Nr. 209 - zondag 6 december 2015
'De Steen', twee herdenkingsbijeenkomsten

LAATSTE ZES AFLEVERINGEN

208. OERANGST; 'De SCHREEUW' VAN MUNCH (29/11/2015)
207. IN DE HERHALING (HERTALING): MIJN EIGEN ZEESTRAAT VAN HUYGENS (22/11/2015)
206. ELINE VERE (1): HAAGSCHE KRINGEN (15/11/2015)
205. NEP-NEDERLANDSE LANDSCHAPPEN EN POTBOILERS: THE GLASGOW BOYS (08/11/2015)
204. ONZE SPREEKWOORDEN (2): 'EEN KOP ALS EEN TUURHAMER' , OFWEL: OMA-ISMEN (01/11/2015)
203. FEL-REALISTISCH, SURREALISTISCH, HYPER-REALISTISCH: MUSEUM MORE IN GORSSEL (25/10/2015)



Moeder in het Grand Café, zomer 2014

Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten.
Ik leverde bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.

´De Steen´, Bram Vermeulen


Vorige week bezocht ik twee herdenkingsbijeenkomsten voor mijn afgelopen winter overleden moeder – en voor vele anderen, die ik niet gekend heb, want zulke gelegenheden dragen een nogal massaal karakter. De eerste ging uit van het verzorgingstehuis waar moeder de laatste anderhalf jaar van haar leven heeft doorgebracht; de tweede van de uitvaartverzorger. Het is een heel nieuwe trend. Ik had er nog nooit van gehoord, totdat die twee uitnodigingen in mijn brievenbus belandden.

Op weg naar de eerste herdenkingsplechtigheid, op dinsdagavond, dacht ik: dit is als vanouds, me reppen vanuit mijn werk om op tijd in het verzorgingstehuis te zijn. Moeder ging met de kippen op stok, net als vrijwel iedereen daar.

Na het nare karwei van het leegruimen van haar kamer, ben ik nog maar één keer terug geweest in dat tehuis: om er te stemmen voor de Provinciale Staten en het Hoogheemraadschap. Toen merkte ik al, dat ik het tehuis bijna net zo zeer miste als mijn moeder. Maar wat had ik er nog te zoeken?

Het is een apart wereldje, waarin iedereen in zijn eigen cocon van gedachten leeft en wetten van daarbuiten niet meer gelden. Wie of wat je ook was in het leven, je bent daar in ieder geval aan het einde van je weg. Daarin is iedereen gelijk. Kantoor- en ander gedoe, dat me de hele dag had beziggehouden, werd daar wel heel erg betrekkelijk. Het was soms bijna een toevluchtsoord.

Hoe verloopt zo’n herdenkingsdienst? Hij staat onder leiding van de geestelijk verzorgster. Zij steekt een dikke kaars aan, een kaars voor alle overledenen tezamen. Die worden vervolgens opgesomd, in chronologische volgorde van verscheiden, van oktober 2014 tot en met september 2015. Het zijn er 20 à 25, op een bevolking van nog geen 100. Mijn moeder was al de vierde van het jaar 2015, en zij overleed op 12 januari.

Alles is doordesemd van de dood, in zo’n tehuis – vaak van een genadige dood, die niet meer terneer drukt. Naast familieleden van ontslapenen zijn er bij de plechtigheid ook bewoners aanwezig. Ik kan hun gedachten wel raden: wordt volgend jaar ook HUN naam afgeroepen?

De voorgangster draagt gedichten voor en kondigt een muzikaal intermezzo aan, een nocturne van Chopin op de piano. En ik moet denken aan mijn moeder – ik doe natuurlijk niet anders, deze avond – die in haar jeugd vijf jaar pianoles heeft gehad. Ze was niet bijzonder muzikaal en geen grote muziekliefhebster, maar die piano stond er en moest bespeeld worden. ‘Speel eens wat, Lia, jij kunt toch piano spelen?’, zei later wel eens iemand tegen haar. Maar ze weigerde resoluut achter het klavier plaats te nemen; ‘ Ik heb tóch alles verleerd...’

Zo’n pastoraal werkster moet tijdens haar speech spitsroeden lopen, in een tehuis voor alle gezindten en ook mensen zonder gezindte; ik schreef het al in het stukje over het kerstdiner. Ze moet iets zeggen waar iedereen zich in kan vinden en niemand zich aan stoort. Deze plechtigheden zijn geen kerkdiensten, al zijn ze volgens mij gebaseerd op het katholieke Allerzielen.

Ik zie een familie terug die ik nog ken: mensen die vrijwel iedere avond rond hun oude moeder geschaard zaten in het Grand Café van het tehuis: kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen. ‘Ach, is jullie moeder ook overleden?’
‘Ja, van de zomer, ‘zomaar van de ene dag op de andere. Toch nog onverwachts’.
‘Hoe reageerden de kleintjes?’, vraag ik. Nou, ze hadden de oudste, van 5 jaar, mee naar het graf genomen, maar die had het toch niet goed begrepen, alles rond de dood, die nog zover weg is. ‘Oude Oma is in een steen veranderd’, zo keek hij later terug op het kerkhofbezoek.

De locatiemanager van het tehuis doet een ronde langs de tafeltjes om met iedereen wat na te praten. Ik vertel haar over mijn gehechtheid aan het tehuis. Voel ik niet iets voor vrijwilligerswerk, vraagt ze me. Ik beloof erover na te zullen denken, maar iemand anders dan mijn moeder voortrollen in een rolstoel? Mijn dementerende moeder, die op de terugweg altijd heel serieus zei: ‘Ga jij nou maar eens zitten, dan zal IK wel duwen!’

***

De traditie van herdenkingsbijeenkomsten (hoe kort die ook is) schrijft voor dat ze diep in november gehouden worden. Dat is het seizoen dat de natuur sterft, in tegenstelling tot de mens om binnenkort weer tot leven te komen. Op deze zondagmiddag levert de novembermaand er passend weer bij. In een kleine orkaan, onder striemende regenvlagen en in de duisternis van een poolnacht begeef ik me naar een rouwcentrum in Leiderdorp – weer alleen, en mede namens mijn broer, die gezien zijn gezondheidstoestand moeilijk kan reizen. Het rouwcentrum ligt langs de snelweg, nabij een verpleeghuis en ziekenhuis; een horreur van een plek.

Binnen zit een kleine tweehonderd man te wachten op het aflezen van 50 namen. In het midden van de zaal staat een lange, smalle tafel met bloemstukken erop. Die symboliseren de levensweg, zegt de spreekster, die hier geen geestelijk verzorgster heet, maar uitvaartbegeleidster is. Aan het ene eind van de tafel staan bolbloemen, in het midden zonnebloemen en verderop stukken met droogbloemen en herfstbladeren; een heel smaakvol geheel. Wat zou mijn moeder dat mooi gevonden hebben, zo’n prachtig bloemstuk…

De muzikale omlijsting wordt deze keer verzorgd door een zanger-gitarist die onder meer ‘Photographs and Memories’ van Jim Croce ten gehore brengt, ‘Fragile’ van Sting en ‘De Steen’ van Bram Vermeulen. Het laatste lied – ik kende het nog niet - brengt de gedachte tot uitdrukking dat een mens, door het leven dat hij geleefd heeft, de wereld toch altijd iets blijvends nalaat. Een mooie gedachte. Maar de song doet mij ook ineens weer denken aan die versteende overgrootmoeder.

Mensen pinken tranen weg. Het lezen van de namenlijst duurt erg lang, omdat bij vrijwel elke naam een nabestaande naar voren treedt die een kaarsje aansteekt en dat neerzet op de bloementafel. Dat is facultatief; je mocht van te voren aangeven of je daar wel geen behoefte aan had. Ik ben niet zo van de kaarsjes, maar heb het toch maar gedaan: kon ik dát nou niet voor mijn moeder overhebben?

Waar ik een grens bij trek: mijn moeders naam op een kartonnen sterretje schrijven en die bevestigen aan een zogenaamde sterrenhemel aan de wand. Ik weet niet waarom. Kaarsje ja, sterretje nee, het is louter gevoelsmatig. Zo gek is die sterrenhemel toch ook weer niet; Robbert Dijkgraaf zei eergisteren in zijn tv-college dat het leven op Aarde ontstaan is uit sterrenstof, uitgebraakt door supernova’s. Uit de ruimte komt gij, en naar de ruimte zult gij wederkeren…

Mijn moeder wordt opgelezen als Lia MensoNIEdas-Lamberts. In het tehuis gebeurde dat dinsdagavond ook al. Tijdens haar leven ook honderden keren. Zij legde dan altijd geduldig uit dat het MenSOnides is, en geen Griekse of Joodse naam, maar een Friese.

De jongste overledene die vandaag herdacht wordt, was 48 jaar oud, de oudste op de kop af 100. Ik denk dat ze voor overleden jongeren en kinderen aparte bijeenkomsten houden; dat beeld van die levensweg, van levenslente tot levenswinter, is dan wel erg wrang.

Het is zoeken naar de juiste toon, vertelt me na afloop de uitvaartbegeleider die mijn moeders begrafenis geregeld heeft. Het is pas het tweede jaar pas dat ze zulke herdenkingen organiseren. Ze zijn inderdaad gebaseerd op Allerzielen.

Een Allerzielen, ook voor niet-katholieken. Een waardige en sfeervolle afsluiting van een periode. Maar ook wel een beetje vervreemdend, vind ik, zeker die van vandaag, te midden van een massa mensen die ik niet ken. Vergeefs vraag ik me af, wat mijn moeder er van gevonden zou hebben.

FHM
6 december 2015

 


PS: de ‘moederverhalen’ in deze rubriek vertellen het verhaal van haar laatste 5 levensjaren. Ik kan me voor mijzelf geen betere vorm van herdenken indenken dan deze verhalen te herlezen. Hier volgen ze:

18. INTAKE: MOEDER IN ZIEKENHUIS( 21/01/2010)
36. VIER MAANDEN ZORG: ZWACHTELS EN NAAMSVERKLARING (08/05/2010)
62. WEEKDOOS, ROLLATOR EN DAGOPVANG, UITVINDINGEN TEGEN OUDERDOM (12/01/2011)
94. OUDER WORDEN, OFWEL: 'HET ZIJN ALLEMAAL MENSEN VAN DE DAG' (01/02/2012)
133. 85! MOEDERS VERJAARDAG (17/03/2013)
144.
NOOIT MEER LACHEN; GEVALLEN OVER DE ROLLATOR (09/06/2013)
146.
ZAGEN EN MALEN, MOEDER IN HET WOONZORGCENTRUM (13/10/2013)
156.
DAGBOEK VAN EEN KERSTWEEK: DICTEE EN DINER (29/12/2013) 
173.
TER GELEGENHEID VAN MOEDERDAG (11/05/2014)
181.
'SITUATIES AAN DE RANDEN VAN HET LEVEN'; MISSTANDEN IN VERPLEEGHUIS (16/11/2014)
187.
REPRISE: KERSTDINER(28/12/2014)
189.
IN PLAATS VAN TOESPRAKEN - IN MEMORIAM VOOR MOEDER (01/02/2015)
191.
LEVENSVERHAAL IN FOTO'S; UIT MIJN MOEDERS ALBUM (15/02/2015)




VOLGENDE AFLEVERING:  ELINE VERE (2): SCENES MAKEN (13/12/2015)

 

© Frans Mensonides, Leiden, 2015.