Deel 82

Nummer: Wired for Sound
Uitvoerende Artiest: Cliff Richard
Tekst en muziek: B.A. Robertson, Alan Tarney
Jaar: 1981
Veronica Top 40: 31
Radio 2 top 2000: Niet genoteerd


Soundbite:

I like small speakers
I like tall speakers
If they’ve music, they’re wired for sound.

Walkin about with a head full of music
Casette in my pocket and I’m gonna use it
Stereo
Out on the street you know-woh oh woh...

Into the car go to work I am cruising
I never think that I’ll blow all my fuses
Traffic flows into the breakfast show-woh oh woh...

Power from the needle to the plastic
AM, FM, I feel so ecstatic now
It’s music I’ve found
And I’m wired for sound.

Volledige tekst: staat HIER


De originele clip van Wired for Sound (3:39)

Live, tijdens een optreden in 1998 (4:32) Hier begint hij een beetje te lijken op onze eigen Rob de Nijs (a.k.a. Bob van der Bips), die vaak met hem vergeleken wordt.

 

Sorry, geen geluidsfragmentje beschikbaar


De befaamde Engelse popzanger Cliff Richard viert dit jaar zijn halve eeuwfeest als hitartiest. Hij werd in 1940 in India geboren als Harry Webb en scoorde in 1958 zijn eerste top 40-hit in de UK met Move It, dat meteen al op nummer 2 kwam. Daarna is hij nooit lang weggeweest uit de hitlijsten. Eigenlijk hoefde hij nooit een comeback te maken. Zijn teller staat momenteel op 122 hits in Groot Brittannië, waarvan er 14 de eerste plaats behaalden.

Ik ben geen echte fan van Cliff, maar een beetje bewondering past natuurlijk wel: begonnen als tienersterretje voor gilmeisjes en nu als Old Age Pensioner nog steeds op het podium (voor dezelfde vrouwen als toen, denk ik). En bij dat 122-tal zit toch heel wat aardigs.

Hoe flik je hem dat, zo lang aan de top blijven? Het is een kwestie van met je tijd meegaan, maar niet met alle winden meewaaien. Je moet soms het midden van de weg houden, en soms, als ware Engelsman, flink naar links uitzwaaien als de rest van de wereld rechts houdt. En vice versa, natuurlijk, dan val je altijd op, en overleef je beat, glamrock, punk, disco, new wave, synth pop en uiteindelijk jezelf.

I Could Easily Fall In Love With You (1965), een lekkere meezinger, was de eerste hit van Cliff die ik bewust heb meegemaakt. Living Doll (die waanzinnige komische versie met de cast van The Young Ones uit 1986) was de laatste. Verder heb ik zijn loopbaan niet meer gevolgd. De leeftijd ging een rol spelen; niet zozeer die van Cliff, als wel die van mij.

Twee keer kwam Cliff uit de kast in die jaren. Eenmaal was dat als christen. De andere keer bleek dat de tekstschrijver die hem Goodbye Sam, Hello Samantha in de mond legde, zich deerlijk vergist had: Cliff hield het toch bij Sam.

Ook twee keer nam Richard deel aan het Eurovisie Songfestival. Zijn eerste optreden, in 1968, was geboren uit de Britse frustratie over al die tweede plekken die men tot dan toe behaald had, zonder het festival ooit gewonnen te hebben. Cliff Richard deed mee met Congratulations, een vlot, over-vrolijk nummer met een orkest dat flink hoempa’de. Het nummer was huizenhoog favoriet bij alle bookmakers.

Cliff stond helemaal stram van de zenuwen, maar het lied kwam er goed uit. Toch won hij niet. Hij kwam één stem tekort en verloor van een totale outsider, het Spaanse zangeresje Massiel, met La la la. Alweer een tweede plek voor de UK. Ik heb het vast wel gezien, ik mocht er vast wel voor opblijven, maar ik mag een boon zijn als ik me dat Spaanse mens met haar ge-lalala nog kan herinneren. Och, er zijn zoveel liedjes met lalala. Een vakjury besliste toen nog over het songfestival. Maar het platenkopende publiek beschikte anders: Congratulations werd een grote hit, in tegenstelling tot La la la.

Vijf jaar later mocht Cliff Richard het opnieuw proberen, deze keer met Power to All Our Friends, een rocknummer dat stond als een huis. Cliff was weer zenuwachtig. Deze keer drogeerde hij zich met een zware dosis valium. Hij stond als een halve zombie op het podium, en misschien is het daaraan te wijten dat hij opnieuw verloor. Hij moest niet alleen Spanje (2e), maar ook Luxemburg voor laten gaan. Anne-Marie David won met Tu te reconnaitras, en die herinner ik me nu weer wel. Toch werd ook Power to All Our Friends een grote hit. Vooral in Nederland, waar het nummer geadopteerd werd als protestsong tegen het dreigende verdwijnen van Radio Veronica (‘Power to the boys who played rock’n’roll / And made my life so sweet’).

Weer wat jaartjes later, in 1981, zong Cliff het soundbiteje van deze aflevering, Wired for Sound, van de gelijknamige elpee. Voor mij is dat dan toch dé Cliff-hit van al die 122 (die ik echt niet allemaal ken, hoor). Hij flikte het hem toch weer. Bijna alle trendy Britse popartiesten zongen die zomer over de Koude Oorlog en de situatie in de Engelse sloppenwijken. Maar Cliff bracht opnieuw een opwekkende ode aan de muziek.

En dan vooral aan de muziek die uit een luidspreker kwam; een ode aan de speaker, waarom ook niet. Bijvoorbeeld die van de walkman, een nieuwe uitvinding, toen. Rondlopen met een ‘head full of music’, een beter medicijn tegen de ellende van de wereld kon je niet hebben. Wired for Sound was ook, achteraf gezien, een afscheidslied van de grammofoon (‘power from the needle to the plastic’), waarvan de dagen geteld waren; het jaar daarop zou de CD geïntroduceerd worden.

De videoclip is zeker het bekijken waard (en dank zij You Tube kunnen we weer genieten van al die antieke clips). We zien Cliff, dan al 40, als een jonge god op rolschaatsen, met geen grammetje teveel, echt zelf schaatsend, zonder stand-in. Alhoewel: hij zit wel erg vaak achter de planten en je ziet zijn voeten meestal niet. En hij maait zo raar wild met zijn armen; Sven Kramer zie je zo nooit schaatsen. Misschien is het trucage. Maar dat doet aan het lied niets af. Je ziet hem in die clip trouwens ook telkens schaatsen met mensen van het Samantha-type.

Dit sprankelende lichtpuntje in een donker jaar werd geschreven door twee mannen die hun sporen in de popmuziek al lang hadden verdiend. Het waren B.A. Robertson, zanger van novelty-nummers als Bang Bang en To Be Or Not To Be en Alan Tarney van de Tarney-Spencer Band. In Engeland kwam het nummer in oktober 1981 op 4 in de hitparade. Bij ons was het succes al te bescheiden: nummer 31. Het ontbreekt in de top-2000 en daarmee doen we Cliff Richard te weinig recht.

Weinig ontbrak er aan de loopbaan van Cliff Richard. Behalve dan een overwinning op een Eurovisie Songfestival. Richard heeft zijn nederlagen tot de dag van heden niet kunnen verkroppen.

Maar wat las ik nou laatst voor bizar bericht? Hij had dat festival in 1968 gewoon moeten winnen. De toenmalige Spaanse dictator Franco heeft hem de overwinning ontstolen. De generalissimo haakte, om publicitaire redenen, naar een zege voor Spanje, en schuwde geen middel om het zover te krijgen. Hij zond zijn trawanten uit over heel Europa. Die zwaaiden bij elke omroep met een bundel koopcontracten voor programma’s, of, als dat niet hielp, zelfs doodgewoon met omkoopgeld. Zo kreeg hij voldoende juryleden achter zich om op dat al lang vergeten zangeresje Massiel te stemmen – nog steeds volgens het bericht.

Dat moet maar eens tot de bodem uitgezocht worden. Er zou daarvoor een Europese werkgroep opgericht moeten worden met Paul van Buitenen als voorzitter. En als het dan echt waar zou blijken te zijn, dan moeten ze Cliff Richard alsnog uitroepen tot winnaar; 40 jaar na dato. Het zou een pracht jubileumgeschenk zijn, en we konden dan eindelijk met recht Congratulations zeggen.

Cliff Richard in de Wikipedia

 

© Frans Mensonides, Leiden, 2008


Deel 81: Pictures at an Exhibition / Emerson, Lake & Palmer (Album) (1971)
Deel 80: Sexy Sadie (The White Album) / The Beatles (1968)
Deel 78/79: Love of the Common People / Paul Young (1983) - Stille Willem / Spaan & Vermeegen (1981)
Deel 77: You've Got Your Troubles / The Fortunes (1965)
Deel 76: Catootje / (niet) Wim Sonneveld (1963)
Deel 75: Na, na, na / The Shoes (1967)
Deel 74: Don't Call Us, We'll Call You / Sugarloaf & Jerry Corbetta (1975)
Deel 73: The Cover of the Rolling Stone / Dr. Hook & Medicine Show (1972)
Deel 71/72: My Little Town / Paul Simon (1975) en My Home Town / Marvin, Welch & Farrar (1971), door Wim Scherpenisse
Deel 70: Hurricane / Bob Dylan (1975)
Deel 69: A Salty Dog / Procol Harum (1969)
Deel 68: Sixteen Tons / Tennessee Ernie Ford (1955)
Deel 66/67: Rhinestone Cowboy / Glenn Campbell (1975) en Bronco Bill's Lament / Don McLean (1972), door Wim Scherpenisse
Deel 65: Albatross / Fleetwood Mac (1968), door: Frans ten Kleij
Deel 63/64: Shine on You Crazy Diamond en Arnold Layne / Pink Floyd (1975; 1967)
Deel 62: Wat een geluk / Rudi Carrell (1960)
Deel 61: Do the Strand / Roxy Music (1973)
Deel 60: Thick as a Brick pts. 1 & 2 / Jethro Tull (1972)
Deel 59: Everything counts / Depeche Mode (1983)
Deel 58: Air / Ekseption (1969)
Deel 57: All the Young Dudes / Mott The Hoople (1973) tevens: Top-2000-special
Deel 56: Een fijne dag / Drs. P (1973)
Deel 55: Matthew and Son / Cat Stevens (1967)
Deel 54: The Worker / Fischer-Z (1979)
Deel 53: Atlantis / Donovan (1968/1969)
Deel 52: Proud Mary / Creedence Clearwater revival (1969)
Deel 51: The Eve of the War / Jeff Wayne (1978)
Deel 50: Daddy Cool / Boney M (1976)
Deel 49: Spirit in the sky / Norman Greenbaum (1970)
Deel 48: Monkey on Your Back / Outsiders (1967)

Soundbites nrs 1 t/m 47 in het archief van REFLEXXIONZZ!

<< naar thuispagina Frans Mensonides