Deel 81

Nummer: Pictures at an Exhibition (Album) *
Uitvoerende Artiest(en): Emerson, Lake & Palmer
Componisten: Moessorgski, ELP
Jaar: 1971
Veronica Album Top 20: 7
Radio 2 top 2000: Niet genoteerd

* Geen nummers op single verschenen


Soundbite:

My life's course is guided
decided by limits drawn
on charts of my past days
and pathways since I was born.

Volledige tekst: staat HIER



Luisteren naar twee fragmenten van dit album? klik op de zwart-witradio

Promenade

 

The Curse of Baba Yaga

 

ELP op YouTube: Pictures at an Exhibition, concert begin jaren 70 deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 - deel 5 (met o/a: het maltraiteren van het orgel). Totale duur: 37 min.

 


Het was in de nazomer van 1967, de zomer van A Whiter Shade of Pale, van Sgt. Pepper en van al die liedjes over wat er gebeurde in San Francisco. Onze onderwijzers waren beklagenswaardige wezens: zij lieten zich de Gouden Eeuw van de popmuziek ontgaan. Sterker nog: zij ageerden ertegen. Herrie was het, inhoudsloze muziek voor luie luisteraars, zoals een stripverhaal literatuur was voor luie lezers. Och, wij konden ons hun standpunt wel indenken; tenslotte waren ze van gevorderde leeftijd: tegen de dertig, of zelfs er al overheen.

Ik zat in de zesde, bij het schoolhoofd die zich in die tijd nog geen manager mocht noemen en gewoon les moest geven. Hij besloot, ons wat respect bij te brengen voor de klassieken. Zijn armlastige school had een paar grijpstuivers ontvangen van onze voortdurend onder financieel toezicht staande arbeidersgemeente, en had een grammofoon mogen aanschaffen. Elke vrijdagmiddag bracht het schoolhoofd daarop een werk ten gehore uit de klassieke muziek. Natuurlijk leidde hij het muziekstuk eerst in, want klassieke muziek betékende iets. Je hoorde er een verhaal in, ook al was er geen tekst.

En zo kregen wij in ruim een half jaar tijd de hele lichtklassieke canon te horen: De mooie, blauwe Donau, De tovenaarsleerling, De Peer Gynt Suite, De Ouverture Egmond, Peter en zijn onafscheidelijke wolf, Eine kleine Nachtmuzik en de Radetzky-mars (die door oneerbiedigen ook wel eens wordt meegezongen als: ‘tietekont, tietekont, tietekontkontkont’). Natuurlijk werd ook de 18e-eeuwse barokcomponist Johan Gambolputty(…) uit Ulm niet vergeten, noch de Britse moderne componist Arthur 'Two Sheds' Jackson; de laatste om ons duidelijk te maken dat er meer uit de UK kwam dan beatmuziek alleen.

Ik moest al snel toegeven: het had wel iets. Niet zozeer de muziek, maar de onderwijzer wist ons altijd te boeien met het verhaal er omheen. En na een week van intensief leren (dat werd toen nog gedaan op scholen) was het ook wel plezierig, eens een middag achterover te kunnen leunen en alleen maar te hoeven luisteren.

De schilderijententoonstelling was zo’n klassiek werk met een verhaal. Het pianostuk werd in 1874 geschreven door de Russische componist Modest Moessorgski (1839-1881), naar aanleiding van de dood van zijn vriend, de schilder en architect Viktor Hartmann. Die was in Sint Petersburg geëerd met een tentoonstelling van zijn werk. Moessorgski had zich door tien schilderijen laten inspireren tot evenzovele composities. En als je daar goed naar luisterde, zag je de schilderijen erbij.

Zo was er De gnoom, een plomp, springerig, kabouterachtig wezen. Die ging gepaard met al even plompe, springerige, onregelmatige muziek. En je had De Tuileriën, waarin je de kinderen hoorde ruziën in die Parijse tuinen. En je was in de naargeestige Catacomben van Parijs, op de Markt van Limoges en in Het oude kasteel. Je hoorde de rijke Jood ruzie maken met de arme; je zag Bydlo, de Poolse ossenwagen, traag met zijn enorme wielen door de klei ploegen.

Tussen die stukken door klonk soms de Promenade. Die symboliseerde de wandeling van het ene schilderij naar het andere. De promenade ving op een knappe manier de verschillen op tussen al die stukken die zo uiteenlopend waren van toon.

Twee versies kregen we te horen van De schilderijententoonstelling: het oorspronkelijke pianoconcert en de orkestrale bewerking van Ravel uit 1921. Heel wat promenades in totaal dus, en het is dan ook geen wonder dat ik dat loopje meteen herkende toen ik het vier jaar later hoorde in de Lexjo op Radio Veronica. De schilderijententoonstelling was op de plaat gezet door het nieuwe symfonische rocktrio Emerson, Lake and Palmer (al geïntroduceerd in een oude aflevering van Soundbites; zie de rechterkolom van die pagina).

Pictures at an Exhibition is een live-album, opgenomen tijdens een popconcert in het voorjaar van 1971. In november van dat jaar verscheen het op de platenmarkt. Het album was een vreemd geval, waarmee de critici minder raad wisten dan de ELP-fans van het eerste uur. ELP had zes van de tien schilderijen weggelaten. Verder leken ze Het oude kasteel bewerkt te hebben met een stanleymes, om de schilderijenmetafoor vast te houden. Het kabbelende, wat sombere stuk van Moessorgski was door Keith Emerson bewerkt tot een onherkenbare kakofonie van sis-, ruis-, suis- en knarsgeluiden uit de Moog-synthesizer.

Nu kan ik me dat laatste wel voorstellen. De synthesizer was iets nieuws en Emmerson had juist een enorme batterij van die dingen besteld bij synthesizerpionier Robert Moog. Er zaten wel duizend knoppen en schakelaars op. Dan wil je ze allemaal proberen, ook.

ELP had er ook een hele hoop bijverzonnen. Emersons Blues Variation zou Moessorgski volkomen onbekend zijn voorgekomen. En The Sage was een nummer dat Greg Lake nog op de plank had liggen. Dat moest er ook bij, hoewel het er niet echt naadloos in paste. The Sage is een romantisch vocaal nummer; misschien het enige onderdeel van de plaat waarvoor Moessorgski zich niet heeft omgedraaid in zijn graf. Het nummer, voorafgegaan door een gezongen Promenade, heeft een mooie, melancholische tekst over mensen en dingen die al heel lang voorbij zijn.

The Great Gates of Kiev en The Hut of Baba Yaga / The Curse of Baba Yaga (een soort wandelende zonsverduistering op spinnenpoten, zoals hij staat afgebeeld op de hoes) waren wel afkomstig van de oorspronkelijke schilderijententoonstelling. In de uitvoering van ELP werd erbij gezongen. Die tekst viel meer op door zijn pompeusheid dan door zijn samenhang.

Het was een wat aparte groep, ELP, vooral de E. Emerson haalde het uiterste uit zijn fonkelnieuwe synthesizers, maar wat hij met het aloude Hammondorgel uithaalde, was ook niet niks. Hij stuiterde het heen en weer, sleurde het over het podium, tilde het aan een kant op, draaide het rond op de punt en liet het met een donderende slag vallen. Soms protesteerde het muziekinstrument met krijsende rondzinggeluiden, die een extatisch enthousiasme teweeg brachten op de tribune. Na elk concert, tijdens de mornings after, werd het orgel hersteld door een team van technici.

Daar bleef het allemaal niet bij. Tijdens een van hun eerste concerten, op het legendarische Isle of Wight Festival van 1970, schoten de heren zelfs een echt, origineel kanon af op het podium. Ze waren altijd in voor een stunt. ‘Wat een verspilling van elektriciteit en talent’, schreef in die dagen een zure popjournalist; een uitspraak die ik eigenlijk ook al jarenlang van toepassing acht op deze website die je nu leest.

Toch: ELP’s vertolkingen van The Promenade, The Gnome, The Hut / Curse of Baba Yaga en The Great Gates of Kiev mogen er beslist wezen; zeer acceptabele rockversies van dat pianowerk van bijna 100 jaar eerder. En de rest neem je als ELP-fan gewoon voor lief; het hoort er nou eenmaal bij.

Pictures at an Exhibition deed het vooral goed in de UK, het moederland van ELP; er gingen er honderdduizenden van over de toonbank en hij bereikte de derde plek in de albumlijst. Maar wat opmerkelijker was: de verkoopcijfers van de originele, klassieke versie van De schilderijententoonstelling schoten ook omhoog. Moessorgski, tussen twee haakjes, had met zijn verlopen zuipkop zelf ook wel wat van een overjarige rocker, maar dat terzijde.

Ik zat inmiddels natuurlijk op de middelbare school. Mijn voormalige hoofdonderwijzer zag ik nog wel eens door de straat fietsen. Ook hij had nu toch een knieval gemaakt voor de moderne tijd, en reed rond met lange, wapperende manen boven een vaal spijkerjack. Maar het stond hem niet; onder ons gezwegen leek hij wel een tikje op Moessorgski. Ik weet niet, of hij het album van ELP ooit op de draaitafel heeft gehad, maar ik waag het te betwijfelen.

 

© Frans Mensonides, Leiden, 2008


Deel 80: Sexy Sadie (The White Album) / The Beatles (1968)
Deel 78/79: Love of the Common People / Paul Young (1983) - Stille Willem / Spaan & Vermeegen (1981)
Deel 77: You've Got Your Troubles / The Fortunes (1965)
Deel 76: Catootje / (niet) Wim Sonneveld (1963)
Deel 75: Na, na, na / The Shoes (1967)
Deel 74: Don't Call Us, We'll Call You / Sugarloaf & Jerry Corbetta (1975)
Deel 73: The Cover of the Rolling Stone / Dr. Hook & Medicine Show (1972)
Deel 71/72: My Little Town / Paul Simon (1975) en My Home Town / Marvin, Welch & Farrar (1971), door Wim Scherpenisse
Deel 70: Hurricane / Bob Dylan (1975)
Deel 69: A Salty Dog / Procol Harum (1969)
Deel 68: Sixteen Tons / Tennessee Ernie Ford (1955)
Deel 66/67: Rhinestone Cowboy / Glenn Campbell (1975) en Bronco Bill's Lament / Don McLean (1972), door Wim Scherpenisse
Deel 65: Albatross / Fleetwood Mac (1968), door: Frans ten Kleij
Deel 63/64: Shine on You Crazy Diamond en Arnold Layne / Pink Floyd (1975; 1967)
Deel 62: Wat een geluk / Rudi Carrell (1960)
Deel 61: Do the Strand / Roxy Music (1973)
Deel 60: Thick as a Brick pts. 1 & 2 / Jethro Tull (1972)
Deel 59: Everything counts / Depeche Mode (1983)
Deel 58: Air / Ekseption (1969)
Deel 57: All the Young Dudes / Mott The Hoople (1973) tevens: Top-2000-special
Deel 56: Een fijne dag / Drs. P (1973)
Deel 55: Matthew and Son / Cat Stevens (1967)
Deel 54: The Worker / Fischer-Z (1979)
Deel 53: Atlantis / Donovan (1968/1969)
Deel 52: Proud Mary / Creedence Clearwater revival (1969)
Deel 51: The Eve of the War / Jeff Wayne (1978)
Deel 50: Daddy Cool / Boney M (1976)
Deel 49: Spirit in the sky / Norman Greenbaum (1970)
Deel 48: Monkey on Your Back / Outsiders (1967)

Soundbites nrs 1 t/m 47 in het archief van REFLEXXIONZZ!

<< naar thuispagina Frans Mensonides