Jaargang 5 Aflevering 52 DONDERDAG 31 OKTOBER 2002
Deze column is afkomstig uit het archief van REFLEXXIONZZ! Klik hier voor de meest recente aflevering. OV-reisverhaal Niet de Beneluxlijn (1) Zes jaar lang is in en om Rotterdam hard gewerkt aan de bouw van de Beneluxlijn, een bijna 12 kilometer lange uitbreiding van het RET-metronet. Het nieuwe traject begint bij het Marconiplein, loopt onder Schiedam en de Nieuwe Maas door, langs Pernis, en eindigt in Hoogvliet bij het nieuwe station Tussenwater, waar het aantakt op de Erasmuslijn (CS - Spijkenisse De Akkers). De lijn is over bijna de helft van de lengte ondergronds aangelegd en ligt voor de rest op viaducten. De laatste jaren ben ik vaak in buurt van de bouwputten gesignaleerd, onder meer om foto’s met tekst en uitleg aan mijn website te kunnen toevoegen. In de archieven kun je nog een klikbare kaart zien met plaatjes van de metrobouw; de kaart is voor het laatst gewijzigd in het voorjaar van 2001. In het begin van dit jaar waren er wat tegenslagen bij de aanleg van de nieuwe metrolijn, die de RET noodzaakten, de opening enkele maanden uit te stellen. En zo werd het uiteindelijk een verjaarscadeautje voor schrijver dezes; maandag 4 november 2002 zal de eerste exploitatiedag zijn; mijn 46ste verjaardag, en de 6e van deze site, die dus evenlang bestaat als er aan de Beneluxlijn gebouwd is. Op die 4e november verdwijnt de naam “Beneluxlijn” meteen in de geschiedenisboeken. Het was maar een werktitel. Het nieuwe traject is niets anders dan een voortzetting van de reeds bestaande Calandlijn (Zevenkamp / Ommoord / Capelle a/d IJssel - Marconiplein), en het is logisch dat het ook onder die naam geëxploiteerd wordt. Niet minder dan drie afleveringen van ons magazine zullen we besteden aan wat niet meer de Beneluxlijn genoemd wordt. In dit eerste deel gaan we ons verdiepen in het proefbedrijf; zie het maar als een deel van de voorpret.
Ongedocumenteerd laten wij de lezer niet los op de Benelux-/Calandlijn. Zo hebben we enkele links naar de RET-site: Een metrokaart die erg handig is om naast dit verhaal te houden; De opzet van de dienstregeling na 4 november 2002 op de Erasmuslijn en de Calandlijn Uitgebreide informatie over de wijziging van het RET-busnet. LeegAl enige tijd worden er testritten gereden op het nieuwe traject. Sinds kort wordt er zelfs een compleet proefbedrijf gehouden, met een volledige dienstregeling, echter zonder publiek. De metro’s op de Calandlijn rijden als vanouds naar station Marconiplein in Rotterdam West, dat al vanaf 1985 het eindpunt is. Daar worden alle reizigers eruit gebonjourd. Als verstekeling de Beneluxlijn ‘doen’, het zal helaas niet gaan: twee veiligheidsfunctionarissen controleren of de wagens helemaal leeg zijn, alvorens aan de bestuurder een teken te geven dat hij verder kan rijden, richting Benelux. Aan de andere kant van het perron komen treinen leeg voorrijden; zij hebben het traject vanaf Spijkenisse achter de rug, en maken zich nu op om weer passagiers te vervoeren in de richting van een van de drie oostelijke eindpunten van de Calandlijn: Ommoord, Zevenkamp en Capelle a/d IJssel.Op zaterdag de 12e heb ik dit schouwspel enige tijd staan te bekijken; zowel bij Marconiplein als op het volgende station: Schiedam Centrum. Een week later weet ik niets beters te verzinnen dan opnieuw de Beneluxlijn te bezoeken. Ik reis nu vanaf Centraal station met de Erasmuslijn helemaal naar de andere kant. De Erasmuslijn is een van mijn favoriete OV-verbindingen in Nederland, met gevarieerd uitzicht op havens en skylines, maar ook, op het lange traject tussen Slinge en Rhoon, stukken akkerland. Op het punt waar hij boven de grond komt, in Rotterdam Zuid, heb je zicht op havenactiviteiten en oude graansilo’s, met de wolkenkrabbers van Rotterdam als trouwe wachters op de achtergrond. Beneden me zie ik een kindercrèche, gebouwd op een ponton in een havenkom, met hoge hekken eromheen, opdat de kleintjes niet in het water kukelen. Een stad te water.
Ook op de Erasmuslijn wordt met de nieuwe dienstregeling geoefend. Deze lijn krijgt vanaf 4 november een extra stop op station Tussenwater, een smal en hoog bouwwerk dat straks gaat functioneren als overstappunt tussen de twee metrolijnen. Mijn metro stopt op het nog niet geopende station, blijft 20 seconden staan, met de deuren dicht, en rijdt vervolgens verder. DichtIk stap uit op het volgende station, Hoogvliet, en loop de ca. 750 meter terug naar Tussenwater. Het ligt aan de rand van een nieuwe woonwijk. In de omgeving ervan staat een cilindrische bruinrode woontoren met grote rechthoekige panoramaramen, die de indruk maakt, ge-lego-steend te zijn, in plaats van gebouwd van baksteen en cement. Ik weet niet waardoor het komt, maar zulke rare indrukken krijg ik soms, vooral als ik iets probeer te beschrijven wat ik wèl zie, maar de lezer niet.
Alle hekken van Tussenwater zitten dicht. In een houten keet ervóór huist een bewaker. Daarom durf ik niet helemaal om het station heen te lopen, om alles nauwgezet van dichtbij te bekijken. Dan zal Cerberus ongetwijfeld uit zijn hok komen stuiven, zonder muilkorf, en iets roepen van: “Ja, hallau, hallau meneerr, wat zayn way hier aygelijk aan het doen?”, waarop ik, vrees ik, zal riposteren: “Kijken, wat ze nou weer hebben opgericht van mijn belastingcenten; mag ik misschien, oetlul? Bemoei je met je eigen zaken, dom volkstype!” Iets vergelijkbaars overkwam me vorige week op Marconiplein, waar ik nieuwsgierig naar binnen keek door het raam van een pas opgeleverd en nog leeg kantoortje, hetgeen de aandacht trok van de functionaris die bij de tourniquets stond te controleren of iedereen, die daar doorheen liep, echt wel een kaartje had (zie aflevering 50 van dit magazine). “Dat is geen autgang, hoorr, héé”, werd me toegetoeterd. Rotterdammers bemoeien zich altijd overal mee, vooral als dat volstrekt onnodig is. SpaakIk loop het station dus voorbij, en sla de weg naar Poortugaal in; dezelfde route die ik in april 2000 aflegde tijdens mijn metro-marathon. Op de grens van de gemeenten Rotterdam en Albrandswaard staat een ruime boerderij met een eromheen een paardenweitje. Enkele dieren van die soort zorgen voor een rustiek tafereeltje, maar daarachter kromt zich het beton van de Beneluxlijn in de richting Pernis. Daar weer achter zie ik lange schoonstenen dikke rookkolommen uitbraken. Er zijn rondom Rotterdam nog best landelijke gebieden, als je er echt naar op zoek gaat, maar overal zie aan de horizon tekenen, dat je je bevindt in de nabijheid van Nederlands enige echte metropool. De zon schijnt, en de metrobaan steekt hagelwit af tegen vetzwarte regenwolken erachter. Lege metrowagens rijden af en aan over het viaduct.In Poortugaal neem ik opnieuw de metro richting Spijkenisse. Deze metro heeft enige vertraging, en rijdt zonder halt te houden door Tussenwater heen, alsof het niet bestond. Het proefbedrijf verloopt vandaag nog niet echt soepel; vrijwel alle voertuigen hebben twee a drie minuten vertraging, wat voor metrobegrippen erg veel is. Op het eindstation, Spijkenisse de Akkers, loopt de hele boel spaak. Op de twee perronsporen moeten nu zowel de treinen van de Erasmuslijn als die van de Calandlijn keren, en dat geeft stremmingen. Om dit soort problemen te voorkomen, zijn er voorbij het perron vier opstelsporen aangelegd, maar die worden vandaag niet gebruikt. Ook na zorgvuldige observatie zie ik weinig systeem in de (proef)dienstregeling op de Calandlijn; de metro’s lijken op volstrekt willekeurige tijdstippen te rijden. Volgens het dienstregeling-schema van de RET zal op zaterdagen een op de drie treinen van de Calandlijn doorgaan naar Spijkenisse, wat neerkomt op een 10-minutendienst, in combinatie met de 10-minutendienst die al op de Erasmuslijn heerst. Van deze regelmaat is in de praktijk echter niets te merken. Ik daal af, over een lange roltrap die niet rolt, en stap suburbia in. Het winkelcentrum onder De Akkers is goed onderhouden, en al één keer gerenoveerd, zo te zien, maar maakt geen overdreven knusse indruk. Kluitjes jongeren stutten de muren van portiekflats, alsof die vanzelf niet overeind blijven staan. Met boodschappentassen gewapende buurtbewoners lopen langs, met haastige passen en strakke gezichten. Voor de twee pinautomaten aan de zijmuur van het postkantoor staan geen lange rijen. Maar ik durf hier best, onder het oog van die verloederende jongeren, geld uit de automaat te trekken. Zonder beroofd te zijn, keer ik terug naar het station. Al die voorstadsvrees, je moet het beslist niet overdrijven, anders word je in de klauwen gedreven van een van de L-partijen; hoeveel het er inmiddels zijn, kan ik niet meer bijhouden. De LPF (bedenk ik, als ik de roltrap naar het perron beklim), die zijn we met zijn allen veel dank verschuldigd. Ze hebben precies gedaan wat hun missie was: aantonen dat de politiek in ons land een smerig bedrijf is, vol machtswellust, en met weinig inhoud; een stukje aanschouwelijk onderricht dat we niet snel zullen vergeten. Ik had er nog een column over willen schrijven, maar deze alinea volstaat.
Ik neem de metro terug richting Rotterdam. Twee stations verder, op Spijkenisse Centrum, staat de boel helemaal vast. Mijn metro blijft 5 minuten stilstaan langs het perron, met ongeduldig wachtende reizigers erin. Er wordt iets omgeroepen op het station; ik versta het niet. OmHier wil ik niets meer mee te maken hebben. Ik stap uit en loop naar het nieuwe, van elektronische reizigersinformatie voorziene busstation. Er is een ander plan bij me opgekomen; ik kon wel eens gepast afscheid gaan nemen van connexxion-lijn 80. Deze buslijn verzorgt in 20-minutendienst een verbinding Spijkenisse - Schiedam - Marconiplein, en zal worden opgeheven op de dag dat de Beneluxmetro zo niet zijn poorten, dan wel zijn tourniquets zal openen.Ik bof, de bus van 15.27 staat net op punt van vertrek. Een paar minuten later rijden we Spijkenisse uit, en daarmee het eiland Voorne-Putten af. Op dit punt ligt de Botlekbrug over de Oude Maas. Meestal gaat hij net open als er een bus nadert; dan zie je zo’n 100 strekkende meter wegdek omhoog komen en een meter of 20 stijgen. Vandaag blijft de brug echter dicht. Naast de Botlekbrug meen ik nog een paar restanten te zien van de oude trambrug. Tot 1966 onderhield de legendarische RTM een tramdienst van Rotterdam Feyenoord naar Brielle op Voorne-Putten. De tram heeft in een bepaalde fase van zijn bestaan zelfs helemaal doorgereden tot Oostvoorne, aan de kust. De lijn stamde uit het stoomtijdperk en is nooit geëlektrificeerd. Eén van de diesel-tramstellen heette De Sperwer; daarin heb ik in 1972 nog gezeten toen hij ver van huis zijn baantjes trok op de Zillertalbahn in Oostenrijk. Bus 80 mag zich door de week in het spitsuur verheugen in een grote toeloop; hij rijdt dan zelfs om de 10 minuten. Op deze zaterdagmiddag ben ik voorlopig de enige passagier, alsof de OV-klanten zich alreeds afgekeerd hebben van deze ten dode opgeschreven lijn. Pas op De Sprong in het centrum van Hoogvliet stappen enkele reizigers in, waaronder een Surinaamse, die aan de chauffeur vraagt, hoe het nu verder moet met deze buslijn, als de metroverbinding naar Schiedam geopend wordt.
-“Nou, die wordt dus opgeheven.” Ik weet dat wèl. Het busnet van de RET wordt bij opening van de metrolijn ingrijpend gewijzigd. Maar er komt geen opvolger van lijn 80; reizigers tussen Hoogvliet en Schiedam kunnen in het vervolg de metro nemen. En moeten daarvoor, dat weten de Surinaamse en de buschauffeur vast ook nog niet, een extra strip betalen. Want er komt een klein pik-zonetje bij tussen Hoogvliet en Schiedam, die tot dusverre geacht werden, aan elkaar te grenzen. Daardoor wordt, mirabile dictu , ook de Erasmuslijn duurder, die helemaal niet in Schiedam komt. Thans betaal je 5 strippen voor een ritje Spijkenisse - Rotterdam CS, via Rhoon, juist doordat Schiedam en Hoogvliet aan elkaar grenzen. Straks worden dat er 6, hoewel de zonering van de Erasmuslijn zelf niet veranderd wordt. Je moet goed beslagen zijn in de topologische wiskunde om dit te kunnen doorgronden, maar het is echt zo. Veel vernieuwingen en verbeteringen in het OV komen vooral neer op schaamteloze geldklopperij. Ook met die contactloze magneetkaart zal dat ongetwijfeld het geval zijn. Nu kun je met een gestempelde strippenkaart nog onbeperkt overstappen binnen een bepaalde tijd en binnen een bepaald gebied, maar straks wordt elke beweging van je geregistreerd, en zul je elke beweging wel moeten betalen, ook. Maar wees gerust: ook die contactloze chip zal mislukken, net als alle voorgaande pogingen om zoiets te introduceren. Nu we het toch over de pecunia hebben: het Beneluxlijnproject is in zoverre uniek, dat ze er geld van hebben overgehouden; weliswaar slechts enkele tientallen miljoenen op een projectbudget van ca. 0,8 miljard euro, maar het is toch opmerkelijk; dit soort projecten pakt doorgaans veel duurder uit dan begroot. De Beneluxtunnel, die Hoogvliet verbindt met Schiedam, is afgesloten. Auto’s moeten helemaal omrijden via de van Brienenoordbrug, maar voor bussen geldt een uitzondering. Wij krijgen een speciaal escorte van Rijkswaterstaat. De buschauffeur moet achter een autootje met zwaailicht aanrijden, dat ons de weg wijst in een oerwoud van in aanbouw zijnde of juist voltooide wegen. Door mijn rechterraam zie ik het nieuwe station Pernis van de Beneluxlijn. Grote rode kruizen boven de weg ontzeggen ons de toegang tot dit wegvak, maar op gezag van de RWS mogen we doorrijden. Met een voorzichtige slalombeweging passeren wij een immens ANWB-bord, dat door ingewikkelde takelwerktuigen op zijn plaats bevestigd wordt. We rijden nu vermoedelijk op een nieuw, officieel nog niet geopend stuk weg, dat voert naar de Tweede Beneluxtunnel, aangelegd om de eerste te ontlasten. Daarnaast ligt de tunnelbuis voor de nieuwe metrotak, die daaraan zijn tijdelijke naam “Beneluxlijn” ontleend heeft.
Als we uit de tunnel komen, neemt de RWS-auto met luid getoeter afscheid van de chauffeur, die nu weer op eigen gezag mag rijden. Boven de weg balanceert het station Vijfsluizen, waar straks diverse buslijnen uit Vlaardingen op de metro zullen aantakken; we gaan dat zien in deel 3 van deze reexx. TerugVia het centrum van Schiedam rijdt de bus door naar het station van die stad. Daarna zetten we koers naar Marconiplein. De chauffeur is niet te beroerd, enkele dames voor hun huisdeur af te zetten; hij is uit het goede hout gesneden.Marconiplein. Het ritje van Spijkenisse naar hier heeft 40 minuten geduurd. De metro zal het vanaf 4 november doen in precies de helft van de tijd. Binnen verschaf ik me toegang tot het perron door mijn zaterdagse retourtje van de Leidse stadsbus in de tourniquet te steken. Het hek klapt open; het retourtje blijkt ook geldig op het RET-net, en dat voor slechts 1 euro. Deze frauduleuze handeling verricht ik alweer onder het toeziend oog van een controleur. “Hee, hee, die meneerr daarr met die grioene jas, laat may dat kaarrtje nog ‘s effe kayke”, verwacht ik te horen, maar het blijft uit. Natuurlijk heb ik ook deze keer echt wel een geldig gestempelde strippenkaart bij me; ik meld het maar even voor de zedenmeesters onder jullie. Op het perron hoor ik omroepen, dat de metro’s vanmiddag onregelmatig rijden; wegens een technische storing bij Hoogvliet kan daar slechts over één spoor gereden worden. Dit was natuurlijk de oorzaak van de stremming daarnet in Spijkenisse. Het proefbedrijf loopt niet soepel vanmiddag; het belooft weinig goeds voor 4 november. Op die dag zullen we zeker terugkeren.
Daar is ook te zien: de uitsmijter van Fris Spr!ts. |
Pasfoto:
foto: Wim Scherpenisse Colofon
REFLEXXIONZZ! biedt columns over openbaar vervoer en andere onderwerpen, reisverslagen, korte verhalen en geen gedichten.
REFLEXXIONZZ! maakt deel uit van de opgeheven site De digitale reiziger, waarvan het archief nog toegang verleent tot alle tussen 1996 en 2001 verschenen artikelen. Wie op de hoogte gehouden wil worden van alle updates, kan zich aanmelden voor de nieuwsbrief Reiziger. Op- of aanmerkingen, opbouwende of afbrekende kritiek, benevens suggesties zijn welkom in mijn brievenbus. Vrijwel alle brieven worden door mij beantwoord, zij het meestal niet per kerende post. Overzicht meest recente REFLEXXIONZZ!
Een beetje anders Twee wat aparte columns over de afgronden van onze geest - Zo. 27.10.2002 De uitsmijter, door Fris Spr!ts Treindienstregeling voor de duur van twee weken ingekrompen, als gevolg van vallende bladeren Och, NS stond bij ons toch al in een slecht BLAADJE! Ha, ha, hi, hi, ho, ho: allemaal even lachen om alweer zo'n flauwe, smakeloze woord-bak van Hollands kortste en kleinste columnist, ingehuurd van de goedkoopste krant van ons land: uw aller Fris Spr!ts.
© 2002, Frans Mensonides, Leiden 44/201/337(56)/74,9 |