The handshake seals the contract.
From the contract there’s no turning back.
The turning point of a career,
In Korea, being insincere.
The holiday was fun packed,
The contract still intact.
The grabbing hands grab all they can,
All for themselves after all,
It’s a competitive world.
Everything counts in large amounts.
The graph on the wall
Tells the story of it all.
Picture it now, see just how
The lies and deceit
Gained a little more power.
Confidence, taken in
By a sun tan and a grin.
The grabbing hands [etc.]
Volledige tekst: staat hierboven
Stukje luisteren? klik op de zwart-witradio
Deze keer een soundbiteje uit de nazomer van 1983, toen popmuziek nog net verdraaglijk was. Everything Counts van Depeche Mode is me altijd bijgebleven als één van de aardigste nummers uit dat zonovergotene jaar.
Je had indertijd veel meer van die synthesizergroepjes: Human League, Orchestral Manouvres in the Dark… De meeste begonnen hun loopbaan met elektronisch gepiel. Maar wilden ze de gunst winnen van het grote publiek, dan moesten ze uiteindelijk zorgen voor goed in het gehoor liggende melodieën, liefst dan nog voorzien van een meezingbare tekst die ergens over ging – al was het maar die serveerster uit die cocktailbar die zo nadrukkelijk aanwezig is op Don’t You Want Me Baby van The Human League.
Everything Counts voldoet aan die eisen. Het is een melodieus nummer dat bijna 4 minuten lang wat melancholiek voortkabbelt naar het grote gat dat toen nog in een singletje zat, en dat de arm van de pickup onafwendbaar naar zich toezoog. Bijna niemand had al een CD-speler in ’83, en bedrijfsresultaten werden nog niet weergegeven met een kleurenhistogram op een flat panel, maar in een grafiek aan de wand.
Depeche Mode zingt het nummer op wat vlakke toon. De melodie wordt verlevendigd met een soort xylofoon en iets wat lijkt op een klarinet en/of fagot; het komt ongetwijfeld allemaal uit de elektronische trukendoos gesuisd.
Een weinig levendige song, op het eerste gehoor, maar tekstueel gebeurt er in Everything Counts een hele hoop in die 4 minuten. Tekstdichter Martin Gore, die zich wel vaker van een cynische kant toont, schetst in nog geen 100 woorden het beeld van een zakelijk drama. Tijdens een fun-vakantie in het verre oosten tekenen twee zakenlieden een contract waarmee iets aan de hand is. Hoewel die korte tekst niet overduidelijk uiteenzet wàt, wordt toch een beeld opgeroepen van list en bedrog, van het vele geld dat de zakenlieden in hun zakken denken te kunnen laten glijden, van het diepe berouw dat minstens een der betrokkenen van zijn handtekening zal krijgen, van één ongeluksvogel die zich voor het leven, of langer, ruïneert.
Die wat smoezelige beelden heb ik altijd voor me gezien bij dit singletje, en dat is ook de reden dat het nummer zich de laatste maanden opnieuw aan me vastkleeft. Ik moet denken aan de deal waarover ik het al vaker gehad heb op deze plek; de overname van een bedrijfje in een branche die zinnebeeld is van saaiheid en degelijkheid, en waarin de spelers op de markt ’s avonds boeken lezen, als ze al geen suikerzakjes verzamelen.
Het decor van de transactie was geen exotisch oord als Korea. Maar dat stoort me niet in het minst bij het herbeluisteren van dit nummer; ‘Korea’ is alleen gekozen omdat het moest harmoniëren met ‘career’, en voor seksvakanties zijn deze twee spitsboeven te degelijk. Nee, dit Hollandse drama speelde zich af in veenweidegebied en langs de boszoom. Pannenkoekenrestaurant De Strooppot op de Veluwe was er vermoedelijk het decor van, en ik zie beiden daar voor me, in slecht licht, bitter onderhandelend, en zich overgevend aan het spelletje dat heet: wie trekt er het langzaamst zijn portemonnee. Die persoon ziet de ander het gelag betalen aan de ober. Bepaald geen lieden voor ‘large amounts’, eerder aanhangers van het spreekwoord ‘vele kleintjes maken één grote’. Maar de onherroepelijke handtekeningen zijn daar uiteindelijk dan toch gezet.
Maar dat is maar een persoonlijke associatie bij dit nummer. Misschien ligt het anders. Misschien gaat Everything Counts wel over een louche platenbaas, die de jongens van Depeche Mode een wurgcontract voorlegde, waardoor ze genoodzaakt werden, tot diep in de 21 ste eeuw CD’s voor hem te maken.
Inderdaad, Depeche Mode bestaat nog steeds en maakt nog steeds hits. De band overleefde, in verschillende samenstellingen, en met de nodige mutaties, met gemak een kwart eeuw. In die periode scoorden ze in de UK bijna veertig top-veertig hits. Ze lijken wel wat op FC Twente, in die zin dat ze er altijd bij zijn, en nooit echt hoog komen. Nooit stonden ze op één; Everything Counts was met de zesde plaats al een soort uitschieter. In Holland bleef het nummer hangen op de tiende plek in de tipparade.
Een paar maanden later scoorden Depeche Mode aan beide kanten van de Noordzee een iets grotere hit met People are People, en ook dat is maar al te waar, zoals je vrijwel overal en altijd bewezen ziet.
Deel 58: Air / Ekseption (1969)
Deel 57: All the Young Dudes / Mott The Hoople (1973) tevens: Top-2000-special
Deel 56: Een fijne dag / Drs. P (1973)
Deel 55: Matthew and Son / Cat Stevens (1967)
Deel 54: The Worker / Fischer-Z (1979)
Deel 53: Atlantis / Donovan (1968/1969)
Deel 52: Proud Mary / Creedence Clearwater revival (1969)
Deel 51: The Eve of the War / Jeff Wayne (1978)
Deel 50: Daddy Cool / Boney M (1976)
Deel 49: Spirit in the sky / Norman Greenbaum (1970)
Deel 48: Monkey on Your Back / Outsiders (1967)
Soundbites nrs 1 t/m 47 in het archief van REFLEXXIONZZ!
© Frans Mensonides, Leiden, 2006