Jaargang 5 Aflevering 13 VRIJDAG 28 JUNI 2002
Deze column is afkomstig uit het archief van REFLEXXIONZZ! Klik hier voor de meest recente aflevering. Column Interim
-Waar worden slaappoeiers van gemaakt? Het was een van de ambtenarenmoppen die verteld werden rond 1983, toen de dienaren van rijk, provinciën en gemeenten regelmatig het werk neerlegden om te protesteren tegen de bezuinigingsmaatregelen van het eerste kabinet Lubbers. Ik herinner me er nog een paar: er was sprake van spuitbussen met zweetgeur, die ambtenaren zouden aanwenden om grote inspanningen te suggereren, en een houten noodgebouw vol overheidsdienaren, waarin het hout het enige was wat werkte. Die moppen vond ik toen al flauw, en onterecht: in 1983 kon je juist door die acties overduidelijk zien wat ambtenaren deden als zij niet staakten. Het huisvuil lag hoog opgetast in de straten, onderwijsinstellingen waren gesloten en de trams in de grote steden bleven in de remise. Het beeld van de ambtenaar met geheel afwezige werklust staat in 2002, na talloze bezuinigingsronden van achtereenvolgende regeringen, nog steeds overeind. Anders zou ik niet kunnen verklaren waarom het beoogde kabinet Balkenende onlangs bekend heeft gemaakt, duizenden van zijn dienaren te willen ontslaan. Maar er wordt vergeten, dat het werk altijd nog gedaan moet worden. Hier past een anekdote. De trouwe lezer, die ook de eerste reexx REFLEXXIONZZ! (1998-2001) heeft geconsumeerd, weet dat ik zelf in die jaren enige tijd ambtenaar ben geweest, bij een kleine, doch opmerkelijke plattelandsgemeente in Zuid-Holland. Weinig luie collega’s ben ik er tegengekomen. Integendeel: ik leerde de ambtenaar kennen als een hardwerkend, doch veelgeplaagd roeier tegen-de-stroom-in. Er heerste bedroevend slecht management; in dat opzicht verschilt de overheid niet van het bedrijfsleven. Het personeelsverloop was hoog in die gemeente; jaarlijks werd ruim een derde van het ambtenarencorps weggepest of ziek getreiterd, en het waren beslist de slechtste niet die het overkwam. Natuurlijk moest elke daardoor ontstane vacature opgevuld worden. De lege stoelen werden al spoedig bezet door free-lancers en medewerk(st)ers van uitzend-, detacherings- en adviesbureaus. Ik zelf deed archiefwerk, bij de afdeling Facilitaire Zaken. Op een kwade dag belandde het hoofd daarvan in de ziektewet. Na een paar maanden zonder leiding gewerkt te hebben, zagen we een interim-manager verschijnen, een free-lancer die was ingehuurd tegen een uurloon van 225 gulden (ca. 102 euro), en daarmee bijna vier keer zo duur was als degene die hij moest vervangen. Een heel rare snijboon. Hij was gedumpt door een ministerie, na een lange, lange carrière. Zelf formuleerde hij dat anders: men had hem na positief overleg de kans gegeven, voor zichzelf te beginnen. En dat deed hij. Het archief, daar verdiepte hij zich maar niet in; ik heb hem er één keer in zien kijken, nl. toen hij zelf een belangrijk stuk kwijt was. Wel sloot hij zich regelmatig op in de archiefkluis, maar dat was om er stiekem te kunnen telefoneren met andere opdrachtgevers, aan wie hij dikbetaalde adviezen verleende. Misschien kwam het doordat hij twee heren diende, maar de man maakte altijd een wat verwaaide, afwezige indruk. Oh, tijdens door hem voorgezeten vergaderingen was hij vlot genoeg, al nam hij nooit een beslissing; hij amuseerde ons met zijn volledige repertoire moppen (schoonmoedersgrappen, meestal, en geen ambtenarenmoppen; de laatste hield hij uit fatsoen nog binnen). Maar als je zijn werkkamer binnenkwam, zat hij doorgaans achter een ongerept bureaublad droeve blikken uit het venster te werpen. Het uitzicht was zeer de moeite waard; het bestond uit grazige weiden tot de einder, bevolkt door koeien die deden wat die beesten nou eenmaal niet kunnen laten: herkauwen. Wat ons interim-hoofd zelf herkauwde, is ons nooit duidelijk geworden, al waren er wel speculaties. Na enkele maanden werd hij op staande voet ontslagen door de nieuwe interim-manager Middelen, die per uur 262 gulden 50 beurde (ca. 119 euro). Ook dit was een zeer opmerkelijk man. Hij moest doorgaan voor een specialist op het gebied van gemeentefinanciën, maar de ambtenaren die belast waren met de samenstelling van begroting en jaarrekening, ondervonden van hem geen enkele steun. Liever gaf hij zich over aan zijn passie: de zielszorg. Tijdens vergaderingen gebeurde het wel, dat hij plotseling een willekeurig iemand fixeerde, en op vaderlijke toon zei: “Je ziet er wat vermoeid uit, de laatste tijd. Toch geen problemen? Privé ook niet? Als er problemen zijn, moet je het écht tegen me zeggen hoor, en er niet mee blijven rondlopen”. De werkdag van de aangesproken ambtenaar was daarmee volledig vergriept. Hij keek die middag wel tien keer in de spiegel, en vroeg aan al zijn collega’s of hij er werkelijk zo beroerd uitzag. Dat interim-hoofd had iets reptiel-achtigs over zich. Hij kon je in vijf seconden tijd met de vriendelijkheid van een gifslang tot aan je kruin de grond in boren. Mij heeft hij eens ‘gecomplimenteerd’ met enkele columns die ik geschreven in het personeelsblad, door te zeggen dat dit hem wel heel erg meeviel, voor iemand “als jij, die altijd met een volkomen gebrek aan flair door het gemeentehuis loopt”. Nu ik het woord ‘reptiel’ gebruik: hij schijnt eens (ik was die dag afwezig) op handen en voeten rondgekropen te hebben door de hal, om zijn mening te adstrueren, dat je je in het leven niet al te bescheiden moest opstellen. Aanschouwelijk onderricht. Vrouwen waren een beetje bang voor die man; ze durfden niet alleen met hem op één kamer te zitten. Maar ook zijn keizerrijk duurde niet lang. Hij werd op staande voet ontslagen door de nieuwe interim-gemeentesecretaris, die tegen een uurloon van 312 gulden 50 (ca. 142 euro)... Enfin, ik geloof dat ik het ziektebeeld van deze gemeente nu wel duidelijk geschetst heb. En wat moet nu de ambtenaar doen die straks door het kabinet CDA/VVD/LPF van zijn baan wordt beroofd (als die laatste partij dan nog bestaat)? In de eerste plaats de schuld bij zichzelf zoeken, want door geen enkele bevolkingsgroep in Nederland is zo massaal op de LPF gestemd als door ambtenaren. In de tweede plaats moet hij zich snel herpakken, en zich natuurlijk meteen als free-lancer gaan verhuren aan zijn voormalige werkgever, de staat der Nederlanden. En over een paar jaar vraagt op het Ministerie van Financiën de laatste topambtenaar zich af, hoe het toch komt dat de salariskosten van de overheid alleen maar gestegen zijn, naarmate er meer ambtenaren zijn ontslagen. Gek hè? Frans Mensonides
Aflevering gemist? Kijk in het overzicht van recente REFLEXXIONZZ! in de rechterkolom. Daar is ook te zien: de uitsmijter van Fris Spr!ts. |
Pasfoto Frans Mensonides
foto: Wim Scherpenisse Colofon
REFLEXXIONZZ! biedt columns over openbaar vervoer en andere onderwerpen, reisverslagen, korte verhalen en geen gedichten.
REFLEXXIONZZ! maakt deel uit van de opgeheven site De digitale reiziger, waarvan het archief nog toegang verleent tot alle tussen 1996 en 2001 verschenen artikelen. Wie op de hoogte gehouden wil worden van alle updates, kan zich aanmelden voor de nieuwsbrief Reiziger. Op- of aanmerkingen, opbouwende of afbrekende kritiek, benevens suggesties zijn welkom in mijn brievenbus. Vrijwel alle brieven worden door mij beantwoord, zij het meestal niet per kerende post. Overzicht meest recente REFLEXXIONZZ!
Hartfilmpje Een eeuwfeest, en een paar bange weken - Ma. 24.06.2002 De uitsmijter, door Fris Spr!ts Matig alcoholgebruik voorkomt dementie HIK!! Ha, ha, hi, hi, ho, ho: allemaal even lachen om alweer zo'n flauwe, smakeloze woord-bak van Hollands kortste en kleinste columnist, ingehuurd van de goedkoopste krant van ons land: uw aller Fris Spr!ts. © 2002, Frans Mensonides, Leiden 26/162/294/15,5 |