De digitale reiziger (144)
Een stap achteruit: dieselen in Veluwe-Zuid

'OV, belangrijk genoeg om het met hoofdletters te schrijven'



Veenendaal-De Klomp. Bus 83 doet alle 3 de stations van Veenendaal aan.

Zoals de trouwe lezer weet, zit ik in deze OV-rubriek De digitale reiziger altijd bovenop de actualiteit. Zo was ik er in 2021 als de kippen bij om kennis te maken met RRReis.

Met die formule was Keolis in december 2020 van start gegaan op de Veluwe en in Midden-Overijssel (concessie IJssel-Vecht). De nieuwe concessiehouder had een vloot gekocht van circa 250 Chinese (soms haperende) elektrische bussen.

Maar 2 jaar later, in december 2022, werden die bussen in het district Veluwe-Zuid op hun beurt al weer vervangen door diesels, en niet de allernieuwste. Wat is de achtergrond van deze stap achteruit? Het ingewikkelde verhaal begon met gesjoemel door Keolis.

Deze vervoerder had de grote, lucratieve concessie IJssel-Vecht namelijk op een onreglementaire wijze binnengeharkt. De 2 opdrachtgevers, provincies Gelderland en Overijssel, gaven Keolis de rode kaart en besloten, de concessie opnieuw aan te besteden.

Maar zo’n aanbestedingsprocedure duurt wel een dik jaar, en er moesten in die tijd vanzelfsprekend toch bussen rijden. Keolis kreeg - naast een fikse boete - een noodconcessie voor de duur van 2 jaar. Wie zei er ook alweer, dat kwaad niet loont?

Die noodconcessie was in december 2022 dus verlopen. De definitieve concessie IJssel-Vecht is vorig jaar gewonnen door EBS, die de elektrische bussen en het personeel heeft overgenomen van Keolis. Behalve in de regio Zuid-Veluwe, want die zou samengevoegd worden met de concessie Arnhem-Nijmegen (Breng). Die aanbesteding is echter 2 jaar uitgesteld door corona, en gaat pas in per december 2024.

Gelderland verleende aan Hermes (net als Connexxion een dochter van Transdev) onderhands een noodconcessie, alweer een noodconcessie, voor de duur van 2 jaar. Zolang zullen de busreizigers in de regio het dus zonder elektrische bussen moeten stellen. Maar de vervangende diesels, her en der bijeengeraapt uit verschillende delen van het land, vertonen nog wel de merknaam RRReis. Dat om de verwarring te voorkomen die wel op de loer ligt bij dit verhaal met zoveel namen.

De dieselconcessie Veluwe-Zuid bestaat uit het bescheiden aantal van 18 buslijnen, waarvan 3 stadslijnen in Ede, 2 ex-ComfortRRReis-lijnen, 10 reguliere streekbuslijnen, 2 buurtbussen en 1 schoolbus. Enkele lijnen worden gereden in samenwerking met Syntus; de lange streeklijn 43 (Arnhem – Apeldoorn) i.s.m. Breng.

Ik rrreisde 2 dagen, op vrijdag 26 januari en zaterdag 4 februari 2023, rond in deze streek. In totaal 10 ritten met ronkende diesels, waarvan vele uit de jaren 00. Geen vernieuwing, maar eerder nostalgie – wat de Veluwe sowieso al voor me is; vakantie in mijn kindertijd, ik heb het er al veel vaker over gehad. Ik grijp elke aanleiding aan om naar de Veluwe te reizen, of dat nou een positieve aanleiding is of niet.

Onderweg deed ik wat ik normaliter nooit doe: de wagennummers van de bussen noteren die ik genomen heb. Dank zij de onvolprezen OV in Nederland Wiki kon ik er het fabricaat en het bouwjaar van opzoeken. Ook telde ik in elke bus de reizigers, inclusief mezelf, om onderweg iets te doen te hebben. Al die gegevens uit de categorie ‘lekker belangrijk’, zet ik in een kadertje, zodat je het gemakkelijk kunt overslaan.

N.B.: Ik heb de oorspronkelijke versie van dit artikel later nog aangepast naar aanleiding van opmerkingen van lezers die echt verstand hebben van bussen.

 

Lijn 5: Veenendaal-De Klomp – Ede-Wageningen



Veenendaal-De Klomp


In

Veenendaal-De Klomp

10:46

Uit:

Ede, Jadestraat

11:02

Wagennr.

4214

 

Type

VDL-Ambassador uit 2008

 

Passagiers (max.)

3

 


 Er was in Ede gemurmureer onder busreizigers over die noodconcessie. Niet alleen de achteruitgang in comfort was een steen des aanstoots, maar vooral het schrappen van een aantal ritten. In Ede verdween zelfs een hele stadslijn, lijn 6, een kort lijntje van station Ede-Wageningen naar het centrum van Ede, via Ede Oost.

Alleen de stadslijnen 1, 2 en 5 zijn nu nog over. Die elk rijden in halfuurdienst. Lijn 1 en 2 zijn in wezen dezelfde; ze vormen een ringlijn door heel Ede, waarbij de ene lijn linksom rijdt, en de andere rechtsom. Lijn 5 loopt van Ede-Wageningen via het centrum en de wijk Kernhem naar station Veenendaal-De Klomp. Daar pik hem op.

Ik arriveer daar om 10:30, het stille uur in de ochtend, als de klerken en de scholieren op hun bestemming zijn, en voorlopig nog niet terug mogen. Het is qua weersomstandigheden een chagrijnige dag, met veel wolken, met duisternis, met een harde, snijdende wind. Reële temperatuur +4, gevoelstemperatuur +1.

Ik weet niet welke ruiten er ondoorzichtiger zijn: die van de treinen waarmee ik vandaag reis, of die van de wachtruimte bij Veenendaal-De Klomp. Lijn 5 sluit niet echt ideaal aan op de treinen, hij verschijnt pas over een kwartier. De snackcounter in de wachtruimte is helaas gesloten; vergeet de koffie maar!

 

 
Bus 5 verschijnt uiteindelijk. Het is een oude Connexxion-diesel. Hij zet er meteen flink de vaart in, en neemt een provinciale weg naar Ede. Zijn rit gaat gepaard met gierende motorgeluiden en een dof geronk dat we niet meer gewend zijn. Ik ben snel klaar met het tellen van de passagiers.

Na bedrijventerrein Kievitsmeent rijden we de wijk Kernhem binnen. Die is genoemd naar landgoed Kernhem, waar ik in 2014 de pannenkoekenboerderij klandizie bezorgde. Het landgoed leende niet alleen zijn naam aan een weinig opvallende nieuwbouwwijk, maar ook aan Kernhemmer kaas. Zoals ik in het gelinkte stukje al schreef, is dit geen product van traditionele kaasmakerij, van vader op zoon doorgegeven door tientallen generaties zelfkazende boeren. Nee, de kaas is bedacht in een zuivellaboratorium dat hier in de buurt staat.

 Kernhem is een wat deprimerende doorsneewijk met huizen in sombere tinten (of ligt dat ook aan het weer?) Redding is op komst; ‘Hier komt glasvezel’, zegt een billboard.

Voorbij Kernhem stap ik uit op de Jadestraat en loop in de richting van het centrum. Het winkelhart van Ede heeft alles wat het hebben moet, tot een MediaMarkt aan toe. Ik speur echter naar een kunstwerk met een spiegelende bol, dat ik hier eens heb gezien. Daar moet toch wel een aardige foto van te maken zijn, zelfs bij deze duisternis.

Ah, daar staat hij al, op het pleintje bij de kerk.

 

In de Torenstraat staat op een informatiebord een oorlogsverhaal opgetekend. De Britse generaal John Hackett (1910-1997) raakte in 1944 tijdens de operatie Market Garden zwaar gewond bij Oosterbeek. Hij werd getransporteerd naar een ziekenhuis in Arnhem dat in handen was van de Duitsers. Daaruit werd hij ontvoerd door het verzet, dat hem onderbracht bij de 3 gezusters De Nooij.

Zij woonden op het adres Torenstraat 5, en verzorgden de generaal 5 maanden lang. Ze voorzagen hem van een label op zijn kleding: DOOFSTOM, zodat hij niet hoefde te praten en zijn Engels hem niet zou verraden.

Het vervolg van dit verhaal las ik een paar jaar geleden al in de Biesbosch. Hackett werd daar door de linies gesmokkeld door line crossers. Dat waren verzetsmensen die bij nacht en ontij, in fluisterbootjes, personen en goederen transporteerden in de kreken van de Biesbosch. Zij brachten Hackett terug naar de Britse troepen.

De Torenstraat is onherkenbaar veranderd. Waar nummer 5 was, bevindt zich nu een appartementencomplex. Met toch ook weer een nummer 5.

Ik neem de Valleitrein voor het kleine stukje Ede Centrum – Ede-Wageningen. Dat laatste station zit midden in een verbouwing. Het nieuwe, zuidelijke perron langs spoor 5 ligt er al, en wordt gebruikt door de IC’s naar Arnhem en Nijmegen. Ik was er een week of 8 geleden al een keer. Sedertdien is de bouw niet zichtbaar opgeschoten.

De hoofdingang van het station komt ca. 150 meter ten oosten van de huidige. Daar zal ook dat opvallende klokkentorentje verrijzen, dat al een jaar of 4 op de billboards prijkt.

 

 

Lijn 303: Ede Ede-Wageningen – Wageningen (het lijkt wel of ik stotter)

In

Station Ede-Wageningen

11:54

Uit:

Campus / Atlas

12:07

Wagennr.

9263

 

Type

Mercedes Benz Citaro (2008)

 

Passagiers (max.)

38

 

 

In

Wageningen, Bornsesteeg

12:44

Uit:

Wageningen, Stadsbrink

12:50

Wagennr.

9350

 

Type

Mercedes Benz CapaCity (2017)

 

Passagiers (max.)

25

 

 



Ik neem de bus naar Wageningen, lijn 303, die kort geleden nog in de dienstregeling stond als ComfortRrreis-lijn C3. In de zomer van 2021 deed ik de 3 comfortlijnen. Waarbij de lijn naar Wageningen ook toen al niet het comfort kende van elektrische bussen. Op deze lijn zijn gelede diesels vervangen door andere gelede diesels. 

Lijn 303 wordt voornamelijk gebruikt door studenten aan de WUR, Wageningen University & Research. De helft van de ritten loopt via de Campus in het noorden van Wageningen; de andere door woonwijken buiten het WUR-terrein.

Vooral deze lijn heeft een flinke veer moeten laten. Zo’n 50% van de ritten is geschrapt. In het startjaar van Rrreis, 2021, werd er op maandag / vrijdag overdags, buiten de vakantieperiodes, continu een 5-minutendienst gereden (dus 10 minuten per tak). Tegenwoordig is dat 10-minutendienst in de brede spits; 20 per tak. In de dal-uren, tussen 10:00 en 15:00 uur, valt hij terug naar kwartierdienst, dus maar om het half uur per tak.

We rijden langs het Ziekenhuis Gelderse Vallei naar Ede Zuid, waar bij de brug De Poortwachter over de A12 een hek openklapt voor de bus, die nu de N781 naar Wageningen kan nemen. Daar is de weekend-uittocht begonnen; de bus die ons tegemoet komt, puilt uit van studenten op hun thuisreis.

Ik stap uit langs de N781, loop de campus op en vat post bij de halte Campus Forum voor een foto. Er staat hier echt een hele menigte studenten te wachten met rugtassen en waszakken. Die 5-minutendienst was beslist geen overbodige luxe. Maar onder Hermes wordt de campus van de WUR toch wel erg karig bediend, terwijl de universiteit, zoals ik vorige keer schreef, een strikt pro-OV-beleid voert voor medewerkers.

Ik heb zo’n beeld – ik kan er helemaal naast zitten - dat op deze campus iedereen in de collegezaal, in de wandelgangen en bij de koffieautomaat voortdurend praat over de naderende klimaat-Apocalyps.

Elektrisch fietsen mag nu geloof ik ook al niet meer, van al te ver doorgeslagen klimaatfanaten. Er heeft van de week iemand uit die kringen uitgerekend dat het complete e-bikepark in Nederland per jaar evenveel stroom gebruikt als 20.000 wasmachines die van 1 januari tot/met 31 december 24 uur per dag draaien; gut-gut, tut-tut-tut-tut-tut, oh jee!; ‘It is me what!’, zou mijn moeder gezegd hebben.

Het verhaal slaat als een tang op een varken, al zal het wel correct uitgerekend zijn. Is dit nou een pleidooi om je e-bike weer om te ruilen voor een conventionele tweewieler, en / of om voortaan de was te doen in een tobbe met een wringer, zoals onze overgrootmoeders vroeger deden?

Ik ga het me niet persoonlijk aantrekken. Mijn CO2-voetafdruk is niet groter dan een grote-teenafdruk, als kinderloze niet-autobezitter die behept is met vliegangst. Na mijn treinreis naar Oostenrijk, afgelopen herfst, meldde mijn Interrail-app dat ik met die reis 90% minder CO2-uitstoot veroorzaakt had dan het geval geweest zou zijn als ik het vliegtuig had genomen. Maar als ik helemaal was thuisgebleven, had ik nu  ook die 10% niet op mijn geweten. Dat kan ik niet ontkennen; mea maxima culpa, sorry dat ik besta!

De bus naar het busstation van Wageningen komt vrijwel tegelijk met die naar Ede-Wageningen. Ik fotografeer ze beide, en mis ze daardoor ook allebei. Over een halfuur gaan de volgende bussen. Maar via een soort olifantenpaadje kan ik naar de Nijenoord Allee lopen en daar de volgende bus naar Wageningen oppikken, die buiten de campus om is gereden.

Bij het busstation aan de Stadsbrink staat wat je een busstationsrestauratie zou kunnen noemen; hij heet Cafetaria en Eetsalon ’t Station. Eindelijk koffie!, tot nu toe geen tijd voor gehad. Het is echt weer om er een bak dampende, goudgele, gefrituurde rakkers mee door te spoelen.

 

Lijn 86: Wageningen - Bennekom - Ede-Wageningen

In

Wageningen, Stadsbrink

13:31

Uit:

Station Ede-Wageningen

13:57

Wagennr.

5834

 

Type

VDL Ambassador (2007)

 

Passagiers (max.)

20

 

 



Wageningen




Ede-Wageningen

Door het raam van de eetgelegenheid zie ik de bus verschijnen die me als lijn 86 zal terugbrengen naar Ede-Wageningen. Vooruit, opstaan en de kou weer in!

Deze diesel verliet in 2007 de VDL-fabriek voor een loopbaan in de Gooi- en Vechtstreek. Zou zo’n bus uit die dure, deftige regio de Veluwe dan als een degradatie beschouwen?
‘Niet zeiken!’, zullen ze wel tegen hem gezegd hebben; ‘Je kunt kiezen tussen Bennekom en een ritje naar de sloop!! Of wacht even, we kunnen je ook verkopen aan Kazachstan; misschien heb je daar zin in!’

Lijn 86 rijdt normaliter via Wageningen-Oost (een wijk die zeer rijk is aan verkeersdrempels) en Bennekom naar het station. Maar vandaag slaat hij Bennekom over. Vandaag? In heel het jaar 2023. In Bennekom ligt er een cruciale straat op de busroute opengebroken. De bussen richting Wageningen weten zich eromheen te wurmen, maar die naar Ede slaat het hele dorp over. Hij neemt de N781, waar de middagfiles erg vroeg begonnen zijn, deze vrijdag.

Er rijdt een pendelbus van Bennekom naar de halte Halderbrink van lijn 303, langs de N781. Die halte ligt even buiten de bebouwde kom van Bennekom, de bebouwde Bennekom, zeg maar. Maar die reis is wel erg omslachtig. Je kunt beter gaan fietsen, elektrisch of als je geweten je kwelt, ook mechanisch. Het is maar 3 kilometer van de Bennekommer kerk naar de nieuwe ingang van het station; immer geradeaus.

Die nieuwe ingang, in aanbouw, moet je nemen om spoor 5 te bereiken voor de IC naar Arnhem. Ik had het eerst niet door en liep uit macht der gewoonte naar spoor 3/4; het is een eindje omlopen en ik ben nog net op tijd. 

lijn 105: Arnhem Centraal - Barneveld Troelstralaan

In

Arnhem Centraal

14:26

Uit:

Barneveld, Station Centrum

15:18

Wagennr.

5863

 

Type

VDL Citea (2012)

 

Passagiers (max.)

19

 


Ik weet nog steeds niet of ik de bussenhangar bij Arnhem Centraal nou mooi moet vinden of lelijk. Maar je staat er in ieder geval min of meer droog en beschut tegen de wind.

Foto’s mislukken hier vrijwel altijd, zoals ook deze van bus 105. Nee, nee, die is niet mislukt, hij is artistiek, zij het onbedoeld. Maar niet ragscherp; ik kan het wagennummer er niet op lezen. En aangezien ik het ook vergeten ben te noteren, kon ik het aanvakelijk niet melden. Maar een lezer zal later voor me opzoeken op Busposities.nl dat het de 5863 was. Busposities.nl; handig; ik wist niet dat het bestond!

Ik maak me op voor een rit van 50 minuten en van 34 kilometer, langs 28 haltes, door de bossen van de Veluwe. De bebaarde jongeman aan de andere kant van het gangpad installeert zich helemaal voor een ritje van, zoals zal blijken, een stuk of 10 minuten. Hij pelt zijn bovenkleding laag voor laag af, tot hij is aangekomen bij zijn overhemd. Niet onverstandig, anders heb je er buiten niks meer aan. Hij legt de stapel textiel op de stoel naast hem.

We verlaten de hangar met 6 passagiers aan boord. Bij het Willemsplein stappen er nog 9 in. Dan maken we een haarspeldbocht, rijden onder het spoor door, en het station komt weer in zicht. Aan de achter- ofwel de Sonsbeekzijde beklimmen ook nog 4 man de treden van de bus. Met 19 man richting bossen. Tot Barneveld zie ik daarna vrijwel niemand meer instappen.

Ben ik al eens niet eerder geweest in deze omgeving? Jazeker, fietsen langs De Leeren Doedel in ’16 en ik deed in de herfst van ‘14 die nogal psychedelische wandeling van Wolfheze naar Schaarsbergen. Het was in de 2e helft van oktober, maar het was kokend heet, een tropische dag met echter een heel winters aandoende mist die tussen de bomen hing. En ik liep in Schaarsbergen langs de bunker Diogenes van de Luftwaffe, die in de jaren 00 archiefbewaarplaats was, waar die foute baas van me zetelde die onze pensioenpremie had verduisterd.  

Ah, daar passeren we de T-kruising al die een rol speelde in het verhaal, en even later de Natuurbegraafplaats Heidepol. Daar wilde een voortvarende begraafplaats-exploitante al een offerte uitbrengen op mijn natuurgraf. Dat droeg toen wel bij aan de surrealistische stemming van die dag. Ruim 8 jaar overleefd, sedertdien.

We stuiven kilometer na kilometer langs bossen met kale takken. De bebaarde jongeman heeft ons dan inmiddels al lang verlaten, na alles weer aangetrokken te hebben. Eigenlijk al die moeite niet waard.

Tijd voor even een terzijde tijdens deze lange rit. Ik las laatst dat je volgens Onze Taal de afkorting van openbaar vervoer, OV dus, moet spellen met kleine letters. Dat was even schrikken, want als dat juist is, doe ik het al een jaar of 33 verkeerd. Deze site bestaat ‘pas’ 26 jaar, maar daarvoor schreef ik voor ROVER al jarenlang brieven en nota’s over het OV. Maar nooit over het ov.

OV, belangrijk genoeg om het met hoofdletters te schrijven. Ik blijf het dus gewoon doen, fout of niet.

Er is nog een spellingsregel die ik consequent en bewust aan mijn laars lap. Dat is de regel dat je getallen tot/met 20 voluit moet schrijven. Ik schrijf ze allemaal met cijfers, behalve één getal, namelijk het oergetal één. Waarom? Dáárom! Het stáát gewoon beter in een tekst, cijfers in plaats van letters. Dat blijkt alleen al uit het feit dat er een stuk of 20 uitzonderingen zijn op die regel; gevallen waarin je getallen dus wél met cijfers moet schrijven.

Een paar minuten stilstand bij het busknooppunt Rotonde Otterlo. De foto dateert van volgende week, als er weer blauw in de lucht valt waar te nemen. Dan ga ik ook uitzoeken welke bussen hier nu allemaal op elkaar aansluiten.

Onderweg moeten we door Wekerom gekomen zijn, al is het me niet opgevallen. Evenals als die foto, ben ik zelf ook niet messcherp meer. Te veel dieseldampen ingeademd, onderweg, denk ik, of bijna in slaap gewiegd door het rong-rong-rong van de motor.

We rijden Barneveld binnen met nog 3 passagiers. Gedrieën stappen we uit bij station Barneveld Centrum; de bus rijdt nog een klein stukje verder. Einde van deze busdag; over 8 dagen kom ik terug.




Zo kan het ook! Nogmaals de bushangar. Archieffoto 2014

Tot hier gepubliceerd op 9 februari 2023


 

 

Lijn 43: Arnhem - Dieren - Eerbeek - Apeldoorn



In

Dieren Station

11:02

Uit:

Laag Soeren, De Harmonie

11:15

Wagennr.

5414

 

Type

MAN Lions City uit 2009

 

Passagiers (max.)

9

 



In

Eerbeek Centrum

13:19

Uit:

Apeldoorn Station

 Ca. 13:45

Wagennr.

5853

 

Type

VDL-Citea LLE uit 2012

 

Passagiers (max.)

38

 

 

Zaterdag 4 februari is een heel vroege voorjaarsdag: zacht weer, een mild zonnetje en geen zuchtje wind. Ik stap uit de trein in Dieren voor de 2e dag dieselen en wandelen op de Veluwe. Station Dieren heeft sinds een paar jaar een hypermoderne uitstraling, met die passerelle over de sporen heen, die in de plaats kwam van een tunnel eronderdoor.

Ik pak bus 43 die in Dieren op de helft zit van zijn ruim 1½ uur durende rit van Arnhem naar Apeldoorn. Deze lijn rijdt met iets minder oude bussen dan waarin ik vorige week vrijdag vervoerd werd. De meeste zijn diesels. Maar deze, die nu komt aanrijden, is van Breng, en dit is nu net een aardgasbus. Maar dat hoor ik pas over een paar weken van een lezer, en ik merk er niets bijzonders aan gedurende de 13 minuten dat ik er in zit.

In 2018 was ik in Dieren en bewandelde de oude kern ervan, bij de IJssel. De bus kiest nu zijn weg de andere kant op, door de moderne wijken van het dorp en langs het winkelhart, dat een stukje ten noorden van het spoor ligt.

Voor ik zo’n reisdag ga beleven, zoek ik eerst op welke bezienswaardigheden op de route ik beslist niet mag verzuimen te fotograferen. Langs deze lijn is dat onder andere het Priesnitzmonument aan de Priesnitzlaan in Laag-Soeren, het eerste dorp op de route. Maar als ik op de app kijk of ik al bij het monument in de buurt ben, blijk ik er al bijna een Schotse mijl voorbij. Meteen uitstappen, dan maar. Ik beland in het hart van Laag-Soeren, dat eigenlijk geen hart heeft; geen duidelijk centrum.

Als ik de moeite zou nemen om terug te lopen naar dat Priesnitzmonument, zou ik deze foto kunnen maken (die ik nu uit de Wikipedia gejat heb):

 

Priesnitzmonument.
Foto
: Robert Brink
Overgenomen van Wikipedia, Priesnitzmonument


Jut van Breukelerwaard uit deze streek deed in Duitsland een ‘koudwaterkuur’ bij een zekere dr. Priesnitz. Hij zocht genezing van reuma, en de kuur beviel hem zo goed dat hij hier in Laag-Soeren in 1849 zelf een koudwater-Kurort opzette. Daarmee zette hij het dorp op de kaart.

Bijzonder, dat koud water zo goed helpt tegen reuma; ik dacht altijd dat je dan vooral baat had bij warmte. Mijn moeder leed aan reumatische pijnen; de verwarming kon voor haar nooit hoog genoeg staan. Ze heeft nog een tijd heil gezocht bij een infrarode Infrafil-lamp; het ding kwam laatst tevoorschijn bij een opruimingsactie op mijn rommelzolder.

De verkeersader waar de bus me heeft afgezet, heet Harderwijkerweg. Harderwijk is hier 50 km vandaan. Maar er liep vroeger vast zo’n oude handelsroute heen, net als de Arnhemse Karweg bij Putten. Dat klopt ook als ik het nasla. Die weg verbond de Zuiderzee met de IJssel en liep van Harderwijk naar Doesburg via Leuvenum, Elspeet, Apeldoorn, Beekbergen, Loenen, Eerbeek, Laag Soeren en Dieren.

 

De in 1937 geplante Julianaboom is ergens toch het middelpunt van Laag-Soeren. Aan de voet ervan leggen 8ste-groepers van de openbare basisschool op hun laatste schooldag een steen neer. Mogelijk de steen die hen van het hart gevallen is bij het bereiken van die mijlpaal. Ze schrijven er hun naam en het jaartal op.

Het in brons vereeuwigde peerd heeft lol in zijn leven. Het dorp heeft een kerk, een heel kleintje, verscholen in de bossen; anders had je het niet eens een dorp kunnen noemen.

Ik neem een pad dat Pieterpad heet, door een bos dat als Le Paradou op de kaart staat. Het Pieterpad, dat loopt toch niet hier? Nee, dit is niet het officiële lange afstandswandelpad. Dit Pieterpad is genoemd naar Piet Blanksma die al 40 jaar als vrijwillige boswachter Le Paradou onderhoudt. Zijn paradijsje is 14 hectare groot en heeft 35 verschillende soorten bomen op zijn oppervlak.


Het is zo’n stille zaterdag waarop de wereld pas na het noenuur tot leven komt. Overal rond Laag-Soeren is het dood- en windstil. Er hangt een vage nevel tussen de bomen. ‘Rat-tat-tat-tat’ doet een specht, heel in de verte. Of is het mijn – gelukkig milde - tinnitus? Ik twijfel soms aan de echtheid van wat ik hoor. Nee, maar dit is een echte specht. Op deze pagina over Le Paradou staat dat je er spechten hoort ‘roffelen’ en dat is exact wat ik nu hoor.

Behalve dat er een specht roffelt, hinnikt er ook een paard en giert er in de verte een slijptol. Dat laatste is een teken dat ik toch nog in de bewoonde wereld zit; gelukkig wat echt geluid in mijn oren.

Zonder ernaar gezocht te hebben, stuit ik op een oude spoorbaan. Het was, of is het lijntje Dieren – Apeldoorn, de Koningslijn, die na Apeldoorn doorliep naar Zwolle onder de bijnaam Baronnenlijn. Over het 22 km lange lijntje werden reizigers vervoerd van 1887-1950. De treinen stopten in Eerbeek, Loenen en Beekbergen.

Goederenvervoer over de hele lijn ging door tot 1984, terwijl er zelfs tot de dag van heden nog VAM-treinen rijden op het korte traject Apeldoorn Station – Apeldoorn VAM.

Sinds 1975 vinden er In het toeristenseizoen ritten plaats met stoomtreinen, georganiseerd door de Veluwsche Stoomtrein Maatschappij (VSM). Onderweg kun je een museum bezoeken in het voormalige station Beekbergen.

Met Pasen gaan ze weer rijden. Op de rijdagen van de VSM zal misschien wel verboden zijn wat ik nu doe: over het schouwpad langs het spoortje lopen in de richting van Eerbeek. Meer Eerbekers zijn hier aan de wandel, al dan niet vergezeld van een hond. Het is uitgelezen wandelweer, vandaag.


Voorbij het station van die naam loop ik het dorp Eerbeek binnen. En meteen er weer uit, want ik wil nog een andere bezienswaardigheid zien, die ik opgezocht heb: de oliemolen in een beek, even ten noordwesten van het dorp.

Die molen sloeg zo’n 200 jaar geleden olie uit beukennootjes. Die werd gebruikt door de bewoners van het Huis te Eerbeek om er pannenkoeken in te bakken. Totdat aan het eind van de 19e eeuw ontdekt werd dat er bij deze wijze van oliewinning een giftige stof vrijkwam. Toen zij ze overgegaan op lijnzaad. Nog steeds kun je de lijnzaadolie kopen voor bijvoorbeeld het onderhoud van houten meubelen.

Deze oliemolen is de enige nog werkende bovenslag-watermolen in Nederland. Bij zo’n molen wordt het beekje omgeleid via een goot om van bovenaf op het waterrad te kunnen stromen.

Er gaan altijd hele werelden voor me open tijdens dit soort wandelingen. Er zijn er tientallen uitgezet in deze streek. Ik sluit niet uit, dat ik hier nog een keer terugkom.

Maar ik was bezig met een busdag. Terug naar de halte in het centrum, na nog een blik geworpen te hebben op Huis te Eerbeek, dat thans een hotel-restaurant en conferentieoord is van de Fletcher-keten.

Waar is die halte gebleven? Ik zag hem op de heenweg. Het was hier in de buurt. Weer eens verdwaald… Ik wil die bus niet missen; hij rijdt in het weekend maar eens per uur. Maar hij komt pas over 10 minuten. Tijd genoeg om nog even rustig op de app te kijken waar ik heen moet voor de bushalte Eerbeek Centrum.

‘0 meter’ geeft hij aan. Hè, hoe kan dat nou, 0 meter? Oh wacht, ik sta tegen de haltepaal geleund! Dat verklaart veel, zo niet alles.

Rustig afwachten, nu. Aanstaande maandag wordt het weer een nerveuze tombola voor wachtende busreizigers: komt-ie wel of komt-ie niet? De hele week wordt er gestaakt. De bonden eisen maar liefst 10% loonsverhoging voor dit jaar plus nog 4% voor volgend jaar, terwijl de noodlijdende vervoersmaatschappijen niet meer willen bieden dan 8% plus 3%.

Ik weet niet hoe het op de Veluwe is, maar in de omgeving van Leiden rijdt tijdens een staking toch nog zo ongeveer de helft van de bussen. Iedereen komt gewoon nog op zijn bestemming, met enig geduld. De vakbonden moesten toch zelf ook wel eens twijfelen aan de zin van zulke stakingen. Ze zullen komende week dan ook geen enkel effect sorteren, behalve dat het imago van het OV weer eens door het slijk gaat. Er is geen enkele sector waar zo vaak gestaakt wordt als in het OV. Dat is wel tekenend voor de sfeer in een bedrijfstak waar je absoluut niet zou willen werken.

Even mijn Twitter-timeline bekijken. Iemand is, net als ik, ChatGPT aan het proberen, en heeft hem gevraagd naar de belangrijkste bezienswaardigheden in Enschede. De met kunstmatige intelligentie uitgerust chatbot ried hem een bezoek aan Park Sonsbeek aan. Een heel bezienswaardig park, inderdaad, maar het ligt in Arnhem, niet in Enschede.



Eerbeek is doordeweeks een knooppunt van buurt- en schoolbussen. Maar ik pak lijn 43 weer op. Bus nummer 5853 rijdt me naar Apeldoorn via Loenen en Beekbergen. Het passagiersaantal stijgt in de loop van de rit van 6 naar 38. Iedereen wil naar de winkels en het vertier van Apeldoorn op deze zaterdagmiddag.

Ah, dat is waar ook, deze bus komt langs Landal-park Heideheuvel tussen Loenen en Beekbergen. Daar brachten wij in 1960 de paasvakantie door, zoals ik schreef in dit stuk uit 2015. In 1960 was het nog geen Landal-, maar een Buka-park. Daar verdwaalde ik ook al.

Ik was bijna 3½ jaar oud. Een mooie tijd, de peutertijd, al zijn mijn herinneringen eraan vaag, en is het volgens mij vrij zeldzaam dat een mens zich er überhaupt nog iets van herinnert. Ik had geen dagelijkse verplichtingen. Ik kon wakker worden en opstaan wanneer ik wilde, en – binnen de grenzen van het redelijke – de hele dag doen waar ik zin in had. Dat is sinds vorig jaar juni opnieuw het geval. De ruim 60 jaar daartussenin, jaren op school en kantoor, kan ik maar het best zo snel mogelijk vergeten. Wat zeg ik? Ze ZIJN al bijna vergeten.

Via de uitgestrekte zuidelijke wijken en het winkelhart van Apeldoorn bereiken wij het busstation bij het NS-station.

 

Lijn 108  Apeldoorn – Otterloo - Ede

In

Apeldoorn Station

14:23

Uit:

Otterlo Rotonde

14:55

Wagennr.

5853

 

Type

VDL-Citea LLE uit 2012

 

Passagiers (max.)

14

 

 

Na een halfuur plas- en lunchpauze reis ik verder over de Veluwe. Bus 108, Apeldoorn – Ede via Otterlo, is volkomen ondergeschoven op het busstation van Apeldoorn. Het is de enige lijn waarvan er geen haltevertrekstaat hangt, en hij wordt afgescheept met het uiterste, allerlaatste perron. Daar staat hij te detoneren bij de fonkelnieuwe elektrische bussen die gereed staan voor vertrek en de bussen die worden opgeladen in een hoek van het plein. Het lijkt wel of ze zich in Apeldoorn schamen voor die diesel.

Het is opnieuw de 5853 die komt voorrijden; 5 minuten te laat; dezelfde bus als daarnet, met een andere chauffeur.

Opnieuw gaan we door het centrum, en een heel stuk door het zuiden van de stad; aanvankelijk dezelfde weg terug. Toch zijn we uiteindelijk ergens afgeslagen, want De Cantharel in Ugchelen heb ik op de heenweg niet gezien.

Daar hebben we met de hele familie nog eens oma’s verjaardag gevierd; een van oma’s laatste verjaardagen. Was dat niet in 1978? Ik herinner me een etablissement van het type: vreetschuur, een enorme, lawaaierige hal waar een man of 400 zaten te kanen en te kouten. Mijn ene oom mocht er zijn flitser niet opladen (stroom kostte ook toen al geld), en mijn andere oom zit misschien nog steeds wel te wachten, nu als spook, op het glaasje water dat hij gevraagd had aan de ober, om zijn pillen in te nemen.

Maar houd me ten goede, het is lang geleden, en misschien staat de Cantharel nu wel hoog op de culinaire landkaart van de streek. 1978: ik zou alles tussen 1960 en 2022 toch willen vergeten, beweerde ik daarnet nog? Ja, alle sleur en ellende op school en kantoor. Maar niet de mensen die ons ontvallen zijn; die zal ik blijven memoreren.

Voorbij Ugchelen stuiven we over de N304 langs bossen en langs Hoenderloo. De haltes staan hier zo’n 5 à 6 kilometer uit elkaar. Dat schiet lekker op, en de achterstand wordt snel ingelopen. Op tijd arriveren we bij de halte Rotonde in Otterlo.

Hier kun je, na een oversteek over een drukke weg, overstappen van lijn 108 (Apeldoorn – Ede) op 105 (Arnhem – Barneveld, die ik hierboven had). Ook stopt er de pendelbus 106 naar het Kröller-Müllermuseum in Nationaal Park de Hoge Veluwe. Alles sluit hier op alles aan, en wacht op elkaar. Alle bussen arriveren en vertrekken hier rond 5 minuten voor het hele, en / of het halve uur.

Ik loop een kort rondje door het dorp, in afwachting van de volgende bus 105, een half uur later. ’s Zomers kun je hier op Safari met een door een stoere SUV getrokken treintje. Op een informatiebord staan The Big Five van de Veluwe, die je op die safari kunt spotten: edelhert, moeflon, vos, buizerd en wild zwijn.

In het centrum zitten er mensen op een onverwarmd terras: 4 februari!


 



105  Arnhem – Otterloo - Barneveld

In

Otterlo Rotonde

15:21

Uit:

Wekerom A.G. Wijersweg

15.32

Wagennr.

5811

 

Type

VDL-Berkhof Ambassador LLE uit 2007

 

Passagiers (max.)

4

 

 

Ik zal vandaag mijn eigen bus-safari beëindigen in Putten (zonder daarover nog te schrijven, want dat heb ik al zo vaak gedaan). Daartoe ben ik van plan, lijn 105 te nemen en na een kort ritje in Wekerom over te stappen op 107 (Ede – Putten). Die lijnen kruisen elkaar bij een rotonde midden in Wekerom.

In tegenstelling tot de rotonde in Otterlo is dit geen officieel overstappunt. Wonderlijk genoeg ligt de halte van lijn 105 300 meter ten westen van de rotonde en die van 107 100 meter ten zuiden ervan. Alle kans dat ik de krappe ‘overstap’ van maar een paar minuten ga missen. En dat gebeurt dan ook; nauwelijks ben ik uitgestapt uit bus 105, of ik zie nummer 107 in de verte de rotonde nemen.

Hoe sla ik een uur stuk in dit wat saaie, weinig aantrekkelijke dorp, waar ook de lens van mijn telefoon weinig van zijn gading vindt? Ik heb wel zin in een broodje kroket bij de cafetaria bij de rotonde. Eerst rammel ik aan de verkeerde deur, die dicht zit. ‘De kroeg gaat pas om 5 uur open, hoor’, zegt een voorbijganger, die in mij misschien een wanhopig naar drank hunkerende alcoholist ziet, down and out in Wekerom.

De deur ernaast wijkt gelukkig wel als ik eraan trek. De cafetaria wordt gedreven door 2 zusjes van een jaar of 12 à 14. Zal ik een grap maken over een gecremeerde kroket? Nee, laat ook maar. Er is ophef over in de media, maar ik weet niet precies hoe het zit. Een BN’er heeft een andere BN’er uitgemaakt voor gecremeerde kroket. En daar zijn rechtszaken van gekomen, Kroketgate.

Ik verklaar het terrasjesseizoen 2023 voor geopend en neem plaats op het terras. 4 februari, dus; in ieder geval een datum om te onthouden.

Een paar jaar geleden schijn ik al eens door Wekerom gefietst te zijn, op weg naar het Wekeromse zand met de prehistorische raatakkers ofwel Celtic fields die hier nog zichtbaar zijn in het landschap. Het dorp Wekerom herinner ik me nauwelijks meer.

Het religieuze leven speelt zich hier af in zaal Elim, waar het culturele leven dat doet in het Kultürhüs. Er staat een hek bij een greppel bij een weiland, en er is een hek waarmee de Edeseweg kan worden afgesloten bij markt of wellicht bij onverhoopte calamiteiten. Momenteel staat het hek open, onder andere voor de bus naar Putten.





107  Ede – Wekerom – Stroe – Garderen - Putten

In

Wekerom Kruispunt

16:38

Uit:

Putten Centrum

17:12

Wagennr.

5839

 

Type

VDL-Ambassador uit 2007

 

Passagiers (max.)

4

 

 
4 passagiers slechts op deze lange rit over de Veluwe, over iets wat je een noordelijke uitloper zou kunnen noemen van de concessie Veluwe-Zuid. Een overbekend ritje via Stroe, busstation Wittenberg in het Midden van Nergens, en Garderen.

Stroe was afgelopen zomer het epicentrum van de boerenprotesten. Vandaag hangt hier in de omgeving nog maar een heel enkele omgekeerde vlag; het lijkt te zijn overgewaaid.

We kruisen de spoorbaan Amersfoort – Apeldoorn. Van 1881 tot 1938 stopte hier de trein op station Stroe. Het perron is pas in 2015 gesloopt, waar het stationsgebouw dat lot al veel eerder ondergaan had.

Zo nu en dan, in 2022 voor het laatst, komt het idee weer op om het station te heropenen, voor de 700 inwoners van Stroe, recreanten in dit wandelgebied en de militairen van de vele kazernes in de buurt. Dan zal er wel een Sprinter Amersfoort-Apeldoorn ingevoerd moeten worden, want een Intercity-status voor Stroe, nee.

Van de gelegenheid kan dan meteen gebruik gemaakt worden om het station Barneveld-Noord een paar hectometer te verplaatsen naar de spoorbaan Amersfoort-Apeldoorn. Dan zou je een rechtstreekse verbinding Barneveld – Apeldoorn krijgen. Nu ligt het station heel onhandig: net voorbij de aftakking richting Ede-Wageningen.

Ik weet niet wat op dit moment de status is van dat plan. Maar ik zie het niet gebeuren, hoewel ik er beslist niet tegen ben.

Ik heb op elke busrit het maximale aantal passagiers genoteerd dat tegelijkertijd in de bus zat, inclusief mijzelf. Dat aantal varieerde nogal sterk: van 3 tot 38.

Er lijkt - net als bij in alles in dit land - een tweedeling te zijn bij buslijnen. Sommige rijden met een acceptabele frequentie voor een gezond aantal klanten, en de reizigers van vóór corona zijn er al lang weer teruggekeerd. Bij andere lijnen is dat niet het geval, of zijn er zelfs nooit veel reizigers geweest. Die bussen rijden voor mensen die echt geen alternatief hebben en zaten mogelijk al jaren vóór corona in een negatieve spiraal.

Over een paar jaar zijn zulke lijnen er misschien niet meer. Maar ik heb ze nog vastgelegd in de kronieken.

Frans Mensonides
19 februari 2023
laatste aanpassing: 23 februari 2023
Er geweest:  vrijdag 26 januari en zaterdag 4 februari 2023

 

Putten bruist op de zaterdagavond

© Frans Mensonides, Leiden, 2023