhout - Noordwijkerhout - Langeveld) en lijn 92 (Den Haag HS – Haarlem via de Duin- en Bollenstreek). Langs de N444, bij de Nagelbrug aan de rand van het dorp, stopte ook nog bus 42: Leiderdorp – Noordwijk.
Het oude dorp dreigde in 1994 lijn 92 kwijt te raken. Daarbovenop werd lijn 60 ingekrompen van halfuurs- tot uurdienst en tot het traject Leiden NS (nog geen Centraal, toen) – Noordwijkerhout Brink. Psychiatrisch ziekenhuis Het Langeveld, alias: Santa Maria, achter de duinen ten noorden van Noordwijkerhout, raakte zijn busverbinding kwijt.
De kwaaie pier: busbedrijf NZH, dat op punt stond, te fuseren met Westnederland (dat kort daarop zou opgaan in ZWN, dat kort daarop zou opgaan in Connexxion, dat in 2012 de concessie ZHN verloor aan Arriva). NZH sneed vlak voor die fusie nog even flink in het busnet in de Duin- en Bollenstreek. Valkenburg (ZH) dreigde zelfs geheel verstoken te raken van OV.
Maar waarom schrijf ik dit verhaal nog op? Ik heb al eens een hilarische column in mijn v/m rubriek REFLEXXIONZZ!! besteed aan een tumultueuze discussieavond die ROVER georganiseerd had in Het Wapen van Voorhout (thans: ‘Cheers’). Die mondde uit in een complete reizigersopstand. Die column dateert van wat jaren later; het verschijnsel: persoonlijke webpagina moest in 1994 nog uitgevonden worden.
Klik vooral op de link naar die column, en vergeet het stukje maar dat je nu leest, dat veel minder leuk is. Lees waarom ik, na een helse avond, ook nog de koffie moest betalen.
Ik kan niet langs het gemeentehuis van Teylingen lopen zonder te denken aan 2 dramatis personae uit dat verhaal. De een was mevrouw de Goeij, de doortastende, doch met een kort lontje en een oplopend humeur uitgeruste burgemeester van Voorhout – indertijd nog een zelfstandige gemeente. De ander, en absoluut de minste van de 2, was de gemeenteambtenaar Hoeboer, die het bijna in zijn broek deed voor de burgemeester.
Burgemeester de Goeij, hoe je ook over haar mocht denken, stond aan de goede kant, namelijk die van de reiziger. Het verschralen van het busvervoer heeft zij niet kunnen tegenhouden, ondanks haar inspanningen. Maar wel zag zij haar persoonlijke inzet beloond voor een NS-station in Voorhout. Dat station aan de spoorlijn Leiden – Haarlem werd geopend op 1 maart 1997.
Ook de totstandkoming van de grote wijk Hoogh Teijlingen ten noorden van de spoorlijn was – naar haar eigen zeggen – haar persoonlijke verdienste. Desalniettemin vertrok zij in datzelfde jaar, na jaren vol ruzie met de politiek, naar een andere gemeente, en kreeg ze het heilige kruis na van de gemeenteraad. Wat er precies gebeurd is, daar zou ze nog een boek over gaan schrijven. Maar dat is bij mijn weten nooit verschenen.
Haar werd in ieder geval een gebrek aan communicatieve vaardigheden verweten. Daar komen ze altijd mee aan als ze op de inhoud van je werk niets kunnen aanmerken. Ambtenaar Hoeboer zou zo’n verwijt nooit naar zijn hoofd krijgen; hij was pijnlijk vriendelijk en beleefd. Maar je had geen donder aan hem. Niemand vraagt zich ooit af of je met louter vriendelijke woorden wel iets voor elkaar krijgt in deze wereld.
Ik kijk rond of er ergens, bij voorkeur op het stationsplein, een standbeeld staat voor burgemeester De Goeij. Maar nee, die worden tegenwoordig met meer enthousiasme van hun sokkel getrokken dan opgericht.
Geen standbeeld, nu wel een bushalte, dus.
Het verdwijnen van de haltes uit het oude dorp heeft anno 2023 voor zover mij bekend niet geleid tot grote protesten. Dat ondanks het feit dat enkele scholen en instellingen aan de westkant van Voorhout, bij de Nagelbrug, nu onbereikbaar zijn met het openbaar vervoer. Waar is de actiebereidheid gebleven in dit stuk van de Bollenstreek?
Q-liner 385 volgt een wat kronkelige route: Den Haag Centraal – Wassenaar – Katwijk – Noordwijk – Voorhout – Sassenheim NS. De lijn rijdt meestal in halfsuurdienst. Na aankomst bij station Sassenheim rijden de meeste bussen door als lijn 361: Sassenheim – Lisse – en via de A4 en onder het brugrestaurant door naar Schiphol (zie mijn lange Arriva-artikel van 2013, waarin al vooruit wordt gewezen naar de randweg van Voorhout).
De Q-Liner is de blauwe opvolger van de groene Interliner van rond de eeuwwisseling. Het zijn een soort sneldiensten die een voorkeur hebben voor doorgaande wegen. Ze rijden alleen nog in Zuid-Holland Noord en in de 3 noordelijke provincies. Bij Arriva betaal je extra voor de luxe van die blauwe bus: een kilometertarief van 20 cent, in plaats van 15,6 voor anders gekleurde bussen.
Ik ga ook deze lijn niet in zijn geheel doen en maak alleen 3 ritten op het gewijzigde traject. Die onderneem ik steeds aan het begin van de middag, als deze typische forenzenlijn rond Voorhout erg weinig klanten trekt.
De weinigen die wel in de bus zitten, doen dat meestal op de voorste stoel, waar IK nou juist had willen gaan zitten, voor het overzicht. Net als ik zijn het seniore pretrijders, die de Noordelijke Randweg van Voorhout nou eens echt goed willen bekijken. Bij mijn rit op vrijdag de 13e staat er zelfs een man met zijn neus op de voorruit, om mij het zicht en de foto’s te ontnemen.
Die randweg ga ik 5 dagen later dan maar te voet verkennen. Hij takt even buiten de bebouwde kom van Noordwijk af van de N444 en volgt dan over een ruime kilometer de Leidse Vaart, waar heel lang geleden de trekschuiten Leiden – Haarlem voeren. Halverwege Noordwijk en Voorhout bevindt zich een loze rotonde zonder zijwegen, waar je dus alleen maar rechtdoor kunt rijden. Misschien komt die zijweg er later nog. Na een bocht naar rechts volgt een tunnel onder het spoor door, een kilometer ten noorden van station Voorhout.
Aan het eind van de weg rijdt bus 385 de Voorhoutse nieuwbouwwijk Hooghkamer binnen. De route van die lijn is 1,5 km langer geworden, maar wel een stuk minder filegevoelig. Heel erg vaak zal de Noordelijke Randweg wel niet genoemd worden bij de filemeldingen; ik zie er nog maar een doodenkele auto rijden.
Aan de wijk Hooghkamer wordt nog volop gebouwd. Een hijskraan met een heel lange giek, als dat zo heet, staat met prefab-elementen een woning in elkaar te flansen. Die zul je te zijner tijd wel kunnen kopen bij Max de Makelaar tegenover het station. Je zal daar vast en zeker uitgelachen worden als je komt aanzetten met een spaarpot van minder dan een half miljoen.
Hier
de halte Hooghkamer aan de Componistenlaan in het hart van de wijk. Hij
is bereikbaar via een pad van betonplaten over een drassig grasveld.
Een abri ontbreekt. Haltes en toebehoren vallen onder de
verantwoordelijkheid van de gemeente, niet van de busmaatschappij. Voor
een abri moeten buurtbewoners maar eens bellen met de gemeente; vragen
naar de heer Hoeboer!
Noordwijk aan Zee – Noordwijk Binnen – 2x de Noordelijke Randweg met links de rotonde – de tunnel onder het spoor door – het eindpunt bij station Sassenheim.
En dan lijn 90. In de lente van 1998 deed ik hem voor de rubriek Langs Lange Lijnen (25 jaar geleden; bestond het Internet toen al? Ik kan het me nauwelijks voorstellen).
Die lijn liep toen van Den Haag CS naar station Haarlem en deed onderweg de plaatsen Wassenaar, Katwijk, Noordwijk, Noordwijkerhout, De Zilk, Vogelenzang en Heemstede aan. Een mooie rit van ongeveer 2 uur langs duinen, stranden en bollen; 54 km en 94 haltes. Onderweg bezocht ik de tuin van Roozen voor een stukje tulpengekte.
Het trajectgedeelte De Zilk - Haarlem sneuvelde in 2012, toen Arriva de concessie ZHN overnam van Connexxion. De bus reed vanaf toen na De Zilk door naar Station Hillegom en Station Nieuw Vennep. Het zal iets te maken gehad hebben met concessiegrenzen: Connexxion rijdt nog steeds in de regio Haarlem, terwijl de regio Leiden naar Arriva ging.
Vorig jaar begon lijn 90 ineens bij Leiden Centraal in plaats van Den Haag Centraal. Daarvandaan rijdt de bus via Oegstgeest, Rijnsburg, Katwijk, Noordwijk(erhout) naar een nieuw eindpunt: Lisse Meer en Duin. Op het traject Leiden – Katwijk kwam deze lijn in de plaats van lijn 37, die werd opgeheven.
Van de oude lijn 90 is nu alleen het gedeelte Katwijk – Noordwijkerhout nog over. Het traject Den Haag – Katwijk is overgenomen door lijn 385 (zie hierboven) en vanaf Vogelenzang rijdt Connexxion-lijn 9 naar station Heemstede- Aerdenhout en door naar Bennebroek, een U-bocht.
Die mooie verbinding die lijn 90 ooit was, is toch grondig naar de knoppen geholpen. Als je de lijn uittekent op de kaart van Zuid-Holland, lijkt het resultaat wel wat op een dikke darm met ziekelijke divertikels. De lijn maakt de vreemdste meanders, en legt tussen Leiden en Lisse (15 km via de kortste weg) 38 kilometer af in 1:35 uur.
Ik heb ondanks mijn ROVER-verleden toch nog wel een laatste restje vertrouwen behouden in de provincie en Arriva. Daarom neem ik niet aan dat ze de buslijnen op de kaart laten tekenen door een dronken aardbei. Als ik mijn best doe, een diepere bedoeling te zien achter lijn 90, valt me op dat hij een paar wijken bedient die door andere buslijnen worden overgeslagen. Daar staat alleen lijn 90 vermeld op de haltes, en geen enkele andere bus.
Bijvoorbeeld het nieuwe stuk van Oegstgeest, langs de Oude Rijnsburgerweg. Of de Sandtlaan in Rijnsburg, of de Rijnstraat in Katwijk aan den Rijn, waar de zoevende R-netten niet komen, of het zuiden van Lisse, waar ook zo’n halte staat met alleen deze Einzelgänger erop vermeld.
Vuursteeg, Lisse
Op donderdagmiddag 5 januari besluit ik, een ‘slag’ Leiden – Lisse te gaan maken. Voor de heenweg plan ik een plas- en koffiepauze bij de HEMA van Noordwijk aan Zee, en terug in die van Katwijk aan Zee. De bus rijdt maar eens per uur, en de pauzes duren dus ook een uur. Ik vertrek rond het noenuur en ben pas ver na donker terug.
Na vertrek van Leiden Centraal nemen we eerst de route door het hart van de universitaire campus en het Bio Science Park. Een route vol rotondes, kuilen en hobbels. Daar is onlangs een pracht van een doorgaande fietsroute aangelegd, de Hartlijn. Ik rijd er vaak, vooral om de architectuur te bewonderen in dit stuk van Leiden. Maar asfalteren van de busroute – de hoogfrequente spitslijn lijn 9 rijdt er ook – zou niet gek zijn.
Een ijverige student die zelfs in zijn vakantie het lab niet kan missen, stapt hier uit. Daarna blijf ik achter met het bejaarde stel dat ik er aanvankelijk van verdenk, net als ik aan het spelerijden te zijn. Maar ergens in Katwijk zullen ze toch uitstappen.
We
hebben dan de halte Splitsing in Rijnsburg al gehad. Van 1885 tot 1960
gingen hier de sporen van de trams Leiden - Katwijk en Leiden -
Noordwijk uiteen. Nu doen 2 asfalt-aders dat. De bus staat bij
verschillende haltes langdurig stil om niet ter ver voor te raken op
zijn schema.
Katwijk aan Zee
Noordwijk: eindelijk koffie. Na een uur ga ik weer verder, in het gezelschap van een man met een reeks zenuwtics, een andere man die een akelig kuchje heeft en hartstochtelijk zit te aerosolen, en een kouwelijke juffrouw die een dikke ijsmuts draagt, hoewel de buitentemperatuur in de dubbele cijfers loopt.
Ik las dat je in lijn 90 buiten de spits je fiets mag meenemen. Die kun je dan kwijt op de plek die gereserveerd is voor rolstoelen, behalve als daar al een rolstoel staat, want rolstoelers hebben vanzelfsprekend voorrang.
Noordwijk aan Zee
Ik vraag me af waarom iemand in vredesnaam een fiets zou meenemen in een bus die zelf in niet veel meer dan fietstempo rijdt. Er wordt op mijn 4 ritten vandaag dan ook geen gebruik gemaakt van die mogelijkheid.
Noordwijkerhout heeft een paar heel gewone haltenamen, Kerkstraat en Brink, maar ook een paar heel opvallende: Maandagse Wetering, Pilarenlaan, Victoriberg en Transformatorhuisje.
De Maandagse Wetering heet zo omdat die altijd op maandag geschouwd werd door het Hoogheemraadschap. Op dinsdag deden ze dan de Dinsdagse Wetering in Voorhout, en op Woensdag de Woensdagse Wetering in Noordwijk. Daarna hielden ze het voor gezien; een Donderdagse en een Vrijdagse bestaan volgens mij niet.
De Pilarenlaan is genoemd naar iemand die zijn laan, die toen door landerijen liep, had afgepaald met pilaren. De laan loopt nu deels door een nieuwbouwwijk en heeft geen pilaren meer.
Van de Victoriberg (niet met ie maar met alleen een i) heb ik niet kunnen vinden waarom hij zo heet. Iemand?? Ik zie er zelf een bedevaartsoord bij met een calvarieberg. Zou heel goed kunnen in het katholieke Noordwijkerhout.
Waarom een halte Transformatorhuisje heet… dat ligt nogal voor de hand. Je kunt een halte naar alles noemen, zelfs een transformatorhuisje.
Tussen Noordwijkerhout en Lisse geniet ik de eer, in mijn eentje vervoerd te worden door 2 Arriva-personeelsleden. De een is een nieuwe chauffeuse, en de ander haar instructeur voor wat betreft de route. Die man zat zelf al achter het stuur toen ik half zo oud was als ik nu ben. Hij heeft promotie gemaakt naar wat misschien geen leidinggevende functie is, maar in ieder geval wel een richtinggevende (‘En dan hier linksaf’, ‘En dan daar rechtsaf’).
De bus rijdt langs de Tulip Experience Amsterdam die ik al eens op de foto had op een fietstocht. Het woord experience is wel aan inflatie onderhevig. Ik zag laatst ergens een ijssalon die Ice Experience heette.
We kruisen het spoor Leiden – Haarlem bij het oude station Lisse, niet ver van de Keukenhof. Bij de halte Vuursteeg wordt mijn opgelaten gevoel, doordat ik de enige passagier ben, me te sterk en stap ik uit. Die bus zal ook zonder mij zijn eindpunt bij hotel de Nachtegaal wel kunnen vinden. Nog 2, 3 keer links- of rechtsaf…
Een halfuurtje later stap ik op de Hyacinthstraat op de bus terug. Over de terugreis valt niet meer te vertellen dan dat je daar hetzelfde ziet als op de heenweg, maar dan in omgekeerde volgorde. Dat is vaak zo.
Ik ga nu op mijn telefoon interessante buitenlandse treinreizen uitstippelen voor in de zomer. Nog wel tel ik vanuit mijn ooghoeken het aantal reizigers. Op deze hele slag van in totaal 76 kilometer en 6 uur heb ik 42 mensen zien instappen. Daar reken ik mezelf 4 keer bij; waarom niet; ik ben zelf 4 keer ingestapt. Meer dan 9 reizigers zaten er niet tegelijkertijd in de bus; hier geen dubbele cijfers.
Deze statistiek is niet helemaal maatgevend. We zitten in dat suffe laatste weekje van de kerstvakantie, waarin mensen hun kerst- en nieuwsjaarskater zitten te verwerken, en niemand veel zin heeft om eropuit te trekken.
Maar dit dunne lijntje lijkt me sowieso geen succesnummer. Hij bedient, zoals gezegd, wat wijken waar de ‘dikke’ lijnen niet komen, en waar slecht-ter-benen nu toch nog een halte voor de deur hebben. Maar die stappen vandaag niet en masse in. Een uurdienst is ook niet erg aantrekkelijk.
Hij mag blijven, hij móét blijven. Maar ik vrees toch, dat hij bij de naderende concessiewisseling helemaal uit het busboekje gaat verdwijnen. Jammer, lijn 90 was zo’n leuke lange lijn, ooit.
Frans Mensonides
22 januari 2023
Er geweest: 5 t/m 18 januari 2023
Katwijk aan Zee
©
Frans Mensonides, Leiden, 2023