Ik heb een godsgruwelijke hekel aan
jaaroverzichten die al
verschijnen als het jaar nog niet eens voorbij is. Waarom ik dan op
deze tweede kerstdag alvast het traditionele jaaroverzicht van
openbaar-vervoerfoto’s
publiceer?
Nou, ik héb niet veel anders, op het moment. En mijn laatste
OV-rit ligt alweer een paar maanden achter me. En ik verwacht de komende 5
dagen ook geen nieuwe OV-foto’s meer te maken.
Aanstaande zondag, 2 januari 2022, publiceer ik – net zo
traditioneel - het overzicht van overige foto’s. Misschien schiet ik de komende
week nog een overige foto, die er op de valreep nog bij kan. Een overige foto
kun je altijd wel maken, hoe benard de omstandigheden ook zijn.
En die waren benard voor het OV in 2021, vrijwel even benard
als in het eerste coronajaar, 2020. Weliswaar hebben we de kreet: ‘Het OV is nu
even niet voor uitjes’ dit jaar niet meer terug gehoord. Verder was de dip in
passagiersaantallen anno ’21 iets minder diep dan tijdens de eerste lockdown in
voorjaar ’20. Toch komen de vervoerscijfers over heel dit jaar gerekend niet
uit boven zo’n 60 à 70% van die van 2019, toen we nog in zalige onwetendheid
verkeerden over wat er boven ons hoofd hing.
Ik voor mij vind dat ik momenteel, onder de omikron-golf,
niets te zoeken heb in het OV. Mijn werk doe ik nog steeds op een laptop op de
bank – totdat ik straks ergens in de vroege zomer de laptop van de zaak ook
definitief kan dichtklappen; pensioen!! En mijn OV-hobby heb ik maar weer voor een
paar maanden opgeschort. Vrijwel alles waar ik met het OV heen zou willen, is
toch dicht.
Dit jaar ben ik voor mijn rubriek De digitale reiziger
alleen op pad geweest van mei tot en met oktober. En in mei nam ik niet eens
een OV-voertuig. Vanaf de fiets verzorgde ik een rapportage over de nieuwe R-net-verbindingen
Katwijk – Leiden.
Ook het artikel in hoogzomer over het te realiseren station Rijswijk-Buiten
schreef ik gezeten op het zadel. Maar dat was omdat ik toevallig toch die kant
op moest op de fiets. En omdat een toekomstig station vanzelfsprekend niet
bereikbaar is per trein.
Dit jaar heb ik toch nog 4600 kilometer afgelegd met het OV.
Dat is niet helemaal niks; toch nog heen en weer naar Boekarest, als je al die
stukjes achter elkaar legt. Maar het steekt wat bleekjes af bij de 48.000 km
van 2019, ruim de aarde rond. In 2020 reisde ik 8700 kilometer, waarvan 7800
vóór 12 maart.
Die 4600 OV-kilometers van dit jaar brachten me nauwelijks
buiten de landsgrenzen. Alleen was er die rit op een in Roosendaal gehuurde
OV-fiets. Ik pikte op die fietstocht een landelijk hoekje van Essen (België)
mee.
In de diverse lockdown-perioden van dit jaar heb ik achter
de computer allerlei treinreizen zitten uitwerken naar onder meer Schotland, Denemarken,
Italië, Hongarije en Tsjechië. Desondanks kwam ik niet noordelijker op de
wereldbol dan het Woldmeer in de gemeente Groningen, niet oostelijker dan
Harkstede, op dezelfde fietstocht, niet zuidelijker dan Rilland (zittend in de
trein naar Middelburg) en niet westelijker dan Grijpskerke (na uit die trein overgestapt
te zijn op de bus).
Hier toch nog een mapje foto’s, genomen binnen die enge
grenzen. En laat ik maar zeggen dat al die andere Europese landen niet
weglopen.
Halte Duinvallei in Katwijk a/d Rijn, waar sinds zondag 9 mei
2021 R-netbussen stoppen.
Die bussen geven bij Space Expo / ESTEC aansluiting op de
raket naar Mars, maar alleen als de Rode Planeet in het 7e huis staat, en in
driehoek met Mercurius.
Op deze foto is het nog steeds mei en verplaats ik me nog
steeds op de fiets. HTM-tram lijn 19 bij het geheel vernieuwde winkelcentrum Westfield
Mall of the Netherlands (vanouds Leidsenhage)
In Leiden is onlangs door een NIMBY-groep voor de miljardste
keer geopperd om de Leidse stadsbussen te vervangen door kleine busjes (net een
paar jaar nadat een complete vloot elektrische, maar niet opvallend kleine
bussen in gebruik is genomen).
Ik denk dat deze crisistijd vraagt om radicalere
oplossingen. Helemaal opdoeken die hap, en de vrijgekomen gelden gebruiken om
een betaalbaar beltaxi-systeem te ontwikkelen voor Leidenaars die geen auto
hebben en slecht ter been en ter fiets zijn.
Ja, zoiets kan ik gemakkelijk roepen. OV-plannen, goed of ruïneus,
worden in Leiden toch nooit uitgevoerd.
Hier een nieuwe Urbos-tram bij de halte Wijkersloot in
Nieuwegein, op een dag dat de tram tenminste reed, wat vrij zeldzaam is in het
Utrechtse.
Een broertje van de tram hierboven in de omgeving van station Amsterdam Zuid.
Iedereen had van de zomer wel een paar van die corona-is-gelukkig-voorbij-we-hebben-ons-oude-leven-weer-terug-momenten
(ja, wat voorbarig, inderdaad). Ik had het toen ik deze op zichzelf weinig
opzienbarende foto schoot op Utrecht Centraal. De hele winter had ik erop zitten
vlassen dat ik in de zomer van 2021 in ieder geval weer eens naar de Veluwe zou
kunnen. En daar stond de trein daarheen zo maar voor me klaar, met de namen van
Veluwse dorpen en steden uitnodigend op de CTA.
Vanuit het Veluwse Nunspeet rijdt er een rechtstreekse Comfort-Rrreis-bus
helemaal naar Dedemsvaart in een uithoek van Overijssel. Mooie, nieuwe,
Chinese, elektrische bussen, maar met de concessieverlening was weer eens iets
vervelends aan de hand: gesjoemel, dat in het gelinkte artikel uit de doeken
wordt gedaan.
Die bussen zelf reden lang niet altijd storingsvrij. En nog
steeds niet; vorige week las ik er nog een artikeltje over.
Nog zo’n Comfort-Rrreis-bus, en wel een gelede op de universitaire campus van
Wageningen. Die hypermoderne bus harmonieert op deze zonnige foto perfect met
de dito gebouwen. Het lijkt wel een plaatje uit een folder.
Arnhem Centraal
Hier, in de nieuwe wijk ’t Haantje, komt hopelijk station
Rijswijk Buiten.
Oud en nieuw op één foto. Alweer zo’n fotogenieke Rrreiss-bus
voor het voormalige hoofdkantoor van de Dedemsvaartsche Stoomtramweg
Maatschappij (DSM).
Barendrecht op een ETMET-testwoensdag in september. Die
dienstregeling met één trein per 10 minuten op het traject Arnhem – Utrecht –
Schiphol – Leiden – Rotterdam – Dordrecht is op maandag 13 december 2021 echt
definitief ingegaan. Hij is knap ingewikkeld. Het koste me heel wat uurtjes om
het verhaal rond te krijgen voor het overzicht in mijn artikel.
Daarbij viel me iets op, wat ik vergeten ben te vermelden en
wat ik nu alsnog dan maar vermeld: voor zo’n klus heb je veel meer aan de
Europese HAFAS-planner dan de reisplanner van NS. HAFAS laat namelijk zien wat
een normale reiziger geen biet interesseert: waar de trein allemaal gestopt
heeft voordat jij bent ingestapt, en waar hij het nog gaan doen als jij er al
uit bent. Heel handig om zo’n ETMET-dienstregeling te doorgronden.
Die ETMET-dienstregeling heeft repercussies tot ver buiten
het ETMET-traject. Maandag een week geleden werd ik gebeld door een kennis die
werkt in Purmerend. Of ik misschien wist waarom zijn trein naar Hoorn Kersenboogerd
volgens dienstregeling ineens 9 minuten later vertrok dan normaal.
‘Dat is gauw verteld’ zei ik. ‘In Barendrecht stopt tegenwoordig elke 10
minuten een Sprinter, in plaats van elk kwartier’.
‘Barendrecht, Barendrecht, help me even …’
‘Dat ligt tussen Rotterdam en Dordrecht’.
‘Oh, dus omdat er ergens bij Dordrecht een extra trein rijdt, moet ik in
Purmerend 9 minuten langer wachten op de mijne?’
‘Exact!!’
Elektrische Heuliez-bus als Q-link naar Groningen Meerhoven. Op
mijn fietstocht ging ik zelfs de ‘Sontbrug’ over, die in werkelijkheid ligt
tussen Denemarken en Zweden; ik was toch noordoostelijker dan ik hierboven beweerde.
Station Zandvoort is in 2020 opgekalefaterd om extra ritten
mogelijk te maken voor strandgangers en het publiek voor de ‘sport’ waarvan ik
met de beste wil van de wereld de lol niet kan inzien: over asfalt rondjes scheuren
in een auto.
Ook in 2020 werd in Utrecht de Busbaan Dichterswijk in
gebruik genomen.
Frans Mensonides
26 december 2021
© Frans Mensonides, Leiden, 2021