< < < Overgeschoten
foto’s (1), mei – november
2022
< < < Overgeschoten
foto’s (2), december 2022 - maart 2023
< < < Overgeschoten
foto's (3), mei - oktober 2023
Geen schaatstaferelen en weinig winterse plaatjes
in de
winter van 2024. Hier de vijver in het Burgemeester
Berkhoutpark in
Voorschoten met een heel klein beetje sneeuw en een laagje ijs dat nog
geen mus
kan dragen.
Op deze pagina weer een stuk of 40
‘overgeschoten foto’s’, die niet
passen bij een artikel dat verschenen is op mijn site. Het zijn
allemaal foto’s
waarvoor ik niet speciaal op pad ben gegaan, maar die ik toch gemaakt
heb.
Dit is de oogst van afgelopen winter. Niet
alle
foto-onderwerpen zijn nieuw op deze site. Maar, zoals ik altijd zeg:
‘Je maakt
nooit 2 keer dezelfde foto’. En je zegt trouwens overigens tussen 2
haakjes ook
nooit 2 keer precies hetzelfde.
We doen het deze keer alfabetisch op
plaatsnaam, en beginnen
dus niet meer in Leiden. Waarom? Nergens om; zo maar. Als eerste komt
straks de
A van Arnemuiden aan de beurt.
Deze winter heb ik de krappe rijksgrenzen
van Nederland geen
een keer overschreden. Maar heel binnenkort gaat dat wel weer gebeuren.
Het
Interrail-seizoen is in aantocht. Blijf mijn Thuispagina volgen!
Als de klok van
Arnemuiden
Welkom thuis voor ons zal luiden
Wordt de vreugde soms vermengd met
droefenis
Als een schip op zee gebleven is.
Arnemuiden, daar was ik
op 13
december heen gespoord omdat er iets aan de hand was met de Zeeuwse
Lijn
(Roosendaal – Vlissingen). Wat was dat ook alweer? Oh ja, de spoorbaan
was over
een afstand van vele kilometers verzakt,
en de treinen reden wekenlang stapvoets. Ik was van plan om er iets
over te
schrijven, maar het verhaal bleek nogal mager, en bovendien was de
storing 2
dagen na mijn bezoek al verholpen.
Ik zat dus niet helemaal
bovenop het
nieuws, die keer in Zeeland. Het artikel ging niet door, maar ik had
wel een
map met foto’s uit het mooie mini-stadje op Walcheren. In Kloetinge was
ik op
dezelfde dag ook nog; zie onder de K!
De befaamde klokkentoren van Arnemuiden. Er zit
zowel een
vreugde- als een alarmklok in. De klokken staan centraal in een bekende
smartlap
over de stad, waaruit ik hierboven een couplet geciteerd heb.
Mijn vader zong volgens de familieoverlevering het
lied
altijd hartstochtelijk mee als het op de radio was, maar veranderde de
laatste
regel in: ‘als er weer eens één verzopen is’. Van
wie ik mijn fatale gevoel voor humor geërfd
heb, is wel duidelijk.
De 16e-eeuwse toren is uitgerust met een
getijdenklok en een
maanbol. De laatste staat op nieuwe maan, en de laatste nieuwe maan van
2013
viel inderdaad op 13 december; helemaal correct!
Het beeld van de Arnemuidse visleurster vormt een
hommage
aan een uitgestorven beroep en een in onbruik geraakte klederdracht. De
visverkoopsters
brachten hun waren in heel Zuid-West-Nederland aan de man. Vanaf 1872
namen ze
de trein. In dat jaar werd de spoorlijn geopend die ze in december 2023
opnieuw uit de Zeeuwse
klei hebben moeten trekken.
Ik had zelfs al een collage-foto gemaakt voor dat
artikel
dat nooit verschenen is. Linksonder de Langstraat, 98 jaar geleden. Op
de foto
daar weer onder de Langstraat, nu.
De enige vorstperiode van afgelopen winter duurde
niet veel langer dan een dag
of 3. Op woensdag de 10e toog ik heel optimistisch naar park Sonsbeek /
Zijpendaal in Arnhem om schaatstaferelen te fotograferen. Vergeefs,
zoals bleek;
er lag nog maar een heel dun laagje ijs op de vijvers. Wel was de
waterval
bevroren, althans, zo leek het van enige afstand.
Bij het kunstwerk “Vlucht” van Ruud-Jan Kokke
(2022) kan de
wandelaar even stilstaan bij de evacuatie van de stad ten tijde van de
Slag om
Arnhem. Op 23 september 1944 bevolen de Duitsers de ca. 100.000
Arnhemmers om de
stad te verlaten. Ze verspreidden zich, met hun hele hebben en houwen
op
karren, over heel Gelderland. Velen werden ondergebracht in Apeldoorn
en Ede,
sommigen in stallen en kippenhokken. Bij terugkeer in april 1945 bleken
hun
huizen veelal geplunderd of platgebombardeerd.
De letters van VLUCHT staan schots en scheef door
elkaar,
wat staat voor de chaos die de evacuatie teweeg bracht.
Musis sacrum, de 175
jaar oude muziektempel van Arnhem
De voormalige Dansacademie
aan de Weverstraat
In deze stad aan de Lek deed in ik 2015 het Museum Elisabeth
Weeshuis. Nu alleen een monumentenrondje op een rustige
zaterdagmiddag in maart
2024.
Marinus van Empel, de
laatste stadsomroeper, in 2001
gehouwen door Jolanda Prinsen
De molen, niet ver van de Coronastraat en de Triosingel. Beide straten zijn niet genoemd naar waar je denkt dat ze genoemd zijn. Het gaat om bier, respectievelijk frisdrank, die hier ooit gebrouwen, gebotteld of gedistribueerd is; ik heb het niet precies kunnen achterhalen.
Het ‘Monument voor Culemborg’ (1989) is gemaakt door
Christiaan Paul Damsté. Ik heb niet kunnen vinden wat het voorstelt,
noch wat
het symboliseert, en ik geloof dat geen Culemborger het weet. Maar het
is best
een aardig beeld; laat dat gezegd wezen!
Het 16e-eeuwse
stadhuis
En de dorps-, nee,
sorry, stadspomp uit 1719
Op een ongemeen gure zaterdagmiddag bezocht ik
deze stad in
de Achterhoek voor het plaatselijke Stadsmuseum. Daar hoopte ik
materiaal
bijeen te garen voor een aflevering van FHM’s A-viertjes.
Maar op de schilderijententoonstelling van een
regionale
Rembrandt mocht niet gefotografeerd worden, en de rest van het museum
gaf
daarvoor nauwelijks aanleiding. Dat FHM’etje ging dus niet door. Ik sta
te boek
als veelschrijver, maar je moest eens weten wat ik zoal in de loop van
een
jaar allemaal NIET opschrijf…
Enfin, hierboven dat museum van de buitenkant.
En hier de Walmolen,
en overal die vreemde spiralen die
dienst deden als kerstversiering, denk ik.
‘Rothuis’ staat er op
de gevel. Nou, nou, dat is nou ook wel
weer wat negatief. Echt wel een aardig monumentenstadje, Doetinchem.
En hier, zoals al beloofd in Arnemuiden, volgt
Kloetinge, met
een uitgebreid beschermd dorpsgezicht. Het dorp is per trein
bereikbaar, als je
tenminste bereid bent, 20 minuten te lopen vanaf station Goes.
Het witte huis rechts op de onderste foto is het
geboortehuis
van Christophorus Buys Ballot (1817-1890), die verklaarde hoe de winden
waaien
over de aardbol, en aan de wieg stond van het KNMI. Ik kwam hem al
tegen op
landgoed Petrea bij Wapenveld.
‘Het lommerrijke, rustieke kunstenaarsdorp in het
Gooi, waar
de mensen naast veel geld, ook smaak hebben’, zo omschreef ik Laren
(NH) in de
meest recente aflevering van FHM’s, de jubileumaflevering nr. 300. Ik
bezocht
in Singer Laren de tentoonstelling ‘Frisse wind’ over de impressionisten van
het noorden.
In dit oude stuk uit 2001 vielen me in het v/m boerendorp
vooral de rijke, artistiekerige zonderlingen op.
Dit is wel het meest opmerkelijke stukje Laren.
Hier staat
nog, midden in een nieuwbouwwijk, de Oude Kraanbaan, die een
industrieel monument
is. Hij was eigendom van de firma Van Dijk Houthandel en Zagerij en
diende voor
het verplaatsen van boomstammen. Het gevaarte is 55 meter lang en 6
meter
breed.
Na het sluiten van de houthandel in 2016 werd de
wijk de Houtzagerij, met 36 woningen, eromheen gebouwd.
Zie de gelinkte pagina over
het project.
Het eeuwenoude Café ’t
Bonte Paard op een handige plek in
het dorp, bij een druk kruispunt
v/m Raadhuis uit 1888
De Leidse
Hout was al veel vaker een onderwerp op deze
site. Tegenwoordig maak ik hier mijn dagelijkse wandel(kilo)meters om
in
conditie te blijven. Als kind liep ik hier al op woensdagmiddag. Dat
geschiedde
niet vrijwillig, maar in een clubje van jongens aan wier karakter nog
flink
geschaafd moest worden. Daarvoor was een doctoranda in de pedagogie
ingehuurd.
Of het geholpen heeft??
Delfshaven
behoort tot de meest fotografabele hectaren van
Rotterdam, ja, zelfs van heel Nederland. Hoe dat zo gekomen is,
vertelde ik in
het gelinkte stuk uit 2007.
3 foto’s uit het duingebied Meijendel en omgeving,
met zijn
vennetjes, alsof we in Brabant zitten, in plaats van aan de Hollandse
kust. Meijendel
is naast natuur- ook waterwingebied.
Nu ik hier rijd, en nu weer, nu ik dit typ, schiet
me te
binnen dat we daar ook wel heen gingen met het jongensclubje waarover
ik het
hierboven had. De heilzame werking van wandelen in de natuur op
bleekneusjes
uit de stad...
De Sassenpoort, met aan de voet ervan een kanon,
werd
gebouwd rond 1400. Kees van Kooten en Wim de Bie verschaften de poort
de eer om
hem te noemen in hun lied: ‘Zwolle zonder dolle’.
DeSassenpoort maakte
deel uit van de middeleeuwse
stadsomwalling, waarvan nog kleine stukjes resteren.
Een paar jaar geleden schreef ik over de nachtboot
Amsterdam – Zwolle. In een dagboek van mijn moeder had ik gelezen
over haar reis
met die boot in 1946. Ik vroeg me af waar die
boot in Zwolle aanmeerde vanuit Amsterdam. Maar dat was bij deze kade
aan de
noordkant van het centrum.
Er staat een informatiebord over de pikmaaiers
ofwel
hannekemaaiers, seizoenarbeiders uit Noord-Duitsland die in Holland
boeren
hielpen bij het hooien. Die namen hier dus de boot. Waarmee dit ook
weer
opgehelderd is.
Daarmee zijn we aan het eind gekomen van het
alfabet. Ja, nee,
niet helemaal, inderdaad. De allerlaatste plaats in de telefoongids
voor heel
Nederland, die je vroeger kon raadplegen op elk postkantoor, was
Zijtaart. Maar
daar ben ik nooit geweest, en ik heb er dus ook geen foto’s van.
Misschien een leuke bestemming voor de komende
zomer. Maar
de doos met overgeschoten foto’s van deze winter is nu leeg.
Frans Mensonides
24 maart 2024
©
Frans Mensonides, Leiden, 2024