Nr. 222 - zondag 27 maart 2016
Het circus Jeroen Bosch (2): 'De Tuin der lusten'

LAATSTE ZES AFLEVERINGEN

221. HET CIRCUS JEROEN BOSCH (1): TIME SLOT (13/03/2016)
220. 'LOPEND BUFFET'; DE MYSTERIEUZE HYPALLAGE (06/03/2016)
219. 'HUPPAKEE!'; EUTHANASIE OP DEMENTERENDEN (28/02/2016)
218. LOCATION TRACKING APP; OF: HET RECHT OP ZWERVEN (21/02/2016)
217. 'WE ZITTEN ER MOOI TUSSCHEN', OORLOGSBRIEVEN UIT APELDOORN (14/02/2016)
216. NUMMERTJES TREKKEN BIJ HET ARTSENLAB (07/02/2016)




 

'De Tuin der lusten' van Jeroen Bosch, overgenomen van Wikipedia. 

Vorige keer riep ik het schilderij ‘De Tuin der lusten’ van Jeroen Bosch uit tot topstuk van de Bosch-tentoonstelling in het Noord-Brabants Museum*. Dat dan vooral omdat dat schilderij er niet hing. Museum Prado in Madrid wilde het niet uitlenen. Daardoor hoefde ik dat bonte, van talloze barokke details voorziene schilderwerk tenminste niet te bekijken vanachter een haag van ruggen.

*Wie daar nog heen had gewild, had eerder moeten wezen; hij is uitverkocht.

Ik bekeek het later thuis, op mijn beeldscherm, van links naar rechts en van boven naar onder. En dat met passende muziek erbij van Boudewijn de Groot. Waarom juist hij, vertel ik straks.

Wikipedia heeft ‘De Tuin der lusten’ beschikbaar in zeer hoge resolutie. Maar DIT is eigenlijk nog mooier: een interactieve site met toelichting over vele details.

Zulke toelichtingen heb ik meer gevonden op het web, maar of ze nou allemaal echt iets toelichten? Daar de hel een van de drie luiken vult, bestaat er wel consensus over de boodschap van Bosch: een waarschuwing tegen een zondig en liederlijk leven – net als bij ‘De Hooiwagen’ en ‘Het Laatste Oordeel’ . Maar al eeuwen breken kunsthistorici het hoofd over de precieze betekenis van alle details, al die vreemde beesten... Sommigen trekken de ontmoedigende conclusie dat wij als 21e-eeuwers Bosch’ beeldtaal niet meer kunnen begrijpen – als Bosch’ tijdgenoten dat zelf wel konden, want dat is ook nog maar de vraag.

Als je ‘De Tuin der lusten’ luik voor luik bekijkt, is het wel duidelijk wat het schilderij voorstelt. Een drieluik is in feite een vijfluik, want zo’n gevaarte kan dichtgeklapt worden en het linker- en rechterluik zijn daarom meestal ook aan de achterzijde beschilderd. Zo ook ‘De Tuin der lusten’, maar in dit geval met op de achterzijde één doorlopende afbeelding op de twee luiken. ‘De tuin der Lusten’ telt kortom vier afbeeldingen, als de lezer me nog kan volgen.

In gesloten toestand toont ‘De Tuin der lusten’ de aarde na de derde scheppingsdag, met de Schepper heel klein linksboven. Dieren en mensen lopen er nog niet rond. Er is wel sprake van heel uitheemse flora. Het ziet er allemaal heel ongerept en vredig uit. Maar dat is afgelopen zodra je het drieluik openklapt.

Doe je dat, dan zie je links opnieuw God, deze keer groter, naast Adam en Eva die hij zojuist geschapen heeft. De zondeval heeft nog niet plaatsgegrepen, maar hangt al wel in de lucht. Adam en Eva kijken of ze staan te popelen om heen te gaan en zich te vermenigvuldigen. De Hof van Eden is iets minder vreedzaam dan je zou verwachten. Op de achtergrond zie je diverse dieren doende met het verslinden van andere dieren.

Het middelste luik is vooral gevuld met ronddartelende naakte mannen en vrouwen. De vruchtbaarheidssymbolen zijn ook niet van de lucht.

Rechts hebben we dan de hel, waar de verdoemden op de meest inventieve manieren gekweld worden door dieren, huishoudelijke voorwerpen en muziekinstrumenten. Op dit punt praat iedere analyticus de ander na met het verhaal dat Jeroen Bosch in zijn jeugd de grote stadsbrand in ’s Hertogenbosch heeft gezien. Ja, en? Dat is nou weer zo’n verklaring die niets verklaart. Ja, we zien vlammen op dat rechterluik, zoals je mag verwachten in een beetje fatsoenlijke hel. Maar waarom zien we dan ook – om maar eens iets te noemen - een varken in nonnenkledij, of een monsterlijke vogel die lijken vreet en weer uitpoept?

Sommige van die details vind ik gewoonweg komisch - al viel er voor Bosch’ tijdgenoten niet veel te lachen om de hel, waarin in die tijd nog  heilig geloofd werd. Vorige keer vroeg ik me af, wat Bosch dreef bij het schilderen van al die vreemde taferelen: ‘Was het louter om zijn waarschuwing voor de hel kracht bij te zetten, gebruikte hij bedwelmende middelen die visioenen veroorzaakten, wilde hij lollig zijn, was hij gewoon gek, of bezat hij alleen maar een ongebreidelde fantasie?’

Maar nu hel ik over naar het standpunt dat Bosch er gewoon lol in had; lol om zijn fantasie uit te leven, lust in ‘De Tuin der Lusten’, duivels plezier in de uitbeelding van de hel.  Je kan moralistisch schilderen en er toch de grootste lol in hebben; zie Jan Steen, die ook onverbloemd plezier had in zijn eigen huishoudens-van-Jan-Steen.

****

‘Het glazen ei vol land en wolken’ – ‘Een uil die schuine liedjes fluit’ - ‘De vleesboom rijst het water uit’-  ‘Je wilt me vergeten, mijn vruchten eten en me bedriegen met je man’–
'Er vliegt in de hemel een vogel voorbij, ga mee op zijn rug naar het zuiden’ - ‘De lijst om de wereld is breekbaar en smal’ – ‘kom, kruip in een schelp met z’n tweeën´.

Tekstfragmenten uit ‘Picknick’ over details van de ‘Tuin der lusten’
Afbeeldingen overgenomen van deze site en van Wikipedia


‘Het circus Jeroen Bosch’, de titel van dit kleine tweeluik, is ontleend aan een regel uit ‘Het land van Maas en Waal’ van Boudewijn de Groot. Dat nummer uit 1967 had ik al eens onder de loep in mijn rubriek ‘Soundbites of the Sixties’ van weleer (rechterkolom). Ik sprak trouwens laatst iemand die die regel al 49 jaar verstond als: ‘De zus van Judith Bosch’, in plaats van ‘Het circus Jeroen Bosch’. Dat zou een rare tekst geweest zijn, en had er daarom uitstekend in gepast.

Later in 1967 bracht Boudewijn de Groot een elpee uit met de titel ‘Picknick’, met psychedelische pop in de Nederlandse taal; erg zeldzaam. Het vinyl stond bol van de ambities: De Groot en zijn tekstdichter Lennaert Nijgh wilden niets minder maken dan de Nederlandse ‘Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band’.

De meningen zijn verdeeld of zij erin zijn geslaagd, dat befaamde album van de Beatles te evenaren. Zelf vindt Boudewijn de Groot tegenwoordig van niet. Maar op mijn persoonlijke hitlijst staat ‘Picknick’ in ieder geval zeer hoog geklasseerd. ‘Picknick' is geen slaafse na-aperij van ‘Sgt. Pepper’; het heeft een heel eigen sound. ‘Prikkebeen’ van ’Picknick’ was trouwens een vaak gedraaid nummer op mijn eerste klassenavonden in 1968; dat heeft mijn oordeel ook positief beïnvloed.

Drie achtereenvolgende nummers op ‘Picknick’: ‘Eva’, ‘De Tuin der lusten’ en ‘Megaton’, zijn geïnspireerd op de luiken van Bosch’ schilderij, van links naar rechts. Zowel in ‘Eva’ als ‘De Tuin der lusten’ worden een hele rits details uit het schilderij aangeduid.

In ‘Eva’, een prachtige, gevoelige song, is de ‘ik’ zowel God als Bosch. Zijn schilderwerk, lees schepping, is hem uit de hand gelopen; Adam en vooral Eva leiden al een eigen leven, en trekken zich niet veel meer van hem aan.

‘De Tuin der lusten’ hinkt muzikaal knap op twee gedachten: de vrolijkheid van alle taferelen op het middenluik en de dreiging die de mensen al boven het hoofd hangt: ‘Nu plukken we samen nog bloemen in het gras / en leven als goden in vrede. / Maar ginder al strooien skeletten met as / en wonen in brandende steden’.

 ‘Megaton’ is een buitenbeentje in dit drietal. Dit apocalyptische, onaangename rillingen veroorzakende  nummer gaat niet zozeer over de hel van Bosch, als wel over de hel die we er hier op aarde zelf van maken. Milieuvervuiling, verwoesting van de natuur; de Club van Rome was niet ver meer weg in 1967.

Sommige andere teksten uit ‘Picknick’ zijn net zo mysterieus als een schilderij van Bosch. Al met al de ideale achtergrondmuziek bij het bekijken van ‘De Tuin der lusten’ of het schrijven van een stukje erover.

FHM
27 maart 2016

* * * * * * * *

Met dit deel 222 zit de zevende jaargang er al weer op van deze rubriek, ‘FHM’s A-viertjes,’  die alleen wordt bijgehouden in de donkere maanden van het jaar. Het was een jaargang met geringe kwantiteit - slechts 21 afleveringen, deze keer -, dat geef ik toe. Maar dat tekort werd ruimschoots goedgemaakt door de kwaliteit. Overtuig je daar zelf van door de afleveringen terug te lezen via het archief. En dat natuurlijk voor zover je niet behoort tot het legertje van trouwe fans die steevast elke zondagmiddag de nieuwe FHM’s oproepen op hun scherm.

Zo rond Pasen en de overgang naar de zomertijd komt de sleet er meestal wel op, en kost het me elke week meer moeite om een nieuw onderwerp te bedenken om aan te snijden in de volgende aflevering. Die staat nu op het programma voor ergens in september / oktober 2016; hopelijk bedenk ik de komende 6 maanden nog iets om over te schrijven.  

Blijf intussen mijn Thuispagina volgen, ook en vooral in de lente en zomer!  Bijna wekelijks nieuwe afleveringen over avonturen met het openbaar vervoer in Nederland en omstreken, al 20 jaar lang en het verveelt nooit; mij in ieder geval niet.

FHM
30 maart 2016


VOLGENDE  AFLEVERING: HET OOR EN DE GEKTE VAN VINCENT VAN GOGH (04/09/2016)

 

© Frans Mensonides, Leiden, 2016.