Met die formule was Keolis in december 2020 van start gegaan
op de Veluwe en in Midden-Overijssel (concessie IJssel-Vecht). De nieuwe
concessiehouder had een vloot gekocht van circa 250 Chinese (soms haperende) elektrische bussen.
Maar 2 jaar later, in december 2022, werden die bussen in
het district Veluwe-Zuid op hun beurt al weer vervangen door diesels, en niet
de allernieuwste. Wat is de achtergrond van deze stap achteruit? Het ingewikkelde
verhaal begon met gesjoemel door Keolis.
Deze vervoerder had de grote, lucratieve concessie
IJssel-Vecht namelijk op een onreglementaire wijze binnengeharkt. De 2 opdrachtgevers,
provincies Gelderland en Overijssel, gaven Keolis de rode kaart en besloten, de
concessie opnieuw aan te besteden.
Maar zo’n aanbestedingsprocedure duurt wel een dik jaar, en er
moesten in die tijd vanzelfsprekend toch bussen rijden. Keolis kreeg - naast
een fikse boete - een noodconcessie voor de duur van 2 jaar. Wie zei er ook
alweer, dat kwaad niet loont?
Die noodconcessie was in december 2022 dus verlopen. De definitieve
concessie IJssel-Vecht is vorig jaar gewonnen door EBS, die de elektrische
bussen en het personeel heeft overgenomen van Keolis. Behalve in de regio
Zuid-Veluwe, want die zou samengevoegd worden met de concessie Arnhem-Nijmegen
(Breng). Die aanbesteding is echter 2 jaar uitgesteld door corona, en gaat pas
in per december 2024.
Gelderland verleende aan Hermes (net als Connexxion een dochter van Transdev) onderhands een noodconcessie,
alweer een noodconcessie, voor de duur van 2 jaar. Zolang zullen de
busreizigers in de regio het dus zonder elektrische bussen moeten stellen. Maar
de vervangende diesels, her en der bijeengeraapt uit verschillende delen van
het land, vertonen nog wel de merknaam RRReis. Dat om de verwarring te
voorkomen die wel op de loer ligt bij dit verhaal met zoveel namen.
De dieselconcessie Veluwe-Zuid bestaat uit het bescheiden
aantal van 18 buslijnen, waarvan 3 stadslijnen in Ede, 2 ex-ComfortRRReis-lijnen,
10 reguliere streekbuslijnen, 2 buurtbussen en 1 schoolbus. Enkele lijnen
worden gereden in samenwerking met Syntus; de lange streeklijn 43 (Arnhem –
Apeldoorn) i.s.m. Breng.
Ik rrreisde 2 dagen, op vrijdag 26 januari en zaterdag 4
februari 2023, rond in deze streek. In totaal 10 ritten met ronkende diesels,
waarvan vele uit de jaren 00. Geen vernieuwing, maar eerder nostalgie – wat de
Veluwe sowieso al voor me is; vakantie in mijn kindertijd, ik heb het er al
veel vaker over gehad. Ik grijp elke aanleiding aan om naar de Veluwe te reizen,
of dat nou een positieve aanleiding is of niet.
N.B.:
Ik heb de oorspronkelijke versie van dit artikel later nog aangepast
naar aanleiding van opmerkingen van lezers die echt verstand hebben van
bussen.
In |
Veenendaal-De Klomp |
10:46 |
Uit: |
Ede, Jadestraat |
11:02 |
Wagennr. |
4214 |
|
Type |
VDL-Ambassador uit 2008 |
|
Passagiers (max.) |
3 |
|
Alleen de stadslijnen 1, 2 en 5 zijn nu nog over. Die elk
rijden in halfuurdienst. Lijn 1 en 2 zijn in wezen dezelfde; ze vormen een
ringlijn door heel Ede, waarbij de ene lijn linksom rijdt, en de andere
rechtsom. Lijn 5 loopt van Ede-Wageningen via het centrum en de wijk Kernhem
naar station Veenendaal-De Klomp. Daar pik hem op.
Ik arriveer daar om 10:30, het stille uur in de ochtend, als
de klerken en de scholieren op hun bestemming zijn, en voorlopig nog niet terug
mogen. Het is qua weersomstandigheden een chagrijnige dag, met veel wolken, met
duisternis, met een harde, snijdende wind. Reële temperatuur +4,
gevoelstemperatuur +1.
Ik weet niet welke ruiten er ondoorzichtiger zijn: die van de treinen waarmee ik vandaag reis, of die van de wachtruimte bij Veenendaal-De Klomp. Lijn 5 sluit niet echt ideaal aan op de treinen, hij verschijnt pas over een kwartier. De snackcounter in de wachtruimte is helaas gesloten; vergeet de koffie maar!
Na bedrijventerrein Kievitsmeent rijden we de wijk Kernhem
binnen. Die is genoemd naar landgoed Kernhem, waar ik in 2014 de pannenkoekenboerderij
klandizie bezorgde. Het landgoed leende niet alleen zijn naam aan een weinig
opvallende nieuwbouwwijk, maar ook aan Kernhemmer kaas. Zoals ik in het
gelinkte stukje al schreef, is dit geen product van traditionele kaasmakerij, van
vader op zoon doorgegeven door tientallen generaties zelfkazende boeren. Nee,
de kaas is bedacht in een zuivellaboratorium dat hier in de buurt staat.
Voorbij Kernhem stap ik uit op de Jadestraat en loop in de richting van het
centrum. Het winkelhart van Ede heeft alles wat het hebben moet, tot een
MediaMarkt aan toe. Ik speur echter naar een kunstwerk met een spiegelende bol,
dat ik hier eens heb gezien. Daar moet toch wel een aardige foto van te maken
zijn, zelfs bij deze duisternis.
Ah, daar staat hij al, op het pleintje bij de kerk.
In de Torenstraat staat op een informatiebord een oorlogsverhaal
opgetekend. De Britse generaal John Hackett (1910-1997) raakte in 1944 tijdens
de operatie Market Garden zwaar gewond bij Oosterbeek. Hij werd getransporteerd
naar een ziekenhuis in Arnhem dat in handen was van de Duitsers. Daaruit werd hij
ontvoerd door het verzet, dat hem onderbracht bij de 3 gezusters De Nooij.
Zij woonden op het adres Torenstraat 5, en verzorgden de
generaal 5 maanden lang. Ze voorzagen hem van een label op zijn kleding:
DOOFSTOM, zodat hij niet hoefde te praten en zijn Engels hem niet zou verraden.
Het vervolg van dit verhaal las ik een paar jaar geleden al
in de Biesbosch. Hackett werd daar door de linies gesmokkeld door line
crossers. Dat waren verzetsmensen die bij nacht en ontij, in
fluisterbootjes, personen en goederen transporteerden in de kreken van de
Biesbosch. Zij brachten Hackett terug naar de Britse troepen.
De Torenstraat is onherkenbaar veranderd. Waar nummer 5 was, bevindt zich nu een appartementencomplex. Met toch ook weer een nummer 5.
De hoofdingang van het station komt ca. 150 meter ten oosten
van de huidige. Daar zal ook dat opvallende klokkentorentje verrijzen, dat al
een jaar of 4 op de billboards prijkt.
In |
Station Ede-Wageningen |
11:54 |
Uit: |
Campus / Atlas |
12:07 |
Wagennr. |
9263 |
|
Type |
Mercedes Benz Citaro (2008) |
|
Passagiers (max.) |
38 |
|
In |
Wageningen, Bornsesteeg |
12:44 |
Uit: |
Wageningen, Stadsbrink |
12:50 |
Wagennr. |
9350 |
|
Type |
Mercedes Benz CapaCity (2017) |
|
Passagiers (max.) |
25 |
|
Ik neem de bus naar Wageningen, lijn 303, die kort geleden
nog in de dienstregeling stond als ComfortRrreis-lijn C3. In de zomer van 2021 deed
ik de 3 comfortlijnen.
Waarbij de lijn naar Wageningen ook toen al niet het comfort kende van
elektrische bussen. Op deze lijn zijn gelede diesels vervangen door
andere gelede diesels.
Lijn 303 wordt voornamelijk gebruikt door studenten aan de WUR,
Wageningen University & Research. De helft van de ritten loopt via de
Campus in het noorden van Wageningen; de andere door woonwijken buiten het
WUR-terrein.
Vooral deze lijn heeft een flinke veer moeten laten. Zo’n 50%
van de ritten is geschrapt. In het startjaar van Rrreis, 2021, werd er op
maandag / vrijdag overdags, buiten de vakantieperiodes, continu een
5-minutendienst gereden (dus 10 minuten per tak). Tegenwoordig is dat
10-minutendienst in de brede spits; 20 per tak. In de dal-uren, tussen 10:00 en
15:00 uur, valt hij terug naar kwartierdienst, dus maar om het half uur per tak.
We rijden langs het Ziekenhuis Gelderse Vallei naar Ede
Zuid, waar bij de brug De Poortwachter over de A12 een hek openklapt voor de
bus, die nu de N781 naar Wageningen kan nemen. Daar is de weekend-uittocht
begonnen; de bus die ons tegemoet komt, puilt uit van studenten op hun
thuisreis.
Ik stap uit langs de N781, loop de campus op en vat post bij de halte Campus
Forum voor een foto. Er staat hier echt een hele menigte studenten te wachten
met rugtassen en waszakken. Die 5-minutendienst was beslist geen overbodige
luxe. Maar onder Hermes wordt de campus van de WUR toch wel erg karig bediend, terwijl
de universiteit, zoals ik vorige keer schreef, een strikt pro-OV-beleid voert
voor medewerkers.
Ik heb zo’n beeld – ik kan er helemaal naast zitten - dat op
deze campus iedereen in de collegezaal, in de wandelgangen en bij de
koffieautomaat voortdurend praat over de naderende klimaat-Apocalyps.
Elektrisch fietsen mag nu geloof ik ook al niet meer, van al
te ver doorgeslagen klimaatfanaten. Er heeft van de week iemand uit die kringen
uitgerekend dat het complete e-bikepark in Nederland per jaar evenveel stroom
gebruikt als 20.000 wasmachines die van 1 januari tot/met 31 december 24 uur
per dag draaien; gut-gut, tut-tut-tut-tut-tut, oh jee!; ‘It is me what!’, zou
mijn moeder gezegd hebben.
Het verhaal slaat als een tang op een varken, al zal het wel
correct uitgerekend zijn. Is dit nou een pleidooi om je e-bike weer om te ruilen
voor een conventionele tweewieler, en / of om voortaan de was te doen in een
tobbe met een wringer, zoals onze overgrootmoeders vroeger deden?
Ik ga het me niet persoonlijk aantrekken. Mijn
CO2-voetafdruk is niet groter dan een grote-teenafdruk, als kinderloze
niet-autobezitter die behept is met vliegangst. Na mijn treinreis naar Oostenrijk, afgelopen herfst, meldde mijn Interrail-app dat ik met die reis
90% minder CO2-uitstoot veroorzaakt had dan het geval geweest zou zijn als ik
het vliegtuig had genomen. Maar als ik helemaal was thuisgebleven, had ik nu ook
die 10% niet op mijn geweten. Dat kan ik niet ontkennen; mea maxima culpa,
sorry dat ik besta!
De bus naar het busstation van Wageningen komt vrijwel
tegelijk met die naar Ede-Wageningen. Ik fotografeer ze beide, en mis ze
daardoor ook allebei. Over een halfuur gaan de volgende bussen. Maar via een soort
olifantenpaadje kan ik naar de Nijenoord Allee lopen en daar de volgende bus
naar Wageningen oppikken, die buiten de campus om is gereden.
Bij het busstation aan de Stadsbrink staat wat je een busstationsrestauratie
zou kunnen noemen; hij heet Cafetaria en Eetsalon ’t Station. Eindelijk
koffie!, tot nu toe geen tijd voor gehad. Het is echt weer om er een bak dampende,
goudgele, gefrituurde rakkers mee door te spoelen.
In |
Wageningen, Stadsbrink |
13:31 |
Uit: |
Station Ede-Wageningen |
13:57 |
Wagennr. |
5834 |
|
Type |
VDL Ambassador (2007) |
|
Passagiers (max.) |
20 |
|
Wageningen
Ede-Wageningen
Door het raam van de eetgelegenheid zie ik de bus verschijnen
die me als lijn 86 zal terugbrengen naar Ede-Wageningen. Vooruit, opstaan en de
kou weer in!
Deze diesel verliet in 2007 de VDL-fabriek voor een loopbaan
in de Gooi- en Vechtstreek. Zou zo’n bus uit die dure, deftige regio de Veluwe
dan als een degradatie beschouwen?
‘Niet zeiken!’, zullen ze wel tegen hem gezegd hebben; ‘Je kunt kiezen tussen
Bennekom en een ritje naar de sloop!! Of wacht even, we kunnen je ook verkopen
aan Kazachstan; misschien heb je daar zin in!’
Lijn 86 rijdt normaliter via Wageningen-Oost (een wijk die
zeer rijk is aan verkeersdrempels) en Bennekom naar het station. Maar vandaag
slaat hij Bennekom over. Vandaag? In heel het jaar 2023. In Bennekom ligt er een
cruciale straat op de busroute opengebroken. De bussen richting Wageningen weten
zich eromheen te wurmen, maar die naar Ede slaat het hele dorp over. Hij neemt
de N781, waar de middagfiles erg vroeg begonnen zijn, deze vrijdag.
Er rijdt een pendelbus van Bennekom naar de halte Halderbrink
van lijn 303, langs de N781. Die halte ligt even buiten de bebouwde kom van
Bennekom, de bebouwde Bennekom, zeg maar. Maar die reis is wel erg omslachtig.
Je kunt beter gaan fietsen, elektrisch of als je geweten je kwelt, ook
mechanisch. Het is maar 3 kilometer van de Bennekommer kerk naar de nieuwe
ingang van het station; immer geradeaus.
Die nieuwe ingang, in aanbouw, moet je nemen om spoor 5 te bereiken voor de IC naar Arnhem. Ik had het eerst niet door en liep uit macht der gewoonte naar spoor 3/4; het is een eindje omlopen en ik ben nog net op tijd.
In |
Arnhem Centraal |
14:26 |
Uit: |
Barneveld, Station Centrum |
15:18 |
Wagennr. |
5863 |
|
Type |
VDL Citea (2012) |
|
Passagiers (max.) |
19 |
|
Ik weet nog steeds niet of ik de bussenhangar bij Arnhem Centraal nou
mooi moet vinden of lelijk. Maar je staat er in ieder geval min of meer droog
en beschut tegen de wind.
Foto’s mislukken hier vrijwel altijd, zoals ook deze van bus
105. Nee, nee, die is niet mislukt, hij is artistiek, zij het onbedoeld. Maar
niet ragscherp; ik kan het wagennummer er niet op lezen. En aangezien ik het
ook vergeten ben te noteren, kon ik het aanvakelijk niet melden. Maar een lezer zal later voor me opzoeken op Busposities.nl dat het de 5863 was. Busposities.nl; handig; ik wist niet dat het bestond!
Ik maak me op voor een rit van 50 minuten en van 34
kilometer, langs 28 haltes, door de bossen van de Veluwe. De bebaarde jongeman
aan de andere kant van het gangpad installeert zich helemaal voor een ritje
van, zoals zal blijken, een stuk of 10 minuten. Hij pelt zijn bovenkleding laag
voor laag af, tot hij is aangekomen bij zijn overhemd. Niet onverstandig,
anders heb je er buiten niks meer aan. Hij legt de stapel textiel op de stoel
naast hem.
We verlaten de hangar met 6 passagiers aan boord. Bij het
Willemsplein stappen er nog 9 in. Dan maken we een haarspeldbocht, rijden onder
het spoor door, en het station komt weer in zicht. Aan de achter- ofwel de Sonsbeekzijde
beklimmen ook nog 4 man de treden van de bus. Met 19 man richting bossen. Tot
Barneveld zie ik daarna vrijwel niemand meer instappen.
Ben ik al eens niet eerder geweest in deze omgeving?
Jazeker, fietsen langs De Leeren Doedel in ’16 en ik deed in de herfst van ‘14
die nogal psychedelische wandeling van Wolfheze naar Schaarsbergen. Het was in
de 2e helft van oktober, maar het was kokend heet, een tropische dag met echter
een heel winters aandoende mist die tussen de bomen hing. En ik liep in
Schaarsbergen langs de bunker Diogenes van de Luftwaffe, die in de jaren 00 archiefbewaarplaats
was, waar die foute baas van me zetelde die onze pensioenpremie had verduisterd.
Ah, daar passeren we de T-kruising al die een rol speelde
in het verhaal, en even later de Natuurbegraafplaats Heidepol. Daar wilde een
voortvarende begraafplaats-exploitante al een offerte uitbrengen op mijn natuurgraf.
Dat droeg toen wel bij aan de surrealistische stemming van die dag. Ruim 8 jaar
overleefd, sedertdien.
We stuiven kilometer na kilometer langs bossen met kale
takken. De bebaarde jongeman heeft ons dan inmiddels al lang verlaten, na alles
weer aangetrokken te hebben. Eigenlijk al die moeite niet waard.
Tijd voor even een terzijde tijdens deze lange rit. Ik las
laatst dat je volgens Onze Taal de afkorting van openbaar vervoer, OV dus, moet
spellen met kleine letters. Dat was even schrikken, want als dat juist is, doe
ik het al een jaar of 33 verkeerd. Deze site bestaat ‘pas’ 26 jaar, maar
daarvoor schreef ik voor ROVER al jarenlang brieven en nota’s over het OV. Maar
nooit over het ov.
OV, belangrijk genoeg om het met hoofdletters te schrijven.
Ik blijf het dus gewoon doen, fout of niet.
Er is nog een spellingsregel die ik consequent en bewust aan
mijn laars lap. Dat is de regel dat je getallen tot/met 20 voluit moet
schrijven. Ik schrijf ze allemaal met cijfers, behalve één getal, namelijk het oergetal
één. Waarom? Dáárom! Het stáát gewoon beter in een tekst, cijfers in plaats van
letters. Dat blijkt alleen al uit het feit dat er een stuk of 20 uitzonderingen
zijn op die regel; gevallen waarin je getallen dus wél met cijfers moet
schrijven.
Een paar minuten stilstand bij het busknooppunt Rotonde
Otterlo. De foto dateert van volgende week, als er weer blauw in de lucht valt
waar te nemen. Dan ga ik ook uitzoeken welke bussen hier nu allemaal op elkaar
aansluiten.
Onderweg moeten we door Wekerom gekomen zijn, al is het
me niet opgevallen. Evenals als die foto, ben ik zelf ook niet messcherp meer.
Te veel dieseldampen ingeademd, onderweg, denk ik, of bijna in slaap gewiegd
door het rong-rong-rong van de motor.
We rijden Barneveld binnen met nog 3 passagiers. Gedrieën stappen
we uit bij station Barneveld Centrum; de bus rijdt nog een klein stukje verder.
Einde van deze busdag; over 8 dagen kom ik terug.
In |
Dieren Station |
11:02 |
Uit: |
Laag Soeren, De Harmonie |
11:15 |
Wagennr. |
5414 |
|
Type |
MAN Lions City uit 2009 |
|
Passagiers (max.) |
9 |
|
In |
Eerbeek Centrum |
13:19 |
Uit: |
Apeldoorn Station |
Ca. 13:45 |
Wagennr. |
5853 |
|
Type |
VDL-Citea LLE uit 2012 |
|
Passagiers (max.) |
38 |
|
Zaterdag 4 februari is een heel vroege voorjaarsdag: zacht
weer, een mild zonnetje en geen zuchtje wind. Ik stap uit de trein in Dieren
voor de 2e dag dieselen en wandelen op de Veluwe. Station Dieren heeft sinds
een paar jaar een hypermoderne uitstraling, met die passerelle over de sporen
heen, die in de plaats kwam van een tunnel eronderdoor.
Ik pak bus 43 die in Dieren op de helft zit van
zijn ruim 1½
uur durende rit van Arnhem naar Apeldoorn. Deze lijn rijdt met iets
minder oude
bussen dan waarin ik vorige week vrijdag vervoerd werd. De meeste zijn
diesels. Maar deze, die nu komt aanrijden, is van Breng, en dit is nu
net een aardgasbus. Maar dat hoor ik pas over een paar weken van een
lezer, en ik merk er niets bijzonders aan gedurende de 13 minuten dat
ik er in zit.
In 2018 was ik in Dieren en bewandelde de
oude kern ervan, bij de IJssel. De bus kiest nu zijn weg de andere kant op,
door de moderne wijken van het dorp en langs het winkelhart, dat een stukje ten
noorden van het spoor ligt.
Voor ik zo’n reisdag ga beleven, zoek ik eerst op welke
bezienswaardigheden op de route ik beslist niet mag verzuimen te fotograferen.
Langs deze lijn is dat onder andere het Priesnitzmonument aan de Priesnitzlaan in
Laag-Soeren, het eerste dorp op de route. Maar als ik op de app kijk of ik
al bij het monument in de buurt ben, blijk ik er al bijna een Schotse mijl voorbij. Meteen uitstappen,
dan maar. Ik beland in het hart van Laag-Soeren, dat eigenlijk geen hart heeft;
geen duidelijk centrum.
Als ik de moeite zou nemen om terug te lopen naar dat
Priesnitzmonument, zou ik deze foto kunnen maken (die ik nu uit de Wikipedia
gejat heb):
Bijzonder, dat koud water zo goed helpt tegen reuma; ik
dacht altijd dat je dan vooral baat had bij warmte. Mijn moeder leed aan reumatische
pijnen; de verwarming kon voor haar nooit hoog genoeg staan. Ze heeft nog een
tijd heil gezocht bij een infrarode Infrafil-lamp; het ding kwam laatst
tevoorschijn bij een opruimingsactie op mijn rommelzolder.
De verkeersader waar de bus me heeft afgezet, heet
Harderwijkerweg. Harderwijk is hier 50 km vandaan. Maar er liep vroeger vast
zo’n oude handelsroute heen, net als de Arnhemse Karweg bij Putten. Dat klopt
ook als ik het nasla. Die weg verbond de Zuiderzee met de IJssel en liep van Harderwijk
naar Doesburg via Leuvenum, Elspeet, Apeldoorn, Beekbergen, Loenen, Eerbeek, Laag
Soeren en Dieren.
De in 1937 geplante Julianaboom is ergens toch het
middelpunt van Laag-Soeren. Aan de voet ervan leggen 8ste-groepers van de
openbare basisschool op hun laatste schooldag een steen neer. Mogelijk de steen
die hen van het hart gevallen is bij het bereiken van die mijlpaal. Ze
schrijven er hun naam en het jaartal op.
Het in brons vereeuwigde peerd heeft lol in zijn leven. Het
dorp heeft een kerk, een heel kleintje, verscholen in de bossen; anders had je
het niet eens een dorp kunnen noemen.
Ik neem een pad dat Pieterpad heet, door een bos dat als Le
Paradou op de kaart staat. Het Pieterpad, dat loopt toch niet hier? Nee, dit is
niet het officiële lange afstandswandelpad. Dit Pieterpad is genoemd naar Piet
Blanksma die al 40 jaar als vrijwillige boswachter Le Paradou onderhoudt. Zijn
paradijsje is 14 hectare groot en heeft 35 verschillende soorten bomen op zijn
oppervlak.
Het is zo’n stille zaterdag waarop de wereld pas na het
noenuur tot leven komt. Overal rond Laag-Soeren is het dood- en windstil. Er
hangt een vage nevel tussen de bomen. ‘Rat-tat-tat-tat’ doet een specht, heel
in de verte. Of is het mijn – gelukkig milde - tinnitus? Ik twijfel soms aan de
echtheid van wat ik hoor. Nee, maar dit is een echte specht. Op deze pagina
over Le Paradou staat dat je er spechten hoort ‘roffelen’ en dat is exact wat
ik nu hoor.
Behalve dat er een specht roffelt, hinnikt er ook een paard
en giert er in de verte een slijptol. Dat laatste is een teken dat ik toch nog
in de bewoonde wereld zit; gelukkig wat echt geluid in mijn oren.
Zonder ernaar gezocht te hebben, stuit ik op een oude
spoorbaan. Het was, of is het lijntje Dieren – Apeldoorn, de Koningslijn, die
na Apeldoorn doorliep naar Zwolle onder de bijnaam Baronnenlijn. Over het 22
km lange lijntje werden reizigers vervoerd van 1887-1950. De treinen stopten in
Eerbeek, Loenen en Beekbergen.
Goederenvervoer over de hele lijn ging door tot 1984,
terwijl er zelfs tot de dag van heden nog VAM-treinen rijden op het korte traject
Apeldoorn Station – Apeldoorn VAM.
Sinds 1975 vinden er In het toeristenseizoen ritten plaats
met stoomtreinen, georganiseerd door de Veluwsche Stoomtrein Maatschappij
(VSM). Onderweg kun je een museum bezoeken in het voormalige station
Beekbergen.
Met Pasen gaan ze weer rijden. Op de rijdagen van de VSM zal
misschien wel verboden zijn wat ik nu doe: over het schouwpad langs het
spoortje lopen in de richting van Eerbeek. Meer Eerbekers zijn hier aan de
wandel, al dan niet vergezeld van een hond. Het is uitgelezen wandelweer,
vandaag.
Voorbij het station van die naam loop ik het dorp Eerbeek binnen.
En meteen er weer uit, want ik wil nog een andere bezienswaardigheid zien, die
ik opgezocht heb: de oliemolen in een beek, even ten noordwesten van het dorp.
Die molen sloeg zo’n 200 jaar geleden olie uit beukennootjes.
Die werd gebruikt door de bewoners van het Huis te Eerbeek om er pannenkoeken
in te bakken. Totdat aan het eind van de 19e eeuw ontdekt werd dat er bij deze
wijze van oliewinning een giftige stof vrijkwam. Toen zij ze overgegaan op
lijnzaad. Nog steeds kun je de lijnzaadolie kopen voor bijvoorbeeld het
onderhoud van houten meubelen.
Deze oliemolen is de enige nog werkende bovenslag-watermolen
in Nederland. Bij zo’n molen wordt het beekje omgeleid via een goot om van
bovenaf op het waterrad te kunnen stromen.
Er gaan altijd hele werelden voor me open tijdens dit soort
wandelingen. Er zijn er tientallen uitgezet in deze streek. Ik sluit niet uit,
dat ik hier nog een keer terugkom.
Maar ik was bezig met een busdag. Terug naar de halte in het
centrum, na nog een blik geworpen te hebben op Huis te Eerbeek, dat thans een hotel-restaurant
en conferentieoord is van de Fletcher-keten.
Waar is die halte gebleven? Ik zag hem op de heenweg. Het
was hier in de buurt. Weer eens verdwaald… Ik wil die bus niet missen; hij
rijdt in het weekend maar eens per uur. Maar hij komt pas over 10 minuten. Tijd
genoeg om nog even rustig op de app te kijken waar ik heen moet voor de
bushalte Eerbeek Centrum.
‘0 meter’ geeft hij aan. Hè, hoe kan dat nou, 0 meter? Oh
wacht, ik sta tegen de haltepaal geleund! Dat verklaart veel, zo niet alles.
Rustig afwachten, nu. Aanstaande maandag wordt het weer een nerveuze
tombola voor wachtende busreizigers: komt-ie wel of komt-ie niet? De hele week
wordt er gestaakt. De bonden eisen maar liefst 10% loonsverhoging voor dit jaar
plus nog 4% voor volgend jaar, terwijl de noodlijdende vervoersmaatschappijen
niet meer willen bieden dan 8% plus 3%.
Ik weet niet hoe het op de Veluwe is, maar in de omgeving
van Leiden rijdt tijdens een staking toch nog zo ongeveer de helft van de
bussen. Iedereen komt gewoon nog op zijn bestemming, met enig geduld. De
vakbonden moesten toch zelf ook wel eens twijfelen aan de zin van zulke
stakingen. Ze zullen komende week dan ook geen enkel effect sorteren, behalve
dat het imago van het OV weer eens door het slijk gaat. Er is geen enkele
sector waar zo vaak gestaakt wordt als in het OV. Dat is wel tekenend voor de
sfeer in een bedrijfstak waar je absoluut niet zou willen werken.
Even mijn Twitter-timeline bekijken. Iemand is, net als ik, ChatGPT aan het proberen, en heeft hem gevraagd naar de belangrijkste bezienswaardigheden
in Enschede. De met kunstmatige intelligentie uitgerust chatbot ried hem een
bezoek aan Park Sonsbeek aan. Een heel bezienswaardig park, inderdaad, maar het
ligt in Arnhem, niet in Enschede.
Eerbeek is doordeweeks een knooppunt van buurt- en
schoolbussen. Maar ik pak lijn 43 weer op. Bus nummer 5853 rijdt me naar
Apeldoorn via Loenen en Beekbergen. Het passagiersaantal stijgt in de loop van
de rit van 6 naar 38. Iedereen wil naar de winkels en het vertier van Apeldoorn
op deze zaterdagmiddag.
Ah, dat is waar ook, deze bus komt langs Landal-park
Heideheuvel tussen Loenen en Beekbergen. Daar brachten wij in 1960 de
paasvakantie door, zoals ik schreef in dit stuk uit 2015. In 1960 was het nog
geen Landal-, maar een Buka-park. Daar verdwaalde ik ook al.
Ik was bijna 3½ jaar oud. Een mooie tijd, de peutertijd, al zijn
mijn herinneringen eraan vaag, en is het volgens mij vrij zeldzaam dat een mens
zich er überhaupt nog iets van herinnert. Ik had geen dagelijkse verplichtingen.
Ik kon wakker worden en opstaan wanneer ik wilde, en – binnen de grenzen van
het redelijke – de hele dag doen waar ik zin in had. Dat is sinds vorig jaar
juni opnieuw het geval. De ruim 60 jaar daartussenin, jaren op school en
kantoor, kan ik maar het best zo snel mogelijk vergeten. Wat zeg ik? Ze ZIJN al
bijna vergeten.
Via de uitgestrekte zuidelijke wijken en het winkelhart van
Apeldoorn bereiken wij het busstation bij het NS-station.
In |
Apeldoorn Station |
14:23 |
Uit: |
Otterlo Rotonde |
14:55 |
Wagennr. |
5853 |
|
Type |
VDL-Citea LLE uit 2012 |
|
Passagiers (max.) |
14 |
|
Na een halfuur plas- en lunchpauze reis ik verder over de
Veluwe. Bus 108, Apeldoorn – Ede via Otterlo, is volkomen ondergeschoven op het
busstation van Apeldoorn. Het is de enige lijn waarvan er geen haltevertrekstaat
hangt, en hij wordt afgescheept met het uiterste, allerlaatste perron. Daar
staat hij te detoneren bij de fonkelnieuwe elektrische bussen die gereed staan
voor vertrek en de bussen die worden opgeladen in een hoek van het plein. Het
lijkt wel of ze zich in Apeldoorn schamen voor die diesel.
Het is opnieuw de 5853 die komt voorrijden; 5 minuten te
laat; dezelfde bus als daarnet, met een andere chauffeur.
Opnieuw gaan we door het centrum, en een heel stuk door het
zuiden van de stad; aanvankelijk dezelfde weg terug. Toch zijn we uiteindelijk ergens
afgeslagen, want De Cantharel in Ugchelen heb ik op de heenweg niet gezien.
Daar hebben we met de hele familie nog eens oma’s verjaardag
gevierd; een van oma’s laatste verjaardagen. Was dat niet in 1978? Ik herinner
me een etablissement van het type: vreetschuur, een enorme, lawaaierige hal waar
een man of 400 zaten te kanen en te kouten. Mijn ene oom mocht er zijn flitser
niet opladen (stroom kostte ook toen al geld), en mijn andere oom zit misschien
nog steeds wel te wachten, nu als spook, op het glaasje water dat hij gevraagd
had aan de ober, om zijn pillen in te nemen.
Maar houd me ten goede, het is lang geleden, en misschien
staat de Cantharel nu wel hoog op de culinaire landkaart van de streek. 1978:
ik zou alles tussen 1960 en 2022 toch willen vergeten, beweerde ik daarnet nog?
Ja, alle sleur en ellende op school en kantoor. Maar niet de mensen die ons
ontvallen zijn; die zal ik blijven memoreren.
Voorbij Ugchelen stuiven we over de N304 langs bossen en
langs Hoenderloo. De haltes staan hier zo’n 5 à 6 kilometer uit elkaar. Dat
schiet lekker op, en de achterstand wordt snel ingelopen. Op tijd arriveren we
bij de halte Rotonde in Otterlo.
Hier kun je, na een oversteek over een drukke weg,
overstappen van lijn 108 (Apeldoorn – Ede) op 105 (Arnhem – Barneveld, die ik
hierboven had). Ook stopt er de pendelbus 106 naar het Kröller-Müllermuseum in
Nationaal Park de Hoge Veluwe. Alles sluit hier op alles aan, en wacht op elkaar.
Alle bussen arriveren en vertrekken hier rond 5 minuten voor het hele, en / of het
halve uur.
Ik loop een kort rondje door het dorp, in afwachting van de
volgende bus 105, een half uur later. ’s Zomers kun je hier op Safari met een
door een stoere SUV getrokken treintje. Op een informatiebord staan The Big
Five van de Veluwe, die je op die safari kunt spotten: edelhert, moeflon, vos,
buizerd en wild zwijn.
In het centrum zitten er mensen op een onverwarmd terras: 4
februari!
In |
Otterlo Rotonde |
15:21 |
Uit: |
Wekerom A.G. Wijersweg |
15.32 |
Wagennr. |
5811 |
|
Type |
VDL-Berkhof Ambassador LLE uit 2007 |
|
Passagiers (max.) |
4 |
|
Ik zal vandaag mijn eigen bus-safari beëindigen in Putten
(zonder daarover nog te schrijven, want dat heb ik al zo vaak gedaan). Daartoe
ben ik van plan, lijn 105 te nemen en na een kort ritje in Wekerom over te
stappen op 107 (Ede – Putten). Die lijnen kruisen elkaar bij een rotonde midden
in Wekerom.
In tegenstelling tot de rotonde in Otterlo is dit geen
officieel overstappunt. Wonderlijk genoeg ligt de halte van lijn 105 300 meter
ten westen van de rotonde en die van 107 100 meter ten zuiden ervan. Alle kans dat
ik de krappe ‘overstap’ van maar een paar minuten ga missen. En dat gebeurt dan
ook; nauwelijks ben ik uitgestapt uit bus 105, of ik zie nummer 107 in de verte
de rotonde nemen.
Hoe sla ik een uur stuk in dit wat saaie, weinig aantrekkelijke
dorp, waar ook de lens van mijn telefoon weinig van zijn gading vindt? Ik heb
wel zin in een broodje kroket bij de cafetaria bij de rotonde. Eerst rammel ik
aan de verkeerde deur, die dicht zit. ‘De kroeg gaat pas om 5 uur open, hoor’,
zegt een voorbijganger, die in mij misschien een wanhopig naar drank hunkerende
alcoholist ziet, down and out in Wekerom.
De deur ernaast wijkt gelukkig wel als ik eraan trek. De
cafetaria wordt gedreven door 2 zusjes van een jaar of 12 à 14. Zal ik een grap
maken over een gecremeerde kroket? Nee, laat ook maar. Er is ophef over in de
media, maar ik weet niet precies hoe het zit. Een BN’er heeft een andere BN’er uitgemaakt
voor gecremeerde kroket. En daar zijn rechtszaken van gekomen, Kroketgate.
Ik verklaar het terrasjesseizoen 2023 voor geopend en neem
plaats op het terras. 4 februari, dus; in ieder geval een datum om te
onthouden.
Een paar jaar geleden schijn ik al eens door Wekerom
gefietst te zijn, op weg naar het Wekeromse zand met de prehistorische
raatakkers ofwel Celtic fields die hier nog zichtbaar zijn in het landschap. Het
dorp Wekerom herinner ik me nauwelijks meer.
Het religieuze leven speelt zich hier af in zaal Elim, waar
het culturele leven dat doet in het Kultürhüs. Er staat een hek bij een greppel
bij een weiland, en er is een hek waarmee de Edeseweg kan worden afgesloten bij
markt of wellicht bij onverhoopte calamiteiten. Momenteel staat het hek open,
onder andere voor de bus naar Putten.
In |
Wekerom Kruispunt |
16:38 |
Uit: |
Putten Centrum |
17:12 |
Wagennr. |
5839 |
|
Type |
VDL-Ambassador uit 2007 |
|
Passagiers (max.) |
4 |
|
4 passagiers slechts op deze lange rit over de Veluwe, over
iets wat je een noordelijke uitloper zou kunnen noemen van de concessie Veluwe-Zuid.
Een overbekend ritje via Stroe, busstation Wittenberg in het Midden van
Nergens, en Garderen.
Stroe was afgelopen zomer het epicentrum van de
boerenprotesten. Vandaag hangt hier in de omgeving nog maar een heel enkele
omgekeerde vlag; het lijkt te zijn overgewaaid.
We kruisen de spoorbaan Amersfoort – Apeldoorn. Van 1881 tot
1938 stopte hier de trein op station Stroe. Het perron is pas in 2015 gesloopt,
waar het stationsgebouw dat lot al veel eerder ondergaan had.
Zo nu en dan, in 2022 voor het laatst, komt het idee weer op
om het station te heropenen, voor de 700 inwoners van Stroe, recreanten in dit
wandelgebied en de militairen van de vele kazernes in de buurt. Dan zal er wel
een Sprinter Amersfoort-Apeldoorn ingevoerd moeten worden, want een
Intercity-status voor Stroe, nee.
Van de gelegenheid kan dan meteen gebruik gemaakt worden om
het station Barneveld-Noord een paar hectometer te verplaatsen naar de
spoorbaan Amersfoort-Apeldoorn. Dan zou je een rechtstreekse verbinding
Barneveld – Apeldoorn krijgen. Nu ligt het station heel onhandig: net voorbij
de aftakking richting Ede-Wageningen.
Ik weet niet wat op dit moment de status is van dat plan.
Maar ik zie het niet gebeuren, hoewel ik er beslist niet tegen ben.
Ik heb op elke busrit het maximale aantal passagiers
genoteerd dat tegelijkertijd in de bus zat, inclusief mijzelf. Dat aantal
varieerde nogal sterk: van 3 tot 38.
Er lijkt - net als bij in alles in dit land - een tweedeling
te zijn bij buslijnen. Sommige rijden met een acceptabele frequentie voor een
gezond aantal klanten, en de reizigers van vóór corona zijn er al lang weer teruggekeerd.
Bij andere lijnen is dat niet het geval, of zijn er zelfs nooit veel reizigers geweest.
Die bussen rijden voor mensen die echt geen alternatief hebben en zaten mogelijk
al jaren vóór corona in een negatieve spiraal.
Over een paar jaar zijn zulke lijnen er misschien niet meer.
Maar ik heb ze nog vastgelegd in de kronieken.
Frans Mensonides
19 februari 2023
laatste aanpassing: 23 februari 2023
Er geweest: vrijdag 26 januari en
zaterdag 4 februari 2023
Putten bruist op de zaterdagavond
©
Frans Mensonides, Leiden, 2023