Boemelen met NS (5) :

Het Kippenlijntje en de lijn naar Baarn


Eerder verschenen in de reeks Boemelen met NS:

Hoekse lijn (november 1999)
Boemelen door Noord-Holland (januari 2000)
Flevolijn (januari 2000)
Utrecht - Hilversum (februari 2000)



Deze week (en volgende week, want we doen het in twee afleveringen) bezoekt De digitale reiziger twee vergeten spoorlijntjes. De ene heet in de volksmond het Kippenlijntje, en overbrugt de 34 tariefkilometers tussen Amersfoort en Ede-Wageningen. De tweede heeft voor zover mij bekend zelfs geen bijnaam, en loopt van Utrecht naar Baarn. Beide lijnen rijden een stukje over hetzelfde traject, wat niet zo vreemd is als je weet, dat sedert 1998 ook de Kippenlijn in Utrecht begint, al wordt het pas voorbij Amersfoort een echte Kippenlijn.

Er zijn meer overeenkomsten te melden tussen deze twee spoorlijnen. Ze zijn "vergeten", zoals ik hierboven al beweerde. Niemand weet nog, dat ze ooit behoorden tot het net van de Nederlandsche Centraal Spoorwegmaatschappij (NCS), waarvan de stamlijn, Utrecht - Amersfoort- Hattem, werd geopend in 1863.

Ook schijnt niemand in de gaten te hebben, dat er dezer dagen twee eeuwfeesten te vieren zijn. De Kippenlijn begon zijn bestaan in 1902, terwijl er al sedert 1898 passagiers vervoerd worden tussen Utrecht en Baarn.

De NCS bracht beide lijnen aan de man als "Locaalspoor", wat gold als een tussenvorm tussen tram en trein; een voorloper dus van de huidige light-rail. In sommige opzichten verandert er weinig in de wereld, en áls er al iets verandert, verandert vaak alleen maar de naam.

Ook bij de opheffings-golven rond 1935 en 1950 werden de lijntjes vergeten. Terwijl andere plattelandsspoorlijnen, zoals Zuidbroek-Stadskanaal, Dieren - Apeldoorn - Zwolle en de Haarlemmermeerlijn een goederen- of toeristenbestemming kregen, bleven de Kippenlijn en de Baarnse lijn behouden voor reizigersverkeer (al onderging de eerstgenoemde een lichte amputatie).

Rond 1950 werden beide lijnen zelfs voorzien van wat door de meest vervelenden onder de railspotters consequent een "waslijn" genoemd wordt. Wij spreken liever van een "bovenleiding", want zo'n waslijn is de eerste keer wel leuk, maar als je het een keer of honderdtwintig gehoord of gelezen hebt, wordt het wel wat flauw.

In de jaren negentig was wel eens sprake van het "Sternet rond Utrecht", een lightrail-achtig stoptreinenplan, dat onder meer had moeten voorzien in 8 treinen per uur tussen Leidsche Rijn en Houten. Deze keer werden de twee spoorlijnen waar het deze week om gaat, niet vergeten. Zij zouden mogelijk in het Sternet worden opgenomen. Echter: het hele Sternet zelf raakte in de vergeethoek. De spoorverdubbeling in Houten is voorlopig het enige onderdeel van dit plan dat gerealiseerd zal worden.

Deze weken zetten we in De digitale reiziger beide vergeten eeuwelingen in het zonnetje, dat zich tijdens ons bezoek zo nu en dan aarzelend liet zien. In deze aflevering: De Kippenlijn. Volgende week komt Baarn aan de beurt, en keren we bij wijze van toegift nog even terug naar de landstreek waar ooit de kip het voornaamste middel van bestaan was.





Onweer

Mijn reis naar de Veluwe stond al gepland voor zaterdag 29 juli. Die dag moest ik om 11.00 uur in Amersfoort zijn voor een vergadering op het hoofdkantoor van ROVER. Ik had gemikt op de Kippenlijn van 13.49, na afloop, maar rond die tijd trok een onweerszone over Midden-Nederland. We bleven plakken bij ROVER totdat het droog werd. Toen ik eindelijk bij het station aankwam, was de trein naar Ede al vertrokken; bovendien liet de microfoon niet af, stremmingen en storingen om te roepen. Ik besloot de kortste omweg naar huis te nemen (via het Gooi; Amersfoort - Utrecht "lag er uit").



Viergranen

Een nieuwe poging op maandag 31 juli. Zoals ik vorige week al schreef, werden we bij Alphen a/d Rijn geconfronteerd met een zelfdoding.

Als ik daarna op Utrecht CS aankom, is de trein van 10.21 naar Ede al lang weg. De volgende gaat om 11.21. Hij komt pas binnenrijden op het tijdstip van vertrek volgens dienstregeling, met een kwartier vertraging. Onder de uitstappers veel mensen met zware koffers. Ze hebben schoon genoeg van een regenvakantie op de Veluwe, denk ik.

De trein bestaat uit twee plan-V's, en is niet druk. Tegenover me zit een gezin, bestaande uit moeder, zoon van 16, en twee dochters van resp. 13 en 10 (dit alles naar mijn vermoeden en schatting; ik vraag mijn medereizigers zelden naar personalia).

De jongen probeert een E-mail te verzenden per GSM.

-"Gewerkt, schrijf je dat met een t of een d?", vraagt hij. "Jongen, ga je lagere schoolgeld terughalen", zegt zijn moeder.

-"Godverdomme, nou heb ik alles gewist", hoor ik even later.

We stoppen in Utrecht-Overvecht, waar vrijwel niemand op onze trein staat te wachten. Hoe zou het toch gaan met die tegeltjes?

Een paar minuten later komt het eilandperron van station Bilthoven in zicht. Tot de reorganisatie van de dienstregeling in 1998 had Bilthoven een kwartierdienst met Utrecht; dank zij de stoptrein uit Baarn en die uit Zwolle. Met ingang van dat jaar werd de lijn Zwolle-Utrecht versneld; hij stopte niet meer tussen Amersfoort en Utrecht. Bilthoven en het drie kilometer verderop gelegen Den Dolder kregen enige compensatie in de vorm van de Kippenlijn, die doorgetrokken werd van Amersfoort naar Utrecht. Maar deze laatste lijn rijdt alleen in de spits in halfuurdienst; daarbuiten uurdienst. Bilthoven en Den Dolder gingen gedurende de daluren dus terug van 4 naar 3 treinen per uur.

Soestduinen kwam er nog bekaaider af; dit station, dat in de laatste jaren van zijn bestaan niet meer dan 100 reizigers per dag trok, werd gesloten.

***

Het jongste meisje begint plotseling hartverscheurend te huilen. "Ik heb mijn hoofd gestoten!", jammert ze. Moeder legt een troostende hand op haar kruin, maar de broer imiteert met een hoge kopstem haar gehuil. "Boeh... hoe.... hoe....", klinkt het pesterig. Het meisje loopt helemaal purper aan van woede. "Hou je bek, stomme lul!", krijst ze. "Zal ik jóu je hoofd eens laten stoten op die punt?"

-"Boeh... hoe... hoe!", doet de jongen.

Dat meisje zie ik later wel bij psychiater Sigmund terechtkomen, om daar tijdens elke sessie een hele doos Kleenex vol te schreien. Over haar oudere zus maak ik me minder zorgen; die is tijdens het hele incident onverstoorbaar blijven doorlezen in haar boek. Knop op nul; met een bord voor je kop kom je door het ganse land.

Even na Den Dolder zie ik een enkelspoortje aftakken en afbuigen; naar links, het bos in. Dit is de Baarnse lijn; aan het eind van middag hoop ik hier weer uit te komen.

In Amersfoort staat de trein 6 minuten stil. Volgens het boekje moeten we hier "cross-platform" aansluiting geven op de trein Utrecht - Zwolle. Ik stap ik uit en fotografeer de met graffiti besprenkelde Kippentrein. Snel stap ik weer in, want ik krijg in de smiezen, dat de aansluiting deze keer niet wordt overgenomen. De vertraagde trein uit Utrecht nadert in de verte, maar wij vertrekken toch; precies op tijd.

Over een afstand van twaalf kilometer volgen wij het spoor naar Apeldoorn. We naderen Barneveld, en rijden dit uitgestrekte dorp binnen via een groot bedrijventerrein; Harselaar.

Hier is onder meer het softwarebedrijf Baan gevestigd, dat momenteel implosief aan het krimpen is; terwijl het in de periode 1990-1995 juist zo explosief groeide. Ook de HEERE, zo veelvuldig aangeroepen in de directiekamer van dit gereformeerde bedrijf, kon de val van de aandelenkoersen niet stuiten. En nu krijgen de gebr. Baan ook nog een proces aan hun kont van gereformeerde beleggers, die niet kunnen verkroppen dat hun Baandelen onderuit zijn gegaan van 50 Euro naar niet veel meer dan een Euro-riks. "Het kan verkeren", zoals een bekend dichter uit de Gouden Eeuw al waarschuwde.

Naast software, wordt op Harselaar ook nog gehandeld in meer traditionele producten, getuige de vier enorme eieren, die op het dak van een fabriekshal zijn aangebracht. Inderdaad: hier wordt het viergranen-ei verpakt en gereed gemaakt voor transport.

De trein verlaat de spoorbaan naar Apeldoorn, en buigt met bijna een haarspeldbocht af naar rechts. Even voorbij de aftakking ligt het enkelsporige station Barneveld Noord. Dit is een heel geschikt punt om nog even een uitstapje maken naar de (voor)geschiedenis van de Kippenlijn.

Barneveld-Noord

Reizigersopstand

Al kort na opening van de lijn naar Hattem ontwikkelde NCS plannen voor aanleg van een spoorlijn van Ede Staatsspoor (thans Ede-Wageningen) via Lunteren en Barneveld naar Nijkerk. De besluitvorming verliep niet erg soepel. Het railplan zorgde voor diepe tweespalt op de Veluwe. Er was sprake van wat wij nu het NIMBY-syndroom zouden noemen (Not In My Back Yard), maar dan omgekeerd.

Tegenwoordig wil de overheid van alles op railgebied, maar zijn de burgers ertegen. Op de Veluwe waren het de magistraten, die de komst van de trein tegenhielden, terwijl de bevolking juist snakte naar een spoorwegstation voor de deur. Raadsleden, wethouders en dominees (in opklimmende volgorde van belangrijkheid) stelden zich te weer tegen het ijzeren monster. Zij vreesden dat de komst van de trein zou leiden tot import van allerlei stadse fratsen (dit ondanks het feit, dat de Veluwe al doorsneden werd door drie andere spoorlijnen). Ook de zondagsrust werd te berde gebracht; treinen stoorden zich daar nl. niet aan, en reden ook op de dag des HEEREN.

30 oktober 1883 was een memorabele dag in de geschiedenis van deze streek: de opstand der reislustigen. Woedende Nijkerkenaren bestormden de huizen van enkele raadsleden en wethouders, die zich hadden laten kennen als tegenstanders van de spoorlijn. De boze burgers hadden niet veel goeds in de zin (eerder een stevige lynch-partij), maar ingrijpen van het leger kon bloedvergieten vorkomen.

In die dagen geviel het eens, dat boze boeren de koets van een dominee tot staan brachten. Zij dwongen de predikant, uit te stappen. Als de streekbewoners niet met de trein mochten reizen, dan kon dominee ook beter te voet gaan.

De volksopstand had succes (helaas niet al te snel); in 1902 reed de eerste trein van Ede naar Nijkerk. Op het punt waar nu station Barneveld Noord ligt, kruiste de Kippenlijn de spoorlijn Amersfoort - Apeldoorn via een gietijzeren viaduct. Langs de laatste lijn lag het station Barneveld=Voorthuizen. Op een paarhonderd meter daarvandaan werd aan de Kippenlijn station Voorthuizen (later: Barneveld Kruispunt) geopend. Of beide railconcurrenten hier gezorgd hebben voor een goede onderlinge aansluiting, vermeldt de historie niet.

In 1937 verloor de Kippenlijn een pootje: het traject Barneveld - Nijkerk werd gesloten. Er kwam een aansluiting op het spoor Apeldoorn - Amersfoort; de laatste plaats werd het eindpunt van de lijn. Aan het andere uiteinde reed de Kippenlijn op sommige tijdstippen door naar Arnhem, maar daar kwam een eind aan in 1998.



Heiig

Station Barneveld-centrum ligt in het hart van de plaats waar Jan van Schaffelaar in 1482 van de toren sprong; daarover volgende week meer. De Kippenlijn is grotendeels enkelsporig uitgevoerd. Alleen bij de stations Barneveld en Lunteren is er een passeermogelijkheid.

Tot Lunteren (gemeente Ede) slingert de trein zich met zeer matige snelheid door een landschap van hoog gras. Heiige lucht hangt erboven. De zon schijnt vaag en krachteloos.

In Lunteren moet de trein 4 minuten wachten op zijn tegenligger. Ik wacht het niet af; ik stap uit. Ik ben geïnteresseerd in dé toeristische attractie van dit Veluwedorp: het Middelpunt van Nederland. "Het geografisch middelpunt", specificeert de onvolprezen ANWB-atlas.

Brandend nieuwsgierig ben ik, hoe zoiets eruit ziet. Een heel bijzondere plaats; het gras moet er wel blauw zijn, en de lucht minstens groen.

Nog benieuwder ben ik, hoe ze dat uitrekenen: waar het Middelpunt van Nederland ligt.

Je kunt je er met een Jantje van Leiden afmaken, en simpelweg het gemiddelde nemen van de grootste en kleinste oosterlengte op het Nederlands grondgebied, en idem dito van de grootste en kleinste noorderbreedte.

Het kan ook ingewikkelder: je knipt het silhouet van Nederland uit de atlas en laat het balanceren op de punt van een potlood. Op het moment dat de kaart in perfecte balans is, wijst de potloodpunt het (geografisch?) zwaartepunt van Nederland aan.

Maar misschien bestaan er nóg verfijndere methoden waar ik niet aan gedacht heb. Op grond waarvan is nu uitgerekend Lunteren het middelpunt van ons land, terwijl voor mijn gevoel Utrecht CS veel meer voor die titel in aanmerking komt? Ik neem aan, dat er op de plek in kwestie wel een degelijke wetenschappelijke verklaring te lezen zal zijn.

Het Midden ligt iets ten oosten van Lunteren. Ik wandel er heen via een dicht en rustig bos. Even buiten Lunteren zie ik een hoge uitkijktoren. Helaas gaat hij pas om 14.00 uur open. Daarom niet getreurd, want wat anders zou je zien vanaf de torentrans, dan honderden en nog eens honderden boomtoppen? Bovendien heb ik een andere missie te vervullen.

Talloze pijlen wijzen me de weg naar het Middelpunt. Het moet wel een aparte belevenis worden (hoop ik vurig). Maar wat zal dat tegenvallen!

Op een open plek in het bos liggen twee grote zwerfkeien. Daartussenin staat een zitbankje. Zou dit het nu het Middelpunt van Nederland zijn?? de Ayers rocks van ons kleine stukske grond??

Tussen twee houten palen heeft ooit een infobord gehangen; de roestige spijkers zijn nog te zien. Maar het is vernield door een Midden-Nederlandse onverlaat, ofwel verteerd door de tand des tijds.

Na een korte zit op het houten bankje loop ik verder. Een paar minuten later zie ik een hoekige, stenen zitbank, geschonken door notaris R. Dinger, ter gelegenheid van zijn 40ste verjaardag, die hij vierde in 1935. De bank is sedertdien aan zijn lot overgelaten. Er moet ooit een houten zitting opgezeten hebben, gezien de grote ijzeren pinnen die uit het stenen banklichaam omhoog steken. Is dit onding, de Dinger-bank, dan het Middelpunt van Nederland? Het staat er niet bij, maar er staat ook niet bij van niet.

Even later kom ik opnieuw een wegwijzer tegen naar het Middelpunt. Hij wijst naar het stuk weg, dat ik zojuist heb afgelegd. Er leiden veel wegen naar het Middelpunt, maar het Middelpunt zelf staat niet als zodanig aangekondigd. Ik zou oog moeten hebben voor de diepere levenssymboliek van deze toeristische attractie, maar in stede daarvan voel ik me grotelijks belatafeld. Ik zou bij de VVV mijn geld terugeisen, als ik geld had neergeteld. Een middelpunt zonder tekst en uitleg; wat een achterlijk gelul, zeg!

Een eindje verder ligt Meulunteren, een van de duizenden buurtschappen in ons land, maar van al die gehuchten wel het middelste. Van Meulunteren loop ik terug naar Lunteren. In het midden (het midden van Lunteren, wel te verstaan) staat een triomfboog van bordkarton. Wat een smakeloos gedoe toch allemaal, en dat in zo'n mooie omgeving!

Ik neem bus 105 naar Ede. Slechts één andere passagier is op hetzelfde idee gekomen.

Ede is met ruim 300 km2 een van de meest uitgestrekte gemeenten van Nederland. Onlangs hebben ze de 100.000ste inwoner kunnen bijschrijven in de boeken. Veel van die inwoners wonen in dorpen als Bennekom, Lunteren, Ederveen en Otterlo.

Ede zelf is ook nog groot genoeg om een stad genoemd te mogen worden. Een stad, die zijn dorpse karakter aardig heeft weten te behouden. In het centrum zie je meer veevoederfabrieken dan winkelpassages. De bus rijdt door lange straten met van die typisch Veluwse huisjes, voorzien van afgeplatte puntdaken (als men begrijpt wat ik bedoel), waarop namen staan als "Sonnevanck".

We passeren station Ede-centrum, het één-na-laatste station op de Kippenlijn. De spoorlijn Utrecht - Arnhem en de Kippenlijn hebben Ede groot gemaakt. Aan het eind van de 19e eeuw begon de toeristische exploitatie van de Veluwe. In de buurt van de stations Ede Staatsspoor en Ede Centrum verrezen nieuwe hotels.

Ik rij door naar Ede-Wageningen; het eindpunt. Ik zit een beetje knijp: de klok staat op 15.03, en over een paar minuten vertrekt de trein. Wanneer weet ik niet precies; was het 15.06 of 15.07?

Het was 15.04; net op het moment dat ik bij de kaartjesautomaat mijn pinpas in de gleuf steek, zie ik de trein vertrekken.

Dit kost me een uur. Ik maak van de nood een deugd, door terug te lopen naar Ede Centrum. Dan kan ik de mij tegemoetkomende trein uit Utrecht fotograferen. Liefst ter hoogte van een overweg: er zijn er maar liefst acht in de bebouwde kom van Ede.



Ik slaag in mijn opzet, zoals hierboven te zien is. Ruim een half uur te vroeg kom ik aan bij Ede Centrum. Waarom niet even een kijkje genomen in het streekmuseum, dat gevestigd is in het oude stationsgebouw? Ik had het kunnen weten: het museum zit op maandag dicht.

Om 16.08 stap ik in de trein richting Amersfoort; 5 andere reizigers volgen mijn voorbeeld.

Ik bezit een enkele reis naar Soestdijk, op de Baarnse lijn. Prins Bernhard, een fervent fan van De digitale reiziger, heeft me ge-E-maild dat ik maar eens op de thee moest komen, als ik toevallig in de buurt was. Twee keer moet ik overstappen, in Amersfoort en Baarn. Geen idee of ik aansluiting heb; we zien wel.

Slechts enkele tientallen passagiers worden vervoerd met dit treintje, terwijl we toch midden in de avondspits zitten. De mens is een wispelturig wezen. Complete lynchpartijen hebben de Veluwenaren overgehad voor deze spoorlijn, en nu hij er ligt, wil niemand er mee reizen.

Bij Barneveld Noord is enige vertraging; er wordt omgeroepen dat we wachten op het voorbijrijden van een trein in de richting Apeldoorn. Jammer, dat die ongelijkvloerse kruising uit 1902 er niet meer is. Even laten zie en hoor ik de koploper langsdenderen. We komen weer in beweging.

In Amersfoort moet ik overstappen op de sneltrein Schothorst - Amsterdam - Hoofddorp. Door het oponthoud bij Barneveld mis ik mijn aansluiting; ik zie hem net wegrijden.

Lijdzaam wacht ik een half uur op de trein van 17.14. Die vertrekt enkele minuten te laat, zodat ik ook in Baarn de aansluiting mis. Een heel krappe aansluiting; de sneltrein komt om 17.21 aan op het middenperron, en reeds om 17.23 vertrekt van het andere perron de boemel naar Utrecht. Volgens mij is het niet eens een officiële aansluiting; de reisplanners zullen hier een overstaptijd van 32 minuten geven. Amersfoort - Soest(dijk) is geen logische treinreis; normale mensen nemen op dit traject een rechtstreekse bus.

Ik zal pas om 17.58 aankomen op station Soestdijk; 174 minuten nadat ik op Ede-Wageningen mijn enkeltje uit de automaat heb getrokken. Zelden heb ik zo lang reisplezier gehad voor de somma van slechts f 7,75.

- LEES HET VERVOLG


Ede Centrum


DE KIPPENLIJN
Stations Utrecht CS - Utrecht Overvecht - Bilthoven - Den Dolder - Amersfoort - Barneveld Noord - Barneveld Centrum - Lunteren - Ede Centrum - Ede Wageningen
Openingsjaar 1902 (Ede-Wageningen - Nijkerk)
Lengte 55 kilometer
Ritduur 65 minuten
Materieel Plan V
Frequentie 60' (spits: 30')
eerste trein 5:41 (Ede-Wageningen - Utrecht)
Laatste trein 23:22 (Utrecht - Ede-Wageningen)
Strippen en sterren geldig? Alleen tussen Utrecht CS en Overvecht
Toekomst Vage verhalen over een sternet rond Utrecht