Overgeschoten foto’s (5): april - november 2024

 
< < < Overgeschoten foto’s (1), mei – november 2022
< < <
Overgeschoten foto’s (2), december 2022 - maart 2023
< < < Overgeschoten foto's (3),  mei - oktober 2023
< < <
Overgeschoten foto's (4),  december 2023 - maart 2024

Verlangen, een kunstwerk van Linette Dijk, onthuld in 2019. Het staat in Veenendaal

In zo'n chagrijnige week als deze, qua weer, neem ik graag even de tijd om eens wat rondslingerende ‘overgeschoten foto’s’ in te gaan plakken. Overgeschoten foto’s, dat zijn op deze site plaatjes die ik links en rechts in het land geschoten heb, maar die ik niet kwijt kon als illustratie bij een artikel en die ik ook niet goed genoeg vond voor een foto-van-de-week.

De restjes, dus, maar die dis ik zo’n 2 keer per jaar op, als een bonte maaltijd op kliekjesdag. Hier volgt de oogst van het afgelopen ruime halfjaar. Deze keer staan de foto’s in chronologische volgorde, wat je meteen al kunt zien doordat ze beginnen met bloeiende bolgewassen.

 

Bollen










De bovenste 3 maakte ik in of in de omgeving van De Zilk, de onderste bij Voorhout. In april floreert in bollendorpen als de Zilk de creativiteit altijd als in geen enkele andere maand van het jaar. De draak op de foto was geloof ik de inzending voor een wedstrijd om iets moois te maken van bolbloemen.

 

Leerdam

Zeg Leerdam en ik zeg: glas. Het standbeeld van de glasblazers bij de kerk is van de hand van Peter Erftemeijer.

 





Barneveld

Deze Barnevelder kip van beeldhouwer Henri Ubink had ik nog nooit eerder gezien, en hij staat er toch al sinds 1970.





De spaarbank heeft Barneveld te danken aan C.A. de Nairac. Die was van 1841-1883 burgemeester van het uitgestrekte dorp op de Veluwe, en deed er alles aan om het op te stuwen in de vaart der dorpen. 7 winters geleden bezocht ik het naar hem genoemde museum in Barneveld.

 

Gent









‘Frans Mensonides was hier, en zag weinig systeem in de waanzin’. Deze handgeschreven tekst heb ik achtergelaten in het gastenboek van Museum Dr. Guislain in Gent. Het museum is gevestigd in wat eens de kliniek was van dr. Jozef Guislain (1797-1860), een van de eerste artsen die zich toelegden op het verplegen van geesteszieken in instellingen.

Een indrukwekkend gebouwencomplex, maar over de museale collectie was ik minder enthousiast. Heel veel spullen, ook veel kunstwerken van patiënten, maar weinig context, weinig uitleg. Ik slaagde er niet in, wat ik altijd op z’n minst probeer in een museum: er een rode draad in te onderkennen. Maar misschien is dat juist wel heel tekenend bij een expositie over mensen die de rode draad van hun bestaan kwijt zijn. Het wat vage gebeuren dat ik aantrof, past ergens juist wel goed bij het onderwerp.

Wel een heel mooi gebouw, zoals gezegd, Museum Dr. Guislain, in een heel mooie stad.

 



De Sint Baafs is gebouwd in de 14e t/m de 16e eeuw, in een tijdperk dat het allemaal niet zo snel hoefde.



‘De Vooruit’ uit 1913, een socialistische coöperatie


De sculptuur ‘de Passanten’ van Michaël Borremans staat sinds 2017 op het plein waaraan de Gentse Stadsbibliotheek gevestigd is. Het thema van het beeld heet het ‘doorgeven van kennis’ te zijn; datgene waarvoor bibliotheken zijn opgericht. Nou heb ik het gevoel dat deze 4 lieden (waarvan 3 op mijn foto) een flink potje aan het  roddelen zijn. Maar ook dat zou je kunnen zien als het verbreiden van kennis: ‘Zeg, heb je het al gehóórd van Die-en-die? Nee, je gelóóft het niet, als ik het je vertel!’

 








Hoek van Holland / Maassluis

 

Hoek van Holland op een gure winterdag, zo lijkt het wel, maar het was in werkelijkheid zaterdag 1 juni 2024, juist de eerste zomerdag. Snel de metro gepakt naar Maassluis.

 






Quarantaine in Leiden

Afgelopen zomer werd ik toch nog getroffen door de corona die ik 4½ jaar met succes buiten de deur had weten te houden (Zie dit FHM’etje). Het is een verraderlijke ziekte. Je kunt hem altijd nog oplopen, ondanks voorzorgmaatregelen.

Ik probeerde maar niet te veel te denken aan wat je toch nog kunt overhouden aan een zogenaamd milde infectie. Tijdens een zelf opgelegde quarantaine van een week of 2, maakte ik geen gebruik van het OV. Ik leidde mezelf af met lange wandelingen door de stad, en fotografeerde daarbij vooral bloemen in stegen.

 



Drie

Drie is, behalve een telwoord, ook de naam van een buurtschap in de gemeente Ermelo, niet ver van het Solse Gat. Ik was er van de zomer heengereden op de afgebeelde OV-fiets, op zo’n nostalgische tocht ‘down Memory Lane’ waaraan ik soms behoefte heb.

Tijdens de vakanties op de Veluwe in mijn kindertijd zaten we vaak op het terras van het Boshuis, een voormalige boerderij uit 1765. Op hun website heten ze iedereen welkom in het Speulder- en Sprielderbos, met de dansende stammen.

Mijn broertje en ik dachten dat de naam Drie sloeg op het aantal huizen in de omgeving. Ik zocht het laatst na, en het bleek geen slechte gok: de etymologen denken ook dat de naam verwijst naar 3 boerderijen, 3 heuvels, 3 beken of 3 wat dan ook.

 

Vlissingen

Monument ter nagedachtenis aan de gevallenen bij de bevrijding van Walcheren in 1944.






 

Delden

Schoorsteen van de v/m Deldense Wollenstoffenfabriek op een winkelpleintje in dit minuscule Twentse stadje - waar ik een heel bijzonder kunstmuseum deed. Dit bakstenen gevaarte dateert van 1866, is in het begin van 20ste eeuw nog verlengd en sindsdien 28 meter hoog.


Dit winkelpand op de hoek van de Spoorstraat en de Stationsweg (op een steenworp van het station, inderdaad) heeft zo te zien ook een industrieel verleden. Maar ik heb er niets over kunnen vinden.  


Hotel-restaurant Het witte paard is gevestigd in een boerderij uit de 2e helft van de 18e eeuw.




 

Veenendaal

In dit uit zijn krachten gegroeide Utrechtse dorp deed ik kort geleden een museum dat geïncorporeerd is in de openbare bibliotheek. Maar ik weet nog niet of dat bezoek gaat leiden tot een FHM’etje. Niet dat het museum me niet boeide, maar niet elk museumbezoek levert de rode draad op waarnaar ik Gent ook vergeefs zocht. Overgeschoten musea, daar zou ik ook eens een stuk over kunnen schrijven.

 

’t Zusje is een hele keten van tientallen restaurants. Je komt ze overal tegen, maar ik ben er nooit een binnengelopen. Op de bucketlist!

 

‘Veenendaal wat ben je mooi’, staat op één van deze gebouwen, maar daar valt wel iets op af te dingen. Och ja, er staan wel wat aardige, statige panden in het centrum, maar deze groeikern is ook wel een geschikte bestemming voor een treurtrip.

Op een muur op deze foto staat een gedicht van de Veenendaalse dichter Kees Stip (1913-2001):

Op twee mieren

Vol goede eetlust en manieren
bestelde laatst een tweetal mieren
in een cafeetje te New York
met in hun vingers mes en vork
en om hun halzen twee servetten
twee miereneterkoteletten.

Zoals zo vaak, is ook bij Stip de naam een voorteken. Als je dichter bent, en Stip heet, móét je je bijna wel toeleggen op puntdichten.



 

Voordat Veenendaal groeikern werd, was het een industriestad. De sigarenfabriek Ritmeester (producent van mijn opa’s favoriete ‘gifstengels’, zoals mijn moeder ze noemde) en de Wolfabrieken Hollandia verschaften honderden Veenendalers emplooi. Een standbeeld van een sigaar heb ik niet gezien, maar wel van deze wolproducenten.


Als slotakkoord van deze reeks overgeschoten foto’s dit lachwekkende wangedrocht. Ik had het al eerder op de korrel, een paar jaar geleden in mijn toenmalige rubriek ‘Beminde zaterdag’.

Eens was dit monument een vrij normale villa uit het begin van de 20ste eeuw. We hebben de foto nog; hij staat hieronder. Daarna werd het pand verbouwd tot winkel. Aan het begin van de huidige eeuw werd die winkel vrijwel geheel gesloopt; helemaal uitgehold. Maar om een duistere reden lieten ze het skelet ervan staan als erepoort voor Bernhard van Kreel, de architect van het pand.

Ze zijn er erg trots op in Veenendaal, op een gevaarte dat vooral een sta-in-de-weg is. Enfin….

Oh ja: op deze site hebben we, naast overgeschoten foto’s, ook nog complete overgeschoten dorpen. Volg de link! Of niet; er hóéft niks!

Frans Mensonides
6 december 2024

© Frans Mensonides, Leiden, 2024