Nr. 292 - zondag 8 oktober 2023 (week 40)
De teerling is geworpen; Julius Caesar in H´ART

LAATSTE ZES AFLEVERINGEN

291. EEN LEPEL VAN ROESTVRIJ STAAL (EN GROOTOUDERS VAN GOUD) (02/07/2023)
290. PERFECTE HARMONIE;  BEELDENSPEELTUIN IN LEIDEN (25/06/2023)
289. KNOTJE VAN ROTJE EN ANDERE ROTTERDAMSE BEELDEN (18/06/2023)
288.TRAAG HERSTEL (11/06/2023)
286. DICHTER BIJ VERMEER (MAAR NIET TE DICHT) (23/04/2023)
285/287.  'JIJ KRIJGT NARCOSE, KNAAP!', OFWEL: HET ROESJE / HET ROESJE, DE ERVARING) (26/03 en 14/05/2023)

FHM’s A-viertjes is een rubriek op de Thuispagina van Frans Mensonides, die Henk als middle name heeft en dus FHM als initialen.
FHM’s verschijnt altijd op zondag, maar lang niet op elke zondag.


 

Ik heb me er in mijn kolommen al eens vaker over verbaasd dat ik, gesjeesd op het gymnasium, toch altijd belangstelling ben blijven houden voor de geschiedenis van het Romeinse Rijk. Waarom weet ik dus zelf niet, maar het is een feit is dat ik nooit een tentoonstelling over Romeinen oversla. Die over Julius Caesar in H’ART: ’Ik kwam, ik zag en ging ten onder’, daar móést ik dus heen.

H’ART? Dat is de nieuwe naam van wat tot begin vorige maand Hermitage Amsterdam heette. Dat museum, in het voormalige oudeliedenhuis Amstelhof, is in de jaren ’00 opgezet als een soort dependance van het gelijknamige museum in Sint-Petersburg. Maar toen vorig jaar Poetin Oekraïne binnenviel, conformeerde het museum zich aan de internationale sancties tegen Rusland. De banden met de Hermitage in Sint-Petersburg werden doorgesneden. Een tentoonstelling over de Russische avant-garde werd abrupt beëindigd; dat zou Poetin leren!

Het museum zocht samenwerking met andere musea in het buitenland. Toen moest er ook een nieuwe naam komen. Men besloot, de H van Hermitage te behouden en daar ‘art’, kunst, aan vast te plakken. Dan krijg je ‘H’ART’, met komma weliswaar, maar de boodschap was duidelijk: kunst vanuit het hart. Er was veel kritiek op die naam, maar ik vind hem ergens best logisch en passend.

Ik heb in 2011 in deel 91 van deze rubriek FHM’s een wat wankelmoedige middag beschreven die ik had doorgebracht in wat toen nog Hermitage Amsterdam heette. Die keer bezocht ik een tentoonstelling over Vlaamse schilderkunst. Door allerlei oorzaken gierde het verslag ervan volkomen uit de klauwen. Het lag niet aan de Hermitage maar aan mij. 201 afleveringen verder moet Caesar gaan zorgen voor een rehabilitatie.

Gaius Julius Caesar (100 – 44 v.Chr.), Romeins veldheer, dictator, maar ook schrijver / dichter, wie kent hem niet? Al dan niet gesjeesde gymnasiasten in ieder geval wel; die zijn in de 2e en 3e klas getormenteerd met zijn verslagen over de Gallische oorlog (‘De bello Gallico’, 58-51 v.Chr). Anderen kennen hem uit Asterix, en van zijn relatie met Cleopatra, waaraan diverse romantische films gewijd zijn.

Caesar was een man die tot verbeelding heeft gesproken van velen, en dat nog steeds doet. Zijn biografie laat zich lezen als één grote avonturenroman. Hij werd geboren in een mindere buurt van Rome, als telg uit een enigszins aan lager wal geraakte adellijke familie. Maar hij zou het schoppen tot heerser over het gehele, uitgestrekte Romeinse rijk. Aan hem hebben we onze kalender met schrikkeldagen te danken, en de naam van de maand juli. Zijn naam leeft ook voort in de woorden ‘keizer’ en ‘tsaar’.

Maar wie was hij werkelijk? Op de tentoonstelling zie je een wand vol bijvoeglijke naamwoorden waarmee hij ooit door historici is omschreven. Negatieve (wreed, genadeloos) strijden om de voorrang met positievere (trouw, loyaal).

H’ART probeert hem te doorgronden aan de hand van 150 (kunst)voorwerpen. Hieronder een kleine rondgang.

Maar eerst nog even dit. Een van de bekendste aan Caesar toegeschreven uitspraken is ‘Alea iacta est’, de teerling is geworpen. Dit zou hij gezegd hebben toen hij in 49 v.Chr. op het punt stond om vanuit Gallië Rome binnen te vallen en een burgeroorlog te ontketenen tegen zijn politieke rivalen. Hij stond met zijn leger aan de grensrivier de Rubicon in Noord-Italië. Als hij die zou oversteken, was er geen weg terug meer; het besluit, of de gok, was genomen.

Gek, dat ze er, als die spreuk aan de orde komt, vrijwel nooit bijzeggen wat een teerling nou eigenlijk precies is. Ik doe dat wel: ‘teerling’ is een verouderd woord voor: dobbelsteen.

 

*1*

‘Kop’ van kunststof; reconstructie door het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden (2018). Hoe Caesar eruit zag, is niet helemaal zeker, maar dit wordt beschouwd als de beste benadering die ooit gemaakt is.

Caesar liet het volk geloven (en geloofde wellicht zelf ook) dat hij rechtstreeks afstamde van Romulus, volgens de mythologie de stichter van de stad Rome. Daarmee was hij ook afstammeling van de liefdesgodin Venus. Maar zijn uiterlijk was allesbehalve goddelijk; niet echt een knappe jongen.

De overlevering wil dat hij ter wereld kwam via de keizersnede. Daaraan zou hij zijn wat onregelmatige gelaatstrekken en de naam Caesar te danken hebben, van ‘caedere’ (snijden). Maar tegenwoordige historici en medici geloven niet veel van dat verhaal.


*2*

Dit hebben ze voor ons verzwegen, dat er gewoon ook Nederlandse vertalingen bestonden van ‘De bello Gallico’, de tekst die wij moeizaam, woord voor woord, moesten ontcijferen uit het Latijn. Caesars jaarlijkse verslagen over de oorlog in Gallië waren bedoeld voor de Senaat van Rome, en over het hoofd van de senatoren heen ook voor het volk. Het was geschreven in heldere en eenvoudige taal, maar nog moeilijk genoeg voor 2e-klassers.

Caesar schreef over zichzelf in de 3e persoon, mogelijk om zijn geschriften een schijn van objectiviteit te verlenen. Eeuwenlang zijn zijn kronieken beschouwd als een nauwgezette weergave van zijn wederwaardigheden in de oorlog, en bovendien een betrouwbare bron over de stammen, de zeden en gewoonten, de leiders en de druïdes van Gallië.

Maar in de 20ste eeuw ontstond er toch grote twijfel aan het waarheidsgehalte van bepaalde passages. Zo zou hij bijvoorbeeld in 56 v.Chr. in een veldslag 430.000 Germanen tot de laatste man afgeslacht hebben, zonder dat er ook maar één Romeinse soldaat gesneuveld was. Caesar deinsde niet terug voor genocide; zelfs in zijn eigen tijd klonken daar al wel bezwaren tegen. Maar dat aantal van 430.000 is wel erg kras. Er is wel verondersteld dat hij een nul te veel geschreven had – bij wijze van spreken dan; de Romeinen kenden het cijfer nul niet - en het er in werkelijkheid ‘slechts’ 43.000 waren.

Het onderwerpen en eventueel uitroeien van Gallische en Germaanse stammen verkocht Caesar als: vrede stichten in zijn provincieën. Het was oorlogspropaganda, met vermoedelijk een hoog gehalte aan nepnieuws.

 

*3*

Venus, Caesars vermeende voormoeder. Replica van een Romeins beeld uit de 1e eeuw v.Chr; Allard Pierson Museum Amsterdam.


*4*


Kop van Cleopatra VII. Ca. 40 v.Chr; replica; Allard Pierson Museum Amsterdam.

Cleopatra VII (69-30 v.Chr) was verwikkeld in een strijd om de macht in Egypte. Caesar, sinds 48 v.Chr. dictator van Rome, kwam haar te hulp. Hij maakte van Egypte een provincie van zijn rijk, en maakte in een moeite door Cleopatra het hof.

 

*5*


Ook gij…

Buste van Lucius Junius Brutus; beeld van na de Romeinse tijd; Museo Nazionale Romano, Rome

In de Senaat ontstond weerstand tegen Caesar, die naar de mening van menige senator al te veel macht naar zich had toegetrokken. Er werd een complot gesmeed om hem tijdens een Senaatsvergadering te vermoorden. Op 15 maart 44 v.Chr. zou het gebeuren. Die dag stond bekend als de Idus, in Rome de dag waarop schulden terugbetaald moesten worden, sowieso al een dag met een zwart randje.

Er broeide iets. Caesar had van priesters waarschuwingen gekregen: er waren voortekenen van dood en geweld. En zijn vrouw had nachtmerries over leed dat hem zou kunnen treffen. Caesar wilde de vergadering afgelasten, maar zijn vertrouweling Brutus overtuigde hem van de noodzaak om de bijeenkomst door te laten gaan. Caesar kon de senatoren niet zo maar naar huis sturen, alleen omdat zijn vrouw zo naar gedroomd had…

De rest is geschiedenis: Caesar werd in de Senaat afgeslacht met 23 dolksteken. Brutus was onder de complotteurs. ‘Ook gij, Brutus?’, zouden Caesars laatste woorden geweest zijn, of in sommige lezingen: ‘Ook gij, mijn zoon?’

De gebeurtenissen op die zwarte dag worden in H’ART tot leven gebracht door middel van een videopresentatie. We zien Caesar door de straten van Rome zijn noodlot tegemoet lopen, onder dreigende muziek; een beklemmend schouwspel.

 

*6*

Dit beeld, dat ken ik! Een wolvin zoogt de weeskinderen Romulus en Remus. Zoals gezegd was Romulus volgens een legende de stichter van de stad en een voorzaat van Caesar.

Het beeld is een replica van een uit de Capitolijnse Musea in Rome. Daar heb ik het origineel gezien. Het is deze week op de kop af 50 jaar geleden, realiseer ik me. Eind september, begin oktober 1973 waren we op schoolreis in Rome. Het beeld heeft toen blijkbaar voldoende indruk op me gemaakt om het na een halve eeuw nog te herkennen.

Het werd ons in Rome verkocht als een fraai staaltje kunst uit de Etruskische tijd, zo’n 5 à 6 eeuwen voor Christus en Caesar. Maar recent onderzoek heeft aan het licht gebracht dat het dateert uit de middeleeuwen en hoogstens een jaar of 800 oud is. Alweer een mooi verhaal ontzenuwd…

FHM dixit
8 oktober 2023
Er geweest: zaterdag 30 september 2023

‘Julius Caesar; ik kwam, ik zag en ging ten onder’ is nog te zien in H’ART t/m tweede pinksterdag, maandag 20 mei 2024.

VOLGENDE AFLEVERING:  'EEN ZONDERLING GEVAARTE'; VINCENT VAN GOGH IN DRENTHE (05/11/2023)





© Frans Mensonides, Leiden, 2023