Jimmy
Savile (1926-2011): onprettig gestoord
Foto overgenomen van: Wikipedia English
Ik geef het grif toe: ik had nooit mijn DNA afgestaan, als
ik een Friese veeboer was uit Kollum en omstreken. Dat ze de moordenaar van
Marianne Vaatstra met dat massale volksonderzoek gevonden hebben, was een complete
verrassing voor me. Uit de Deventer Moordzaak en het boek van Ton Derksen
erover (dat ik vorig jaar in deze Kolummen besprak) was bij mij de indruk
blijven hangen dat DNA-onderzoek een soort tombola is, met als hoofdprijs een
verblijf van 12 jaar in het gevang voor een misdaad die je niet bedreven hebt.
Een mens kan zich vergissen. Mocht dat onverhoopt gebeuren,
dan kun je dat maar het beste ruiterlijk toegeven. De gevolgen ervan zijn
meestal minder erg dan moord. Volhouden, dat je het toch bij het rechte eind
had, is even menselijk als vergissen, maar flauw, zinloos en wel wat dom.
In de zaak van Louwes, die de moord op de Deventer Weduwe in
zijn schoenen geschoven kreeg, heeft het Openbaar Ministerie nooit toegegeven
dat men het bij het verkeerde eind had. Nee, die zaak wordt ook niet herzien,
zoals met ‘De Zes van Breda’ nu wel gebeurt. Een splintergroepje, ontstaan
tijdens de felle webdebatten over de Deventer Moordzaak, blijft nu dan ook maar
volhouden dat het OM er ook in de zaak-Vaatstra naast zat. Boer Jasper zou erin
geluisd zijn. Hij zou zijn gedwongen tot een bekentenis. Een asielzoeker uit
een nabij opvangcentrum zou de moord gepleegd hebben. Maar justitie zou die
persoon de hand boven het hoofd gehouden hebben.
Dit sektarische groepje besteedt ook veel aandacht aan de
vermeende pedofilie van Joris Demmink, de onlangs gepensioneerde
secretaris-generaal van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Je kunt ook doorslaan,
met complottheorieën. Dat van Demmink is dan natuurlijk ook niet waar.
Maar onmogelijk is het ook weer niet, dat een hooggeplaatst
persoon een tweede leven leidt als kinderverkrachter. Het geval van wijlen
Jimmy Savile bewijst het. Die in de UK hyper-populaire platendraaier en filantroop,
daar luisterde ik wel eens naar. Hij had in de jaren 80 op BBC 1 een gouwe-ouwe
programma op de zondagmiddag. Hij praatte louter in catch-phrases (‘now then, now
then’, ‘as it ‘appens’), adoreerde zijn moeder (‘The Duchess’) en cultiveerde
het beeld van een vrijgezelle jongen die niet in het huwelijksleven en in
liefde geloofde. Hij leek me prettig gestoord, maar laat dat ‘prettig’ maar
weg! Hij verkrachtte honderden maagden, en hem werd niets in de weg gelegd door
andere Bekende Britten, die pakken boter op hun hoofd hebben.
Zoiets kán blijkbaar, dus het zál dan ook wel, denkt de
complotdenker in het geval-Demmink.
Peter R. de Vries gun ik zijn succes in de zaak-Vaatstra
eigenlijk niet. Hij viel bij mij definitief door de mand door zijn opstelling
in de Deventer Moordzaak. En hij zei laatst zoiets als dat het eigenlijk
terecht is dat een grensrechter verrot wordt geschopt, als hij steeds ten
onrechte vlagt voor buitenspel. Een rare uitspraak voor een zogenaamde crime fighter! Maar hij was natuurlijk
weer verkeerd begrepen, en het lag niet aan hem.
Boer Jasper, dan. Wat bezielde de alom gerespecteerde
huisvader en melkveehouder uit Oudwoude, om op de avond van Koninginnedag 1999 ineens
een verkrachting en een moord te begaan? Ja, persoonlijke problemen, die hebben
we allemaal wel eens, zonder meteen over te gaan tot moord en doodslag. En wat
bezielt zo iemand, om zijn daad vervolgens 13 jaar lang onder de pet te houden,
en dan ineens vrijwillig zijn DNA af te staan, in plaats van zijn geheim t.z.t.
mee te nemen in het graf? Hij had natuurlijk ook nog meteen kunnen bekennen;
dan had dat dure onderzoek niet gehouden hoeven te worden.
Gevolg van e.e.a. is dat we nooit zullen weten of deze
methode van massaal DNA-onderzoek echt werkt. Was boer Jasper ook tegen de lamp
gelopen via het DNA van neven en achterneven? Twijfel blijft.
Ik schreef in 1999 al een Kollum over de zaak-Vaatstra.
Asielzoekers kregen de schuld van de moord. Toen bleek dat een blanke Fries het
gedaan moest hebben, reageerden een hoop mensen met ontzetting: ‘Het was er dus
één van ons’. Een hoop anderen, waaronder ik, reageerden met opluchting: ‘Het
was gelukkig geen asielzoeker’. In die column vond ik dat toch niet helemaal
koosjer, om zo te redeneren. Evenmin is het koosjer, dat ik na de arrestatie van
boer Jasper, nergens een excuus heb gehoord aan de ten onrechte verdachte
asielzoekers.
Jasper is verder geestelijk ook niet helemaal 100%; hij
lijdt aan fugues, schemertoestanden waarin hij dingen doet die hij zich later
niet meer herinnert. Dat zei die ene professor in de psychologie. Die andere
professor bracht ertegenin, dat fugues nooit met lustmoorden gepaard gaan,
hoogst zeldzaam zijn en in werkelijkheid misschien alleen bestaan in de ogen
van professoren die de krant willen halen met sensatieverhalen.
Nou, fugues bestaan wel degelijk. Ik heb er zelf tot
dusverre nooit last van gehad, maar heb wel iemand gekend die er één had, of
iets wat er verdacht veel op leek. Het was een gedetacheerde medewerker bij een
bedrijf waar ik gewerkt heb. Hij was ICT’er; die doen so wie so al een stuk raarder
dan normale mensen.
Nee, moorden pleegde hij niet; hij was de goeiigheid zelve,
zelfs tijdens zijn fugue. Maar hij kon in zijn vrije tijd zijn werk niet
loslaten, verliet een keer in het holst van de nacht in overspannen toestand zijn
woning, stapte in zijn auto, en legde de 75 kilometer naar kantoor af. Hij vond
het gebouw natuurlijk donker, verlaten en gesloten, en hing een briefje aan de
deur: ‘Jullie hadden wel eens mogen waarschuwen dat de tent vandaag dicht was!’.
Daarna keerde hij terug naar huis, waar
zijn buren hem verdaasd rondjes zagen lopen door de achtertuin. Achteraf herinnerde
hij zich er niets meer van. Maar dat briefje aan de deur was echt in zijn
handschrift.
Deze column begon ergens, waaierde uit langs zijpaden, en
landt nergens. Flitsen uit een verwarde,
verknipte en soms verdorven wereld. Die bovendien eergisteren niet vergaan is,
al leek dat wel de bedoeling van Maya-kalendermakers. Ook daarin hebben een
paar mensen zich dus vergist. We zullen verder moeten; sterkte!
FHM
23 december 2012
© Frans Mensonides, Leiden, 2012